ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B9-0453/

RE\1238991NL.docx PE696.048v01-00

NL

NL

Europees Parlement

2019-2024

Zittingsdocument

B9-0453/2021 13.9.2021

ONTWERPRESOLUTIE

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de

Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid

ingediend overeenkomstig artikel 132, lid 2, van het Reglement over de situatie in Afghanistan

(2021/2877(RSP))

Jaak Madison, Anna Bonfrisco, Marco Campomenosi, Susanna Ceccardi, Maximilian Krah, Jörg Meuthen, Tom Vandendriessche, Harald

Vilimsky, Marco Zanni, Bernhard Zimniok namens de ID-Fractie

PE696.048v01-00 2/6 RE\1238991NL.docx

NL

B9-0453/2021

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Afghanistan (2021/2877(RSP))

Het Europees Parlement,

– gezien het Noord-Atlantisch Verdrag van 1945,

– gezien de resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties over Afghanistan, met name resolutie 2593(2021) van 30 augustus 2021,

– gezien de Verklaring EU-Turkije van 7 maart 2016, – gezien zijn eerdere resoluties over Afghanistan,

– gezien de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger (VV/HV) van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 14 september 2021 over de situatie in Afghanistan,

– gezien de verklaring van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 12 augustus 2021 over de toestand in Afghanistan,

– gezien de persverklaring van de VV/HV, Josep Borrell, over Afghanistan tijdens de informele bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken op 3 september 2021, waarin hij de voorwaarden voor overleg met de Taliban uiteenzet,

– gezien de verklaring van premier Janez Janša, fungerend voorzitter van de Europese Raad, van 22 augustus 2021,

– gezien het “Akkoord voor de totstandbrenging van vrede in Afghanistan tussen het Islamitisch Emiraat Afghanistan, dat door de Verenigde Staten niet als staat erkend wordt en bekend staat als de Taliban, en de Verenigde Staten van Amerika”,

overeengekomen in februari 2020 in Doha, waarin voorwaarden voor de terugtrekking van de Verenigde Staten uit Afghanistan in mei 2021 zijn vastgelegd,

– gezien de verklaring van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 31 augustus 2021 over de toestand in Afghanistan,

– gezien artikel 132, lid 2, van zijn Reglement,

A. overwegende dat de inzet in het Afghaanse conflict van een NAVO-bondgenootschap van 38 landen in 2001 van start ging, met het inroepen van artikel 5 van het NAVO- Verdrag;

B. overwegende dat het twee decennia durende conflict in Afghanistan aan 3 609

militairen van de legers van de bondgenoten en het Amerikaanse leger het leven heeft gekost; overwegende dat het conflict tevens het leven heeft gekost aan 66 000

Afghaanse nationale militairen en politiemensen, 47 245 Afghaanse burgers, 444 hulpverleners en 72 journalisten;

RE\1238991NL.docx 3/6 PE696.048v01-00

NL

C. overwegende dat de haastige, slecht voorbereide en lukrake terugtrekking van de VS uit Afghanistan onder leiding van president Biden in augustus 2021 heeft geleid tot

chaotische evacuatie-pogingen en Europa onder aanzienlijke druk heeft gezet om burgers en personeel te evacueren voordat de Taliban de volledige controle over de luchthaven van Kaboel zou overnemen;

D. overwegende dat een lid van Islamitische Staat in de Provincie Khorasan (ISIS-K) op 26 augustus 2021 een zelfmoordbom heeft laten ontploffen op de luchthaven van Kaboel waarbij 13 Amerikaanse soldaten om het leven zijn gekomen op een totaal van 175 slachtoffers; overwegende dat de VS op 27 augustus 2021 als represaille een luchtaanval heeft uitgevoerd waarbij naar verluidt twee “prominente” leden van ISIS-K zouden zijn gedood en tien burgers zouden zijn omgekomen, waaronder zeven

kinderen;

E. overwegende dat sinds de machtsovername door de Taliban duizenden Afghanen proberen Afghanistan te ontvluchten; overwegende dat de VS een akkoord met Albanië en Kosovo zijn overeengekomen om ongeveer 6 000 Afghanen tijdelijk onderdak te bieden voordat zij naar de VS reizen zodra hun documenten gecontroleerd zijn;

overwegende dat de eerste groep inmiddels in Albanië is aangekomen;

F. overwegende dat bij de evacuaties uit Afghanistan door de Duitse strijdkrachten 20 Afghanen die in Duitsland veroordeeld zijn voor misdrijven en waarvan de namen bekend zijn bij het terrorismebestrijdingscentrum, de Bondsrepubliek Duitsland zijn binnengekomen; overwegende dat zich onder hen ook een veroordeelde verkrachter bevond die vanuit Duitsland naar Afghanistan was teruggestuurd;

G. overwegende dat onderscheid moet worden gemaakt tussen het beheersen van illegale migratie en het tegenhouden van illegale migratie; overwegende dat dit laatste de enige manier is om de burgers van de lidstaten te beschermen;

H. overwegende dat Afghanistan van strategisch belang is vanwege zijn minerale rijkdommen en essentiële grondstoffen (die bijvoorbeeld in halfgeleiders gebruikt worden); overwegende dat dit geopolitieke belangstelling zal wekken en een rol zou kunnen spelen in het geschil;

I. overwegende dat de Afghaanse crisis blijvende gevolgen zal hebben voor Europa op het vlak van vrede en veiligheid, met name met betrekking tot illegale migratie en de dreiging van terrorisme;

1. betuigt zijn oprechte medeleven met de families en vrienden van alle militairen en burgers die de afgelopen 20 jaar in Afghanistan om het leven zijn gekomen;

2. spreekt zijn diepe bezorgdheid uit over de machtsovername door de Taliban in Afghanistan en over de gevolgen voor de vrede en veiligheid in Europa, nu en in de toekomst;

3. merkt op dat de machtsovername door de Taliban van Kaboel te voorzien was en dat maatregelen hadden kunnen worden genomen om ervoor te zorgen dat evacuaties op een meer logische en ordelijke wijze zouden zijn uitgevoerd; spreekt zijn ernstige bezorgdheid uit over berichten dat aanzienlijke hoeveelheden militaire wapens en

PE696.048v01-00 4/6 RE\1238991NL.docx

NL

voertuigen in Afghanistan zijn achtergelaten, aangezien deze technologie nu in handen is van de Taliban;

4. betreurt het dat de VS slechts in beperkte mate met Europese bondgenoten hebben overlegd over hun terugtrekking uit Afghanistan, waardoor de veilige evacuatie van Europeanen overhaast op gang moest worden gebracht;

5. zet vraagtekens bij het feit dat een aantal Afghanen met vluchtelingenstatus in Europese landen voor een vakantie naar Afghanistan waren gereisd en vervolgens door lidstaten moesten worden geëvacueerd; benadrukt dat zodra de vluchtelingenstatus is toegekend, vakanties in het land van herkomst niet tot de mogelijkheden moeten behoren zonder daarmee het risico te lopen dat deze status weer wordt afgenomen;

6. stelt met bezorgdheid vast dat Afghanen in het bezit van een strafblad of van wie de asielaanvraag in het verleden was afgewezen, gebruik hebben gemaakt van het lukrake evacuatieproces op de luchthaven van Kaboel en erin zijn geslaagd de lidstaten te bereiken; dringt erop aan dat Afghanen waarvan bekend is dat zij in het bezit zijn van een strafblad en degenen van wie een asielaanvraag is afgewezen onverwijld naar de regio worden teruggestuurd; merkt in dit verband op dat de Taliban graag ziet dat Afghanen naar het land terugkeren; wijst op de mogelijkheid van hulpverlening op voorwaarde van medewerking aan terugkeer naar het land en de regio;

7. merkt op dat de haastige terugtrekking na de machtsovername door de Taliban in Afghanistan een hernieuwde impuls heeft gegeven aan illegale migratiestromen naar Europa, waardoor een nieuwe migratiecrisis in Europa niet te vermijden is;

8. Is van menig dat de EU zichzelf tijdens de vorige migratiecrisis in 2015 kwetsbaar heeft gemaakt door migranten met open armen te ontvangen, hetgeen nu tegen haar gebruikt kan worden; veroordeelt ten stelligste het feit dat eerdere akkoorden met derde landen om vluchtelingen op te vangen, zoals het akkoord tussen de EU en Turkije, verkeerd hebben uitgepakt en ertoe hebben geleid dat migratie tot een strijdwapen is verworden;

veroordeelt in de krachtigste bewoordingen de vijandige inzet van migratie door buitenlandse actoren en regeringen;

9. neemt kennis van de conclusies van de meest recente Raad Justitie en Binnenlandse Zaken onder leiding van het Sloveense voorzitterschap over de toestand in Afghanistan;

is ingenomen met het gebruik van precieze terminologie zoals “illegale migratie” in plaats van vage termen zoals “onregelmatig”;

10. dringt aan op een beleid van opvang in de regio, dat vluchtelingen in staat zou stellen naar hun thuisland terug te keren en hun leven weer op te bouwen zodra de situatie in hun land van herkomst dit toelaat; veroordeelt het creëren van aantrekkende factoren die nieuwe migratiestromen naar Europa kunnen veroorzaken; stelt voor dat bij de

toekenning van ontwikkelingshulp aan landen in de regio als voorwaarde wordt gesteld dat zij moeten samenwerken met de EU op het gebied van migratie en veiligheid;

11. is van mening dat de enige oplossing voor de mogelijke migratiecrisis is dat de EU alle illegale migratie tegenhoudt, in plaats van te pogen deze te beheersen; benadrukt dat het creëren van aanvullende trajecten voor legale migratie geen logische oplossing is die de migratie naar Europa zal beperken, en dat dit alleen maar meer impuls zal geven aan

RE\1238991NL.docx 5/6 PE696.048v01-00

NL

mensen om de gevaarlijke reis naar Europa te ondernemen; herhaalt dat Europa niet in staat is om alle mensen uit de hele wereld die op zoek zijn naar een betere toekomst, te huisvesten;

12. verzoekt de Commissie haar standpunt te herzien dat EU-financiering niet mag worden gebruikt om fysieke barrières aan de buitengrenzen van de EU op te richten die

voorkomen dat illegale migranten binnenkomen;

13. uit zijn bezorgdheid over het feit dat het akkoord tussen Kosovo en Albanië en de VS om Afghaanse vluchtelingen tijdelijk op te vangen een extra migratieroute zal creëren voor Afghanen die naar Europa willen reizen;

14. waarschuwt dat een uittocht van Afghanen de ideale omstandigheden creëert voor terroristische cellen, alsook andere opportunisten, om als schijnbare “vluchtelingen”

naar Europa te reizen; onderstreept het toenemende risico van opportunisme door niet- Afghaanse Pathanen uit het Pakistaanse stammengebied, dat wordt beschouwd als de broedplaats van diverse jihadistische groeperingen, waaronder Al Qaida, en gelegen is aan de oostgrens van Afghanistan;

15. herinnert eraan dat tijdens de migratiecrisis van 2015 verschillende leden van Da’esh die later aanslagen in Parijs hebben gepland, de toestroom van migranten hebben gebruikt om ongemerkt naar Europa te reizen; stelt bezorgd vast dat vijf Afghanen die in augustus 2021 in Frankrijk zijn aangekomen, onder toezicht zijn geplaatst wegens vermeende banden met de Taliban; uit voorts zijn bezorgdheid over berichten uit de VS dat jonge Afghaanse evacuées gedwongen zijn getrouwd met oudere mannen om het land te kunnen ontvluchten;

16. betreurt het grote aantal geweldsmisdrijven dat is gepleegd door Afghaanse migranten die tijdens de migratiecrisis van 2015 in Europa zijn aangekomen, zoals de brute verkrachting en moord van een dertienjarig meisje in Wenen in juli 2021, die werd gepleegd door criminele Afghanen die allen negatieve asielbeslissingen hadden gekregen;

17. wijst erop dat volgens het Taliban-regime het shariarecht in zijn meest extremistische interpretatie moet worden toegepast, waarbij geweld tegen de bevolking en de

gemeenschap wordt gepleegd; herinnert aan het belang van de bescherming van de rechten van vrouwen en kinderen, zoals onderstreept werd in de demonstraties van 4 september 2021 in Kaboel en Herat;

18. uit zijn bezorgdheid over het interim-kabinet dat door de Taliban is aangekondigd en dat volledig bestaat uit Taliban-leiders of hun ondergeschikten, waaronder controversiële figuren die banden hebben met terrorisme;

19. merkt op dat het gevaarlijk zou kunnen zijn om blind op de Taliban te steunen en de Taliban vertrouwen te schenken, evenals overhaaste verklaringen af te leggen waarin de Taliban wordt erkend zonder verantwoordingsplicht en zonder duidelijk de

noodzakelijke voorwaarden en handhavingsmechanismen te bepalen; waarschuwt dat de Taliban omver kan worden geworpen door nog radicalere, terroristische groeperingen zoals Da’esh, Al Qaida, Tehrik-i-Taliban Pakistan en de Islamitische Beweging van Oost-Turkestan; dringt er bij de EU en al haar westerse partners op aan om rekening te

PE696.048v01-00 6/6 RE\1238991NL.docx

NL

houden met deze ernstige dreiging;

20. is van mening dat regionale actoren, zoals Pakistan en Qatar, onvermijdelijk zijn als gesprekspartners voor het vinden van oplossingen voor de crisis; merkt op dat de

Taliban Turkije en Qatar om technische ondersteuning heeft gevraagd om de luchthaven van Kaboel operationeel te houden;

21. merkt op dat in de meest recente resolutie van de VN-Veiligheidsraad over Afghanistan geen melding wordt gemaakt van het voorstel om een veilige zone op de luchthaven van Kaboel in te richten, en dat de kwestie naar verluidt tijdens de onderhandelingen over de resolutie niet eens zou zijn besproken;

22. dringt erop aan dat alle ontwikkelingshulp aan Afghanistan wordt stopgezet, aangezien er geen erkende regering is om deze middelen op transparante wijze te ontvangen en te verdelen;

23. waarschuwt tegen het gebruik van de crisis in Afghanistan als aanleiding om verdere eenwording binnen de EU, een scala aan hervormingen op het gebied van buitenlands beleid, of het controversiële migratiepact door te duwen; dringt er met name op aan dat unanimiteit in de Raad een vereiste blijft voor kwesties met betrekking tot buitenlands beleid; verzet zich in dit verband tegen elke stap in de richting van stemming in de Raad met gekwalificeerde meerderheid over kwesties van buitenlands beleid;

24. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Europese Dienst voor extern optreden, de regeringen en de parlementen van de lidstaten.