• No results found

ACM heeft uw codewijzigingsvoorstel beoordeeld en komt tot de conclusie dat het voorstel niet in overeenstemming is met de belangen, regels en eisen, genoemd in artikel 55 van de E-wet

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ACM heeft uw codewijzigingsvoorstel beoordeeld en komt tot de conclusie dat het voorstel niet in overeenstemming is met de belangen, regels en eisen, genoemd in artikel 55 van de E-wet"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina1/4 Muzenstraat 41 | 2511 WB Den HaagPostbus 16326 | 2500 BH Den Haag

T 070 722 20 00 | F 070 722 23 55info@acm.nl | www.acm.nl | www.consuwijzer.nl

Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (NEDU) T.a.v. de heer A. van Wijlick

Baarnsche dijk 4 D 3741 LR BAARN

Den Haag, 11 februari 2015

Aantal bijlage(n):

Uw kenmerk:

Ons kenmerk: ACM/DC/2015/200714 Contactpersoon:

Onderwerp: 15.0006.52 Wijzigingsopdracht codevoorstel "Sectorrelease 2015"

Geachte heer Van Wijlick,

Op 23 december 2014 heeft de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM) een voorstel

ontvangen tot wijziging van de voorwaarden als bedoeld in artikel 31 en 54 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: E-wet) en artikel 12b en 22 van de Gaswet. Het voorstel is ingediend door de Vereniging Netbeheer Nederland (hierna: Netbeheer Nederland), namens de gezamenlijke netbeheerders en door de Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (hierna: NEDU), namens een representatief deel van de ondernemingen die zich bezighouden met het transporteren, leveren of meten van elektriciteit/gas. Het voorstel tot wijziging heeft betrekking op de zogenoemde Sectorrelease 2015, tweede tranche en houdt een wijziging in van de Informatiecode Elektriciteit en Gas en de Begrippenlijst Elektriciteit.

ACM heeft uw codewijzigingsvoorstel beoordeeld en komt tot de conclusie dat het voorstel niet in overeenstemming is met de belangen, regels en eisen, genoemd in artikel 55 van de E-wet. Bijlage 1 bij deze brief bevat een toelichting hierop.

Op grond van artikel 56, eerste lid, van de E-wet draagt ACM NEDU op om - namens een representatief deel van de ondernemingen bedoeld in artikel 54 E-wet - binnen vier weken na dagtekening van deze brief een gewijzigd voorstel in te dienen waarmee de strijdigheid die ACM geconstateerd heeft, wordt opgeheven. Indien het gewijzigde voorstel niet binnen vier weken wordt ingediend dan wel niet is gewijzigd conform de wijzigingsopdracht, stelt ACM op grond van artikel 36, vierde lid, en artikel 56, tweede lid, van de E-wet zelf een gewijzigd codevoorstel vast. ACM zal hiertoe het ingediende voorstel van Netbeheer Nederland en NEDU zodanig wijzigen dat het alsnog in overeenstemming is met de bovengenoemde belangen en regels

Volledigheidshalve wijs ik u erop dat ingevolge artikel 4:15 van de Algemene wet bestuursrecht de termijn voor het behandelen van het voorstel wordt opgeschort vanaf de dag na dagtekening van deze brief tot de dag waarop het gewijzigde voorstel door ACM wordt ontvangen of de genoemde termijn ongebruikt is verstreken.

(2)

2/4

Daarnaast heeft ACM enkele vragen over dit voorstel, waarvan de beantwoording van belang is om te kunnen komen tot een ontwerpbesluit. Deze vragen treft u aan in bijlage 2 bij deze brief. ACM verzoekt u om binnen vier weken na dagtekening van deze brief deze vragen schriftelijk te beantwoorden.

Aangezien de wijzigingsopdracht alleen betrekking heeft op onderdelen die te maken hebben met de Informatiecode Elektriciteit en Gas, is bovenstaande wijzigingsopdracht alleen aan NEDU gericht en niet aan de gezamenlijke netbeheerders verenigd in Netbeheer Nederland. Wel is een kopie van deze brief ter informatie verstuurd aan dhr. A. Jurjus van Netbeheer Nederland.

Mocht u naar aanleiding van deze brief nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de in het briefhoofd vermelde contactpersoon.

Hoogachtend,

Autoriteit Consument en Markt namens deze,

w.g. R.J. Spencer

Teammanager Directie Consumenten

(3)

3/4

Bijlage 1 - Wijzigingsopdracht

Zoals bepaald in artikel 54 Elektriciteitswet 1998 en artikel 22 Gaswet bevat de Informatiecode Elektriciteit en Gas (hierna: Informatiecode) voorwaarden met betrekking tot de wijze waarop de in deze artikelen genoemde ondernemingen de met administratieve processen samenhangende gegevens onderling moeten vastleggen, uitwisselen of gebruiken.

ACM constateert dat enkele artikelen in het ingediende codewijzigingsvoorstel met betrekking tot de Informatiecode onvoldoende duidelijk dan wel incorrect zijn geformuleerd. Daardoor kan een goede vastlegging, uitwisseling of gebruik bemoeilijkt worden. Dat vormt een risico voor het betrouwbaar functioneren van de elektriciteits- of gasvoorziening, zoals vermeld in artikel 36, eerste lid, onder b, van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 12f, eerste lid, onder b, van de Gaswet.

Daarom geeft ACM opdracht aan de indieners van het voorstel de hieronder genoemde artikelen zodanig aan te passen dat de duidelijkheid van deze artikelen wordt vergroot dan wel de incorrecte formuleringen verbeterd worden.

A)

In het voorgestelde artikel 5.3.2.6 wordt twee keer gerefereerd aan artikel 5.3.2.1 en 5.3.2.2, maar wordt niet tevens gerefereerd aan artikel 5.3.2.3 en artikel 5.3.2.4.

B)

In het artikel 5.3.2.6 wordt gesteld dat de bepaling van het verbruik wordt gebaseerd op één van de vier genoemde items. Indien er twee of drie of vier van deze items beschikbaar zijn, kan hiermee de bepaling nauwkeuriger gedaan worden. Het belang van de afnemer bij een zo correct mogelijke bepaling lijkt beter gediend als niet de zinsconstructie “of” gebruikt wordt, maar bijvoorbeeld de zinsconstructie “een of meerdere van onderstaande gegevens”.

C)

In het voorgestelde artikel 5.3.3.3 wordt gesteld dat de bepaling van het verbruik wordt gebaseerd op één van de drie genoemde items. Indien er twee of drie of vier van deze items beschikbaar zijn, kan hiermee de bepaling nauwkeuriger gedaan worden. Het belang van de afnemer bij een zo correct mogelijke bepaling lijkt beter gediend als niet de zinsconstructie “of” gebruikt wordt, maar

bijvoorbeeld de zinsconstructie “een of meerdere van onderstaande gegevens”.

D)

In het voorgestelde artikel 5.3.4.3a wordt verwezen naar “5.3.2.6 en 5.3.3.3, onder (ii)”. Dit moet zijn

“5.3.2.6, onder (ii) en 5.3.3.3, onder (ii)”.

E)

In artikel 5.5.3.3, lid a, het voorgestelde onderdeel ii, ontbreekt de term

“kWh/vermenigvuldigingsfactor” bij de eerste formule. Deze term staat wel correct opgenomen in de tweede formule.

(4)

4/4

Bijlage 2 – Vragen over het voorstel

Vraag 1)

Bij het voorgestelde artikel 3.4.1.a onderdeel f wordt een vijftal gegevens doorgegeven door de leverancier aan de netbeheerder.

Om welke reden zou de netbeheerder over deze gegevens moeten beschikken? In hoeverre kan het belang van de afnemer door deze doorgifte van gegevens geschaad worden? Mag de leverancier deze gegevens alleen met mandaat van de afnemer doorgeven, of ook zonder mandaat? Waarom is bij artikel 3.4.1.a sprake van deze gegevens, terwijl bij het vergelijkbare artikel 3.4.2.2 deze

gegevens niet meegezonden worden in het bericht van de leverancier aan de netbeheerder? In hoeverre dient het proces waarbinnen dit artikel valt ter uitvoering van de Regeling afsluitbeleid voor kleinverbruikers van elektriciteit en gas?

Vraag 2)

In het voorgestelde artikel 5.1.3.1, onderdeel c, bij de validatie van de meterstand, wordt gebruik gemaakt van een bovengrens voor teruglevering gebaseerd op 5000 kWh. Ook in het voorgestelde artikel 5.5.3.3, onderdeel a, onder (i), bij de bepaling van de te accepteren meterstand, wordt gebruik gemaakt van 5000 kWh. Consumenten die duurzame elektriciteit invoeren mogen conform artikel 31c van de E-wet per 1 januari 2014 onbegrensd terugleveren. De grens van 5000 kWh geldt alleen voor consumenten die niet-duurzame elektriciteit invoeden op het net.

Waarom is in deze twee artikelen gekozen voor een berekening gebaseerd op 5000 kWh?

Vraag 3)

Bij artikel 5.1.3.1 is bij onderdelen a en b sprake van “SOM fractie” en bij de voorgestelde onderdelen c en d is sprake van “SOM dagen”.

Waarom is dit verschillend?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als ten behoeve van het oprichten van een bouwwerk, al dan niet in combinatie met het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden zoals bedoeld

Het gebruik van een deel van de woning en/of de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf kan uitsluitend worden toegestaan indien ontheffing

Onderdelen die niet door of via de (bouw)ondernemer worden uitgevoerd (zoals bijvoorbeeld minderwerk), vallen niet onder de Woningborg Garantie en waar- borgregeling. Daarnaast

Indien de gebruikte installaties en het gebruikte materieel onvoldoende worden opgeborgen of opgeruimd in samenwerking met de gebruikers, zullen aan deze de

Wij mogen bestelde zaken en voor een opdracht aangeschafte materialen voor uw rekening en risico opslaan, wanneer wij de zaken niet op de overeengekomen wijze aan u kunnen leveren,

Met ingang van deze datum vervalt de “tarievenverordening gemeentelijke sportaccommodaties”, vastgesteld op 21 december 2004 en in werking getreden met ingang van 9

De inspecteur-generaal voor de Leefomgeving en Transport, bedoeld in het Instellingsbesluit Inspectie Leefomgeving en Transport, is de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 10 van

Op 12 april 2021 heeft Polygon aangekondigd dat de huidige biedprijs Orange Belgium op een stand- alone basis onderwaardeert, en dat zij daarom niet van plan is haar