• No results found

Werkstuk ANW Kometen 6,8. Werkstuk door een scholier 2348 woorden 16 jaar geleden. 16 keer beoordeeld

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Werkstuk ANW Kometen 6,8. Werkstuk door een scholier 2348 woorden 16 jaar geleden. 16 keer beoordeeld"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Werkstuk ANW Kometen

Werkstuk door een scholier 2348 woorden

16 jaar geleden

6,8

16 keer beoordeeld

Vak ANW

Al vele duizenden jaren zijn mensen gefascineerd door kometen. In volksverhalen kondigen ze oorlog, pest en hongersnood aan. In moderne tijden wordt hun schoonheid bewonderd. De laatste jaren zijn we erg verwend geweest met de terugkeer van de komeet Halley (1986), de ketting-komeet Shoemaker-Levy 9 (1992-1994) die zich op Jupiter stortte, Hyakutake (1996) met zijn grote blauwe staart en Hale-Bopp (1997) als helderste in de reeks.

Ook wetenschappelijk gezien staan kometen in de belangstelling, door hun unieke positie. De

langperiodieke kometen, die slechts één enkele keer doorheen het zonnestelsel reizen, zijn afkomstig uit de oortwolk, de uiterste grens van ons zonnestelsel. Ze kunnen ons zeer waardevolle informatie leveren over de vroegste periodes van het zonnestelsel, want sindsdien zijn ze nauwelijks van vorm of samenstelling gewijzigd.De meeste kortperiodieke kometen zijn waarschijnlijk afkomstig uit de zone tussen Saturnus en Uranus. Ze zijn verwant met de familie van de ijsdwergen, in het bijzonder met de centaurs, een groep ijsobjecten die zowel tot de planetoïden als tot de kometen gerekend zou kunnen worden.

Natuurlijk gebeurt het ook af en toe dat een langperiodieke komeet door baanwijzigingen een

kortperiodieke komeet wordt, hoewel deze nieuwe banen meestal niet stabiel genoeg zijn om de komeet daar lange tijd te houden.

Samenstelling Nucleus

De kern of nucleus van een komeet, door Fred Whipple ooit een "vuile sneeuwbal" genoemd, is meestal niet groter dan 1 tot 10 km. De komeet Halley, die 8 bij 16 km groot is, is één van de grootste kometen. De vuile sneeuwbal bestaat uit ijs en stof, samengeklonterd tot een soort van poreuze gruis. Dat betekent dat het binnenste van de nucleus dus geen harde steenklomp is, maar meer lijkt op een gatenkaas.

Wanneer zo'n vuile sneeuwbal dichter bij de zon komt, begint hij op te warmen. Het ijs dat op de

oppervlakte ligt, begint daardoor te sublimeren. Daarbij blijft een dikke laag stof achter die de binnenkant van de komeet helemaal omsluit. Doordat deze begint op te warmen, zal ook hier het ijs sublimeren, tot het genoeg kracht heeft om plots door de stoflaag te breken. Dit doorbreken produceert de jets die op sommige foto's te zien zijn.

De kern van komeet Halley, zoals waargenomen door de Europese sonde Giotto.

Aan de door de zon verlichte kant van de kern zijn jets te zien. [Foto: ESA]

(2)

Sommige astronomen nemen aan dat komeetkernen bestaan uit sub-nucleï, brokstukken van enkele honderden meters tot enkele kilometers groot, terwijl anderen vermoeden dat ze bestaan uit kleinere brokstukken. Het feit dat lang niet alle kometen in stukken breken, wijst erop dat ze in elk geval erg stevig in elkaar zitten. Dat sommige kometen blijkbaar wel bestaan uit poreuze brokstukken werd bewezen in 1992, toen de komeet Shoemaker-levy 9 door de aantrekkingskracht van Jupiter in 18 stukken brak alvorens op de planeet neer te storten.

De komeet Shoemaker-Levy 9, nadat ze door Jupiter uit mekaar gerukt was, en voor ze op Jupiter insloeg.

[Foto: STScI]

Coma

In de buurt van de komeet bevindt zich de coma, een dichte wolk van gas en stof die zich tot hooguit 1 miljoen kilometer van de nucleus uitstrekt. Deze coma produceert de stofstaart en wordt telkens

vernieuwd door verdamping van het oppervlak van de nucleus, wanneer deze dicht in de buurt van de zon komt. Comae ontwikkelen zich pas op ongeveer 3 AE, het punt waar de temperatuur boven het vriespunt van water komt.

Hoewel Hale-Bopp op een gegeven moment 1 000 ton water en 130 ton stof per seconde kwijtraakte, werd dit materiaal over een enorm uitgestrekt gebied in de ruimte verspreid, zodat het heel erg verdund is. Bij Hale-Bopp ging het in de coma, het dichtste deel van de gaswolk, wellicht om niet meer dan één

stofdeeltje per cm³. Bij één passage nabij de zon verliest een komeet hooguit 0,1 tot 1 % van zijn massa.

Staarten

Het meest opvallende onderdeel van de komeet is echter zijn staart (vandaar ook de volkse naam

"staartster"). Kometen hebben meestal twee staarten, iets wat op foto's van Hale-Bopp heel duidelijk opvalt. De helderste, wit-gele staart bestaat uit stof dat het zonlicht reflecteert. De zwakkere, blauwe staart is de plasmastaart, die bestaat uit ionen (elektronisch geladen moleculen). De plasmastaart is blauw omdat de koolstofmonoxide-ionen (CO+) onder invloed van het zonlicht zelf licht gaan uitstralen, vergelijkbaar met het licht uit een buislamp (die ook met ionen werkt).

De staarten van een komeet.

De stofstaart is meestal dik en gebogen, en wijst niet altijd precies weg van de zon. Zijn richting is afhankelijk van de snelheid van de komeet, de aantrekkingskracht van de zon en de planeten, de

ejectiesnelheid en andere factoren. De plasmastaart (of gasstaart) staat wel altijd weg van de zon, omdat de deeltjes waaruit hij bestaat elektrisch geladen zijn, en daardoor de invloed van de zonnewind (eveneens elektrisch geladen) veel sterker voelen.

De stofstaart is meestal 1 tot 10 miljoen kilometer lang, de plasmastaart kan wel 100 miljoen kilometer lang zijn. Bij de komeet Hale-Bopp werd ook een natriumstaart ontdekt.

Waterstofwolk

Kometen worden ook omhuld door een enorme wolk waterstof (H), die soms vele miljoenen kilometers groot kan zijn - dat is zelfs groter dan de zon! Deze enorme hoeveelheid waterstofatomen is wellicht afkomstig van het verdampte water (H2O) dat van de nucleus van de komeet afkomstig is. Onder invloed van het UV-licht van de zon wordt dit H2O opgesplitst. Het zuurstofatoom komt terecht in de plasmastaart

(3)

(CO+).

Baan

Kometen worden meestal in twee types verdeeld, naargelang hun baan. Vroeger sprak men van

periodieke en niet-periodieke kometen, maar Jan Oort ontdekte dat ook de niet-periodieke kometen een gesloten baan om de zon hebben. Sindsdien spreekt men van kortperiodieke en langperiodieke kometen.

Kortperiodieke kometen

Onder de kortperiodieke kometen vinden we bijvoorbeeld Halley, Encke, Tempel-Tuttle en Swift-Tuttle.

Deze kometen zijn over het algemeen oud. Daardoor is hun voorraad materiaal bij de talloze passages nabij de zon stilaan weggesmolten en zijn ze dus niet meer erg helder. Alleen Halley, die uitzonderlijk groot is, vormt hierop een uitzondering. De kortperiodieke kometen zijn ook verantwoordelijk voor de bekende meteorenzwermen.

Komeet Periode Meteoorzwerm Maximum P/Halley 75,7 jaar Eta Aquariden

Orioniden 5 mei 21 oktober

P/Swift-Tuttle 134 jaar Perseïden 12 augustus P/Giacobini-Zinner 6,6 jaar Draconiden 9 oktober P/Encke 3,3 jaar Tauriden 5 november

P/Tempel-Tuttle 33,2 jaar Leoniden 17 november P/Tuttle 13,6 jaar Ursiden 23 december

Enkele bekende kortperiodieke kometen, en de meteoorzwerm waarvoor ze verantwoordelijk zijn.

De kortperiodieke kometen hebben banen die min of meer in het baanvlak van de planeten liggen en die over het algemeen vrij stabiel zijn. Hun baan wordt wel beïnvloed door de zwaartekracht van de grote planeten, maar meestal niet in die mate dat ze veel verandert.

Langperiodieke kometen

De langperiodieke kometen hebben zeer grote banen, waarbij ze slechts eens in de vele duizenden jaren in de buurt van de zon komen. Ze zijn dan ook nog erg "jong" en hebben nog veel oermateriaal behouden.

Daardoor zijn ze vaak erg helder, en ook interessanter voor wetenschappers die het ontstaan van het zonnestelsel bestuderen. Voorbeelden van langperiodieke kometen zijn West, Hyakutake, Hale-Bopp en Shoemaker-Levy 9.

De langperiodieke kometen komen uit alle mogelijke hoeken op de zon af. Ze zijn afkomstig uit de oortwolk die het zonnestelsel aan alle kanten omgeeft. Hun banen zijn vaak onstabiel: ze kunnen in de buurt van een grote planeet komen, en daardoor radicaal van baan veranderen. Een goed voorbeeld is de komeet Shoemaker-Levy 9, een langperiodieke komeet die te dicht bij Jupiter in de buurt kwam. De zwaartekracht van de planeet bracht de komeet in een baan omheen Jupiter. Bij een tweede passage werd de komeet zelfs volledig uit elkaar gerukt tot een twintigtal fragmenten. Bij de derde passage sloeg de komeet in op Jupiter.

Een speciaal geval van deze langperiodieke kometen zijn de zonnescheerders. Dit zijn kometen die door de

(4)

zon worden aangetrokken, en totaal verdampen in de gloeiende hitte. Dergelijke kometen waren vroeger nagenoeg onbekend, maar de ruimtesonde SOHO heeft daar verandering in gebracht.

Een zonnescheerder, waargenomen door de satelliet SOHO. [Foto: NASA]

Oorsprong en evolutie

Door studie van de baan van kometen kan achterhaald worden uit welke omgeving ze afkomstig zijn.

Langperiodieke kometen zijn afkomstig uit de oortwolk, die zelf werd gevormd door materiaal dat uit de binnenste regionen van het jonge zonnestelsel werd weggeslingerd. Deze kometen zouden dan zijn gevormd in de omgeving van de gasplaneten. De kortperiodieke kometen zijn afkomstig uit de kuipergordel, en zijn daar ook gevormd.

Zoals gezegd verliest een komeet gigantische hoeveelheden materiaal bij elke passage bij de zon. Dit materiaal komt tussen het interplanetaire stof terecht, en is er mee verantwoordelijk voor het zodiakaal licht. Als dit materiaal in de aardse dampkring terecht komt, krijgen we meteoren te zien.

Na een tijd zal al het water en stof van de komeet opgebruikt zijn, zodat er enkel een steenachtige klomp overblijft. Deze dode steenbrokken vormen een deel van de planetoiden. Ongeveer een derde van de planetoïden in de buurt van de aarde zouden wel eens uitgedoofde kometen kunnen zijn.

Meteoroïden, meteoren en meteorieten

De stofstaart van een komeet verdwijnt natuurlijk niet. Het stof blijft in langgerekte sporen de baan van de komeet volgen, en wanneer een planeet door zo'n stofspoor trekt komen de stofdeeltjes, meteoroïden genoemd, op die planeet terecht. Bij de aarde (en andere planeten die door een dampkring beschermd worden) verschijnen ze onder de vorm van meteoren, in de volksmond ook wel vallende sterren genoemd.

Door de wrijving die hun afdaling in de atmosfeer veroorzaakt, verdampen deze meteoroïden volledig.

Enkel de allergrootsten bereiken het oppervlak van de aarde, en veroorzaken een krater. Meteoroïden die inslaan worden meteorieten genoemd. Ze zijn erg zeldzaam, en vaak ook te klein om veel schade te

veroorzaken. In het verleden is het echter al gebeurd dat een planetoide op de aarde neerstortte, en het is niet uit te sluiten dat dit in de (verre) toekomst opnieuw zal gebeuren.

Wanneer een meteoroïde in de atmosfeer van de aarde terechtkomt veroorzaakt hij daar ionisatie: de atomen in de atmosfeer verliezen een aantal elektronen, die ze na de passage van de meteoor terug opnemen. Bij dat terug opnemen van elektronen zenden ze fotonen (lichtdeeltjes) uit. Dit is de streep licht die we kunnen waarnemen als meteoor - het is dus in geen geval het licht van een opbrandende

meteoroïde!

Een meteoroïde brandt op in de atmosfeer, en veroorzaakt een heldere meteoor. [Foto: Arne Danielsen]

Een groot aantal meteoroïden is zó klein dat ze onder de vorm van minuscule stofdeeltjes op de aarde neerdwarrelen: dit zijn micrometeorieten.

Exploratie

De eerste sonde die naar een komeet werd gestuurd, was de ISEE-3/ice die in 1985 de komeet Giacobini- Zinner onderzocht. ICE bevestigde met zijn metingen de theorieën van Fred Whipple, die kometen had getypeerd als vuile sneeuwballen. Het is de bedoeling dat deze sonde in 2014 terug in de buurt van de aarde terechtkomt en door astronauten wordt opgehaald.

(5)

De nadering van de beroemde komeet Halley in 1986 bracht heel wat missies met zich mee. ICE kwam op 28 maart op een afstand van 31 miljoen kilometer van de komeet, maar paseerde tussen de komeet en de zon. De sonde deed dus geen directe waarnemingen, maar bood vergelijkingsmateriaal voor verkenners die dichter in de buurt van de komeet kwamen.

Ook de USSR sprong op de trein van de komeetverkenners: de sondes Vega-1 en Vega-2, die een ballon in de atmosfeer van Venus lieten afdalen, werden ook uitgerust met meetapparatuur om Halley te

onderzoeken. Vanaf 4 maart 1986 zond Vega-1 als eerste foto's terug van de komeet. Daaruit bleek dat de kern van Halley 14 km groot was en in 53 uur om zijn as draaide. Vega-1 bleef op een afstand van 8 890 km, Vega-2 naderde tot op 8 030 km.

De foto's die Vega-1 terugstuurde, werden gebruikt om de Europese sonde Giotto bij te sturen, die

eveneens naar Halley op weg was. De missie van Giotto was zonder twijfel een geweldig succes. De sonde was geprogrammeerd om zijn camera's automatisch naar de helderste plek op de komeet te richten.

Tegen alle verwachtingen in bleek de kern van de komeet echter erg donker te zijn, zodat deze bijna niet gefotografeerd was. Gelukkig was het beeldveld van de camera groot genoeg en kon Giotto dus de eerste detailopnames van een komeetkern naar de aarde terugsturen.

In 1990 passeerde Giotto voorbij de aarde. Bij die gelegenheid werd de sonde opnieuw geactiveerd en op een baan gezet die haar in 1992 nabij de komeet Grigg-Skjellerup bracht. De dichtste nadering bedroeg op 10 juli 1992 slechts 200 km.

De NASA-ruimtesonde Stardust, die als primaire opdracht heeft interplanetair stof te verzamelen en terug te brengen naar de aarde, passeerde op 2 januari 2004 voorbij de komeet Wild 2, en ving deeltjes op van de stofstaart van deze komeet. In 2006 zal de sonde dan naar de aarde terugkeren en de opgevangen deeltjes in een afdalingssonde naar het oppervlak brengen. We zullen dan de mogelijkheid krijgen deeltjes van een komeet op aarde te onderzoeken.

Een tweede NASA-verkenner, Contour, moest in de periode 2003-2008 voorbij drie kometen vliegen: eerst Encke (november 2003), vervolgens Schwassmann-Wachmann-3 (juni 2006) en tenslotte d'Arrest

(augustus 2008). Jammer genoeg ging Contour kort na zijn lancering verloren.

Een derde programma van de NASA heet Deep Impact, en zal de eerste missie zijn die op een komeet terecht komt: Op 4 juli 2005 zal deze sonde voorbij komeet Tempel-1 vliegen en daar een afzonderlijke sonde op laten neerstorten. De moedersonde zal gegevens en foto's van deze inslag doorsturen naar de aarde.

De ESA-sonde Rosetta tenslotte, die op 26 februari 2004 gelanceerd zal worden, heeft als doel de komeet 67P/Churyumov-Gerasimenko. Pas tien jaar later, in augustus 2014, komt de ruimteverkenner aan bij zijn doel. In november van dat jaar, na een grondige verkenning van het oppervlak, zal Rosetta zelfs een kleine lander laten afdalen naar de komeet. Het is de bedoeling dat de verkenner een tijd lang in de buurt van de komeet blijft om gedurende een langere periode de evolutie te kunnen waarnemen. Het einde van de missie is voorzien voor december 2015.

Oorspronkelijk was het de bedoeling op Rosetta al in 2003 te lanceren, met als bestemming de komeet Wirtanen. Problemen met de Ariane 5-raket, die gebruikt zou worden voor de lancering, zorgden er echter voor dat ESA op zoek moest gaan naar een nieuwe komeet om te bestuderen. De missie naar komeet 67P/Churyumov-Gerasimenko heeft het voordeel dat Rosetta op haar reis ook nog enkele planetoïden kan bezoeken.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De diagnosestelling, behandeling en controle bij patiënten met primair kwaadaardige beentumoren wordt uitgevoerd door een team van medisch specialisten.. Daartoe

Daarbij komt dat de zenuwbanen door diabetes beschadigd kunnen raken - het gevoel in de voeten kan daardoor minder worden waardoor wondjes niet meer worden opgemerkt.. Je kunt hier

Alleen zijn er een heleboel mensen die niet worden behandeld, omdat in de meeste gevallen er een heel weinig tekort aan actieve insuline of er een niet sterk genoeg insuline is..

Omdat de rente over een groter bedrag natuurlijk meer is betaal je in het begin veel rente en weinig aflossing, en aan het einde van de looptijd betaal je veel aflossing en

We spreken van een dominante cultuur als de kenmerken van deze cultuur geaccepteerd worden door de meeste mensen binnen en samenleving.. We spreken van een subcultuur wanneer binnen

Op het eerste moment wordt er te makkelijke gedacht over de ziekte Aids en dacht men dat ze wel even een vaccinatie zouden maken die de ziekte Aids de wereld uit zou kunnen

Hoofdstuk 2 kosten, opbrengsten en winst Paragraaf 1 constante en variabele kosten1. Kosten: Alle noodzakelijke uitgaven die een ondernemer moet doen om goederen te

Zie wat onzichtbaar is Wat je gelooft is waar Open je ogen maar En dan zal ik bij je zijn Alles wat jij moet doen Is mij op mijn woord geloven Afscheid nemen bestaat niet. Ik kom als