• No results found

Maatschappijleer 2 VMBO-BB

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Maatschappijleer 2 VMBO-BB"

Copied!
133
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Maatschappijleer 2 VMBO-BB

Examenbundel

2003-2017

(2)

Inhoudsopgave

2017 I - Maatschappijleer 2 2016 I - Maatschappijleer 2 2014 I - Maatschappijleer 2 2013 I - Maatschappijleer 2 2012 I - Maatschappijleer 2 2011 I - Maatschappijleer 2 2010 I - Maatschappijleer 2 2009 I - Maatschappijleer 2 2008 I - Maatschappijleer 2 2008 II - Maatschappijleer 2 2007 I - Maatschappijleer 2 2007 II - Maatschappijleer 2 2006 I - Maatschappijleer 2 2006 II - Maatschappijleer 2 2005 I - Maatschappijleer 2 2005 II - Maatschappijleer 2 2004 I - Maatschappijleer 2 2004 II - Maatschappijleer 2 2003 I - Maatschappijleer 2

2 10 19 27 35 43 51 58 67 74 82 89 95 100 105 109 114 120 126

(3)

BB-0323-a-17-1-c 1 lees verder ►►►

Correctievoorschrift VMBO-BB

2017

tijdvak 1

maatschappijleer 2 CSE BB

Het correctievoorschrift bestaat uit:

1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels

3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren scores 6 Bronvermeldingen

1 Regels voor de beoordeling

Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit VO.

Voorts heeft het College voor Toetsen en Examens op grond van artikel 2 lid 2d van de Wet College voor toetsen en examens de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.

Voor de beoordeling zijn de volgende aspecten van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit VO van belang:

1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het

toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.

2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de directeur van de school van de

gecommitteerde toekomen. Deze stelt het ter hand aan de gecommitteerde.

(4)

BB-0323-a-17-1-c 2 lees verder ►►►

3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.

De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.

4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het behaalde aantal scorepunten voor het centraal examen vast.

5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de

gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt

hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde

onafhankelijke corrector aanwijzen. De beoordeling van deze derde corrector komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.

2 Algemene regels

Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Toetsen en Examens van toepassing:

1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de

gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het bij de toets behorende correctievoorschrift. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels:

3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend;

3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend in overeenstemming met het

beoordelingsmodel;

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden

toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;

3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld;

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;

3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of

berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;

(5)

BB-0323-a-17-1-c 3 lees verder ►►►

3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;

3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen;

3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.

4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.

5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het

beoordelingsmodel anders is vermeld.

6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.

7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Toetsen en Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden.

8 Scorepunten worden met inachtneming van het correctievoorschrift toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven.

9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.

Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.

De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.

NB1 Het College voor Toetsen en Examens heeft de correctievoorschriften bij regeling vastgesteld. Het correctievoorschrift is een zogeheten algemeen verbindend

voorschrift en valt onder wet- en regelgeving die van overheidswege wordt verstrekt.

De corrector mag dus niet afwijken van het correctievoorschrift.

NB2 Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.

Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten.

Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht.

Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.

(6)

BB-0323-a-17-1-c 4 lees verder ►►►

NB3 Als het College voor Toetsen en Examens vaststelt dat een centraal examen een onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift.

Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk nadat de onvolkomenheid is vastgesteld via Examenblad.nl verstuurd aan de

examensecretarissen.

Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling:

NB

Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe.

Een onvolkomenheid kan ook op een tijdstip geconstateerd worden dat een aanvulling op het correctievoorschrift te laat zou komen.

In dat geval houdt het College voor Toetsen en Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid.

3 Vakspecifieke regels

Voor dit examen kunnen maximaal 41 scorepunten worden behaald.

4 Beoordelingsmodel

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Politiek en beleid

1 A 2 A

3 maximumscore 2 1 niet

2 wel 3 wel 4 wel

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

Vraag Antwoord Scores

(7)

BB-0323-a-17-1-c 5 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

4 A 5 B 6 B 7 B 8 C 9 B 10 B

11 maximumscore 2 1 juist

2 onjuist 3 juist 4 juist

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

12 D 13 B 14 C 15 A 16 C

17 maximumscore 2 Twee van de volgende:

− mondelinge vragen stellen

− schriftelijke vragen stellen

− ministers naar de Kamer roepen

− staatssecretarissen naar de Kamer roepen

− moties indienen

− een onderzoek instellen

− begroting goed- of afkeuren

per juist antwoord 1

(8)

BB-0323-a-17-1-c 6 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

Criminaliteit en rechtsstaat

18 C 19 A 20 A

21 maximumscore 1

Hij is veroordeeld voor een misdrijf, want (één van de volgende):

− de eis was anderhalf jaar cel en dat is meer dan het maximum van een jaar bij een overtreding.

− voor een overtreding kun je maximaal één jaar hechtenis krijgen.

− voor een misdrijf kan er meer dan één jaar geëist worden.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen bij een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

22 maximumscore 1

Hij moet de boete toch nog betalen als (voorbeeld van een juist antwoord) hij binnen twee jaar een (vergelijkbaar) delict pleegt.

23 B

24 maximumscore 2 1 onjuist

2 onjuist 3 juist 4 onjuist

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

25 B 26 C

(9)

BB-0323-a-17-1-c 7 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

27 maximumscore 2

• De immateriële gevolgen, 1

• want (één van de volgende): 1

− het slachtoffer is erg geschrokken.

− het hele gezin ondervindt de gevolgen.

− het zoontje is er angstig van geworden.

28 A

29 maximumscore 2 1 onjuist

2 onjuist 3 juist 4 onjuist

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

30 C 31 A 32 D 33 B

34 maximumscore 1

Er zijn preventieve maatregelen genomen, want er is cameratoezicht / de poortjes zijn afgesloten.

of

Er zijn repressieve maatregelen genomen, want er is een strenge handhaving.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen bij een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

35 D

(10)

BB-0323-a-17-1-c 8 lees verder ►►►

5 Aanleveren scores

Verwerk de scores van alle kandidaten per examinator in de applicatie Wolf. Accordeer deze gegevens voor Cito uiterlijk op 30 mei.

Ook na 30 mei kunt u nog tot 14 juni gegevens voor Cito accorderen. Alle gegevens die vóór 14 juni zijn geaccordeerd, worden meegenomen bij het genereren van de

groepsrapportage.

Na accordering voor Cito kunt u in de webbased versie van Wolf de gegevens nog wijzigen om ze vervolgens vrij te geven voor het overleg met de externe corrector.

Deze optie is relevant als u Wolf ook gebruikt voor uitwisseling van de gegevens met de externe corrector.

tweede tijdvak

Ook in het tweede tijdvak wordt de normering mede gebaseerd op door kandidaten behaalde scores. Wissel te zijner tijd ook voor al uw tweede-tijdvak-kandidaten de scores uit met Cito via Wolf. Dit geldt niet voor de aangewezen vakken.

6 Bronvermeldingen

tekst 1 naar: www.nu.nl van 6 november 2014 tekst 2 naar: www.telegraaf.nl van 12 februari 2015 tekst 3 naar: www.westlanders.nu van 17 maart 2015 tekst 4 naar: de Volkskrant van 7 juli 2014

tekst 5 naar: www.telegraaf.nl van 31 maart 2015 tabel 1 www.wageningen.nl van 10 april 2015 tekst 6 naar: www.nu.nl van 31 maart 2015 tekst 7 naar: De Telegraaf van 19 februari 2015 tekst 8 naar: www.ad.nl van 9 februari 2015

tekst 9 naar: www.rechtbankdeventer.nl van 12 december 2014 tekst 10 naar: De Stentor van 8 december 2014

tekst 11 naar: hoogleraar Juliaan van den Acker, onderzoek uit 2014 tekst 12 naar: de Volkskrant van 1 juli 2014

tekst 13 naar: www.ad.nl van 5 maart 2015 tekst 14 naar: www.ad.nl van 7 april 2015 tabel 2 CBS van 29 april 2015

tekst 15 naar: www.nu.nl van 26 maart 2015 tekst 16 naar: www.ad.nl van 8 mei 2015 tekst 17 naar: www.ad.nl van 8 mei 2015 tekst 18 naar: www.telegraaf.nl van 8 mei 2015

einde

(11)

BB-0323-a-16-1-c 1 lees verder ►►►

Correctievoorschrift VMBO-BB

2016

tijdvak 1

maatschappijleer 2 CSE BB

Het correctievoorschrift bestaat uit:

1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels

3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

1 Regels voor de beoordeling

Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit VO.

Voorts heeft het College voor Toetsen en Examens op grond van artikel 2 lid 2d van de Wet College voor toetsen en examens de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.

Voor de beoordeling zijn de volgende aspecten van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit VO van belang:

1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het

toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.

2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de directeur van de school van de

gecommitteerde toekomen. Deze stelt het ter hand aan de gecommitteerde.

(12)

BB-0323-a-16-1-c 2 lees verder ►►►

3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.

De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.

4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het behaalde aantal scorepunten voor het centraal examen vast.

5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de

gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt

hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde

onafhankelijke corrector aanwijzen. De beoordeling van deze derde corrector komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.

2 Algemene regels

Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Toetsen en Examens van toepassing:

1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de

gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het bij de toets behorende correctievoorschrift. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels:

3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend;

3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend in overeenstemming met het

beoordelingsmodel;

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden

toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;

3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld;

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;

3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of

berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;

(13)

BB-0323-a-16-1-c 3 lees verder ►►►

3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;

3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen;

3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.

4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.

5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het

beoordelingsmodel anders is vermeld.

6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.

7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Toetsen en Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden.

8 Scorepunten worden met inachtneming van het correctievoorschrift toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven.

9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.

Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.

De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.

NB1 Het College voor Toetsen en Examens heeft de correctievoorschriften bij regeling vastgesteld. Het correctievoorschrift is een zogeheten algemeen verbindend

voorschrift en valt onder wet- en regelgeving die van overheidswege wordt verstrekt.

De corrector mag dus niet afwijken van het correctievoorschrift.

NB2 Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.

Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten.

Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht.

Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.

(14)

BB-0323-a-16-1-c 4 lees verder ►►►

NB3 Als het College voor Toetsen en Examens vaststelt dat een centraal examen een onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift.

Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk nadat de onvolkomenheid is vastgesteld via Examenblad.nl verstuurd aan de

examensecretarissen.

Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling:

NB

Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe.

Een onvolkomenheid kan ook op een tijdstip geconstateerd worden dat een aanvulling op het correctievoorschrift te laat zou komen.

In dat geval houdt het College voor Toetsen en Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid.

3 Vakspecifieke regels

Voor dit examen kunnen maximaal 41 scorepunten worden behaald.

4 Beoordelingsmodel

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Politiek en beleid

1 B

2 B

3 B

4 maximumscore 1 Eén van de volgende:

− Omwisselen van geld is niet meer nodig.

− Het kopen van producten uit een euroland is gemakkelijker.

− De handel wordt bevorderd.

− De prijzen zijn gemakkelijker te vergelijken.

Vraag Antwoord Scores

(15)

BB-0323-a-16-1-c 5 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

5 maximumscore 2 1 dictatuur 2 dictatuur 3 democratie 4 democratie

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

6 A 7 A 8 B

9 maximumscore 1

(minstens) twee (andere partijen) 10 maximumscore 2

Twee van de volgende:

− het Rijk/landelijk/nationaal

− de provincie

− het waterschap/hoogheemraadschap

− het stadsdeel/de deelgemeente/de gebiedscommissie

per juist antwoord 1

11 B 12 C 13 D

(16)

BB-0323-a-16-1-c 6 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

14 maximumscore 3

socialistisch/

sociaaldemocratisch

christendemocratisch liberaal

VVD x

GroenLinks x

CDA x

ChristenUnie x

PvdA x

SP x

indien zes goed 3

indien vijf of vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

15 A

16 maximumscore 2 Twee van de volgende:

− het gebruik maken van officiële inspraakmogelijkheden

− het indienen van bezwaren/klachten

− het benaderen van politici

per juist antwoord 1

17 B

Criminaliteit en rechtsstaat

18 C

19 D

20 C

21 A

22 C

(17)

BB-0323-a-16-1-c 7 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

23 B

24 maximumscore 1

Ja, want (één van de volgende):

− de zaak is behandeld door het gerechtshof en een zaak kan daar niet direct terechtkomen.

− een misdrijf wordt altijd eerst behandeld door de rechtbank/strafrechter.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen bij een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

25 C

26 maximumscore 1

(Ze nemen meer) preventieve (maatregelen, want) ze proberen te voorkomen dat (één van de volgende):

− er wordt ingebroken.

− hun fiets wordt gestolen

− ze het slachtoffer worden van criminaliteit.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen bij een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

27 A

28 A

29 A

30 C

31 A

(18)

BB-0323-a-16-1-c 8 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

32 maximumscore 2 1 immateriële 2 materiële 3 immateriële 4 materiële

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

33 maximumscore 2 1 juist

2 onjuist 3 onjuist 4 juist

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

34 B

5 Inzenden scores

Verwerk de scores van alle kandidaten per examinator in het programma WOLF.

Zend de gegevens uiterlijk op 1 juni naar Cito.

De normering in het tweede tijdvak wordt mede gebaseerd op door kandidaten behaalde scores. Als het tweede tijdvak op uw school wordt afgenomen, zend dan ook van uw tweede-tijdvak-kandidaten de deelscores in met behulp van het programma WOLF.

6 Bronvermeldingen

tekst 1 naar: Edestad van 24 juni 2014 afbeelding 1 de Volkskrant van 20 november 2013 tekst 2 naar: de Volkskrant van 16 januari 2014

tabel 1 naar: www.gemeenteraaddenhelder.nl van 13 januari 2015 tekst 3 naar: www.degemeente.nl van 11 januari 2015

tekst 4 naar: www.omroepzeeland.nl van 11 september 2014 tekst 5 naar: www.joop.nl van 12 januari 2015

tekst 6 naar: de Stentor van 13 januari 2015 tekst 7 naar: de Volkskrant van 2 december 2013 tekst 8 naar: Dagblad van het Noorden van 27 juni 2014

(19)

BB-0323-a-16-1-c 9 lees verder ►►►

tekst 9 naar: de Volkskrant van 30 oktober 2013 tekst 10 naar: www.omroepmax.nl van 13 mei 2013 tekst 11 naar: www.rechtennieuws.nl van 11 juni 2014 tekst 12 naar: www.parool.nl van 27 juni 2014

tekst 13 naar: www.nu.nl van 14 juli 2014

tekst 14 naar: reactie van een lezer, NRC van 1 augustus 2013 tekst 15 naar: deventercentraal.nl van 4 juli 2014

tekst 16 naar: veiligheidshuizen.nl van 16 oktober 2014

einde

(20)

BB-0323-a-14-1-c 1 lees verder ►►►

Correctievoorschrift VMBO-BB

2014

tijdvak 1

maatschappijleer 2 CSE BB

Het correctievoorschrift bestaat uit:

1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels

3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

1 Regels voor de beoordeling

Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.

Voorts heeft het College voor Examens (CvE) op grond van artikel 2 lid 2d van

de Wet CvE de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de gecommitteerde toekomen.

3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

(21)

BB-0323-a-14-1-c 2 lees verder ►►►

De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.

4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het aantal scorepunten voor het centraal examen vast.

5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de

gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt

hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.

2 Algemene regels

Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Examens van toepassing:

1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het

maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels:

3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend;

3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend, in overeenstemming met het

beoordelingsmodel;

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden

toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;

3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld;

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;

3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of

berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;

3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;

(22)

BB-0323-a-14-1-c 3 lees verder ►►►

3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen;

3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.

4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.

5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het

beoordelingsmodel anders is vermeld.

6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.

7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden.

8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven.

9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.

Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.

De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.

NB1 Het College voor Examens heeft de correctievoorschriften bij regeling vastgesteld.

Het correctievoorschrift is een zogeheten algemeen verbindend voorschrift en valt onder wet- en regelgeving die van overheidswege wordt verstrekt. De corrector mag dus niet afwijken van het correctievoorschrift.

NB2 Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.

Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten.

Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht.

Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.

NB3 Als het College voor Examens vaststelt dat een centraal examen een onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift.

Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk nadat de onvolkomenheid is vastgesteld via Examenblad.nl verstuurd aan de

examensecretarissen.

(23)

BB-0323-a-14-1-c 4 lees verder ►►►

Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling:

NB

a. Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe.

b. Als de aanvulling niet is verwerkt in de naar Cito gezonden WOLF-scores, voert Cito dezelfde wijziging door die de correctoren op de verzamelstaat doorvoeren.

Een onvolkomenheid kan ook op een tijdstip geconstateerd worden dat een aanvulling op het correctievoorschrift ook voor de tweede corrector te laat komt.

In dat geval houdt het College voor Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid.

3 Vakspecifieke regels

Voor dit examen kunnen maximaal 45 scorepunten worden behaald.

4 Beoordelingsmodel

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Politiek en beleid

1 B

2 maximumscore 2 1 PvdA

2 PvdA 3 VVD 4 PvdA

indien vier antwoorden goed 2

indien drie of twee antwoorden goed 1

indien minder dan twee antwoorden goed 0

3 C 4 B 5 C 6 B

Vraag Antwoord Scores

(24)

BB-0323-a-14-1-c 5 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

7 maximumscore 1 Eén van de volgende:

− Nederland heeft te weinig te vertellen in Europa.

− Nederland verliest zijn zelfstandigheid.

− Werknemers uit Midden-/Oost-Europa komen naar Nederland, krijgen lage lonen en maken Nederlandse arbeiders werkloos.

− Europa werkt log.

− Europa heeft teveel dure ambtenaren.

− Europa wordt almaar groter en nog meer onbestuurbaar.

− Europa kost teveel / landen moeten meebetalen aan Europese landen die in de problemen zijn geraakt.

− Europa is niet democratisch genoeg.

8 B 9 A 10 A 11 C 12 A 13 D 14 C 15 C 16 A

17 maximumscore 1

Ja, omdat (één van de volgende):

− PvdA/GroenLinks en Democraten Gemeente Heumen een meerderheid blijven houden.

− beide overgebleven partijen 9 van de 17 zetels behouden / meer dan de helft/de meerderheid blijven houden.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen voor een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

18 C 19 B

(25)

BB-0323-a-14-1-c 6 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

20 C 21 A

Criminaliteit en rechtsstaat

22 B 23 B

24 maximumscore 2

• (nummer) 1 1

• (nummer) 5 1

25 D

26 maximumscore 2 1 wel

2 wel 3 niet 4 niet

indien vier antwoorden goed 2

indien drie of twee antwoorden goed 1

indien minder dan twee antwoorden goed 0

27 A 28 C

29 maximumscore 1

De genomen maatregel is preventief, want (één van de volgende):

− men probeert vernieling te voorkomen.

− men probeert te voorkomen dat hetzelfde als vorig jaar nogmaals gebeurt.

− men probeert vandalisme tegen te gaan.

of

De genomen maatregel is repressief, want

mensen kunnen de kerstgroep niet meer altijd zien en dit kan gezien worden als een straf.

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen voor een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

(26)

BB-0323-a-14-1-c 7 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

30 B

31 maximumscore 1 een officier van justitie 32 maximumscore 3

• (nummer) 1 1

• (nummer) 2 1

• (nummer) 4 1

33 B 34 D

35 maximumscore 1 Eén van de volgende:

− resocialisatie

− heropvoeding

− preventie

− voorbeeld stellen voor anderen

36 C

37 maximumscore 2 1 wel

2 wel 3 niet 4 wel

indien vier antwoorden goed 2

indien drie of twee antwoorden goed 1

indien minder dan twee antwoorden goed 0

38 maximumscore 1 (nummer) 3

39 D

(27)

BB-0323-a-14-1-c 8 lees verder ►►►

5 Inzenden scores

Verwerk de scores van alle kandidaten per examinator in het programma WOLF.

Zend de gegevens uiterlijk op 30 mei naar Cito.

De normering in het tweede tijdvak wordt mede gebaseerd op door kandidaten behaalde scores. Als het tweede tijdvak op uw school wordt afgenomen, zend dan ook van uw tweede-tijdvak-kandidaten de deelscores in met behulp van het programma WOLF.

6 Bronvermeldingen

tekst 1 naar: de Stentor van 31 oktober 2012

tekst 2 www.boeddhistischdagblad.nl van 8 november 2012 tekst 3 naar: Brabants Dagblad van 6 december 2012 afbeelding 1 www.sevendays.nl van 4 juni 2009

afbeelding 2 www.dewereldmorgen.be van september 2010 tekst 4 naar: www.laks.nl van januari 2013

afbeelding 3 naar: nieuwsbrief van de ChristenUnie, september 2012 tekst 5 naar: users.telenet.be van januari 2013

tabel 1 de Volkskrant van 25 augustus 2012 tekst 6 naar: Elsevier van 9 januari 2013

tabel 2 naar: www.heumen.nl van 10 januari 2013 tekst 7 naar: www.regiotwente.nl van 10 januari 2013 afbeelding 4 groningenvvd.nl van 10 juli 2012

tekst 8 naar: www.rtvnoord.nl van 31 oktober 2012 tekst 9 naar: de Volkskrant van 26 mei 2012 tekst 10 naar: De Telegraaf van 7 januari 2013 tekst 11 naar: de Volkskrant van 22 december 2012 tekst 12 naar: de Stentor van 2 november 2012 tekst 13 naar: De Telegraaf van 22 november 2012 tekst 14 naar: www.edestad.nl van 28 december 2012 tekst 15 naar: www.rechtspraak.nl van 19 september 2012 tekst 16 naar: RTV-Utrecht van 24 april 2012

tekst 17 naar: de Volkskrant van 7 juli 2012

einde

(28)

BB-0323-a-13-1-c 1 lees verder ►►►

Correctievoorschrift VMBO-BB

2013

tijdvak 1

maatschappijleer 2 CSE BB

Het correctievoorschrift bestaat uit:

1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels

3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

1 Regels voor de beoordeling

Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.

Voorts heeft het College voor Examens (CvE) op grond van artikel 2 lid 2d van

de Wet CvE de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de gecommitteerde toekomen.

3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

(29)

BB-0323-a-13-1-c 2 lees verder ►►►

De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.

4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het aantal scorepunten voor het centraal examen vast.

5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de

gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt

hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.

2 Algemene regels

Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Examens van toepassing:

1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het

maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels:

3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend;

3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend, in overeenstemming met het

beoordelingsmodel;

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden

toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;

3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld;

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;

3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of

berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;

3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;

3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen;

(30)

BB-0323-a-13-1-c 3 lees verder ►►►

3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.

4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.

5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het

beoordelingsmodel anders is vermeld.

6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.

7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden.

8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven.

9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.

Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.

De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.

NB1 Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.

Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten.

Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht.

Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.

NB2 Als het College voor Examens vaststelt dat een centraal examen een onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift.

Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk nadat de onvolkomenheid is vastgesteld via Examenblad.nl verstuurd aan de

examensecretarissen.

Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling:

NB a. Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe.

b. Als de aanvulling niet is verwerkt in de naar Cito gezonden WOLF-scores, voert Cito dezelfde wijziging door die de correctoren op de verzamelstaat doorvoeren.

(31)

BB-0323-a-13-1-c 4 lees verder ►►►

Een onvolkomenheid kan ook op een tijdstip geconstateerd worden dat een aanvulling op het correctievoorschrift ook voor de tweede corrector te laat komt.

In dat geval houdt het College voor Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid.

3 Vakspecifieke regels

Voor dit examen kunnen maximaal 45 scorepunten worden behaald.

4 Beoordelingsmodel

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Politiek en beleid

1 D 2 A 3 C

4 maximumscore 3

Juiste antwoorden zijn (drie van de volgende):

− oprichten politieke partij

− lidmaatschap politieke partij

− oprichten van actie- of belangengroepen

− handtekeningenactie

− inschakelen media / openbaarheid zoeken

− brieven schrijven / sociale media gebruiken / e-mailen

per juist antwoord 1

5 maximumscore 1

Ja, want (één van de volgende):

− de minister wordt op zijn beleid aangesproken

− de politiek is er bij betrokken

− het staat op de politieke agenda

− de mensen verwachten een oplossing (of actie) van de overheid Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen voor een juiste combinatie van antwoord en verklaring.

Vraag Antwoord Scores

(32)

BB-0323-a-13-1-c 5 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

6 C

7 maximumscore 2

Juiste antwoorden zijn (twee van de volgende):

− zin 1 grondrecht: vrijheid van meningsuiting

− zin 2 grondrecht: vrijheid van godsdienst

− zin 2 grondrecht: onaantastbaarheid van het lichaam

− zin 2 grondrecht: alle burgers zijn voor de wet gelijk

− zin 4 grondrecht: alle burgers zijn voor de wet gelijk

per juist antwoord 1

8 D 9 A 10 C

11 maximumscore 3

Rijk provincie gemeente Koningin Commissaris van de

Koningin burgemeester

kabinet Gedeputeerde Staten college van burgemeester en wethouders

parlement Provinciale Staten gemeenteraad

indien zes goed 3

indien vijf of vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

12 C 13 C 14 A 15 C

16 maximumscore 1 2 en 6

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen als beide nummers juist zijn.

(33)

BB-0323-a-13-1-c 6 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

17 A 18 A

Criminaliteit en rechtsstaat

19 maximumscore 2 1 wel

2 niet 3 wel 4 niet

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

20 B 21 B 22 B

23 maximumscore 2 1 onjuist

2 juist 3 juist 4 juist

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

24 A 25 B 26 B

(34)

BB-0323-a-13-1-c 7 lees verder ►►►

Vraag Antwoord Scores

27 maximumscore 2

Juiste antwoorden zijn (twee van de volgende):

− recht om te weten waar hij van verdacht wordt

− recht op een advocaat

− recht om te zwijgen

− recht om in hoger beroep te gaan

− recht op een eerlijk proces

− recht op een onafhankelijke onpartijdige rechter

− recht op het feit dat er bijzondere omstandigheden kunnen zijn

per juist antwoord 1

28 A 29 C 30 A 31 C

32 maximumscore 1

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:

− het geven van voorlichting hoe je fietsendiefstal kunt tegen gaan

− het meenemen door de politie van fietsen die niet op slot staan

− politieagenten meer op plaatsen laten lopen (surveilleren) waar veel fietsen staan

− fietsendieven sneller oppakken

− het plaatsen van camera’s

33 C 34 A 35 D

36 maximumscore 2 1 niet

2 wel 3 wel 4 niet

indien vier goed 2

indien drie of twee goed 1

indien minder dan twee goed 0

(35)

BB-0323-a-13-1-c 8 lees verder ►►►

5 Inzenden scores

Verwerk de scores van alle kandidaten per school in het programma WOLF.

Zend de gegevens uiterlijk op 3 juni naar Cito.

6 Bronvermeldingen

tekst 1 naar: www.edestad.nl van 17 februari 2012 tekst 2 naar: ec.europa.eu/nederland van februari 2012 tekst 3 naar: www.anbo.nl van februari 2012

tekst 4 naar: www.inlia.nl van februari 2012

tekst 5 naar: www.opschool.amnesty.nl van maart 2012 tekst 6 naar: www.nos.nl van 13 februari 2012

tekst 7 naar: www.nos.nl van 12 februari 2012 tekst 8 naar: www.spitsnieuws.nl van 3 maart 2012 tekst 9 de Volkskrant van 10 december 2011

afbeelding 1 René Leisink www.argusonline.nl van 28 juli 2011 tabel 1 politiek.blog.nl/peilingen van 25 maart 2012 tekst 10 naar: webwereld van 13 april 2012

afbeelding 2 de Volkskrant van 28 december 2011 afbeelding 3 de Volkskrant van 22 december 2011 tekst 11 de Volkskrant van 15 december 2011 diagram 1 www.cbs.nl van februari 2012

tekst 12 naar: www.destentor.nl van 16 februari 2011 tekst 13 naar: www.de stentor.nl van 21 februari 2012 tekst 14 www.debilt.nl van 7 september 2010

tekst 15 www.debilt.nl van 7 september 2010 tekst 16 naar: De Telegraaf van 4 april 2012 tekst 17 naar: de Volkskrant van 4 januari 2012

einde

(36)

BB-0323-a-12-1-c 1 lees verder ►►►

Correctievoorschrift VMBO-BB

2012

tijdvak 1

maatschappijleer 2 CSE BB

Het correctievoorschrift bestaat uit:

1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels

3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

1 Regels voor de beoordeling

Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.

Voorts heeft het College voor Examens (CvE) op grond van artikel 2 lid 2d van

de Wet CvE de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de gecommitteerde toekomen.

3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Examens.

(37)

BB-0323-a-12-1-c 2 lees verder ►►►

De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.

4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het aantal scorepunten voor het centraal examen vast.

5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de

gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt

hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.

2 Algemene regels

Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Examens van toepassing:

1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het

maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels:

3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend;

3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend, in overeenstemming met het

beoordelingsmodel;

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden

toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;

3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld;

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;

3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of

berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;

3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;

(38)

BB-0323-a-12-1-c 3 lees verder ►►►

3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen;

3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.

4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.

5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het

beoordelingsmodel anders is vermeld.

6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.

7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden.

8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven.

9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.

Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.

De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.

NB Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.

Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten.

Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht.

Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.

3 Vakspecifieke regels

Voor dit examen kunnen maximaal 44 scorepunten worden behaald.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit verschil krimpt omdat bedrijven minder premie betalen voor WW en pensioen.. De premie die werkgevers in de pensioenpotten stortten, is zogeheten

Les parents, eux, ils ont bien profité de l’offre, quand elle est devenue plus abondante, laissant la télé allumée près de cinq heures et demie par jour.. La consommation des

Opgave 7 a Noem twee argumenten voor het gebruik van plastic koffiebekertjes in de Blauwe Zaal. b Noem twee argumenten tegen het gebruik van plastic koffiebekertjes in de

Maak een tabel met daarin een aantal logische waarden om de grafiek te tekenen.. Teken

Omdat de hoeveelheid HClO in een oplossing van NaClO in water erg klein is in vergelijking met de hoeveelheid ClO , wordt aan zwembadwater met chloorbleekloog een oplossing van

Teken de bundel die alle stralen bevat die vanuit L naar de lens gaan en op het negatief komen.. Het negatief wordt nu verder naar

2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel.. Scorepunten zijn

A β  -straling, want deze straling heeft een klein doordringend vermogen B β  -straling, want deze straling heeft een groot doordringend vermogen C γ -straling, want