• No results found

Weet je niet wat een woord betekent? Kijk of er een plaatje bij staat. Op het plaatje zie je vaak wat het woord betekent.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Weet je niet wat een woord betekent? Kijk of er een plaatje bij staat. Op het plaatje zie je vaak wat het woord betekent."

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Groep 4 – Taalmaatje

130

Taalmaatje

Woordenschat

1 Plaatje

Weet je niet wat een woord betekent?

Kijk of er een plaatje bij staat.

Op het plaatje zie je vaak wat het woord betekent.

2 Vind de betekenis

Weet je niet wat een woord betekent?

Soms ken je een stukje van het woord wel.

Je kunt de betekenis dan raden.

de dierenarts = dieren + arts

3 Een woord omschrijven

Weet je niet wat een woord betekent?

Omschrijf het woord.

de bibliotheek = je kunt er boeken lenen

4 Vragen wat een woord betekent

Weet je niet wat een woord betekent?

Vraag het aan iemand anders.

Wat betekent het woord?

Wat is dat?

5 Woorden onthouden

Wil je een woord beter onthouden?

Zeg het woord dan hardop.

238064.indb 130

238064.indb 130 05/09/12 2:37 PM05/09/12 2:37 PM

(2)

© Noordhoff Uitgevers bv

Bij thuis horen: kamer, tuin.

In een woordkast kun je die woorden bij elkaar zetten.

juf tuin

7 Woordweb

Sommige woorden horen bij elkaar.

Bijvoorbeeld: het werk, het beroep, het kantoor, geld verdienen.

Wil je deze woorden beter onthouden?

Maak dan een woordweb.

het beroep het werk

het kantoor werken

geld verdienen

Schrijven

1 Iemand beschrijven

Als je iemand beschrijft, vertel je precies hoe hij of zij eruitziet.

Je noemt dan de kenmerken:

de kleur haar, de kleur ogen, of hoe lang iemand is.

Mijn zus heeft blauwe ogen.

Mijn opa is heel lang.

De meester heeft een baardje.

(3)

Groep 4 – Taalmaatje

132

Taalmaatje

2 Een dier beschrijven

Als je een dier beschrijft, vertel je hoe het eruitziet.

Je vertelt ook wat het dier doet.

Je noemt dan de kenmerken van het dier.

Mijn hond Banjer heeft een bruine vacht.

Banjer kan hard rennen.

3 Persoonlijke gegevens opschrijven

Persoonlijke gegevens zijn:

– je naam – je adres

Je adres is: Danny Schuurman

– je straat en huisnummer Gentiaanstraat 332 – je postcode en woonplaats 9731 JB Groningen

4 Een beschrijving maken van een dag

Bedenk wat er gebeurde die dag.

Schrijf dat in de goede volgorde op.

Een dag op school.

Begin bij de eerste les van de dag.

Schrijf op welke lessen je daarna kreeg.

Je eindigt met de laatste les van de dag.

5 Begin van een tekst

Moet je iets opschrijven?

Je kunt je tekst zo beginnen:

– Zet in de eerste zin over wie je gaat schrijven.

– Vertel daarna wat er aan de hand is.

Ik ga iets vertellen over mijn broer.

Ik heb ruzie met hem.

238064.indb 132

238064.indb 132 05/09/12 2:38 PM05/09/12 2:38 PM

(4)

© Noordhoff Uitgevers bv

Een verhaal kan goed of slecht aflopen.

7 Uitleggen met het woord omdat

Wil je uitleggen waarom je iets vindt?

Zeg dan eerst wat je vindt.

Gebruik meteen daarna het woord omdat.

Ik vind brandweerman een leuk beroep, omdat ik graag mensen help.

Ik word blij van de tekening, omdat de kleuren mooi zijn.

8 Zinnen aan elkaar schrijven met en

Soms kun je van twee zinnen één zin maken.

Je maakt ze dan aan elkaar vast met en.

Simon gaat naar de stad. + Simon koopt een voetbal.

= Simon gaat naar de stad en koopt een voetbal.

Luisteren en spreken

1 Precies luisteren

Soms moet je heel precies luisteren om te begrijpen wat iemand bedoelt.

Begrijp je iets niet?

Stel dan een vraag.

Wilt je dat nog eens zeggen?

Welk boek bedoel je precies?

(5)

Groep 4 – Taalmaatje

134

Taalmaatje

2 Precies luisteren

Soms is het nodig om heel precies te luisteren.

Voorbeelden:

– Je wilt weten hoe laat iets begint.

– Je wilt weten waar je moet zijn.

– Je wilt weten wat je moet doen.

3 Naar een uitleg luisteren

Luister je naar iemand die iets uitlegt?

Sommige woorden of zinnen helpen je om het beter te begrijpen.

Je weet dan: nu moet ik goed luisteren.

Ik ga uitleggen wat je moet doen.

Let op: vergeet niet het vuur uit te doen.

4 Luisteren naar een instructie

Een routebeschrijving is een instructie.

Je hoort precies hoe je moet lopen, bijvoorbeeld naar de wc.

Er wordt steeds een stukje van de route uitgelegd.

Loop de gang uit.

Ga aan het eind van de gang linksaf.

De wc is de tweede deur aan de rechterkant.

5 Vragen stellen

Begrijp je iets niet?

Stel dan een vraag.

Een vraag kan beginnen met wie of wat:

Wie maakt de kooi schoon?

Wat eet de vogel?

238064.indb 134

238064.indb 134 05/09/12 2:38 PM05/09/12 2:38 PM

(6)

© Noordhoff Uitgevers bv

7 Samenwerken

Ga je samenwerken met een klasgenootje?

Dan moet je afspreken wie wat doet.

– Schrijf op wat er moet gebeuren.

– Maak een lijstje.

– Overleg wie wat doet.

– Luister goed naar elkaar.

– Schrijf op het lijstje wie wat doet.

Klaar? Controleer of jullie het goed hebben begrepen.

Vraag: Dus jij schrijft en ik teken?

8 Zo spreek je duidelijk

– Zorg dat iedereen je goed kan horen.

Maak dus genoeg geluid.

– Spreek ieder woord van een zin helemaal uit.

Beweeg je mond zo veel mogelijk!

Kijk op taal

1 Een zin

Een zin heeft twee of meer woorden.

In een zin staat altijd wie iets doet: iemand, een dier of een ding.

Floris loopt.

In een zin staat ook wat hij of zij doet.

De poes zit.

(7)

Groep 4 – Taalmaatje

136

Taalmaatje

2 Een lange zin maken

In een zin staat wie iets doet en wat iemand doet.

Je kunt een zin langer maken.

De hond springt in de plas.

De poes slaapt in de mand.

3 Een lange zin maken

Je kunt een zin langer maken door een tijd en een plaats te noemen.

Daan en Manuel voetballen.

Daan en Manuel voetballen vanmiddag.

Daan en Manuel voetballen vanmiddag in de tuin.

4 Tegenstellingen

Dit zijn tegenstellingen:

vies lekker hard zacht opwarmen afkoelen gezond ongezond

Deze woorden betekenen het tegenovergestelde.

Dat betekent: het omgekeerde.

Schrijf je een zin met een tegenstelling?

Gebruik dan het woord maar.

Ik ben niet klein, maar groot.

De winkel is niet vol, maar leeg.

238064.indb 136

238064.indb 136 05/09/12 2:38 PM05/09/12 2:38 PM

(8)

© Noordhoff Uitgevers bv

Je schrijft de twee woorden aan elkaar.

het neusgat de kiespijn

6 Werkwoorden

In een zin staat wie of wat iets doet.

Stijn praat.

De boot vaart.

Het werkwoord in een zin vertelt wat iemand of iets doet.

Nadia zit.

De treinen rijden.

7 Het alfabet

Het alfabet heeft 26 letters.

De letters staan altijd in deze volgorde:

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze situatie kan voor gezinnen en relaties waar al langer spanningen waren de situatie verergeren, of het kan een hele nieuwe dynamiek veroorzaken in huishoudens, tussen partners

Koop eieren die nog heel lang houdbaar zijn, dan zijn ze nog een beetje vers.. •

Zoals Christus zei tot Zijn discipelen (Johannes 15): als u van de wereld zou zijn, zou de we- reld het hare liefhebben; maar omdat u niet van de wereld bent, maar Ik u uit de

“Wie Mijn geboden heeft en ze bewaart, die is het die Mij liefheeft; en wie Mij lief- heeft, zal door Mijn Vader bemind worden; en Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem

Voor de opvang van slachtoffers van acuut seksueel geweld en van huiselijk geweld en kindermishandeling met ernstige fysieke of psychische gevolgen, is de inzet van

Laten we dus samen afspreken wat het woord 'uitzichtloos' betekent, wanneer men deze wet inroept: het is het perspectief dat iemand niet meer heeft nadat alles is geprobeerd om hem

De oplossing en zeer veel andere werkbladen om gratis te

Maar M twijfelde weer erg, en zei: “Ik zie niet hoe al deze uitvoeringen door één formu- le beschreven kunnen worden, hoor.” Waarop P antwoordde “Het punt hier is dat het model