Vraag nr. 478
van 26 augustus 1997
van de heer CARL DECALUWE
Investeringsprogramma wegen – Projecten en mid-delen
Tijdens de begrotingsbespreking vorig jaar in de Commissie voor Ruimtelijke Ordening, O p e n b a r e Werken en Vervoer werd door de minister een voorstel van indicatief investeringsprogramma bezorgd aan de leden. Talrijke voorstellen zijn gekoppeld aan het al dan niet afsluiten van een mobiliteitsconvenant.
1. Wanneer werd het investeringsprogramma voor de wegen definitief door de minister goedge-keurd en wanneer werden de eerste middelen vastgelegd ?
2. Wat is de verhouding per provincie in het definitieve programma, ingedeeld in hoofdwe-gen en secundaire wehoofdwe-gen ?
3. Voor hoeveel projecten werden reeds middelen v a s t g e l e g d , en dit onderverdeeld per provincie,
voor respectievelijk de hoofdwegen en de secundaire wegen ?
Antwoord
1. Een eerste deel van het programma werd reeds goedgekeurd op 4 april 1997. Dit programma omvatte de projecten van de hoofdwegen en het structureel onderhoud, plus de projecten over-genomen uit het programma 1996 die niet wer-den vastgelegd of aanbesteed in 1996.Het volle-dig programma werd goedgekeurd op 15 juli 1997.
De goedkeuring van het globale investerings-programma belet niet dat individuele aanbeste-dingsdossiers door de minister worden goedge-keurd en vastgelegd. De eerste kredieten wer-den vastgelegd op 13 januari 1997.
2. De verhouding per provincie, ingedeeld in hoofdwegen en secundaire wegen, ziet eruit als volgt :
a) B.A. 73.10 – wegeninfrastructuur
Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Algemeen totaal
Hoofdwegen 760 407 462 137 206 1.972 Primair I 214 2 120 0 24 360 Primair II 105 151 92 448 35 831 Subtotaal 1.079 560 674 585 265 3.163 Secundair 485 464 801 541 825 3.116 Totaal 1.564 1.024 1.475 1.126 1.090 6.279 Diversen 151,2 100 142 115 120 628,2 Algemeen totaal 1.715,2 1.124 1.617 1.241 1.210 6.907,2
b) B.A. 73.12 – structureel herstel bruggen
Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Algemeen totaal
Hoofdwegen 3 25 40 30 15 113 Primair I 20 0 0 0 0 20 Primair II 0 0 0 0 25 25 Subtotaal 23 25 40 30 40 158 Secundair 75 0 100 0 79 254 Totaal 98 25 140 30 119 412 Diversen 10 10 14 10 12 56 Algemeen totaal 108 35 154 10 131 468
Daarnaast is er nog een bijzonder eenmalig kre-diet ten belope van 1 miljard frank beschikbaar voor een verbeterde wegenontsluiting van de Vlaamse zeehavens.
3. Het afsluiten van mobiliteitsconvenants heeft tot op heden geen negatieve invloed gehad op de stand van de vastleggingen in vergelijking met vorige begrotingsjaren.
De kredieten m.b. t . de wegen zijn momenteel voor 45 % definitief vastgelegd. Geaccumuleerd met de dossiers die momenteel in omloop zijn, kan 75 % van alle dossiers als vastgelegd wor-den beschouwd. Tegen het einde van het jaar zullen alle middelen volledig zijn vastgelegd.