• No results found

Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Rapportage

Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs

Utrecht, juni 2015

DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven drs. Tanya Beliaeva

Postbus 681 3500 AR Utrecht

telefoon: 030 263 1080

e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl website: www.duo-onderwijsonderzoek.nl

(2)

INHOUDSOPGAVE

1 ACHTERGROND ... 3

2 RESULTATEN ... 4

2.1 Schooltijdenmodel schooljaar 2015-2016 ... 4

2.2 Het beste en het minst goede schooltijdenmodel ... 5

Bijlage - Onderzoeksverantwoording

(3)

Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 3

1 ACHTERGROND

Het onderwerp ‘nieuwe schooltijden’ is actueel. Veel basisscholen zijn de afgelopen jaren reeds overgestapt op andere schooltijden en steeds meer basisscholen oriënteren zich op de

mogelijkheden om van het traditionele model naar een ander model over te stappen.

Het traditionele schooltijdenmodel staat voor:

De school start tussen 8.30 en 8.45 uur en gaat uit tussen 14.30 en 15.30 uur. Kinderen eten tussen de middag thuis of bij de overblijf op school. De kinderen hebben woensdagmiddag vrij.

We onderscheiden de volgende nieuwe schooltijdenmodellen:

1. Het Hoorns model

Traditionele schooltijden, zoals hierboven bij het traditionele schooltijdenmodel beschreven, maar alle kinderen zijn naast woensdagmiddag ook vrijdagmiddag vrij.

2. Het Continurooster

Vier dagen les met een korte middagpauze op school, woensdagmiddag vrij (en vaak de onderbouw ook op vrijdagmiddag vrij), eindtijd vaak om 14.45 uur.

3. Het Vijf-gelijke-dagenmodel

Vijf dagen identieke schooltijden, geen vrije middagen, korte middagpauze op school, eindtijd vaak om 14.00 of 14.30 uur.

4. Het Bioritme-model

Leren volgens het bioritme (van 10.00 tot 12.00 uur en van 14.30 tot 16.30 uur), lange middagpauze (van 12.00 tot 14.30 uur) met opvang op school, inclusief lunch en ontspanning, cultuur en sport.

5. Het 7-tot-7-model of integraal kindcentrum

Aaneengesloten programma met afwisseling in blokken onderwijs, opvang, sport en ontspanning, zonder vaste pauzes, geen vaste vrije middagen, de school is het hele jaar van 7.00 tot 19.00 uur open.

We hebben een onderzoek verricht in april 2015 waaraan 405 leerkrachten werkzaam op basisscholen in Nederland hebben deelgenomen (zie de bijlage voor de onderzoeks- verantwoording).

We hebben deze leerkrachten vragen voorgelegd over onder meer:

- het schooltijdenmodel dat de school hanteert;

- het besluitvormingsproces dat op school doorlopen is om tot de keuze van een nieuw schooltijdenmodel te komen.

In deze rapportage beschrijven we de onderzoeksresultaten.

(4)

2 RESULTATEN

2.1 Schooltijdenmodel schooljaar 2015-2016

Leerkrachten is gevraagd welk schooltijdenmodel hun school in 2015-2016 hanteert. Ook in 2012 hebben we deze vraag gesteld, toen overigens aan directeuren van basisscholen (zie de

rapportage Meting PO – alternatieve schooltijden, juni 2013; aan dat onderzoek hebben 470 directeuren van basisscholen deelgenomen).

Ook voor komend schooljaar (2015-2016) hanteren de meeste scholen (56%) het Traditionele schooltijdenmodel. Wel is het percentage scholen dat komend schooljaar het traditionele model hanteert aanmerkelijk gedaald: van 77% in schooljaar 2011-2012 naar 56% in het schooljaar 2015- 2016.

De scholen die zijn overgestapt naar een nieuw schooltijdenmodel hebben met name gekozen voor het Continurooster of het Vijf-gelijke-dagenmodel. Inmiddels hanteert bijna een kwart van de basisscholen (23%) het Continurooster: vier dagen les met een korte middagpauze op school, woensdagmiddag vrij, vaak de onderbouw ook op vrijdagmiddag vrij, eindtijd vaak om 14.45 uur.

Eén op de elf basisscholen (9%) is overgestapt op het Vijf-gelijke-dagen-model: vijf identieke schooltijden, geen vrije middagen, korte middagpauze op school, eindtijd vaak om 14.00 of 14.30 uur.

9%

7%

1%

6%

77%

4%

8%

9%

23%

56%

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Een ander model Het Hoorns model Het Vijf-gelijke-dagenmodel Het continurooster Traditioneel

Welke schooltijdenmodel hanteert uw school in schooljaar 2015-2016?

- voorgelegd aan alle leerkrachten (n=405) -

Schooljaar 2015-2016 Schooljaar 2011-2012

(5)

Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 5

2.2 Het beste en het minst goede schooltijdenmodel

We hebben de leerkrachten gevraagd om aan te geven welk schooltijdenmodel volgens hun het beste model is en welk het minst goede model voor leerlingen, ouders, leerkrachten en

directeuren.

In de grafiek hieronder zijn de resultaten van het beste/minst goede model voor leerlingen weergegeven. Hieruit blijkt dat het 7-tot-7-model door de leerkrachten als het minst goede model wordt gezien voor leerlingen (58%). Het beste model voor leerlingen is volgens relatief veel leerkrachten (31%) het Bioritme-model, maar het verschil met andere modellen is niet erg groot.

58%

7%

4%

11%

7%

13%

2%

14%

15%

17%

21%

31%

-60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%

Het 7-tot-7-model of integraal kindcentrum Het continurooster Het Hoorns model Traditioneel Het Vijf-gelijke-dagenmodel Het Bioritme-model

Het minst goede model Het beste model

Het beste en het minst goede model voor leerlingen volgens leerkrachten

(6)

Ook voor de leerkrachten zelf blijkt het 7-tot-7-model het minst goede model te zijn, althans volgens de helft van de leerkrachten (50%). Ook het Bioritme-model wordt relatief vaak genoemd (28%) als minst goede model. Als beste model voor leerkrachten zelf, zien leerkrachten het traditionele model (35%), op een kleine afstand gevolgd door het Vijf-gelijke-dagenmodel (29%) en het Hoorns model (22%).

28%

50%

9%

5%

5%

3%

2%

12%

22%

29%

35%

-60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%

Het Bioritme-model Het 7-tot-7-model of integraal kindcentrum Het continurooster Het Hoorns model Het Vijf-gelijke-dagenmodel Traditioneel

Het minst goede model Het beste model

Het beste en het minst goede model voor leerkrachten volgens leerkrachten

(7)

Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 7 Voor de ouders is volgens 43% van de leerkrachten het 7-tot-7-model het beste model. Dit in tegenstelling tot de resultaten voor de leerlingen en de leerkrachten waarvoor het 7-tot-7-model juist als het minst goede model wordt gezien.

Het traditionele model en het Bioritme-model worden door een relatief grote groep leerkrachten (resp. 28% en 25%) als het minst goede model gezien voor de ouders.

25%

9%

14%

7%

28%

17%

9%

14%

17%

17%

43%

-60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%

Het Bioritme-model Het Hoorns model Het continurooster Het Vijf-gelijke-dagenmodel Traditioneel Het 7-tot-7-model of integraal kindcentrum

Het minst goede model Het beste model

Het beste en het minst goede model voor ouders volgens leerkrachten

(8)

Evenals voor de leerlingen en de leerkrachten is voor de schooldirectie het 7-tot-7-model volgens meer dan de helft de leerkrachten (53%) het minst goede model. Ook het Bioritme-model wordt door relatief veel leerkrachten genoemd als het minst goede model voor de schooldirectie (30%).

Het Vijf-gelijke-dagenmodel wordt door een relatief grote groep leerkrachten (36%) als het beste model gezien voor de schooldirectie, gevolgd door het traditionele model (28%) en het

Continurooster (20%).

30%

53%

4%

4%

8%

1%

1%

7%

8%

20%

28%

36%

-60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%

Het Bioritme-model Het 7-tot-7-model of integraal kindcentrum Het Hoorns model Het continurooster Traditioneel Het Vijf-gelijke-dagenmodel

Het minst goede model Het beste model

Het beste en het minst goede model voor de schooldirectie volgens leerkrachten

(9)

Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 9 In de onderstaande tabel hebben we de oordelen van de leerkrachten over ‘welke model voor welke groep het beste en het minst goed is’ bij elkaar geplaatst.

Opvallend is dat het schooltijdenmodel dat voor de ouders het beste model is (althans, volgens een relatief grote groep leerkrachten) juist voor alle andere groepen (leerkrachten, schooldirectie en leerlingen) het minst goede model is (althans, volgens een relatief grote groep leerkrachten).

Groep

Model Beste model Minst goede

model Beste model Minst goede

model Beste model Minst goede

model Beste model Minst goede model

Traditioneel model 17% 11% 35% 3% 17% 28% 28% 8%

Continurooster 14% 7% 12% 9% 14% 14% 20% 4%

Hoorns model 15% 4% 22% 5% 9% 9% 8% 4%

Vijf-gelijke-dagen-model 21% 7% 29% 5% 17% 7% 36% 1%

Bioritme-model 31% 13% 0% 28% 0% 25% 1% 30%

Het 7 tot 7-model of integraal kindcentrum 2% 58% 2% 50% 43% 17% 7% 53%

Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%

Leerlingen Leerkrachten Ouders Schooldirectie

(10)

Bijlage – Onderzoeksverantwoording

Het onderzoek is online uitgevoerd en daarbij is gebruik gemaakt van ons Online

Leerkrachtenpanel Basisonderwijs. Dit panel telt circa 2.800 leerkrachten die wij regelmatig benaderen voor het invullen van een ‘onderwijsrelevante online vragenlijst’.

De panels zijn representatief naar de kenmerken schoolgrootte (uitgedrukt in het aantal

leerlingen), denominatie (Openbaar, Rooms Katholiek, Protestants Christelijk en Overig) en naar vakantieregio (naar de indeling die OCW hanteert: Noord, Midden en Zuid).

We hebben in totaal 800 leerkrachten benaderd voor deelname aan het onderzoek en 405 leerkrachten (51%) hebben de online vragenlijst ingevuld. Deze netto-respons is representatief naar (vakantie)regio (Noord, Midden en Zuid), schoolgrootte (aantal leerlingen) en denominatie (Openbaar, Rooms Katholiek, Protestants Christelijk en Overig).

Omdat als gevolg van non-respons (wat altijd optreedt) niet de gehele populatie aan het onderzoek heeft deelgenomen, moet bij de interpretatie van de resultaten rekening worden gehouden met nauwkeurigheidsmarges. Hieronder is een tabel opgenomen waarin bij de netto- respons de bijbehorende nauwkeurigheidsmarges zijn vermeld. Hierbij is uitgegaan van een betrouwbaarheid van de resultaten van 95% (betrouwbaarheid = de mate waarin bij herhaalde meting, dezelfde resultaten worden verkregen).

Netto-respons Uitkomst 50%-50%

Uitkomst 75%-25%

Uitkomst 90%-10%

n = 300 5,6% 4,8% 3,4%

n = 400 4,8% 4,2% 2,9%

n = 500 4,3% 3,7% 2,6%

Toelichting op de tabel

Bij een netto-respons van bijvoorbeeld 400 leerkrachten dient bij een resultaat ‘75% van de leerkrachten geeft aan dat het Continurooster het beste schooltijdenmodel voor leerlingen is’ en

‘25% geeft aan dat het Continurooster niet het beste schooltijdenmodel is voor leerlingen’ , rekening te worden gehouden met het feit dat de werkelijke percentages zullen liggen tussen respectievelijk:

 Continurooster het beste model: 70,8% (75% -/- 4,2%) en 79,2% (75% + 4,2%) en

 Continurooster niet het beste model: 20,8% (25% -/- 4,2%) en 29,2% (25% + 4,2%).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Laten inzien wat het effect van zijn/ haar gedrag is voor het gepeste kind.. • Excuses aan

For example, liposomes with anionic surface charge showed better penetration than those with cationic surface charge.18, 19 A similar phenomenon has been observed for gold nanorods

Omdat het zo lekker was: meer ge- moedsrust, meer inspiratie, meer zien, meer buiten zijn, gewoon foto’s maken met haar camera. Maar omdat sociale media ook geweldig zijn en

Zij kunnen net zo goed benut worden voor andere plekken waar ouders en kinderen komen, zoals de speelzaal of het kinderdagverblijf.. Heeft

Voor 7% van de leerkrachten geldt dat er nu (tijdens de tweede lockdown) ongeveer evenveel kinderen uit beeld zijn als in de eerste lockdown en een relatief kleine groep (3%) geeft

Inmiddels hanteert een derde van de basisscholen (33%) het continurooster: vier dagen les met een korte middagpauze op school, woensdagmiddag vrij, vaak de onderbouw ook

Aan de directeuren van scholen die de afgelopen vier schooljaren zijn overgestapt naar een nieuw schooltijdenmodel (n=153), hebben we gevraagd aan te geven hoe tevreden de ouders,

Het Lectoraat Ouderschap & Ouderbegeleiding zal zich in blijven zetten om ouders te ondersteunen om op effectieve wijze betrokken te zijn bij de leer-, sociale en emotionele