Vijfde openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet - tevens eindverslag
Datum: 10 april 2014
Gegevens gefailleerde : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DÖNER B.V., handelend onder de namen MIS DÖNER PRODUCTION en AMSTERDAM DÖNER, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 34372197, statutair gevestigd te Amsterdam, voorheen zaakdoende te (1046 AH) Amsterdam aan de Portsmuiden 1B, thans (volgens het handelsregister) gevestigd te Ede aan het adres Kuiperplein 35A
Faillissementsnummer : 13/126F
Datum uitspraak : 12 februari 2013
Curator : mr. E.J.G. Beerdsen
Rechter-Commissaris : mr. C.P. Bleeker
Activiteiten onderneming : Groothandel in vlees en vleeswaren
Omzetgegevens : Onbekend
Personeel gemiddeld aantal : 1
Saldo einde verslagperiode : € 3.937,75
Verslagperiode : 18 december 2013 t/m 9 april 2014 Bestede uren verslagperiode : 1 uur en 18 minuten
Bestede uren totaal: : 108 uren en 23 minuten Referentie curator : 50017702
Algemeen
Het onderhavige openbaar verslag is opgesteld conform RECOFA-richtlijnen en wordt gepubliceerd op de website van Spuistraat 10 Advocaten (www.spuistraat10.nl).
Het verslag dient ter verschaffing van informatie aan belanghebbenden op de voet van artikel 73a van de Faillissementswet. Hoewel de informatie in dit verslag zo zorgvuldig mogelijk is samenge- steld, staat de curator niet in voor de volledigheid en juistheid daarvan. Het verslag vormt een weergave van voorlopige bevindingen, die bovendien deels op informatie van derden zijn geba- seerd. Het is mogelijk dat bepaalde informatie nog niet beschikbaar is, nog niet geopenbaard kan worden, of - achteraf - bijgesteld dient te worden. Dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de in dit verslag geschetste perspectieven voor de crediteuren. Aan dit verslag kunnen derhalve geen
1. Inventarisatie
1.1 Directie en organisatie : Zie eerste en tweede openbaar verslag.
1.2 Winst en verlies : Onbekend
1.3 Balanstotaal : Zie eerste en tweede openbaar verslag.
1.4 Verzekeringen : Zie eerste en tweede openbaar verslag.
1.5 Huur : Zie eerste en tweede openbaar verslag.
1.6 Oorzaken faillissement : Zie eerste en tweede openbaar verslag.
2. Personeel : Zie eerste openbaar verslag.
3. Activa Onroerende zaken
3.1 Beschrijving : Niet van toepassing 3.2 Verkoopopbrengst : Niet van toepassing 3.3 Hoogte hypotheek : Niet van toepassing 3.4 Boedelbijdrage : Niet van toepassing Bedrijfsmiddelen
3.5 Beschrijving : Niet van toepassing 3.6 Verkoopopbrengst : Niet van toepassing 3.7 Boedelbijdrage : Niet van toepassing 3.8 Bodemvoorrecht Fiscus : Niet van toepassing Voorraden / onderhanden werk
3.9 Beschrijving : Niet van toepassing 3.10 Verkoopopbrengst : Niet van toepassing 3.11 Boedelbijdrage : Niet van toepassing Andere activa
3.12 Beschrijving : Niet van toepassing 3.13 Verkoopopbrengst : Niet van toepassing Faillissementsrekening
3.14 Saldo : € 3.937,75
4. Debiteuren
4.1 Omvang debiteuren : Zie tweede openbaar verslag.
4.2 Opbrengst : Niet van toepassing
4.3 Boedelbijdrage : Niet van toepassing
5. Bank / zekerheden
5.1 Vorderingen van bank(en) : Zie tweede openbaar verslag.
5.2 Lease contracten : Zie tweede openbaar verslag.
5.3 Beschrijving zekerheden : Niet van toepassing.
5.4 Separatistenpositie : Niet van toepassing.
5.5 Boedelbijdragen : Niet van toepassing.
5.6 Eigendomsvoorbehoud : Niet van toepassing.
5.7 Reclamerechten : Niet van toepassing.
5.8 Retentierechten : Niet van toepassing.
6. Doorstart / voortzetten
6.1 Voortzetten : Niet van toepassing.
6.2 Doorstart : Niet van toepassing
7. Rechtmatigheid
7.1 Boekhoudplicht : Gefailleerde voldoet niet aan haar boekhoudverplichting (zie tweede openbaar verslag).
7.2 Depot jaarrekeningen : Gefailleerde heeft niet voldaan aan haar publicatieplicht
Ex artikel 2:394 BW (zie tweede openbaar verslag).
7.3 Goedk. verkl. accountant : Döner BV is te kwalificeren als “kleine” onderneming in de zin van artikel 2:396 BW. Zij is om die reden niet gehouden een goedkeurende verklaring van een accountant over te leggen.
7.4 Stortingsverpl. aandelen : De curator heeft niet kunnen nagaan of aan de stortingsplicht is voldaan. Nu de bestuurder / enig aandeelhouder geen verhaal biedt zal de curator deze kwestie laten rusten.
7.5 Onbehoorlijk bestuur : Zie tweede openbaar verslag e.v.: De curator heeft geconstateerd
waarbij ook het geschil met mw. B. Cincil h.o. Mis Döner B.V.
i.o. werd geregeld. Ö. Cincil bleek onbereikbaar en zou in het buitenland verblijven. Ö. Cincil biedt geen zichtbaar verhaal.
De curator zal om deze reden afzien van verdere invorderingsmaatregelen.
Voorts is aangifte gedaan tegen Ö. Cincil, L.M. Rijnberk en A. Spijker wegens faillissementsfraude: de opzet van een katvangerconstructie ter benadeling van de schuldeisers.
7.6 Paulianeus handelen : De handelingen tussen Ö. Cincil, Mis Döner en K. Cincil voorafgaand aan het faillissement zijn niet exact na te gaan als gevolg van afwezigheid van een betrouwbare
bedrijfsadministratie. Wel bestaat de indruk dat er vermogen onttrokken is aan de onderneming. De kwesties tussen de boedel en K. Cincil / Mis Döner zijn geregeld tegen finale kwijting.
8. Crediteuren
8.1 Boedelvorderingen : Eindsalaris curator: P.M.
8.2 Preferente vordering fiscus : € 48.255,00
8.3 Preferente vordering UWV : Niet van toepassing.
8.4 Andere preferente crediteuren : Creditreform Osnabrück (kosten faillissements- aanvrage): € 998,50
8.5 Aantal concurrente crediteuren : 28
8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 197.413,49
8.7 Verwachte wijze v. afwikkeling : Opheffing ex artikel 16 Fw.
9. Procedures
9.1 Lopende procedures : Niet van toepassing 9.2 Stand van zaken : Niet van toepassing
10. Overig
10.1 Termijn afwikkeling faill. : Het onderhavige openbaar verslag dient als eindverslag.
10.2 Plan van aanpak : De curator zal de gang van zaken met betrekking tot
de aangifte faillissementsfraude niet langer afwachten.
Aangezien niet te verwachten valt dat in dit faillissement nog enig actief te gelde kan worden gemaakt en gezien het feit dat er onvoldoende boedelactief is om de faillissementskosten integraal te kunnen voldoen, verzoekt curator de rechter-commissaris het onderhavige faillissement voor te dragen voor opheffing wegens de toestand van de boedel ex art. 16 Fw. Tevens wordt onder verwijzing van artikel 16 lid 4 Fw verzocht de publicatiekosten ten laste van de Staat te brengen.
10.3 Indiening volgend verslag : Niet van toepassing
Amsterdam, 10 april 2014
Spuistraat 10 Advocaten E.J.G. Beerdsen
curator
Bijlagen:
1. Lijst van voorlopig erkende schuldvorderingen 2. Voorlopig financieel eindverslag
3. Urenspecificatie