• No results found

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei blijft 2,9 procent. Economische groei breed gedragen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei blijft 2,9 procent. Economische groei breed gedragen"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

w w w .... cb s .... nl

Centraal Bureau voor de Statistiek

PB06-071 6 juli 2006

9.30 uur

Persbericht

Economische groei blijft 2,9 procent

De Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2006 flink gegroeid.

Het bruto binnenlands product (BBP) was 2,9 procent hoger dan een jaar eerder. Het eerste kwartaal telde in 2006 wel twee werkdagen meer dan vorig jaar. De uitkomst van de tweede raming is gelijk aan die van de eerste raming van jongstleden 11 mei. Wel zijn er bijstellingen op onderdelen. Vooral de invoer viel hoger uit. Maar ook de uitvoer, de voorraadvorming en

investeringen kwamen hoger uit. De consumptie was iets lager dan eerder geraamd. Dat blijkt uit de tweede raming van het CBS.

Het CBS heeft de cijfers voor de jaren 2003, 2004 en 2005 aangepast. De economische groei komt voor elk van de drie jaren hoger uit dan eerder gepubliceerd.

Kwartaal-op-kwartaalgroei laag

Het volume van het BBP was in het eerste kwartaal van dit jaar 0,1 procent hoger dan in het vierde kwartaal van 2005. Bij de eerste raming was dat 0,2 procent. De kwartaal-op-kwartaalgroei van 0,1 procent in het eerste kwartaal is duidelijk lager dan in de drie voorafgaande kwartalen.

Economische groei breed gedragen

De economische groei in het eerste kwartaal van 2006 is fors hoger dan gemiddeld in 2005. Dit komt vooral doordat de uitvoer, de investeringen en de consumptie van huishoudens sneller groeien. De overheidsconsumptie bleef achter. De uitvoer blijft de belangrijkste bron voor de economische groei.

Naast de wederuitvoer groeide nu ook de export van Nederlands product sterk. Verder hebben huishoudens veel meer besteed aan duurzame consumptiegoederen die doorgaans worden ingevoerd.

Vanuit de productiekant bezien laten de detail- en groothandel een zeer hoge groei zien. Dit komt door sterke groei van de uitvoer en de sterk stijgende winkelverkopen. Er werd flink meer aardgas gewonnen voor zowel

buitenlandse als binnenlandse afnemers. De bouwproductie profiteerde van de aantrekkende woningbouw, de industrie van de uitvoer. Voor de extra productie doen veel ondernemers een beroep op uitzendwerk.

Economische groei 2003, 2004 en 2005 opwaarts bijgesteld

De economische groei voor 2003, 2004 en 2005 is bijgesteld naar respectievelijk 0,3, 2,0 en 1,5 procent. Voor alle drie jaren komt de

economische groei hoger uit dan eerder gepubliceerd. Zowel voor 2003, 2004 als 2005 was de consumptiegroei van huishoudens hoger dan eerder

(2)

geraamd. Daarnaast pakte in 2003 en 2005 de investeringsgroei hoger uit. In 2004 was het uitvoersaldo hoger dan eerder berekend.

Vanuit de bedrijfstakken bezien is de ontwikkeling van de productie in de commerciële dienstverlening en in de industrie positiever dan eerder geraamd.

Technische toelichting

Algemeen

De economische groei wordt gemeten aan de volumegroei van het bruto binnenlands product (BBP). Dit is het totaal van de in het productieproces gevormde inkomens (de ‘toegevoegde waarde’).

Achtergrondinformatie over de ramingen

Er worden twee ramingen samengesteld en gepubliceerd van de economische groei in een kwartaal. De eerste raming of flash-raming wordt uiterlijk 45 dagen na afloop van een kwartaal gepubliceerd. De cijfers van de eerste raming kunnen wijzigen op grond van nieuwe statistische broninformatie die nadien beschikbaar komt. In de tweede raming die uiterlijk 90 dagen na afloop van een kwartaal wordt gepubliceerd, is deze nieuwe en meer uitgebreide statistische informatie verwerkt. Bovendien komen op dat moment meer detailgegevens beschikbaar. Bij de afsluiting van het vierde kwartaal komt tevens de eerste raming van het jaar gereed en worden de eerste drie kwartalen opnieuw vastgesteld.

Ook nadien kunnen de cijfers nog worden aangepast. De kwartaalgegevens worden namelijk eenmaal per jaar in juli geijkt aan de jaarcijfers van de Nationale rekeningen die volgens een vaste cyclus van drie opeenvolgende ramingen (voorlopige raming, nader voorlopige raming en definitieve raming) worden herzien.

Werkgelegenheid

In het persbericht over de eerste raming van de economische groei in een kwartaal wordt conform Europese afspraken tevens een eerste raming van de werkgelegenheid in dat kwartaal gepubliceerd. Deze raming heeft uitsluitend betrekking op werknemers. Zelfstandigen blijven buiten beschouwing. De raming luidt zowel in banen als in arbeidsjaren (=voltijdbanen). De tweede raming van de werkgelegenheid met daarbij een verdeling van de

werkgelegenheid naar bedrijfstakken wordt gepubliceerd in een afzonderlijk persbericht één werkdag na verschijning van het persbericht over de tweede raming van de economische groei op kwartaalbasis.

Seizoengecorrigeerde gegevens

Normale praktijk is dat mutaties worden berekend ten opzichte van het vergelijkbare kwartaal van het voorafgaande jaar. Om een zo goed mogelijk beeld te geven van de conjuncturele stand van zaken wordt de groei van het BBP en van het aantal banen ook ten opzichte van het voorgaande kwartaal berekend. Hierbij wordt gecorrigeerd voor seizoen- en werkdageffecten. Bij het uitkomen van nieuwe kwartaalcijfers wordt deze seizoencorrectie steeds

(3)

bestedingendeel van de jaarpublicatie Nationale rekeningen. In dit persbericht zijn daarom twee extra tabellen opgenomen met enkele nieuwe jaarcijfers.

Zorgstelsel

Dit jaar is een nieuw zorgstelsel ingevoerd. In de Nationale rekeningen brengt dit een verschuiving met zich mee van consumptie door huishoudens naar consumptie door de overheid. De consumptie door huishoudens is hierdoor in 2006 veel lager, de consumptie door de overheid veel hoger dan een jaar eerder. Ook heeft bij de productie een overheveling plaatsgevonden van overheid naar verzekeringsinstellingen. In dit persbericht zijn de cijfers opgenomen waarin deze verschuivingen zijn verwerkt. Daarnaast zijn tussen haakjes de cijfers opgenomen waarin voor deze verschuiving is gecorrigeerd.

Bij de beschrijving van ontwikkelingen is de tekst van het persbericht gebaseerd op de gecorrigeerde cijfers.

Bruto binnenlands product: volume

-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 7

I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I

2002 2003 2004 2005 2006

%

109 110 111 112 113 114 115 116 117 mld euro 118

%-mutatie t.o.v. dezelfde periode een jaar eerder (links) seizoengecorrigeerd, mld euro in prijzen 2001 (rechts)

Bron: CBS

(4)

Tabel 1: Bruto Binnenlands Product (marktprijzen) #) Waarde Verandering t.o.v.

zelfde periode vorig jaar voorgaande periode 1) mld euro volumemutaties in %

2003 476,9 0,3 .

2004 489,9 2,0 .

2005 505,6 1,5 .

2003-I 117,6 0,8 0,7

II 121,3 -0,2 -0,6

III 115,0 0,0 0,1

IV 123,1 0,7 0,6

2004-I 119,9 1,3 1,2

II 124,4 1,8 0,2

III 118,1 2,3 0,4

IV 127,4 2,4 0,1

2005-I 122,5 0,4 0,0

II 128,8 1,9 0,9

III 122,2 2,0 0,7

IV 132,2 1,9 0,6

2006-I 129,2 2,9 0,1

1) Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden en werkdageffecten.

#) Deze cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie staat in de technische toelichting.

Bron: CBS

Tabel 2: Goederen- en dienstentotalen #)

2005 2005 2006

I II III IV I 2) volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder

Consumptieve bestedingen 0,6 -0,6 0,2 1,2 1,5 1,9

w.v. door huishoudens 0,7 -0,8 0,6 1,3 1,6 -0,6 (2,6)

door overheid 0,3 -0,4 -0,5 1,0 1,2 7,2 (0,3)

Investeringen in vaste activa 3,6 -0,4 5,1 7,5 2,7 4,4 Veranderingen voorraden1) -0,1 0,4 -1,5 -0,5 1,2 0,8

Nationale bestedingen 0,9 -0,8 1,1 1,6 1,8 2,7

Uitvoer goederen en diensten 5,5 7,3 7,4 5,6 2,2 8,3 Invoer goederen en diensten 5,1 6,4 6,8 5,3 2,2 8,7

(5)

Tabel 3: Toegevoegde waarde van producenten (bruto, basisprijzen) #)

2005 2005 2006

I II III IV I 1) volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder

Producenten van:

Goederen -0,4 -2,0 1,6 -0,4 -0,6 3,9

Landbouw en visserij 1,1 2,6 -3,2 1,1 3,5 -1,7

Industrie en energie: -1,2 -2,0 0,6 -1,4 -1,7 4,3

w.o. Industrie 0,2 -1,7 1,1 0,7 0,6 2,2

Bouwnijverheid 1,8 -3,8 6,7 2,8 1,5 4,9

Commerciële diensten 3,0 2,6 2,6 3,3 3,3 3,1 (2,9)

Handel, horeca en transport 2,5 1,2 1,0 3,8 3,8 4,9

Financiële en zakelijke

Diensten 3,4 3,8 4,0 2,8 2,9 1,7 (1,3)

Niet-commerciële diensten 0,8 -0,4 0,9 1,3 1,5 0,3 (0,7)

1) De getallen tussen haakjes zijn gecorrigeerd voor veranderingen in het zorgstelsel.

#) Deze cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie staat in de technische toelichting.

Bron: CBS

Tabel 4: Goederen- en dienstentotalen, jaargegevens#

2005 2003 2004 2005

mld euro %-volumemutaties t.o.v. het voorgaande jaar

Consumptieve bestedingen 368,9 0,8 0,5 0,6

w.v. door huishoudens 247,1 -0,2 0,6 0,7

door overheid 121,8 2,9 0,1 0,3

Investeringen in vaste activa 97,7 -1,5 -0,8 3,6

Veranderingen voorraden 0,1 . . .

Nationale bestedingen 466,7 0,4 0,6 0,9

Uitvoer goederen en diensten 353,6 1,5 8,0 5,5

Invoer goederen en diensten 314,6 1,8 6,4 5,1

Bruto binnenlands product 505,6 0,3 2,0 1,5

#) De eerder gepubliceerde cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie hierover staat onderaan de technische toelichting

Bron: CBS

(6)

Tabel 5: Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen), jaargegevens#

2005 2003 2004 2005

mld euro %-volumemutaties t.o.v. het voorgaande jaar

Producenten van:

Goederen 118,2 -1,8 1,9 -0,4

Landbouw en visserij 9,8 4,1 6,0 1,1

Industrie en energie: 83,9 -1,4 2,5 -1,2

w.o. Industrie 63,2 -1,1 1,6 0,2

Bouwnijverheid 24,5 -5,5 -1,7 1,8

Commerciële diensten: 220,1 1,0 2,6 3,0

Handel, horeca en transport 97,1 2,3 3,5 2,5

Financiële en zakelijke 123,1 -0,2 1,8 3,4

Diensten

Niet-commerciële diensten 110,7 2,0 1,1 0,8

#) De eerder gepubliceerde cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie hierover staat onderaan de technische toelichting

Bron: CBS

Tabel 6: Goederen- en dienstentotalen, jaargegevens oud en nieuw 2003 2004 2005

oud nieuw oud nieuw oud nieuw

volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder

Consumptieve bestedingen 0,3 0,8 0,0 0,5 0,4 0,6

w.v. door huishoudens -0,7 -0,2 0,0 0,6 0,3 0,7

door overheid 2,4 2,9 0,0 0,1 0,5 0,3

Investeringen in vaste activa -3,5 -1,5 2,9 -0,8 2,2 3,6

Uitvoer goederen en diensten 2,0 1,5 8,5 8,0 5,9 5,5

Invoer goederen en diensten 2,0 1,8 7,8 6,4 5,1 5,1

Bruto binnenlands product -0,1 0,3 1,7 2,0 1,1 1,5

Bron: CBS

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uit zijn analyse van de gemiddelde groei over de periode 1960-1985 voor 98 landen blijkt dat elk van beide maatstaven significant negatief is gecorre-I. 14 Daarmee is het terrein

Aandeelhouders wensen een bepaald rendement (rentier opportunity cost), dat niet los kan worden gezien van de lucratieve investeringen in financiële activitei- ten.

Aandeelhouders wensen een bepaald rendement (rentier opportunity cost), dat niet los kan worden gezien van de lucratieve investeringen in financiële activitei- ten.

De vraag die in het publieke debat over en in het onderzoek naar de effectiviteit en ontwikkeling van corporate governance moet worden gesteld, is of er bij degenen die nu de

Een theoretische implicatie heeft betrekking op het feit dat het onderzoek aantoont dat de woningbouwproductie op de lange termijn beïnvloed lijkt te worden door

Terwijl, ten slotte, de jaren tachtig op het gebied van de opvattingen binnen de partij over de onderlinge Europese verhoudingen weinig nieuws te zien geven, zijn de

- Tndíen in een economie niet wordt geproduceerd, doch consumptie ~eschiedt door verhruik van een uitputtelijke voorraad dan is die economie gedoemd te verdwijnen op het moment van

(Zo zal het benzineverbruik een geringere stijging kunnen gaan vertonen; deze kan niet zonder meer in het buitenland worden gedekt.) Het gaat hier om een stuk