• No results found

"Politieke partijen moeten zich niet meer rijk rekenen"

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share ""Politieke partijen moeten zich niet meer rijk rekenen" "

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NE ECENTRUM

DERLANDSE POLITIEKE

PARTIJEN

~ Stratego

~ rond kandidaten

~ verkiezingen

~ Meer sociale economie

~ in verkiezingsprogramma

. . . . . . .

~ Ni co Wegter wordt voor-

~ lichter Van den Broek

. .

~ Vliegende keep

~ bij olierampen

. . . .

. . . .

. .

. . . .

i I

~ D66 wil veel

~ WAO'ers

~herkeuren

. .

Jaargang 26 Nummer2 24 februari 1993

(2)

Op de divan

Nee, D66 hoeft echt niet mee te doen.

Het CDA vond het meer dan genoeg de PvdA naast zich te moeten dulden.

Ook nog die libertijnse Democraten er- bij was beslist teveel van het goede (kwade). De PvdA stak geen hand naar ons uit. Het predikaat 'natuurlijke bondgenoot' ontvingen wij steeds uit- sluitend als de sociaal-democraten ons nodig hadden ter indamming van het CDA, en natuurlijk niet als zij zelf mis- schien een plaatsje moesten inschik- ken.

Inmiddels is duidelijk geworden wat de hoogmoed bij de formatie teweeg heeft gebracht: de coalitiesamenwer- king is uitgelopen op een gênante ver- toning, waardoor slechts het algemene vertrouwen in de Haagsche besluitvor- ming verder wordt ondermijnd.

De WAO-crisis was symptomatisch voor de huidige misère. Het bijzondere hieraan was niet zozeer dat deze bol stond van onderling wantrouwen, dis- communicatie, machtsspelletjes en re- gelrechte oneerlijkheid, maar dat deze verschijnselen zo open en bloot naar buiten kwamen. Tot nu toe had deze vorm van politiek bedrijven zich gro- tendeels achter de schermen afge- speeld. Het CDA heeft nooit anders ge- daan dan de PvdA en de VVD tegen el- kaar uitspelen, alleen etaleerde het deze tactiek doorgaans minder opzich- tig. Aan het slecht functioneren van het huidige kabinet liggen vele inhou- delijke meningsverschillen ten grond- slag. Belangrijker nog is de wijze waarop men hiermee, en dus ook met elkaar, omgaat. Zoals elke relatie-thera- peut weet, kunnen partners niet met elkaar uit de voeten zolang zij het bo- venal moeilijk hebben met zichzelf.

Binnen het CDA is onder de opper- vlakte een sterke verdeeldheid ont- staan. Een groeiende stroming deinst er niet voor terug de coalitie voortijdig op te blazen. Deze groep is aanmerke- lijk groter dan alleen Kaland en zijn re- bellenclub in de Eerste Kamer. Lubbers slaagt er steeds minder in zijn partijge- noten in het gareel te houden. Dit komt niet alleen doordat hij al te lang in zijn functie is, maar vooral omdat hij zijn vertrek al heeft aangekondigd en Brinkman als opvolger heeft aange- wezen. Als in de politiek iemand zegt dat hij weggaat, wordt met zijn hui- dige aanwezigheid al minder rekening gehouden. Lubbers heeft dit effect on- derschat en wenst nu zo weinig moge- lijk terrein aan Brinkman en zijn Tweede-Kamerfractie prijs te geven. De interne strijd om de nieuwe machtsaf- bakening leidt tot externe onbereken- baarheid.

2 DEMOCRAAT

De situatie in de PvdA is natuurlijk nog veel droeviger. Met het zo openlijk zoeken naar een nieuw houvast voor de kiezer zakt de geloofwaardigheid voortdurend verder weg. Veel huidige prominenten verkondigen nu opvat- tingen die zij zelf in de jaren zestig en zeventig met verve hebben bestreden.

Een deel van de voormalige aanhang houdt vast aan de oude idealen en laat het bij de stembus geheel afweten. Een andere categorie is overtuigd van een zekere koerswijziging, maar stelt meer vertrouwen in D66,' omdat die partij in deze 'nieuwe tijd' niet of minder met het eigen verleden hoeft te breken.

Mede omdat de progressieve Democraten geen deel uitmaken van het krakkemikkige kabinet, krijgen zij een groter voordeel van de twijfel. Ten derde is er de groep van electorale op- portunisten, van het type Van Dam en Rottenberg, die zonder een spoor van gêne het traditionele gedachtengoed inruilen voor opvattingen die zij me- nen te beluisteren bij het moderne kie- zersvolk.

D66 wordt nu al lange tijd volgens de peilingen als een geloofwaardig alter- natief beschouwd. Dit zal naar de drie verkiezingen in 1994 toe een steeds grotere druk op de hele partij leggen.

De politieke concurrentie zal de (ver- meende) meest kwestbare kanten op- blazen en exploiteren. Onzinnige ver- wijten zullen tot vervelens toe her- haald worden: "Jullie zijn slapend rijk geworden, je hebt te weinig kader en met 'chaotische creativiteit' kun je het land niet regeren.'

De beste reactie is gewoon de eigen boodschap blijven uitdragen en vooral ons niveau niet aanpassen aan dat waarop we worden aangevallen. Laten we zorgvuldig blijven omgaan met de andere partijen op basis van een sterke innerlijke overtuiging. Gelukkig hoe- ven wijniet op de divan van de poli- tieke therapeut.

Bob van den Bos

-

Idealisme en werk

Een terugblik met de voorzitter die ging: Ries Jansen. Over le- denwerving: "Wij hadden geen concrete aantallen voor ogen. Wij wisten bijvoorbeeld niet hoe jon- geren zich zouden gedragen, wel dat er een enorm potentieel was.

Wij zijn de afgelopen jaren ge·

groeid van even boven de 9.000 naar 13.000 leden. Ik geef toe, dat is beneden de verwachting, maar er is wel een stijgende lijn te con·

stateren, terwijl de belangstelling bij andere partijen afneemt. En onze strategie · huidige leden werven nieuwe · heeft gewerkt.

Dat geeft ook een zekere garantie, dat je niet al te veel avonturiers binnenhaalt, maar mensen die binding hebben met de partij."

Er staan de komende jaren drie verkiezingen voor de deur. Dat betekent in publicitaire zin veel werk. Wat is de ratio van het schrappen van de functie van de tweede publiciteitscoördinator?

"De beslissing om het DB te ver·

kleinen, heeft niets te maken met doel en aandacht, maar met het volgende. Enerzijds telt het Landelijk secretariaat nu meer professionals in tegenstelling tot twee jaar geleden; toen was er bijna geen staf. Anderzijds voel·

den de HB·Ieden zich als het om belangrijke beslissingen ging op achterstand gezet en wensten zij meer en concreet bij de uitvoe·

ring te worden betrokken." Was het wel een echte beslissing, of is het verwijt terecht dat er onzorg- vuldig met de persoon in kwestie is omgesprongen?

"Er is een en andermaal over ge·

sproken, zelf over nog verdere in·

krimping van het DB. Maar veelal in relatie tot wijziging van het Huishoudelijk Reglement en de Statuten en wellicht is daarom niet iedereen zich van de implica·

ties bewust geweest. Dat verwijt ik mezelf, maar iedereen was er·

bij."

Wat heb je in jouw bestuursjaren als het meest bevredigend erva·

ren? "De plezierige samenwer- king op het Landelijk Secretariaat en het enthousiasme van de men- sen van hoog tot laag, die onder bizarre en moeilijke omstandighe·

den hun werk doen en onder per·

manente werkdruk staan. Er heerst een cultuur waarin geen onderscheid is tussen idealisme en werk. Dat is heel bijzonder."

Marie Louise Tiesinga

(3)

Stratego om kandidatenlijsten begint

De kandidaatstelling voor verschillende verkiezingen opent binnenkort. Het is belangrijk met sterke kandida- tenlijsten uit deze 'stratego' tevoorschijn te komen. Om stemmen te trekken natuurlijk, maar ook met het oog op de samenstelling van evenwichtige fracties.

het wenselijk geweest om

~-... :.}.:>. die drie onderdelen los van

elkaar te bespreken. Dat is veel zuiverder." Voorlopig ziet het er naar uit dat de in- terne verkiezingen uit twee rondes bestaan. In de eerste ronde participeren alle aan- gemelde kandidaten met uitzondering van zittende parlementariërs.

Warmerdam: "Zo kunnen nieuwe kandidaten grotere bekendheid krijgen. Alle le- den krijgen het bekende kandidaten-overzicht en er zullen drie presentatieverga- deringen gehouden worden:

in Noord-, Midden- en Zuid- Nederland. De laatste pre- sentatievergadering valt sa- men met het najaarscongres van 30 oktober. Na de eerste verkiezingsronde gaan er zo'n zeventig kandidaten door voor een tweede ronde.

Als er een stemadvies-com- missie komt, brengt zij voor de tweede ronde een advies uit aan de leden. De leden

Illustraties: Peter van der Vet

De periode waarin interne verkiezin- gen worden gehouden en het samen- stellen van kandidatenlijsten is een spannende en enerverende tijd. Naast de inhoudelijke issues speelt het 'per- soonlijke' een belangrijke rol. Het is de tijd van de schutterende kandidaten tijdens presentatievergaderingen, de ontdekking van opvallende redenaars, het ontwaren van nieuwe politieke ta- lenten en een enkel persoonlijke drama, als een renommee terugvalt.

Voorlopig heeft de Landelijke Verkiezingscommissie de handen vol aan de komende gemeenteraadsverkie- zingen. "Op 18 februari is bekend ge- worden hoeveel afdelingen meedoen aan de gemeenteraadsverkiezingen", zegt Rosernarij van der A voort. "Het zijn er meer dan bij de vorige verkie- zingen." De commissie is verder bezig met de planningen rondom verkiezin- gen van provinciale staten, adviesraad, Europees Parlement en de

Kamerverkiezingen. "We vergroten de dienstverlening", zegt LVC-voorzitter Gert Warmerdam. "Voor de gemeente- raadsverkiezingen adviseren we de lo- kale besturen over de reglementen.

Van het controleren van de reglemen-

ten maken we serieus werk."

Warmerdam is al vier jaar lid van de Landelijke Verkiezingscommissie. Na het congres bestaat de groep nog maar uit vier leden; twee leden treden terug in verband met onverenigbaar geachte functies. "Er zijn maar weinig mensen met belangstelling voor dit werk", zegt Warmerdam nuchter.

Landelijke procedure De taken van de Landelijke Verkiezingscommissie zijn voor het grootste deel instrumenteel te noe- men: het waarborgen van de zorgvul- digheid. Veel procedures liggen vast in het huishoudelijk reglement. Er zijn ook al voorbereidingen gaande voor het samenstellen van de kandidaten- lijst voor de volgende

Kamerverkiezingen. "Op het komende congres moet een beslissing vallen over de landelijke procedure: het al dan niet instellen van een stemadvies- commissie, het profiel waaraan kandi- daten moeten voldoen en wie van de stemadvies-commissie deel uitmaken.

Een ongelukkige gang van zaken", al- dus LVC-voorzitter Gert Warmerdam.

"Als we meer tijd hadden gehad, was

bepalen uiteindelijk de volgorde van de kandidatenlijst. Twintig kandidaten zullen op alle lijsten voorkomen. Er zijn straks vijf lijsten voor de 19 kies- kringen, waarbij elke lijst zal worden aangevuld met tien regionale Kamer kandidaten."

Stemadvies-commissie

Jan de Lange was voorzitter van een stemadvies-commissie. "De leukste job die ik ooit binnen D66 heb gehad", zegt hij met overtuiging.

"Terugkijkend denk ik dat een ding in ieder geval anders moet: er moet meer tijd zijn", aldus De Lange. "Tijdsdruk is vervelend. Bij de laatste verkiezingen hebben we ons werk haastig moeten doen. We hadden drie subcommissies en hebben zo'n vijftien minuten met elke kandidaat gesproken. Naar mijn overtuiging was dat voldoende, maar veel mensen hebben het als te kort er- varen." De zittende Kamerleden zijn vorige keer niet 'voor de commissie verschenen'? De Lange: "Dat is zo. Ik vind dat onzin. Je kunt Tweede- Kamerleden niet als een sollicitant la- ten opdraven ... maar er zijn leden die met dat standpunt moeite hebben."

DEMOCRAAT 3

(4)

4

De stemadvies-commissie oordeelde bij de vorige verkiezingen dat de zittende Tweede-Kamerleden zonder meer ge- schikt waren voor de nieuwe fractie.

"Er was indertijd geen kritiek vanuit de partij op hun functioneren. Nu is er een minder overtuigende situatie", zegt De Lange. Hij is een groot voor- stander van het scouten van nieuw ta- lent. "Je moet de partij goed managen, al is het natuurlijk wel zo dat je geen voorrangsregeling mag teweegbrengen.

Maar ik vind het verstandig om men- sen in beeld te brengen, die zich niet zelf kandidaat zouden stellen. Binnen de partij is nu ook een nieuwe recrute- ringsroute van betekenis: de gedepu- teerden en de wethouders. Niet ieder- een wil doorstromen, maar de enkeling die dat wil brengt tenminste bestuurs- ervaring mee."

Niet te veel specialisten

Oud-partijleider Jan Terlouw: "Iedere politicus moet op den duur kunnen meedoen met alle onderwerpen. Dat kun je niet als je specialist bent. Je hebt in een fractie niet zoveel aan no- toire deskundigen. Ik vind dat een Tweede-Kamerlid bereid moet zijn om elk onderwerp op te pakken. Maar het belangrijkste is dat een fractielid de D66 denkwijze op overtuigende wijze kan uitdragen. Een stemadvies-com- missie zou in de eerste plaats moeten kijken of een kandidaat het vermogen heeft om een politiek oordeel te vellen en of hij of zij dat goed kan verwoor- den. Ik kan er niets aan doen, maar ik denk dat ik daar toch het eerst naar zou kijken." Hij voegt er fluks aan toe dat hij nooit in een stemadvies-com- missie wil zitten. "Hoe kleiner een frac- tie, hoe groter het belang van een goede spreiding over verschillende dis- ciplines. Dat speelt nu wat minder. Ik denk dat het wel verstandig is om te proberen de samenstelling enigszins te sturen. Vlak de invloed van de leden niet uit! Zelf ben ik in de landelijke po- litiek gekomen, doordat de regio lan-

M AAT

delijk is gaan lobbyen. Vanuit de regio was de boodschap: hier hebben wij een goede kandidaat voor de Kamer. Een stemadvies-commissie is verstandig, maar het belang ervan moeten we niet overdrijven", aldus Terlouw. Die op- vatting sluit niet goed aan bij de op- vattingen van Jan de Lange. Hij heeft zorgen over een evenwichtige samen- stelling van de nieuwe fractie. Een nieuwe stemadvies-commissie zou het advies nu kunnen baseren op het spe- cialisme of het beleidsterrein waar kan- didaten voorkeur voor hebben uitge- sproken. De Lange: "Je geeft dan het stemadvies een wat zwaarder gewicht dan gebruikelijk. Ik ben daar wel een voorstander van. Uiteindelijk zijn het toch de leden die de volgorde bepa- len."

Lichtste vorm van sturing

Arthie Schimmel kwam bij de vorige verkiezingen in de Tweede Kamer. Zij besloot indertijd om niet te verschij- nen voor de stemadvies-commissie. "Ik dacht: die mensen kennen me al, ze hoeven mij niet per se meer te zien."

Hoe staat zij nu tegenover een stemad- vies-commissie? "Een stemadvies is de lichtste vorm van sturing die denkbaar is. Het advies is niet bindend. Ik vind het niet onredelijk om zo te proberen variatie in de fractie te brengen. In het stemadvies kan zo'n commissie reke- ning houden met een mix van genera- listen en specialisten." Arthie

Schimmel ontwijkt de vraag of een stemadvies-commissie zich wel of niet moet uitspreken over de kwaliteit van zittende Kamerleden: "Daar heb ik geen oordeel over." Om er aan toe te voegen: "Het is wel verstandig te zor- gen voor een combinatie van verver- sen en continuïteit." Bestaat er binnen de fractie geen 'verborgen agenda' om opvallende talenten of goede bestuur- ders te bewegen zich kandidaat te stel- len? Arthie Schimmel, een beetje la- cherig: "Nee, ik vind dat de partij als geheel en het Hoofdbestuur in het bij- zonder daarvoor verantwoordelijk zijn.

De vraag of je interesse hebt in het Kamerlidmaatschap is ook te individu-

''ia ---

eel bepaald, vind ik. Je kunt veel kri- tiek hebben op onze interne werkwij- zen, maar de nadelen van de systemen bij andere partijen zijn veel groter."

Actiever opstellen

Oud-minister Henk Zeevalking is van oordeel dat het Hoofdbestuur zich te passief opstelt bij het vinden van ge- schikte nieuwe kandidaten voor de Tweede Kamer. "Als je een goede Tweede-Kamerfractie wilt, moet je po- tentiële kandidaten actief benaderen.

Het idee om goede kandidaten te scou- ten, daar zie ik wel iets in. Wat je nu ziet, is dat veellieden wel in zijn voor een baan als minister of staatssecreta- ris, maar dat ze niet in de Tweede Kamer willen plaatsnemen. De honore- ring van een Kamerlid is onvoldoende aantrekkelijk voor mensen die een goede baan hebben. Het is natuurlijk een onzeker bestaan als politicus. De ene dag ben je iets, de volgende mor- gen niets. Ik heb dat zelf een paar keer meegemaakt." Is Zeevalking een voor- stander van een stemadvies-commis- sie? "Bij een stemadvies-commissie ga je de bokken van de schapen scheiden, daar ontkom je niet aan. Als je zo'n commissie instelt, is het van belang dat de procedure zo zorgvuldig moge- lijk verloopt. Een gesprekje van 15 mi- nuten heeft niet veel om het lijf. Je moet kandidaten de gelegenheid geven om zelf naar voren te brengen wat ze belangrijk vinden. Ik vind dat je aller- eerst moet kijken naar de kwaliteit van de kandidaten. Het lijkt mij ook zinvol om de maatschappelijke invloed van kandidaten te bezien en je af te vragen hoeveel stemmen ze trekken. Dat doet D66 te weinig. In het verleden zijn de financieel-economisch specialisten slechts mondjesmaat in de fractie ver- tegenwoordigd geweest. Ik weet niet hoe dat komt, misschien hebben wij van gewoon te weinig van die men- sen ...

Het is in ieder geval zo dat je niet bui- ten enkele specialisten kunt."

Zeevalking is een van de drijvende krachten achter een discussiegroep die de politiek wil vernieuwen. In die groep participeren ook mensen met een andere politieke kleur. "Die groep heeft niets te maken met een onbeha- gen over D66. Ik vind dat de partijen op dit moment te veel achter de kiezer aanlopen, in plaats van eigen ideeën te poneren en te verdedigen. Door die kiezersgerichte denkwijze draai je de boel om, men gaat demagogisch te werk", aldus Zeevalking, die en passant ontkent dat de groep erop gericht is om een VVD-PvdA-D66 kabinet dich- terbij te brengen. "We willen vooral het debat aanzwengelen."

Peter van den Besselaar

(5)

D66 bereidt verkiezingsprogramma voor

"Politieke partijen moeten zich niet meer rijk rekenen"

"Wat je vooral niet moet doen is je rijk rekenen. Dat hebben vrijwel alle politieke partijen in 1989 gedaan.

Ze hebben een veel te optimistisch beeld geschetst, zijn aan alle kanten aan de verkeerde kant van het risico gaan staan. De verkiezingsprogramma's en het regeerakkoord moesten toen door 'tegenvallers' binnen de kortste keren worden herschreven."

Bert Bakker, beoogd voorzitter van de programma-commissie die het verkie- zingsprogramma moet voorbereiden, waarschuwt al bij voorbaat voor een al te zonnige kijk. Hij wil een programma maken "dat de stormen van formaties kan doorstaan, solide, realistisch en be-

In D66 zijn zes werkteams bezig met de voorbereidingen voor het verkiezingsprogramma:

1. de Rode Draad (de 'algemene lijn');

2. Milieu, ruimtelijke ordening en volkshuisvesting;

3. Sociaal-economisch en financieel beleid;

4. Sociaal-cultureel beleid;

5. Bestuur en justitie;

6. Buitenlandse Zaken, Defensie, Ontwikkelingssamenwer- king en het Europees programma.

In ieder werkteam zitten Kamerleden en leden van het Hoofdbestuur, maar de meerderheid van de programma- commissie bestaat uit door het congres gekozen leden.

Tot Pasen verzamelen en selecteren de werkteams alles wat in en buiten de partij aan relevant gedachtengoed be- staat. In mei moet de eerste ruwe opzet klaar zijn. Tot eind juni worden hiaten ingevuld en keuzes gemaakt. Eind au- gustus gaat er een stuk naar de Kamerfracties en het Hoofdbestuur. In september of oktober, als de nieuwste cijfers over de economie er zijn, wordt het concept-pro- gramma meer onderbouwd en half oktober aan het con- gres voorgelegd. In februari wordt het programma defini- tief door het congres vastgesteld en kan de verkiezings- campagne beginnen. De gemeenteraads-verkiezingen zijn in maart en in mei zijn de verkiezingen voor de Tweede Kamer.

trouwbaar." "Maar tegelijkertijd moet het ook helder de ambities en doelstel- lingen van de partij op korte en lange termijn weergeven."

"Dan voorkom je dat je bij elke tegen- valler aan de noodrem moet trekken en steeds nieuwe bezuinigingen moet doorvoeren, zoals het kabinet Lubbers/Kok nu doet. Het programma moet bestand zijn tegen economische schommelingen. En laten we wel we- zen, de vooruitzichten voor de ko- mende jaren zijn niet al te rooskleurig.

Het geld is, meer nog dan vroeger, heel belangrijk geworden", zegt Bakker.

Hij erkent dat D66 vroeger wat minder aandacht aan sociaal-economische en financiële vraagstukken heeft besteed dan wenselijk was. "Dat heeft te ma- ken met de identiteit van de partij; die heeft vooral te maken met de relatie overheid/burger en het democratisch bestel en als gevolg daarvan was het geld minder overheersend. D66 heeft, minder dan de PvdA, een traditie in de sociaal-economische discussie."

"Maar natuurlijk was het ook niet zo dat alles braak lag. D66 heeft de laatste 10 tot 15 jaar wel degelijk veel werk gemaakt van economische vraagstuk- ken. Alleen ging het hart van de dis- cussie daar niet over. Dat maakte ons kwetsbaar. Nu staan sociaal-economi- sche vragen in het nieuwe programma niet meer op zichzelf, het is een onder- deel geworden van alle discussies, het loopt overal doorheen."

Rode draad

Bakker stelt dat de rode draad in het verkiezingsprogramma toch een an- dere is. "Namelijk: wat zijn de grote vragen van deze tijd? In dat verband zijn vier discussies volgens mij van groot belang. Die over de relatie over- heid/burger, over duurzame ontwikke- ling en ook over het sociaal stelsel en de minderheden. Vooral daarover gaat het de komende jaren. Daar zitten de belangrijkste problemen en daar moe- ten we ons op storten."

"Neem nu duurzame ontwikkeling.

D66 is daar intensief mee bezig ge- weest. Dat is mooi, maar nog niet ge- noeg. We moeten de sprong voor- waarts maken. Het gaat vooral om de vertaling naar concrete maatregelen.

En dan de relatie overheid/burger, daarvoor geldt eigenlijk hetzelfde: D66 heeft daar traditionele denkbeelden over. Het gaat erom die te vertalen naar de komende vier jaar. Wat bete- kent dat voor de overlegeconomie? En voor de regelgeving die niet meer te handhaven is? De richting is dat de overheid in een crisis verkeert. De vraag is nu hoe je tot besluiten komt

waarin de maatschappelijke opvattin- gen beter weerspiegeld worden en waarin de regels te handhaven zijn."

Volgens Bakker gaat het er in het nieuwe sociale stelsel om dat de mens zelf meer keuzes kan maken in zijn pakket van sociale zekerheid. "Meer keuzevrijheid en dus meer verantwoor- delijkheden. Je wordt direct geconfron- teerd met de financiële consequenties van je gedrag. Uiteraard moet je wel de solidariteit handhaven voor mensen die niet in staat zijn om hun verant- woordelijkheid te nemen. Het gaat na- tuurlijk over de vraag wat nu de beste verdeling van verantwoordelijkheden is tussen overheid, sociale partners en de burgers."

Gekozen leden

Met al dit soort vragen zijn de werk- teams nu bezig. Deze werkteams be- staan voor het grootste deel uit door het congres gekozen leden. Maar de Kamerleden en de leden van het Hoofdbestuur zitten er ook in en zijn dus gedwongen in een vroeg stadium mee te doen.

Bakker: "Het is belangrijk dat er profes- sionals in zitten, maar doordat de meerderheid uit gekozen leden bestaat en doordat het congres een flinke vin- ger in de pap houdt, kan het verkie- zingsprogramma meer dan tot nu toe een afspiegeling worden van de ge- dachten uit de partij."

In de peilingen staat D66 al geruime tijd op pakweg 30 zetels. Veel mensen tonen zich bereid werk voor de partij te verrichten, uit enthousiasme, inte- resse of misschien ook om opportunis- tische redenen. De kans op een zetel in de Tweede Kamer is nu immers groter dan ooit. Is er mede daarom sprake van een stormloop op de werkteams?

Bert Bakker, geamuseerd: "We hebben inderdaad geen moeite om mensen te vinden."

Martin Voorn

DEMOCRAAT 5

(6)

Renovatie of nieuwbouw bij bir

Binnen D66 lijken de standpunten over reorganisatie van het binnenlands bestuur, onderwerp op het congres in Amersfoort van 20 maart, nogal uiteen te lopen. In het betreffende congresstuk (Democraat november 1992) en in de aanvullende notititie van een aantal fractievoorzitters uit de Staten (Demo- craat januari 1993) worden aanvankelijk verschillende wegen ingeslagen.

1 Toch blijken de betrokkenen elkaar uiteindelijk redelijk te kunnen vinden.

Zowel het congresdocument als de no- titie van de fractievoorzitters uit de Staten gaan uit van dezelfde analyse van de huidige organisatie van het bin- nenlands bestuur. Twee problemen staan daarbij centraal. Allereerst de knellende positie van de grote steden, de grote vier in de Randstad voorop.

De bestuurlijke grenzen waarmee deze steden te maken hebben, sluiten niet langer aan op de maatschappelijke werkelijkheden die zich voordoen. De 'inhoudelijke maat' van zaken als volkshuisvesting, bedrijfsterreinen, in- frastructuur, enzovoort, vraagt om een andere, grotere 'bestuurlijke maat'.

Een ander probleem is de ondoordring- bare warwinkel van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, functionele regio's en gedeconcentreerde rijksdien- sten, waarvan het democratisch ge- halte te wensen overlaat. Deze santen- kraam doet zich niet alleen voor in de grote steden, maar in het gehele land.

De analyse van de problemen laat geen grote verschillen zien en de verschil- lende oplossingen vertrekken dan ook in aanleg van hetzelfde spoor. Voor zo- ver het de grootstedelijke gebieden be- treft sturen zowel het congresdocu- ment als de notitie van de fractievoor- zitters aan op de vorming van rechtstreeks gekozen regiobesturen.

Ook is er consensus over het takenpak- ket van de regio's in de grootstedelijke gebieden. Het gaat dan in het congres- document om bevoegdheden rond ruimtelijke ordening en volkshuisves- ting, milieu, verkeer en vervoer, en economische zaken. In de notitie van de fractievoorzitters staat dat het voor de grote agglomeraties waarschijnlijk nodig is veel en belangrijke bevoegd- heden naar het regionale niveau over te hevelen.

Directe leefomgeving

Het congresdocument ziet de ge- meente als 'basiscel', als een vitale kerneenheid binnen onze bestuurs- structuur. Als het uitgangspunt van 'de burger dicht bij het bestuur' ergens ge- realiseerd kan worden, dan is het wel op dit niveau. De gemeente zal zich

AT

vooral richten op de directe leefomge- ving van de inwoners. Het gaat dan om zaken als onderwijs, sport, recre- atie, welzijn, cultuUr, sociale aangele- genheden, onderhoud wegen en groen. Uitgangspunt bij dit alles is het motto: lokaal wat lokaal kan, regionaal wat regionaal moet. Verder hebben de gemeenten een belangrijke rol bij de uitvoering van het regionaal beleid.

De fractievoorzitters plaatsen daarbij een kanttekening. Krijgen de gemeen- ten vooral verzorgende en uitvoerende taken en wordt op regionaal niveau vooral het beleid bepaald, dan is het de vraag of nog wel gesproken kan wor- den van echte gemeenten. Kan bij deze toedeling van taken en bevoegdheden überhaupt nog wel gesproken worden

van een aparte bestuurslaag, vragen de fractievoorzitters zich af.

· In beide visies wordt aan betekenis- volle gemeenten in ieder geval grote waarde gehecht. Uiteraard kan dit be- grip op meerdere manieren worden in- gekleurd, en kan verschillend worden gedacht over welke taken en verant- woordelijkheden nodig zijn om het etiket 'bestuurslaag' te verdienen. De keuze voor regionale sturing verkleint op een aantal terreinen duidelijk de in- vloed van gemeenten. Maar ook in de huidige situatie kunnen gemeentebe- sturen vaak geen reële beleidskeuzes maken. De verwevenheid, zo niet af- hankelijkheid, van hogere regelgeving en van besluiten van andere, bovenlo- kale besturen is daarvoor in veel geval- len te groot.

Grote steden

Een belangrijk verschil tussen het con- gresdocument en de visie van de frac- tievoorzitters uit de staten betreft de aanpak voor de rest van Nederland. De fractievoorzitters betogen dat de pro- blematiek vooral de grote steden aan- gaat. Het is volgens hun niet nodig of

(7)

1enlands bestuur

De ondoordringbare warwinkel van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, functionele regio's engedeconcentreerde rijksdiensten is een probleem in het hele land.

'· wenselijk heel Nederland op de schop te nemen. Het is waarschijnlijk al moeilijk genoeg om voor de grote ste- den daadwerkelijk iets te bereiken.

Het congresdocument gaat nadrukke- lijk verder wat betreft de ondoorzich- tige tussenlaag. De brei van gemeen- schappelijke regelingen, functionele regio's, enzovoort, kan eigenlijk alleen met regiovorming worden aangepakt.

De noodzaak om bijvoorbeeld de nieuwe politieregio's te laten aanstu- ren door democratisch gelegitimeerde besturen geldt niet alleen voor de grootstedelijke gebieden, maar onver- , kort voor het gehele land. Kernpunt in

het congresdocument is dan ook de keuze voor regio's, maar wel gekoppeld aan de vrijheid om van onderop vorm te geven aan die regio's. Vrijheid ten aanzien van omvang - en dus aantal -, tijdpad en takenpakket. Maar besluit- vorming - op enig moment - van bo- venaf is noodzakelijk, om een institu- tionele eenheid in het land te bewa- ren .

. ·De keuze voor regio's in het congres- . document werpt volgens de statenfrac-

tievoorzitters de vraag op wat er ge-

• daan moet worden met zaken die zich op andere en grotere schaalniveaus af- spelen. Niet alle sociale processen laten zich immers probleemloos voegen in de nieuwe regio's. De 'inhoudelijke maat' wijst op een aantal terreinen naar een grotere 'bestuurlijke maat' dan de gedachte regio's. De fractie- voorzitters signaleren dat het congres- stuk te kort door de bocht gaat bij de toedeling van grootschalige verdelings- en ordeningsbevoegdheden, zoals mi-

1 lieubeleid en waterhuishouding. De

• fractievoorzitters vrezen een ongebrei- delde centralisatie. Van het landelijk niveau verwachten zij weinig heil, om-

/,dat de democratische controle op dat

· niveau gebrekkig is. Er dreigt veramb- telijking en technocratie. De fractie- voorzitters betogen dat er tussen het lokaal-regionaal niveau en het lande- lijk niveau ruimte is voor provincies en/ of landsdelen. In ieder geval wordt van de mogelijkheid tot vorming van landsdelen in het congresdocument te snel afstand genomen.

Drie volwaardige bestuurslagen Het congresdocument meent dat er geen ruimte is voor landsdelen.

Nederland is goed bediend met drie

! volwaardige bestuurslagen, uiteraard met rechtstreeks gekozen besturen. Het moet mogelijk zijn de overheidstaken in dit land met drie bestuurslagen naar behoren te vervullen. Onmisbaar in het bestuurlijke bouwwerk van Nederland zijn in ieder geval de ge- meenten. Vervolgens komen dan de regio's. Juist de komst van krachtige re- gio's laat te weinig substantiële taken over om een vierde bestuurslaag te rechtvaardigen. En landsdelen zitten bovendien te dicht onder het rijksni- veau, de derde bestuurslaag. Afstappen van drie bestuurslagen leidt tot be- stuursverdichting met alle gevolgen van dien: extra bureaucratie en on- overzichtelijkheid, zowel voor burgers als bestuurders. Het congresstuk gaat er overigens niet vanuit dat de gekozen indeling tot grootschalige centralisatie zal leiden. Integendeel, regionalisering is een voorwaarde om decentralisatie een echte kans te geven.

Decentralisatie naar provincies, en ze- ker naar landsdelen, is voor het rijk immers te bedreigend. Dat blijkt ook uit de recente teleurstellingen van de provincies met het rijk.

Daarnaast wijst het congresdocument

er op dat een aantal grootschalige ta- ken eigenlijk nu al op landelijk niveau worden aangestuurd. De planning van bijvoorbeeld grootschalige infrastruc- tuur (Betuwelijn, TGV) en de invulling van de (hoofd)lijnen van de ruimte- lijke ordening (Vinex) vindt plaats op rijksniveau .

. Er bestaat behoefte aan grensover- :. schrijdende samenwerking op regio-

naal niveau (Euregio's), zo vermeldt het congresdocument. Gewaakt moet worden voor bestuursverdichting, aan- gezien deze regio's niet in de plaats tre- den van provincie of regio. Het congr- esdocument beveelt aan deze proble- matiek in Europees verband nader te bezien. De fractievoorzitters op hun beurt ontwaren een tendens naar de- mocratisch gekozen grootschalige be- sturen in Europa. De keuze voor regio's spoort naar hun opvatting niet met deze ontwikkeling. De grensoverschrij- dende samenwerking wordt er door be- moeilijkt.

Waar het allemaal op uit zal lopen, is nog een grote vraag. Het lijkt verstan- dig om op het voorjaarscongres een heldere route uit te zetten, zonder daarmee de verdere gedachtenvorming te laten stollen. Onmiskenbaar staat het congres voor een aantal wezenlijke keuzes. De eerste en beslissende keuze is die tussen een aanpak die zich be- perkt tot de grootstedelijke gebieden en een aanpak die zich richt op een in- tegrale herinrichting van het bestuur- lijk veld. Kiest het congres in afwijking van het congresstuk voor de beperkte variant, dan moet wel duidelijk wor- den hoe de bestaande tussenlaag van regelingen en functionele regio's moet worden aangepakt. Kiest het congres 1 voor de lijn van het congresstuk, en

dus voor regiovorming op zekere ter- mijn voor het gehele land, dan moet er in ieder geval meer duidelijkheid ko- men over de bovenregionale schaal- problemen. Wellicht dat voor de beno- digde interregionale afstemming vol- staan kan worden met eenvoudige samenwerkingsverbanden. Een derge- lijke oplossing ligt in het verlengde van het congresdocument. Een verder- gaande stap is uiteraard een ontwikke- ling in de richting van landsdelen.

Ook daarover zou het congres een rich- ting moeten aangeven. De zet is nu aan de congresbezoekers.

Ruud Hessing Statenlid Zuid-Holland

DEMOCRAAT 7

(8)

Het ROA en 066

Met de democratische legitimiteit van het Regionaal Orgaan Amsterdam (ROA), een gemeenschappelijke rege- ling die op 30 juni 1992 in werking is getreden, is het naar D66-begrippen slecht gesteld. Niet alleen als het gaat over de uitwerking van taken en be- voegdheden, maar ook waar het de partij-politieke opstellingen in dit re- gionaal bestuur betreft. De ROA-raad is niet rechtstreeks gekozen maar bestaat uit leden voortkomend uit de huidige gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. En dat terwijl de ROA rui- mere bevoegdheden heeft dan de tot dusverre werkende gemeenschappe- lijke regelingen. Er worden niet alleen gemeentelijke, maar ook provinciale- en rijkstaken naar het ROA overgehe- veld. Zoals belangrijke taken op het ge- bied van ruimtelijke ordening, volks- huisvesting en verkeer en vervoer. De partij-organisatie in de provincie Noord-Holland heeft nu, om te voor- komen dat in de toekomst de afde- lingsbesturen en de kiezer met betrek- king tot het ROA aan de kant blijven staan, voor de 066-ROA-fractie een be- stuurlijke tegenhanger, de subregio ROA, ingesteld. Er is inmiddels een in- terimbestuur gekozen. In samenwer- king met de regiofractie zal een pro- gramma worden opgesteld om de acti- viteiten van D66 in het ROA te kunnen toetsen. Dit programma zal als bijlage worden toegevoegd aan de

plaatselijke programma's voor de ge- meenteraadsverkiezingen van 1994.

Voortaan zullen D66-afgevaardigden in de regioraad worden gekozen in de algemene afdelingsvergadering van de verschillende afdelingen op voordracht van de fracties. Op zaterdag 30 januari van dit jaar is in Amsterdam de eerste ledenvergadering van de subregio ROA gehouden. Er is daar een programma- commissie gekozen en men heeft zich gebogen over de hoofdlijnen van het RegionaalVerkeers-en Vervoersplan voor de regio Amsterdam. Als belang- rijkste kritiekpunten kwamen naar vo- ren: te weinig aandacht voor de mi- lieu-aspecten, onrealistische kijk op de mogelijkheden van verdubbeling van het openbaar vervoer, te weinig psy- chologische prikkels om tot gedrags- verandering ten aanzien van het auto- gebruik te komen, differentiatie van de tarieven van het openbaar vervoer moet eerst beter worden onderzocht en de mogelijkheden van carpoolen moeten beter worden uitgebuit. De be- langrijkste vraag is nog opengebleven, te weten wat de vertaling moet zijn van ons principe dat economische groei binnen de grenzen van duur- zaamheid moet worden gerealiseerd.

De voorziene groei van de economie in de regio gekoppeld aan de groei van Schiphol, brengt onvermijdelijk een voor het milieu onaanvaardbare belas- ting mee.

Marie Louise Tiesinga

Provincie, een verguisde bestuurslaag

De reorganisatie van het binnenlands t ken voor het wellaten doorgaan van bestuur verhit de gemoederen, ook , de discussie over bestuurlijke reorgani- binnen D66. Houden wij provincies of ; satie op het congres in maart, maar krijgen wij 20 tot 25 bestuursregio's? Er · ook voor verschuiving van de defini- ontstaan twee kampen: de provincief- tieve besluitvorming naar het najaar.

reaks en de regiofreaks. En freaks zijn Flevoland ziet zijn voortbestaan overi- per definitie gevaarlijk als het om dit gens bedreigd door de plannen van de soort belangen gaat. Jan van der Hiele, beide bewindsvrouwen van

statenlid voor D66 in Noord-Holland, Binnenlandse Zaken Almere uit deze schreef daarover in de Volkskrant van provincie los te weken. De motie uit 2 februari van dit jaar dat je eerst dui- Flevoland lijkt zinnig, aangezien de delijkheid moet hebben over het opti- inkt van het plan van de regering nog male bestuurlijke middenniveau alvo- nat is en binnen D66 de meningen rens verder te filosoferen over de bij de nog lang niet zijn uitgekristalliseerd.

'takenschaal' passende geografische Inmiddels heeft de raad van Almere al omvang en begrenzing van regionale aan Den Haag laten weten dat zij hun eenheden en het gewenste aantal er- relatie met het Regionaal Orgaan van. En zo verstandig zijn ook anderen Amsterdam (ROA) slechts als een tune- in de partij. De subregio Amsterdam tionele zien en dat zij deel zijn en blij- sprak op 30 januari van dit jaar in een ven van Flevoland, waardoor aan het motie uit dat naar het aantal gewenste draagvlak van deze provincie niet be- landsdelen, de diversiteit daarvan en hoeft te worden getwijfeld. Dat pro- het beperkte aantal taken nader onder- bleem is dus opgelost.

zoek noodzakelijk is. In Flevoland heeft men zich in een motie uitgespro-

8 DEMOCRAAT

Marie Louise Tiesinga

-

Een beetje zwanger

Buiten het circuit van beleidma- kers en politici zijn er weinig mensen voor wie 'duurzame ont- wikkeling' betekenis heeft. Breng het maar eens ter sprake: de re- spons valt tegen! In de brochure- reeks 'Ideeën' van het Weten- schappelijk Bureau is een special verschenen over duurzame on!·

wikkeling. De econoom Adriaan Brouwers stelt dat er nog nauwe- lijks is nagedacht over de prakti·

sche, bestuurlijke en politieke im·

plicaties. "Wie een begaanbare weg zoekt in een mijnenveld van tegenstrijdigheden, wordt vrien- delijk verzocht om niet verder te lezen", zo begint Brouwers zijn bijdrage. Hij geeft tips hoe de Nederlandse politiek duurzame groei tot een expliciete dimensie van het beleid kan maken.

Plannen moeten volledig worden uitgewerkt, zodat ze ook maatre- gelen bevatten die uitvoerbaar blijven onder slechte economi·

sche omstandigheden. Ook moe·

ten partijen hun programma vooraf laten gaan door een prakti·

sche lange termijn visie, met daarin de samenhang van pro- grammapunten en prioriteiten als keuzes moeten worden gemaakt.

Brouwers is een idealist, dat blijkt.

De vraag hoe duurzame ontwikke·

ling gestalte zou moeten krijgen, blijft in de plezierig leesbare bro- chure een beetje in de lucht han- gen. De politici zijn zelf te zeer deel uit gaan maken van het eco- nomisch systeem, staat in een bijdrage. Zij vormen geen tegen- macht, maar zijn 'aandeelhou- ders' in de economische hegemo- nie. Jan Paul van Soest schrijft:

"Echte veranderingen komen al·

leen vanuit de basis van de sa- menleving tot stand. Durven de maatschappelijke organisaties voor zo'n concept de handen in·

een te slaan?". Dick Tommei zegt dat de traditie ("We hebben het altijd zo gedaan") een onderschat fenomeen is, dat de groei naar duurzame ontwikkeling tegen- werkt. "Je kunt niet een beetje duurzaam ontwikkelen", stelt Tommel. "Het is net als zwanger zijn: je bent het of je bent het niet." Voorlopig ziet het er naar uit dat de samenleving toch nog maar een beetje zwanger is van de gedachten over duurzame ont- wikkeling ...

Peter van den Besse/aar

(9)

BIJLAGE

INHOUD

Wetenschappelijk Bureau Scholing en vorming Congres

Bon congresboek Brieven

Congres nieuwe stijl

p. 2 p. 4

p. 5 p. 11 p. 12

Het najaarscongres zal in geheel vernieuwde vorm plaats gaan vinden op 30 en 31 oktober 1993.

Naast de gebruikelijke congres-zaken zijn er talloze andere activiteiten zoals fringe-meetings,

bedrijfspresentaties, wethoudersoverleg, campagne- overleg, voorlichtingsactiviteiten,

kandidatenpresentaties en op zaterdag-avond een feest.

Kortom, een congres dat laat zien dat bestuurlijke vernieuwing ook binnen D66 vorm heeft gekregen.

Wilt u zeker zijn van een hotelkamer in het congrescentrum zelf, dan kunt u nu al boeken.

De prijzen zijn (inclusief ontbijt) 78,50 gulden voor een één-persoonskamer, 107,- gulden voor een tweepersoonskamer en 25 gulden voor het diner.

Reserveren is absoluut noodzakelijk: er zijn slechts 200 bedden.

U kunt bellen met het congrescentrum Koningshof te Veldhoven, 040-537475.

Meer informatie over de opzet en inhoud van het congres nieuwe stijl kunt u krijgen op het congres van 20 maart.

·congres oude stijl•

Op zaterdag 20 maart 1993 vindt AL V 56 plaats in congrescentrum de Flint in Amersfoort.

Meer informatie over het programma, de

vergaderstukken, de vacatures, de HB-voorstellen, de Landelijke verkiezingscommissie, de

stemadviescommissie, de motie Schiphol, de kinderopvang en de routebeschrijving vindt u, samen met een bon voor het congresboek in deze bijlage vanaf pagina 5.

PARTIJ AGENDA

Gegevens over algemene afdelings- en regiovergaderingen, politieke bijeenkomsten en cafés, enzovoort, kunt u sturen aan

Landelijk Secretariaat D66, Jeroen Nugteren, Bezuidenhoutseweg 195, 2594 AJ Den Haag. De sluitingsdatum voor de volgende Democraat is 9 maart.

01-03-93 Machteld Versnel,

afdelingsvergadering D66 Hilversum 01-03-93 Gerrit Ybema,

afdelingsvergadering D66 Leeuwarden 02-03-93 Jacob Kohnstamm,

politiek café D66 Landsmeer 03-03-93 vergadering regio D66 Utrecht 04-03-93 o.a. Doeke Eisma, W.L. Brugsma,

prof. Von der Dunk,

regionaal podium over Europa, Domplein 4, Utrecht, 20.00 uur 04-03-93 Aad Nuis,

afdeling D66 Dokkum

06-03-93 Jacob Kohnstamm, Jonge Democraten, workshop over euthanasie en forum over medische ethiek, 10.30- 17.30 uur.

08-03-93 Louise Groenman, Vrouwenraad Voorburg

11-03-93 Hans van Mierlo, M. Patijn, Bob van den Bos, L. Wecke, Leonard Onstein (voorzitter), regionaal podium Noord-Holland, o.a.: 'Kunnen wij de vrede aan?', in Felix Meritis, Amsterdam, 20.00 uur, informatie: 020-6171178

11-03-93 Gerrit Ybema,

forum economische ontwikkeling, Leeuwarden 13-03-93 Jacob Kohnstamm,

forum-debat over medisch-ethische kwesties, regio D66 Groningen

18-03-93 Gerrit Jan Wolffensperger, afdeling D66 Schoonhoven

22-03-93 o.a. minister Andriessen, Pim Fortuyn, Arie van der Zwan,

'Industriebeleid in Nederland, hoe en waarom?',

Jonge Democraten, JOVD, CDJA en JS Rotterdam

29-03-93 Gerrit Jan Wolffensperger,

forum over vluchtelingenbeleid in het gemeentehuis van Geldermalsen 01-04-93 Emancipatie-netwerk,

Utrecht 03-04-93 Gerrit Ybema,

Jonge Democraten, Boxtel 05-04-93 Aad Nuis,

onderwijs, afdeling D66 Haarlem

24-04-93 Statendag Bestuurdersvereniging, Amersfoort

(10)

WETENSCHAPPELIJK BUREAU

Ideeën,

de brochurereeks van de SWB

Duurzame Ontwikkeling

De SWB heeft een aantal mensen gevraagd hun deskundigheid in te zetten ten behoeve van een brochure. Het is een interessante én fraaie tekstenbundel geworden en om over de fotografie nog maar te zwijgen ...

De verschillende kanten van het vraagstuk worden belicht" en met name wordt aandacht geschonken aan de vraag hóe bereikt kan worden, wat bereikt moet worden.

Auteurs zijn Jan Paul van Soest, Ad van den Biggelaar, Carl Koopmans, Marjan Peeters, Dick Tommei en Allan Varkevisser.

Referenda en politiek

Binnenkort zal in de reeks Ideeën een brochure verschijnen over referenda en politiek (werktitel).

Vanuit verschillende invalshoeken wordt de referendaproblamatiek behandeld. Geschreven wordt over de mogelijkheden van vergroting van participatie en initiatieven van burgers in de lokale politiek, de verschillende vormen van politieke participatie en maatschappelijke veranderingen die daarop van toepassing zijn. In een interview wordt ingegaan op burgerschap en liberalisme in relatie tot het referendum.

Bijdragen komen onder meer van Pieter Fokkink en Theo Hooghiemstra, R. Hillebrand, H.J. van Houten, Nicky van 't Riet, ldo de Haan. Siep Stuurman wordt over dit onderwerp geïnterviewd.

SWB Cahier

Denken over democratie - van forum naar partnership

door H.J. van Houten

Nieuwe partcipatievormen ontstaan en stellen het proces van maatschappelijke deelname zelf ter discussie. De participanten doorbreken de van boven opgelegde orde doelbewust en maken de democratische spelregels tot inzet van het spel.

Bestel dit cahier nu vast, het kost f 10,- exclusief verzendkosten.

2

IDEE nummer 1

In het eerste nummer van Idee van 1993 wordt veel aandacht aan Europa besteed. Bob van den Bos belicht het Maastricht-proces in D66 perspectief.

Kees Breed betoogt dat Binnenlands Bestuur en 'Europa' een verandering van de bestuurscultuur nodig maken. Duitsland dient zich aan als 'natuurlijke' bondgenoot van Nederland in de verwezenlijking van het Europese ideaal. Frits Herman de Groot en Bob de Ruiter schrijven hierover. En Hans Glaubitz gaat in op wat de

· gemeenschap doet, (nog) niet doet en wat haar te wachten staat, in verband met Oost-Europa.

Van Novib-medewerker Jan Klugkist vindt u een artikel over het nieuwe GA TT -akkoord en de gevolgen daarvan voor de economieën in de armste landen van de wereld. Felix Frankfurther en Jan de Lange vragen zich tenslotte af of het vormen van regiobesturen wel de oplossing is voor veel bestuurlijke problemen. De column gaat over de rivierdijkverzwaringen en de retoriek er omheen!

GRAAG ONTVANG IK::

[ 1 De brochure Duurzame Ontwikkeling,

f 19,50 excl. porto

( 1 De brochure Referenda en politiek,

f 19,50 excl. porto

( 1 Het cahier Denken over democratie,

f 10,- excl. porto

( ) Het cahier Relatie en Huwelijk,

f 8,- excl. porto

(Wacht met betalen, u ontvangt een acceptgiro) SWB, Bezuidenhoutseweg 195,

2594 AJ Den Haag, 070-3858303

Naam ... ..

Adres ... . Postcode ... . Woonplaats ... ..

bijlage Democraat nr. 2, 1993

(11)

I

WETENSCHAPPELIJK BUREAU

Partijen uit de Tijd?

Conferentie over de rol en de plaats van politieke partijen

Oe wetenschappelijke bureaus van CDA, 066, PvdA en WO organiseren in samenwerking met de Thorbecke Vereniging een studieconferentie. Het onderwerp van de conferentie is de rol en de plaats van de politieke partijen.

Welke aanknopingspunten kan een politiek-culturele analyse opleveren bij het zoeken naar zinvolle betrekkingen tussen politieke partijen en de maatschappelijke omgeving? Hoe kan het contact tussen bevolking en politieke partij opnieuw inhoud krijgen? Nieuwe begrippen en werkwijzen zullen nodig blijken. Daar wordt over gesproken op de conferentie.

Oe conferentie vindt plaats op vrijdag 26 maart.

Programma

Dagvoorzitter: J.Th.J. van den Berg.

10.00 uur Opening door de voorzitter van de Tweede Kamer, W. Deetman 10.15 uur De continentaai-Europese politieke partij. Een historisch-

sociologische analyse. Inleiding door J.A.A. van Doorn.

10.45 uur Politieke partijen en hun vermogen tot probleem- en programmaformulering.

Bijdragen van J. van Gennip, P. Kalma en E. Schuurman.

11 .30 uur Pauze.

12.00 uur Podiumgesprek door J. van Gennip, K. Groenveld, P. Kalma, Chr. de Vries, H. van den Berg en E. Schuurman.

Gespreksleider: M. de Bok.

13.00 uur Lunch.

14.00 uur Politieke partijen tussen Europa en de regio: veranderingen in de institutionele context.

Inleidingen door R.A. Koole en J.J. Vis.

Korte repliek.

15.15 uur Pauze.

15.40 uur Podiumgesprek door I. Brouwer, P. Bordewijk, F. ldenburg, F.A.

Wijsenbeek en A Zijderveld.

Gespreksleider: W. Derksen 16.40 Epiloog door de dagvoorzitter.

Oe kosten van de studieconferentie bedragen f 50.=. De conferentie wordt gehouden in het Jaarbeurscongrescentrum in Utrecht. U kunt zich aanmelden door overmaking van f 50.= op giro 3961449 t.n.v.

Wetenschappelijk Instituut van het CDA, o.v.v. conferentie Partijen uit de tijd? Informatie over de bijeenkomst kunt u vragen bij:

Wetenschappelijk Instituut van het CDA, Dr. Kuyperstraat 3-5, 2514 BA Oen Haag telefoon 070- 3424888

bijlage Democraat nr. 1, 1993

Een abonnement op Idee kost 66 gulden per jaar (zes nummers).

Voor een los nummer betaalt u 15 gulden (excl. portokosten).

Vul de bon in en stuur hem naar:

SWB-066

Bezuidenhoutseweg 195 2594 AJ Den Haag

Naam:

Straat:

Pc en Plaats

I

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tijd om rustig aan het werk te gaan, is er niet: op haar eerste werkdag in de senaat vindt het debat over integriteitsregels voor Eerste Kamerleden plaats, waar recent veel over

Het toerisme is belangrijk voor ons; daarnaast zijn we ook een heel industriële regio, met veel innovaties op het gebied van circulaire economie, energietransitie en in onze

“Het handelscomponent is aan de ene kant een verdienvermogen voor Nederland, maar wel op een manier die duurzaam is. Je kijkt en handelt vanuit het perspectief van de

Concreet betekent dat deze keer: blijft uw gemeente een plek waar mensen voor elkaar zorgen, elkaar weten te vinden en waar onze kinderen goed onderwijs genieten?. Een plaats

Ook op het gebied van de de aanstellingswijze van de burgemeester (zie p. 40), softdrugsbeleid (experimenten met regulering wietteelt), integratie en opvang van vluchtelingen

Ik vind dat je dat moet vertalen naar actie.” Wel vindt ze het jammer dat er niet meer mensen gekomen zijn; de afdeling heeft ten slotte een kleine honderd leden.. “Het is

Wat is jouw boodschap aan onze achterban, aan al onze leden? “Iedereen. En nu is het moment. Heb je geen tijd om te helpen met de campagne? Hang dan in elk geval die poster voor

Het gaat er niet alleen om wat er letterlijk in een verkiezingsprogramma staat, maar ook om de vrijheid die de Tweede Kamerfractie heeft om te onderhandelen en om aan te voelen