3 e OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG RECHTSPERSOON (EX ART. 73A FW)
Gegevens onderneming : QUICKBORN B.V.
Faillissementsnummer : C/05/16/773 F
Datum uitspraak : 27 december 2016
Curator : mr. M.F. Masman
Rechter-commissaris : mr. E. Boerwinkel
Activiteiten onderneming : groothandel in meubels e.d.
(NB: blijkens het handelsregister: exploitatie van woonwinkel alsmede webwinkel op het gebied van meubelen).
Omzetgegevens : 2014: € 343.000,-
Personeel gemiddeld aantal : geen personeel
Saldo boedelrekening : € 3.434,39
Verslagperiode : 24 mei 2017 t/m 31 augustus 2017
Bestede uren in verslagperiode : 10,7
Bestede uren totaal : 55,9
Inleiding
Door middel van onderhavig verslag doet de curator verslag van de ontwikkelingen in bovenge- noemd faillissement.
Hieronder zal de curator bij de respectievelijke onderdelen nog een nadere toelichting geven op de ontwikkelingen in de afgelopen verslagperiode. In zijn algemeenheid geldt dat dit openbaar verslag door de curator en zijn medewerkers met grote zorg is samengesteld. De curator kan ech- ter niet instaan voor de volledigheid en/of juistheid daarvan. Het is mogelijk dat bepaalde informa- tie nog niet geopenbaard kan worden of zelfs nog niet beschikbaar is. Daarnaast is het mogelijk dat achteraf gegevens in dit verslag moeten worden bijgesteld. Dit kan ingrijpende gevolgen heb- ben voor diverse partijen. Aan dit verslag kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.
1. Inventarisatie (0,8 uren besteed in deze verslagperiode)
1.1 Directie en organisatie
Enig bestuurder en enig aandeelhouder van de gefailleerde vennootschap Quickborn B.V. (hierna ook wel ‘QB’) is J. en J. Holding B.V. (hierna ook wel ‘Holding’). Holding is overigens tevens enig bestuurder en enig aandeelhouder van de gefailleerde vennootschap Dewi Arena B.V. (hierna ook wel ‘Dewi’).
De heer Willem Jan Onstein (hierna ook wel ’bestuurder’ of ‘Onstein’) en mevrouw Ineke Onstein - Schutte zijn beide zelfstandig bevoegde bestuurders van Holding. Onstein is enig aandeelhou- der van Holding.
1.2 Winst en verlies
De omzet van QB bedroeg in 2013 en 2014 respectievelijk ca. € 406.000,- en € 343.000,-.
Het resultaat na belasting van QB bedroeg in 2013 en 2014 respectievelijk € 14.772 en € 1.406,-.
Ter zake 2015 is ook van QB geen jaarrekening opgesteld en derhalve is informatie aangaande o.a. omzet en resultaat niet voorhanden.
1.3 Balanstotaal
Van QB bedroeg het balanstotaal ultimo 2013 € 546.908,- en ultimo 2014 € 435.080,-.
Ter zake 2015 zijn geen jaarrekeningen opgesteld van QB en is derhalve voornoemde informatie niet voorhanden.
1.4 Lopende procedures
Er zouden geen lopende procedures zijn naar zeggen van de bestuurder.
1.5 Verzekeringen
Lopende verzekeringen zullen daar waar nodig stop worden gezet.
1.6 Huur
QB heeft diverse opslagruimtes in het verleden gehuurd. Op datum faillissement huurde QB enkel nog opslagruimte te Bermambacht naar zeggen van de bestuurder. Deze huur is door de curator conform de faillissementswet opgezegd.
Over de daar opgeslagen voorraad en bedrijfsinventaris heeft de curator een discussie gevoerd met de verhuurder. Deze laatste stelde zich op het standpunt dat de activa aan hem verpand wa- ren. Uiteindelijk troffen de curator en de verhuurder – na verkregen toestemming van de rechter commissaris - een regeling in der minne, waarbij na verkoop van de activa door de boedel, de verhuurder € 1.000 heeft ontvangen. De resterende € 2.500 komt ten goede aan de boedel.
Voor meer informatie over de verkoop van deze voorraad en bedrijfsinventaris verwijst de curator naar de punten 3.11 en 3.6 van dit verslag.
1.7 Oorzaken van het faillissement
Onstein is reeds ca. 45 jaar actief in de meubelbranche. Op basis van gesprekken met hem en de voorliggende stukken komt het volgende beeld ter zake de achtergrond van het faillissement naar voren.
Onstein heeft diverse vennootschappen die actief zijn in de meubelbranche. QB had binnen de vennootschappen van Onstein de rol van groothandel. QB kocht meubels in en leverde die aan vennootschappen van Onstein - waaronder de in april 2016 gefailleerde Dewi -, maar ook aan derden. Door de fiscale eenheid binnen de groep van vennootschappen was QB aansprakelijk voor een fiscale schuld van andere vennootschappen uit de groep. De fiscale schuld bedroeg ruim € 225.000,-, aldus Onstein. Dat in combinatie met een mislukte samenwerking met een der- de partij en het teruglopen van orders voor QB, noopte Onstein naar zijn zeggen om eind 2016 het faillissement van QB zelf aan te vragen. Het faillissement is op 27 december 2016 uitgespro- ken door de Rechtbank Gelderland.
2. Personeel (0 uren besteed in deze verslagperiode)
2.1 Aantal ten tijde van faillissement QB heeft geen personeel.
2.2 Aantal in jaar voor faillissement QB had ook toen geen personeel.
2.3 Datum ontslagaanzegging Niet van toepassing.
2.4 Werkzaamheden Niet van toepassing.
3. Activa (4,2 uren besteed in deze verslagperiode)
3.1 Onroerende zaken; beschrijving
QB zou volgens Onstein geen eigenaar zijn van onroerende zaken.
3.2 Onroerende zaken; Verkoopopbrengst Niet van toepassing.
3.3 Onroerende zaken; Hoogte hypotheek Niet van toepassing.
3.4 Onroerende zaken; Boedelbijdrage Niet van toepassing.
3.5 Onroerende zaken; Werkzaamheden Niet van toepassing.
3.6 Bedrijfsmiddelen: Beschrijving
QB was eigenaar van enige bedrijfsinventaris. Het betroffen hoofdzakelijk panelen/schermen e.d.
te gebruiken op meubelbeurzen. Een derde stelde eigenaar te zijn van deze bedrijfsinventaris, maar kon dit niet onderbouwen. Deze partij heeft vervolgens de bedrijfsinventaris van de boedel gekocht. Over de opbrengst zijn afspraken gemaakt met de verhuurder van de opslagruimte (vgl.
punt 1.6 van dit verslag).
3.7 Bedrijfsmiddelen: Verkoopopbrengst
De bedrijfsinventaris is door de curator verkocht voor € 2.000.
3.8 Bedrijfsmiddelen: Boedelbijdrage Niet van toepassing.
3.9 Bedrijfsmiddelen: Bodemrecht fiscus De bedrijfsmiddelen betroffen geen bodemzaken.
3.10 Bedrijfsmiddelen: Werkzaamheden Er resteren geen werkzaamheden.
3.11 Voorraden/OHW: Beschrijving
QB heeft naar zeggen van Onstein geen onderhandenwerk, maar wel een (rest)voorraad aan meubels. Het betreffen stoelen, banken, kasten, woonaccessoires etc. De curator heeft deze voorraad verkocht en geleverd. Over de opbrengst zijn afspraken gemaakt met de verhuurder van de opslagruimte (vgl. punt 1.6 van dit verslag).
3.12 Voorraden/OHW: Verkoopopbrengst
De voorraad is door de curator verkocht voor € 1.500.
3.13 Voorraden/OHW: Boedelbijdrage Niet van toepassing.
3.14 Voorraden/OHW: Werkzaamheden Er resteren geen werkzaamheden.
3.15 Andere activa: Beschrijving Niet van toepassing.
3.16 Andere activa: Verkoopopbrengst Niet van toepassing.
3.17 Andere activa: Werkzaamheden Niet van toepassing.
4. Debiteuren (1,4 uren besteed in deze verslagperiode)
4.1 Omvang debiteuren
QB heeft naar zeggen van Onstein een debiteurenportefeuille van ca. € 20.000,-. Daarnaast heeft QB op een zustervennootschap een vordering van ca. € 65.000,-. De curator is de incasso gestart en de nodige debiteuren hebben de vordering betwist. Voorts is er betaling ontvangen.
4.2 Opbrengst
De curator heeft tot op heden € 500,00 ontvangen.
4.3 Boedelbijdrage Niet van toepassing.
4.4 Werkzaamheden De curator zet de incasso voort.
5. Bank/Zekerheden (0,1 uren besteed in deze verslagperiode)
5.1 Vorderingen van bank(en)
QB bankierde bij ABN. ABN zou geen vordering op QB hebben, aldus Onstein.
5.2 Leasecontracten
QB had door middel van een leaseovereenkomst een bedrijfswagen tot haar beschikking. Deze wagen is voor datum faillissement ingeleverd bij de leasemaatschappij. De curator is doende de overeenkomst af te wikkelen.
5.3 Beschrijving zekerheden
De verhuurder beriep zich op een vuistpandrecht (vgl. punt 1.6 van dit verslag). Ter zake deze aanspraak is een regeling in der minne getroffen.
5.4 Separatistenpositie Niet van toepassing.
5.5 Boedelbijdragen Niet van toepassing.
5.6 Eigendomsvoorbehoud
Er is tot dusver geen beroep gedaan op een eigendomsvoorbehoud.
5.7 Retentierechten
De verhuurder van opslagruimte beriep zich - naast zijn beroep op een vuistpandrecht - op een retentierecht ter zake activa van QB. Met de verhuurder is een regeling in der minne getroffen. De curator verwijst voor nadere informatie naar punt 1.6 van dit verslag.
5.8 Reclamerechten
Er is tot dusver geen beroep gedaan op een recht van reclame.
5.9 Werkzaamheden
De werkzaamheden ter zake punt 5.2 worden voortgezet.
6. Doorstart/voortzetten onderneming (0 uren besteed in deze verslagperiode)
6.1 Voortzetten: Exploitatie/zekerheden
Op datum faillissement waren de werkzaamheden van QB reeds gestaakt. De exploitatie is niet voortgezet door de curator.
6.2 Voortzetten: Financiële verslaglegging Niet van toepassing.
6.3 Voortzetten: Werkzaamheden Niet van toepassing.
6.4 Doorstart: Beschrijving Niet van toepassing.
6.5 Doorstart: Verantwoording Niet van toepassing.
6.6 Doorstart: Opbrengst Niet van toepassing.
6.7 Doorstart: Boedelbijdrage Niet van toepassing.
6.8 Doorstart: Werkzaamheden Niet van toepassing.
7. Rechtmatigheid (2,4 uren besteed in deze verslagperiode)
7.1 Boekhoudplicht
De curator zal onderzoeken of er voldaan is aan de boekhoudplicht.
7.2 Depot jaarrekeningen
De laatst gedeponeerde jaarrekening ziet op 2014. Deze is op 11 december 2015 tijdig gedepo- neerd. Ook de twee voorgaande jaren zijn tijdig gedeponeerd.
7.3 Goedkeurende verklaring accountant In onderzoek.
7.4 Stortingsverplichting aandelen In onderzoek.
7.5 Onbehoorlijk bestuur In onderzoek.
7.6 Paulianeus handelen In onderzoek.
7.7 Werkzaamheden
De curator zal het onderzoek voortzetten.
8. Crediteuren (2,4 uren besteed in deze verslagperiode)
8.1 Boedelvorderingen
Tot op heden is er één boedelvordering bij de curator ingediend.
8.2 Preferente vorderingen van de fiscus
Tot op heden heeft de fiscus voor een totaalbedrag van € 100.111,00 aan preferente vorderingen bij de curator ingediend.
8.3 Preferente vorderingen van UWV
Ter zake QB zal het UWV - bij gebreke aan personeel - geen vordering indienen.
8.4 Andere preferente crediteuren
Van andere preferente crediteuren is nog geen sprake.
8.5 Aantal concurrente crediteuren
Ter zake QB zijn tot op heden tevens negen concurrente vorderingen bij de curator ingediend.
8.6 Bedrag concurrente crediteuren
Tot op heden beloopt het totaalbedrag van de concurrente crediteuren die hun vordering ter veri- ficatie hebben ingediend € 8.676,27.
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling
Naar het nu lijkt, zal op enig moment het faillissement worden opgeheven bij gebrek aan baten. Er zal naar het nu lijkt in elk geval geen uitkering kunnen worden gedaan aan de concurrente
schuldeisers.
8.8 Werkzaamheden
De curator verwijst naar punt 10.2 van dit verslag.
9. Procedures (0 uren besteed in deze verslagperiode)
9.1 Naam wederpartij(en) Niet van toepassing.
9.2 Aard procedures Niet van toepassing.
9.3 Stand procedures Niet van toepassing.
9.4 Werkzaamheden Niet van toepassing.
10. Overig (3,6 uren besteed in deze verslagperiode)
10.1 Termijn afwikkeling faillissement
In dit stadium van de faillissementsafwikkeling kan nog geen uitspraak worden gedaan over de termijn van afwikkeling van het faillissement.
10.2 Plan van aanpak
De curator zet de debiteurenincasso voort (zie punt 4.1 van dit verslag) alsmede de afwikkeling van de leaseovereenkomst (5.2). Hetzelfde geldt ter zake het rechtmatigheidsonderzoek (7.1).
10.3 Indiening volgend verslag
Het volgende verslag zal binnen de gebruikelijke termijn worden ingediend.
10.4 Werkzaamheden
De curator verwijst naar punt 10.2 van dit verslag.
Apeldoorn, 5 september 2017 M.F. Masman
curator
Dit openbaar verslag is door de curator en zijn medewerkers met grote zorg samengesteld. De curator kan echter niet instaan voor de volledigheid en juistheid daarvan. Het is mogelijk dat bepaalde informatie nog niet openbaar gemaakt kan worden of zelfs nog niet beschikbaar is. Daarnaast is het mogelijk dat achteraf gegevens in dit ver- slag bij moeten worden gesteld. Dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor diverse partijen. Aan dit verslag kun- nen derhalve geen rechten worden ontleend.
Dommerholt Advocaten Mr. drs. M.F. Masman Postbus 695
7300 AR APELDOORN tel: 055- 526 20 20 fax: 055- 526 20 21
email: mf.masman@dommerholt.nl
