• No results found

Wij waarderen dat u oog heeft voor onze sector en bij punt 3 in uw voortgangsbrief ook benoemt expliciet te kijken naar de seizoenproblematiek in de sector

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Wij waarderen dat u oog heeft voor onze sector en bij punt 3 in uw voortgangsbrief ook benoemt expliciet te kijken naar de seizoenproblematiek in de sector"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Aan: De heer W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Mevrouw T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Cc: Mevrouw I. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

De heer E. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat De heer H. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën

Amsterdam, 24 april 2020

Betreft: uitvoering motie Van Dijk c.s.

Geachte minister Koolmees, geachte staatssecretaris van Ark,

In het debat van 14 april dat voorafging aan de motie Van Dijk c.s. zei u dat rechtvaardigheid een van uw favoriete uitgangspunten is, en gaf u aan heel erg graag te willen kijken naar wat kan, maar ook vast te houden aan toetsing op uitvoerbaarheid en uitlegbaarheid. En met belangstelling hebben wij kennisgenomen van uw voortgangsbrief van 22 april.1 Met deze brief willen wij u graag helpen met uitvoering en uitleg, met name ten aanzien van punt 2 uit uw voortgangsbrief. Wij waarderen dat u oog heeft voor onze sector en bij punt 3 in uw voortgangsbrief ook benoemt expliciet te kijken naar de seizoenproblematiek in de sector.

Geen werkenden tussen wal en schip is een belangrijk doel. Juist ook voor de culturele en creatieve sector, waarin arbeidsrelaties bovengemiddeld vaak atypisch en kwetsbaar zijn. De cultuursector werkt voor ‘nine to five’- publiek en heeft dus per definitie geen reguliere ‘negen tot vijf’ baan (en overigens ook geen negen tot vijf mentaliteit, maar dat terzijde). Eerder concludeerden de SER en de Raad voor Cultuur, Kamer en kabinet dat de arbeidsmarktsituatie in de culturele en creatieve sector zorgwekkend is. De coronacrisis maakt dit opnieuw pijnlijk zichtbaar. De Tweede Kamer nam daarom de motie Jetten c.s. aan ten behoeve van en steunpakket voor de sector cultuur omdat het

percentage zzp’ers in de cultuursector maar liefst 60% bedraagt2.

Het op 15 april 2020 aangekondigde specifieke steunpakket voor de culturele en creatieve sector3 ziet echter helaas juist níet specifiek toe op zelfstandigen zonder personeel; zij worden, zo blijkt uit de beantwoording van Kamervragen, vooral verwezen naar de generieke maatregelen, en daarmee naar uw beleidsdomein, het ministerie van SZW. Ook u gaf aan hoofdpijn te krijgen van deze situaties.

Net als de steun voor zelfstandigen valt ook de financiële ondersteuning aan de talloze

ongesubsidieerde organisaties die nu in gevaar zijn, buiten de specifieke steunmaatregelen van het ministerie van OCW, ook zij vallen eveneens terug op de algemene maatregelen van uw ministerie.

Organisaties in onze sector kunnen reeds gemaakte kosten nu vaak niet terugverdienen, en kunnen ook niet meer investeren in nieuwe producten, terwijl hun inkomensstroom (grotendeels) stopt.

1 https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-sociale-zaken-en- werkgelegenheid/documenten/kamerstukken/2020/04/22/kamerbrief-wgo

2 https://www.cbs.nl/nl-nl/faq/zzp/wat-voor-werk-doen-zzp-ers-

3 https://www.rijksoverheid.nl/regering/bewindspersonen/ingrid-van-

engelshoven/documenten/kamerstukken/2020/04/15/aanvullende-ondersteuning-culturele-en-creatieve- sector

(2)

In de muziekindustrie bijvoorbeeld bestaat de keten niet alleen uit podia, festivals en artiesten, maar ook uit een fijnmazig netwerk van vaak gespecialiseerde toeleveranciers, bijvoorbeeld in licht, geluid, design, SFX, VFX, pyrotechniek, podiumtechniek, vervoer, logistiek, foodtrucks, merchandise, etc.

Hierover richten wij een brief aan de minister van EZK, waarin we ook nader ingaan op de Tijdelijke ondersteuningsregeling getroffen sectoren (TOGS). U ontvangt van ons een afschrift van die brief.

De Tweede Kamer nam inmiddels ook unaniem de motie Van Dijk c.s. aan die de regering verzoekt - naast de maatregelen voor het behoud van banen, de regeling voor zelfstandigen, de WW en de reguliere bijstand - te kijken of tot een tijdelijke, uitvoerbare regeling kan worden gekomen voor flexwerknemers die sinds 1 maart hun baan zijn verloren ten gevolge van de coronacrisis, maar die niet in aanmerking komen voor een uitkering. In de sector cultuur werken veel mensen met een hybride beroepspraktijk (deels zelfstandig, deels werknemer) voor wie deze oproep zeer relevant is.

In de eveneens aangenomen motie over seizoenswerk en bijstelling NOW zien wij zeker

aanknopingspunten voor de culturele en creatieve sector, net zoals de aangehouden motie van de leden Stoffer en Van Haga over een representatieve referentieperiode voor de NOW. Juist voor bijvoorbeeld festivalorganisaties en seizoenmusea is het van groot belang dat de huidige

referentieperiode wordt vervangen door een relevante referentieperiode4 om ervoor te zorgen dat ook zij een beroep kunnen doen op de NOW-regeling. Ook bepleiten wij verlenging van de NOW- regeling voor (delen) van onze branche. Dat belang wordt alleen maar groter nu vaststaat dat tot 1 september geen evenementen en festivals zullen kunnen plaatsvinden. De aangehouden motie Van Brenk, die oproept tot een inspanning voor passende oplossingen voor werknemers en ondernemers die minder goed bereikt (kunnen) worden, zien wij ook als steun in de rug. Net als de inzet van de Stichting van de Arbeid, onder meer verwoord in hun brief van 14 april.5

Freelancer in de cultuursector: vaak tussen werknemer en ondernemer in Vaste banen

(40%)

Freelance (incl. flex) (60%)

Covid-19 maatregelen (NOW, Tozo)

Werknemer met

baanbehoud

ZZP (ondernemer, min 23,5 uur per week)

Werknemer zonder baanbehoud, zzp geen ondernemer/urencriterium Inkomensondersteuning

huishouden p. mnd. (max)

1 x = € 9.538,- 2 x = € 19.074,-

1 x = € 1.052,32 2 x = € 1.503,31

1 x = € 0,00,- 2 x = € 0,00,-

Het is van belang om de definitie van ‘freelancer in de cultuursector’ te verbreden: er is namelijk sprake van een aantal variaties. De freelancer in de klassieke betekenis van het woord komt veel voor in de sector. Losse klussen, ook achtereenvolgend bij dezelfde opdrachtgever (‘vaste freelancer’), vaak schijnzelfstandige, komen veel voor. Soms wordt er gefactureerd, soms payroll, en soms in loondienst en relatief vaak een combinatie daarvan (een hybride praktijk). Fiscaal gezien zijn het vaak resultaatgenieters, belastbaar inkomen in box 1 anders dan loon of winst uit ondernemingen.6

4 Denk bijvoorbeeld aan locatietheaters buiten en openluchtmusea. Bij de musea is dat concreet bijvoorbeeld de openingsperiode in 2019.

5 https://www.stvda.nl/nl/publicaties/noodpakket-en-flexarbeid

6 box 1, art. 3.90 Wet inkomstenbelasting 2001

(3)

Ze staan niet altijd ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK), dat hoeft ook niet want ze zijn geen ondernemers. Voor de omzetbelasting vallen ze vaak binnen de grens van de kleine

ondernemingsregeling.

Artiestenregeling

Een bijzondere groep freelancers vormen de artiesten die gebruikmaken van de Artiestenregeling. Zij zijn een helder afgebakende groep die privaatrechtelijk geen werknemer is, maar waarvan de

arbeidsrelatie in de Wet op de loonbelasting 1964 en bij de werknemersverzekeringen, wel als dienstbetrekking wordt beschouwd. Ze zijn niet inschrijfplichtig bij de KvK. Het Kamerlid Van

Weyenberg (D66) vroeg in het debat op 14 april expliciet aandacht voor deze groep. Bijzonder is dat niet de werkgever, maar de zaal of het podium ook fictief als inhoudingsplichtige werkgever wordt beschouwd, die weer wordt verlegd naar gespecialiseerde payroll-bureaus. Deze artiesten zijn hun werk in deze coronacrisis vaak volledig kwijt en hebben daardoor geen inkomen. Vaak voldoen ze niet aan de referte-eis van 26 uit 36 weken werken, optredens zijn kortdurend, seizoensgebonden, terwijl ze wel WW-premie betalen.

Bewijsvoering en afbakening is makkelijk: zij komen in de administratie van het UWV voor, hebben een loonstrook, en zijn een wettelijk omschreven helder afgebakende groep: degene die ingevolge een overeenkomst van korte duur, maar niet als zelfstandig ondernemer, als musicus of anderszins als artiest optreedt. NB. Ook de sport kent ook een soortgelijke specifieke wettelijk regeling voor beroepssporters.

Gelijkstelden

Gelijkgestelden zijn freelancers die geen werknemer of artiest zijn, maar die fiscaal via de Wet op de Loonbelasting 1964 en sociaal-verzekeringsrechtelijk via het zogenaamde ‘Rariteitenbesluit7

gelijkgesteld worden met werknemers. Ze verrichten persoonlijke arbeid, buiten dienstbetrekking, maar niet als zelfstandig ondernemer. Dit komt in de media relatief veel voor, denk aan een auteur of redactiemedewerker, anders dan als zelfstandige, wordt expliciet genoemd in de wet8, en in

ondersteunende (podium)functies. Inhoudingsplicht wordt meestal weer verlegd naar

gespecialiseerde payroll-bureaus. Niet altijd recht op WW, wel premiebetalend (wekeneis is een grote drempel, hier speelt seizoenswerk een rol).

Bewijsvoering en afbakening is makkelijk: komen voor in administratie UWV, hebben een loonstrook, en zijn een wettelijk omschreven afgebakende groep. Een groep waar u en de Tweede Kamer ook oog voor hebben in deze categorie zijn bijvoorbeeld sekswerkers, zij hebben eveneens geen dienstbetrekking, maar worden fiscaal-sociaalrechtelijk toch beschouwd als werknemer.9 Resultaatgenieters

Verloning buiten dienstbetrekking betreft wettelijk gereguleerde afgebakende groepen. Werken als zzp’er buiten dienstbetrekking zonder ondernemer te zijn komt ook voor. Dit gaat vaak om

kleinschalig ondernemerschap, geen ondernemer in hoofdzaak, of de winst dan wel uren zijn (fiscaal gezien) niet substantieel genoeg. En winststreven is voor niet alle ondernemers het belangrijkste motief. Zij hebben net als ondernemers recht op kostenaftrek, belast is het resultaat uit

werkzaamheden (omzet minus kosten).

7 https://wetten.overheid.nl/BWBR0004090/2019-07-01

8 Art. 2e onder e Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965

9 Art. 2ca Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965

(4)

Het komt vaak voor dat deze zelfstandigen wel ondernemer zijn voor de omzetbelasting.

Bewijsvoering en afbakening kan gevonden worden in de aangifte Inkomstenbelasting. Ze zijn vaak ook niet ingeschreven bij de KvK. Als ze ook gebruikmaken van de kleine ondernemingsregeling voor de omzetbelasting (omzet kleiner dan € 20.000,-) ontbreekt die prikkel om je in te schrijven al helemaal. Qua beoordeling en toekenning zou relatief makkelijk de systematiek van de TOZO kunnen worden toegepast. Het besluit van 17 april (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig

ondernemers) biedt via artikel 17, uitbreiding kring van rechthebbenden, hiervoor een rechtsbasis.10 Indicatie van het aantal, voor alle sectoren: 86.800 zzp’ers voor wie het resultaat werkzaamheden het hoofdinkomen vormt (CBS 2018).11 Ze staan niet altijd ingeschreven bij de KvK, want ze zijn geen ondernemers voor de inkomstenbelasting (geen aangifte winst uit onderneming, maar resultaat overige werkzaamheden). Mediaan inkomen van deze groep: € 7.500,- per jaar. Het gaat niet om spreekwoordelijke kruimels. Het IBO-zzp rapport (tabel 2.1) laat die splitsing in de groepen zien, totaal 486.000 resultaatgenieters, waarvoor voor 114.000 het resultaat de voornaamste

inkomstenbron is.12

Niet voldoen aan het urencriterium

Het urencriterium niet halen en daarmee geen aanspraak kunnen doen op de Tozo is een te bot instrument, zeker omdat de consequentie niet goed valt uit te leggen: terugval naar nul Covid- ondersteuning als werkende. Minder uren werken is niet altijd gewenst of haalbaar. De culturele en creatieve sector is met 14,3 procent van het aantal werkenden in de sector in Nederland koploper qua percentage werkenden met ‘combi-/stapelbanen’.13 De combinatie zzp met een baan komt het meeste voor, maar dit heeft ontegenzeggelijk effect op het kunnen voldoen aan de ondernemer- schapscriteria, en om te kunnen aan de criteria van een WW-uitkering.14 Het vervullen van (mantel)zorgtaken speelt ook een rol. Of andere (privé-) omstandigheden. Niet iedereen is simpelweg minimaal 23,5 uur beschikbaar op de arbeidsmarkt. En bovendien wordt niet iedereen door opdrachtgevers in staat gesteld om een gewenst aantal uren te werken, en zit lang niet

iedereen in de positie om dat af te dwingen. Ook bijvoorbeeld starters, denk ook aan schoolverlaters die nu op de arbeidsmarkt komen, zieke ondernemers en seizoenwerkers halen het urencriterium niet. Een concrete suggestie is om aansluiting te zoeken bij het verlaagd-urencriterium bij

arbeidsongeschiktheid van 800 uur in plaats van de 1225 uur.

Huishoudens

Het voelt daarnaast onrechtvaardig en het is bovendien niet goed uitlegbaar dat huishoudens van twee zelfstandigen niet allebei een individueel recht op een Tozo-uitkering hebben. Het verschil met werknemers is pijnlijk groot (zie de eerder genoemde tabel). En het verschil tussen tweeverdieners- huishouden van allebei zzp versus de ene zzp’er, de ander werknemer, is ook niet uitlegbaar. Voor de culturele en creatieve sector is dit effect groter dan in de meeste andere sectoren vanwege het 5 à 6 maal hogere percentage zzp’ers. Veel gezinshuishoudens in de sector draaien op twee zzp-inkomens, die niet zelden beiden zijn verdwenen.

10 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2020-118.html

11 https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/84466NED/table?ts=1586092254178

12 https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2015/10/02/eindrapport-ibo-zelfstandigen-zonder- personeel

13 https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/39/motief-tweede-baan-anders-bij-zelfstandige-en-werknemer

14 https://www.ser.nl/-/media/ser/downloads/adviezen/2018/banen-combineren.pdf

(5)

Hybride werkenden, combinatiebanen

Hybride werkenden, deels zzp en deels in dienst, zijn relatief goed af als zij naast hun zzp-praktijk een vaste baan hebben. En als de bijbaan de hoofmoot is, zal men geen ondernemer zijn en het

urencriterium niet halen. Is de baan echter een flexbaan die ook wegvalt, dan valt alle steun weg.

Eerder wees ook de SER op de risico’s van combinatiebanen.15 Een op de drie combineert banen uit financiële motieven. Bewijsvoering en afbakening kan gevonden worden in de aangifte

Inkomstenbelasting, en loonstroken en UWV-administratie.

Tot slot

Er moet een vangnet komen voor de culturele en creatieve sector, de motie Van Dijk c.s. Tot 1 september zit de culturele en creatieve sector grotendeels zonder werk: het is een seizoens- en publieksbranche. De NOW is niet toereikend als instrument in een branche waar 60 procent van de werkenden freelancer is. De UWV-cijfers die het CBS op 16 april presenteerde over maart 2020 laten bijna een verdubbeling van de WW-uitkeringen in de culturele sector zien (+94 procent)16. Ook op 16 april meldde het CBS dat creatieve zzp’ers relatief vaak maximaal drie maanden zonder inkomen rond kunnen komen, ze hebben immers beperkt buffers.17 Armoedecijfers van het SCP bevestigen dit beeld.18

Voorkomen is beter dan genezen. In allerlei opzichten laat de coronacrisis ons dat zien. Het is doelmatiger, effectiever en kostenefficiënter. Socialer en humaner is het ook. En rechtvaardig is het zeker.

Wij vertrouwen erop dat u onze zienswijze in uw uitvoeringsplannen betrekt. Mocht u over de brief contact op willen nemen dan kunt u zich het makkelijkst rechtsreeks wenden tot

taskforcevertegenwoordiger Peter van den Bunder, petervandenbunder@kunstenbond.nl, telefoonnummer 06 - 42562532.

Hartelijke groet, namens

Taskforce culturele en creatieve sector Kunsten ’92

Federatie Creatieve Industrie Federatie Cultuur

Creatieve Coalitie

15 https://www.ser.nl/nl/publicaties/combinatiebanen

16 https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2020/16/minder-werkenden-in-maart

17 https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2020/16/1-op-de-5-zelfstandigen-schatte-buffer-in-2019-op-hooguit-3- maanden

18 https://digitaal.scp.nl/armoedeinkaart2019/wat-is-armoede/

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hardsteen is een sedimentair gesteente en graniet een stollingsgesteente; de voor graniet kenmerkende kristallen van kwarts, veldspaat en glimmer komen niet in hardsteen

Omdat deze manen om Jupiter draaien en niet om de aarde, wordt het geocentrisch wereld beeld onderuitgehaald. In het geocentrisch wereldbeeld draaien alle planeten en manen om

Maar er zijn plaatsen genoeg waar het water juist van laag naar hoog moet..

Het licht valt door de pupil op de lens deze stuurt het licht op het netvlies op de achterste oogwand.. Met het netvlies kunnen we licht, donker en

„Via onze regionale con- tacten vernamen we dat reeds en- kele gemeenten met Ziekenzorg afspraken maken omtrent het melden van zieken die niet langer thuis verblijven.” Een bewijs

‘Zodra zo’n wet er is, heeft de wetgever de neiging om ach- terover te leunen in zijn stoel’, zegt professor medisch recht Herman Nys (K.U.Leuven).. ‘En ondertussen zijn

bepaald niet strijdig is met de JOVD-opvat- tingen over een rechtvaardige wereldorde. Daar komt bij dat de verschillende lidorga­ nisaties van IFLRY meer gelijkluidende

nu tot het eigen terrein er zijn aparte com- missies voor welzijn en cultuur, volksge- zondheid en jeugdhulpverlening bijvoor- beeld. Vorig jaar had de