• No results found

1996 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA REGELING van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 oktober 1995, houdende uitvoering van artikel 150,

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "1996 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA REGELING van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 oktober 1995, houdende uitvoering van artikel 150,"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1996 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

REGELING van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 oktober 1995, houdende uitvoering van artikel 150 , eerste lid , onderdeel 7 , arti- kel 175 , eerste Iid , onderdeel 7 , en artikel 200, onderdeel 3, van het Vis- sersvaartui enbesluit ( Regeling signalering reddingmiddelen en vlucht- F

Wegen 01) Vlssersv|rtuigen ) . Uitgegeven, 24 jan uari 1996 De minister van Justitie, E.J . Vos

0

0

(2)

Pagina 2 A|ondigingsblad van Aruba 1996 no. 4 DE MlNf STER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Handelende in overeenstemming met de Minister van Vervoer en Communi- eatie van Aru ba ;

Gelet op artikel 150 eerste lid onderdeel 7 artikel 175 eerste lid on- derdeel 7 j en artikel 200, onderdeel 3, van het Vissersv|rtuigenbesluità;

B ESLU IT : Artikel 1

Ter zake van signaleringen van voorzieningen voor ontsnapping wordt aan boord van een vissersvaartuig gebruik gemaakt van het drieëntwin- tigste tot en met het vijfentwintigste symbool , aangegeven in de bij deze regeling opgenomen bijlagez van de op 4 november 1993 aangenomen Reso- lutie A . 760( 18) van de Internationale Maritieme Organisatie.

Artikel 2

Ter zake van bedien|ngs|nwijzingen voor de groepsreddin|iddelen en tewaterlatingsmiddelen wordt aan boord van een vissersvaartuig waarvan de lengte 45 meter of meer bedraagt, gebruik gemaakt van:

a. het eerste tot en met het achtste symbool aangegeven in de bij deze regel|ng opgenomen bijlage van de op 4 november 1993 aangenomen Resolutie A . 760(18) van de lnternatîonale Maritieme Or|nisatie, voor zover van toepassing;

b . het eerste tot en met het tweeëntwintigste symbool aangegeven in de bijlage, bedoeld onder a, voor zover van toepassing.

Artikel 3

Deze regeling treedt voor Nederland en Aruba in werking met ingang van 23 november 1995.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als : Regeling signalering reddingmidde- len en vluchtwegen aan boord van vissersvaartuigen ,

0

0

(3)

Pagïna 3 A|ondi|ngsblad van Aruba 1996 no. 4 Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant en het Afkondi- |ngsblad van Aruba worden eplaatst , met uitzondering van de bij deze ç regeling opgenomen bijlage 1 dle ter inzage wordt gelegd bij het Directo- raat-Generaal Sclzeepvaart en Maritieme Zaken Bordewijkstraat 4 te Rijswijk . Van de terinzageleg|ng in Aruba zal mededeling worden gedaan in het A|ondigingsblad van Aruba .

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT , A . Jorritsma-Lebbink

0

0

(4)

4 A|ondigingsblad van Aruba 1996 no. 4 Pagina

ToeHchting

o 23 november 1993 heeft de Raad van de Europese Gemeenschappen p

i htlijn nr . 93/103/EG vastgesteld , betreffende de minimumvoorschrlften r c

i ake veiligheid en gezondheid bij het werk aan boord van vissersvaar- nz

tuigen (PbEG L 307) , Merna te noemen: de richtlijn. De voorschriften van ' lementeerd in het Vissersv|rtuigenbesluit

de mchtlijn zijn ten dele geïmp (stb . 1995 , 456) .

De richtlijn stelt onder meer eisen aan de signalering van voorzieningen voor ontsnapping. De eis betreffende signalering is vastgelegd in Hoofd- stuk 5 van het Vlssersvaartuigenbesluit.

Alhoewel het Vissersvaartuigenbesluit in Hoofdstuk 5 onderscheid maakt tussen vaartuigen waarvan de lengte 55 meter of meer bedraagt en vaar- tuigen kleiner dan 55 meter, maakt de richtlijn geen onderscheid in de toepassing van de eisen met betrekking tot signalering van voorzieningen ontsnapping. In de artikelen 150 en 175 zijn de eisen betreffende voor

deze voorzieningen geregeld .

Aan zien het Vissersv|rtui|nbesluit geen bevoeydheid voor de minis- ter bevatte om nadere regels te stellen met betrekklng tot de signalering van voorzieningen voor ontsnapping, zoals bedoeld in de richtlijny is bPJ de implementat'le van de riehtlijn in het Vissersvaartuigenbesluit een dele- tiebevoegdheid tot het stellen van nadere regels bij ministeriële rege- Y'Y 175 van het Vissersvaartuigenbe-

hng opgenomen in de artikelen 150 en sluit .

In verband met de implementatie van de richtlijn is artikel 200, onderdeel ,3 in Hoofdstuk 7 van het Vissersv|rtui|nbesluit gewijzigd . Arlikel derdeel 3 , bevatte een dele|tiebepaling van regelgevende be- 2(|0, on

voewdheid aan het Hoofd van de scheepvaartinspectie met betrekking tot symbolen voor |epsreddin|iddelen en tewaterlatinomiddelen. Op rond van het derde onderdeel zijn nadere regels gesteld in Bekendma- ldng aan de zeevisv|rt van het Hoofd van de Scheepv|rtinspeetie van 15 augustus 1989 , nr. 35/1989 (Stcrt . 213) . Naar de huidige opvattingen behoort een dergelijke bevoeqdheid niet te worden verleend aan een ambtelijk functionaris . Bij de wijztging van het Vissersvaartuigenbesluit ter implementatie van de richtlijn is deze be- voegdheid vervangen door een bepaling van regelgevende bevoegdheid aan de minister, waarbij de bovengenoemde bekendmaking als gevolg van de inwerkingtreding van dat besluit van reehtswege is komen te verval- len.

0

0

(5)

Pagina 5 A|ondi|ngsblad van Aruba 1996 no. 4 De onderhavige regeling strekt tot het vaststellen van de bepalingen zoals neergelegd in de vervallen bekendmaking en tevens tot het opnemen van regels betreffende de signalering van vluchtwegen en nooduit|ngen zo- als bedoeld in de richtlijn (de bijlagen I en 11 , onder 4 ) . Bij de uitvoer|ng |s aangesloten bij de op 4 november 1993 aangenomen Resolutie A .760( 18) van de Internationale Maritieme Organisatie, waarin symbolen zijn vastgesteld voor de signalering van vluchtwegen en nood- ultgangen , alsmede symbolen voor de bedienin van reddingmiddelen . De @

desbetreffende symbolen zijn van toepassing, Sndien ten aanzien van een vissersvaartuig de onderscheiden voorzieningen waarop de symbolen be- trekking hebben , zijn voorgeschreven .

De inwerkingt-dingsdatum van de onderhavige regeling voor Nederland en Aruba is bepaald op 23 november 1995 , voor Nederland de uiterste implementatiedatum van de richtlijn en de inwerkingtredingsdatum voor Nederlapd en Aruba van de wijziging van het Vissersv|rtuigenbesluit ter implementatie van de richtlijn.

De onderhavige regelin is tot stand gekomen in overeenstemming met de F

a|btgenoot van de |inaster in Aruba te |eten de minister van Vervoer en Communiotie van Aruba.

Voor de Nederlandse Antillen zaly afhankeujk van de inwer|ngtreding van de bovenbedoelde wijziging van het Vissersvaartuigenbesluit voor de Nederlandse Antillen een ovexenkomstige regeling in overeenstem|ng >

met de Onister van Verkeer en Vervoer van de Nederlandse Antillen wor- den vastgesteld .

De bij de regeling behorende bijlage ligt ter inzage bij het Directoraat-Ge- neraal Scheepvaart en Maritieme Zaken, Bordewijkstraat 4 , te Rijswijk . De wijze waarop de desbetreffende bijlag'e in Aruba ter inzage wordt ge- legd , zal worden bepaald door de Arubaanse autoriteiten.

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT A . Jorritsma-Lebbink

0

0

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

leden in dienst van een andere zaak warden niet meegeteld). 25 arbeidsuren of meer werkzaam per week 1111 minder dan 25 arbeidsuren werkzaam per week 1111. WELKE

Daar- naast zijn nieuwe zaken uit de Rijkswet van 6 maart 2020 geregeld in verband met het plaatsen van het publiek identificatiemiddel met betrouwbaarheidsni- veau hoog op

De deskundigheidgebieden die worden onderscheiden voor de in artikel 2, eerste lid, onder 1º, van de Landsverordening beroepen in de gezondheids- zorg (AB 2014

In het eerste lid wordt «het inburgeringsdiploma, bedoeld in artikel 14, twee- de lid, van de Wet inburgering» vervangen door: het diploma, bedoeld in artikel 7,

1. 90) wordt de bezoldiging van een minister vastgesteld op Afl. In afwijking van artikel 4, derde lid, van de Landsverordening voorzienin- gen politieke ambtsdragers wordt

Dienst Posterijen de onder de Minister ressorterende dienst, genoemd in artikel 1, tweede lid, van de Postverordening (AB 1991 no. de naamloze vennootschap, bedoeld in artikel

Als gevolg van inmiddels opgedane ervaringen heeft de Algemene Vergadeùng van de IMO op 6 november 1 991 bij resolutie A.7 154 17) de Houtmmcode opnieuw v|tge- steld en de

Kolom B-G: Is van toepassing op zeeschepen dic gevaarlijke stoffen vervoeren en waar- voor een certiscaat van deugdelijklleid is afgegeven voor een vaargebicd dat zich niet