1
De bevalling
Hoe verloopt een bevalling?
Iedere bevalling verloopt anders. Het is moeilijk te zeggen hoe lang een bevalling gaat duren. De tweede bevalling gaat vaak wat sneller dan de eerste. De gemiddelde tijdsduur van een eerste bevalling is 12 uur. Over het algemeen is het niet nodig om vanaf de eerste wee in het ziekenhuis te zijn. Uw verloskundige maakt hierover afspraken met u.
Natuurlijk kunt u bij twijfel altijd contact met ons opnemen. De bevalling begint meestal geleidelijk. De weeën komen in het begin vaak onregelmatig en zijn goed op te vangen. Het wordt duidelijk dat de bevalling is begonnen als de weeën elkaar sneller opvolgen, langer duren en pijnlijker worden. Van de bevallingen begint 90% met weeën en 10% begint met het breken van de vliezen.
Wanneer belt u?
Bij één van de volgende verschijnselen die zich voordoen bij het begin van de bevalling neemt u contact op met uw eigen verloskundige. Als u onder controle bent bij de klinisch verloskundige of gynaecoloog, neemt u contact op met de klinisch verloskundige van het ziekenhuis.
Het optreden van weeën om de vier of vijf minuten met een duur van één minuut Het verlies van vruchtwater
Bij bloedverlies
Bij één van deze tekenen vóór de 37e week
Bijzondere situaties
In sommige situaties is het nodig om tijdens een bevalling medisch in te grijpen. Graag leggen we een aantal begrippen aan u uit.
2
Inleiden van de bevalling
Soms is het nodig de bevalling actief op te wekken. Dit gaat altijd in overleg met u en de gynaecoloog. Dat kan het geval zijn als er een bepaalde tijd na het breken van de vliezen nog geen weeënactiviteit is, als er sprake is van een zwangerschapsduur langer dan 42 weken (serotiniteit) of bij overige medische indicaties.
Lees meer informatie over het inleiden van de bevalling.
CTG
Bij een bevalling met medische indicatie maken we altijd een CTG (CardioTocoGrafie).
Daarmee worden de hartslag(frequentie) van de baby, de weeënactiviteit van de
baarmoeder en de reactie van de baby op een wee gemeten. De registratie wordt omgezet in een grafiek die informatie geeft over de toestand van de baby en het baringsproces. Het CTG geeft geen informatie over de kracht van de weeën, vaak wel over de frequentie.
Vacuümextractie
De vacuümextractie passen wij toe als de bevalling tijdens de persfase niet vordert of als de gezondheid van moeder en/of kind gevaar loopt. Dit wordt ook wel een een niet-
vorderende uitdrijving genoemd. De gynaecoloog zet dan een zuignap op het hoofdje van de baby. De baby heeft na de bevalling een zwelling op het hoofd en kan wat last hebben van hoofdpijn.
Natuurlijke keizersnede
Dit is een operatie waarbij de baby via een snede in de buik wordt geboren. Dit kan noodzakelijk zijn als de andere manieren niet zijn gelukt, of als de conditie van moeder en/of kind het niet meer toelaat om vaginaal te bevallen. Soms weet men van tevoren al dat er een keizersnede gaat plaatsvinden.
Wie in Tergooi aan de hand van een natuurlijke keizersnede bevalt, kan meekijken met de geboorte via een venster in het operatiedoek. In Tergooi streven we ernaar bij moeders hun kindje op de borst te leggen zodra het is opgevangen en afgedroogd. Wanneer de
gezondheid van moeder het kind het toelaat, blijft het kindje daar een uur ongestoord liggen. Vanzelfsprekend kan bij ons ook een partner de geboorte van een kindje bijwonen.
De verdoving tijdens een keizersnede gebeurt vrijwel altijd met een ruggenprik. Het voordeel hiervan is dat u volledig bij bewustzijn blijft en u de geboorte van uw baby kunt meebeleven. Ook uw partner kan aanwezig zijn, tot en met de geboorte van de baby.
Lees meer informatie over de natuurlijke keizersnede.
Pijnbestrijding
Pijn hoort bij een bevalling en is een normaal verschijnsel. Bijna alle vrouwen ervaren de ontsluitingsweeën, het samentrekkingen van de baarmoeder die ervoor zorgen dat de baarmoedermond zich opent, als pijnlijk. Datzelfde geldt voor de uitdrijvingsweeën, die
3
samen met het persen ervoor zorgen dat uw kindje wordt geboren.
De duur en de ernst van de pijn kunnen wisselend zijn tijdens een bevalling. Meestal neemt de pijn toe naarmate de ontsluiting vordert. De pijn is voornamelijk onder in de buik
aanwezig en wordt soms als rugpijn gevoeld. Ook de pijn tijdens het persen verschilt: soms is het een opluchting om mee te mogen persen, soms doet persen juist het meeste pijn.
Ademhalings- en ontspanningsoefeningen kunnen helpen de weeën op te vangen. Dit kunt u al tijdens de zwangerschap in verschillende cursussen leren. Door geconcentreerd weeën
‘weg te zuchten’, komt u in een ritme waarbij het lichaam zelf stoffen aanmaakt die een pijnstillend effect hebben: endorfinen. Deze endorfinen zorgen ervoor dat de pijn te verdragen is.
Toch komt het regelmatig voor dat vrouwen de pijn ondraaglijk vinden. Uitputting, angst of spanning kunnen een rol spelen. Een warme douche of een warm bad, massage of een andere houding kunnen dan vaak helpen. Als dat niet werkt, kan medicatie worden ingezet om de vicieuze cirkel van pijn en niet kunnen ontspannen te doorbreken.
Er kan op verschillende manieren pijnstilling worden gegeven:
Een pethidine-injectie (werkt ook ontspannend)
Een infuus met remifentanyl (een pomp met pijnstilling die u zelf kunt bedienen) Een ruggenprik. Hierbij wordt het onderlichaam verdoofd, terwijl de weeën doorgaan.
Bovengenoemde vormen van pijnstilling zijn 24 uur per dag, 7 dagen in de week beschikbaar.
Meer informatie leest u bij Pijnbestrijding tijdens de bevalling.
Contact
Geboorteteam het Gooi
T Bij spoed (24/7) T 088 753 26 26 Tergooi: T 088 753 1 753
Gynaecologie en Verloskunde - Polikliniek T 088 753 11 30
klantcontactcentrum@tergooi.nl Ma t/m vr 08:30 - 16:30 uur
Verloskamers Polinummer A20 T 088 753 22 10
Verpleegafdeling - Kraam/Verloskunde B20 T 088 753 11 30
Vrouw Moeder Kind Centrum
4
T 088 753 11 30