• No results found

2020-2021

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "2020-2021"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

2020-2021

Ivonne van Utrecht en Marco Houtekamer Scalda

24-8-2020

MLO Praktijkboek 2de + 3de leerjaar

(Versie 9)

(2)

1

Inhoud

LABORATORIUMREGLEMENT: ... 2

VEILIGHEID:... 5

PRAKTIJKKAART: ... 5

GRIJZE BAKKEN: ... 5

VOORBEREIDING: ... 5

LABJOURNAAL: ... 7

Linkerblad: ... 7

Rechterblad: ... 7

LOGBOEK APPARTUUR: ... 7

MEETVERSLAG: ... 8

ZAALWACHT: ... 9

PRAKTIJK TIJDEN: ... 9

PRAKTIJK DAGEN GEMIST: ... 9

PRAKTIJK VERGADERING: ... 9

UITGEBREID VERSLAG:... 10

BIJLAGE ... 11

(3)

2

LABORATORIUMREGLEMENT:

Algemene regels HZ en Scalda

De Arbowet is ook van kracht voor onderwijsinstituten. Volgens deze wet is de bestuurder of het hoofd van het instituut verantwoordelijk en aansprakelijk voor de veiligheid van personeel en studenten binnen het hogeschoolgebeuren. De bestuurder is daardoor verplicht de bepalingen van de Arbowet en de op deze wet gebaseerde uitvoeringsbesluiten na te leven en te doen naleven.

Daartoe dienen:

- de nodige opdrachten te worden gegeven;

- de nodige maatregelen te worden genomen;

- de nodige middelen te worden verstrekt;

- het redelijk te vorderen toezicht te worden gehouden.

Echter niet alleen de werkgever maar ook de werknemer kan aansprakelijk worden gesteld voor de gevolgen van het niet naleven van de wettelijke voorschriften. Dit is het geval wanneer de

werknemer de hem of haar opgedragen taak verband houdend met de Arbowet niet naar behoren vervult. Een soortgelijke wettelijke aansprakelijkheid geldt ook voor studenten ten aanzien van het niet naleven van geldende voorschriften.

Waar in de onderstaande tekst de mannelijke vorm wordt gebruikt (student, docent enzovoort), wordt zowel een man als een vrouw bedoeld

-Het College van Bestuur van het betreffende onderwijsinstituut, in de persoon van de voorzitter, draagt de eindverantwoordelijkheid voor de totale veiligheid.

-Studenten zijn verantwoordelijk vooral voor het naleven van de ter plaatse geldende veiligheidsvoorschriften en gedragsregels.

-Op elke practicumzaal zijn tenminste die veiligheidsmiddelen aanwezig die zijn voorgeschreven door brandweer en arbeidsinspectie. Het is verboden de veiligheidsmiddelen te gebruiken voor andere doelen dan die waarvoor ze bestemd zijn. Het gebruik of verbruik van veiligheidsmiddelen dient direct te worden gemeld aan de aangestelde beheerder.

De aangestelde beheerder is verantwoordelijk voor het onderhoud en daarmee voor het goed functioneren van de veiligheidsmiddelen

-Het verrichten van de werkzaamheden op praktijk slechts toegestaan:

a. In groepsverband onder leiding van de volgens het lesrooster verantwoordelijke leraar.

b. Buiten groepsverband onder direct toezicht van een leraar.

c. Buiten klassenverband voor het werken aan langdurige opdrachten met toestemming van van docent en of instructeur.

- Practica in groepsverband hebben voorrang boven individuele werkzaam heden.

(4)

3 Belangrijke gedragsregels die gelden tijdens praktijk

1. Orde en netheid zijn noodzakelijk om veilig te kunnen werken. Ter controle hiervan wordt bij toerbeurt per practicum een zaalwacht aangewezen. De zaalwacht zorgt ervoor dat de practicumzalen opgeruimd worden.

2. Eten, drinken of roken is niet toegestaan in de praktijkruimten. Bij het verlaten van de practicumruimte dienen de handen goed te worden gewassen

3. De student dient op de hoogte te zijn van de vluchtwegen waarlangs bij alarm het gebouw kan worden verlaten en van de plaats waar hij zich na ontruiming van het gebouw dient te melden voor het door de docent te houden appèl. Het verzamelpunt is bij de achteruitgang van het HZ-terrein. Zie 3 calamiteiten procedure voor de exacte locatie. Daar is ook de HZ- brede calamiteiten procedure opgenomen

4. Een goede voorbereiding van de student alvorens een proef uit te voeren is mede uit het oogpunt van veiligheid een vereiste.

5. De student dient zich tevoren op de hoogte te stellen van de gevaren die verbonden zijn aan het uitvoeren van de proef; raadpleeg bij twijfel de docent.

6. Geconstateerde defecten aan apparatuur dienen onmiddellijk te worden gemeld aan de docent of instructeur, opdat deze verholpen kunnen worden

7. Iedereen draagt bij het betreden van de praktijkruimten een bril, een gesloten

laboratoriumjas en deugdelijk, veiligheid schoenen; het dragen van een korte broek is om veiligheidsredenen niet toegestaan.

8. Hoofddeksels en loshangende kledingstukken als shawls en stropdassen zijn niet toegestaan.

Loshangend haar moet worden samengebonden.

Het dragen van hoofdbedekking vanuit religieuze beginselen is toegestaan met dien verstande dat, voor de veiligheid van de drager en zijn/haar omgeving, deze zodanig wordt gedragen dat er geen loshangende delen zijn en het gezichtsveld niet wordt belemmerd. De hoofdbedekking moet zijn gemaakt van brandwerende-/vertragende stof zoals katoen of daartoe geïmpregneerd materiaal. De verantwoordelijkheid hiervan ligt uitdrukkelijk bij de student(e) in kwestie.

De veiligheidsbril dient in deze gevallen ónder de hoofdbedekking, rechtstreeks achter/op de oorschelp te worden gedragen

9. Pipetteren mag uitsluitend geschieden m.b.v. een pipetteerhulp (pipetteerballon of automatische pipet).

10. Voor het milieu gevaarlijk afval mag niet door de gootsteen worden weggespoeld, maar dient in de daarvoor bestemde afvalvaten te worden gedeponeerd. Zie protocol Afvoer gevaarlijk afval waarin staat beschreven op welke wijze chemisch afval wordt afgevoerd.

(5)

4 11. Het is niet toegestaan alleen in een praktijkruimte werkzaamheden uit te voeren

12. Studenten die zelfstandig (minimaal twee studenten) in een ruimte werkzaamheden willen uitvoeren dienen hiervoor toestemming te vragen aan de verantwoordelijke

instructeur/docent.

De daadwerkelijke uitvoering van de werkzaamheden kunnen alleen worden verrichten wanneer hiertoe is ingetekend op het formulier Toestemming voor het werken in laboratoria buiten lesverband welke door de laboratoriumbeheerder wordt bijgehouden.

13. Het is niet toegestaan laboratoriumjassen te voorzien van allerlei zinloze teksten, tekeningen e.d.

14. Het gebruik van mobiele telefoons (muziek en “oortjes”) en andere aandachtafleidende apparatuur is in het laboratorium niet toegestaan. Deze middelen worden opgeborgen in je tas of een “locker”. De iPad dient alleen gebruikt te worden voor onderwijsdoeleinden.

(6)

5

VEILIGHEID:

• Veiligheidsschoenen verplicht.

• Labjas verplicht.

• Bril verplicht.

• Glaswerk breuk melden aan docent.

• Defecte apparatuur melden, verzamelen door docent en afgeven aan Sandra.

• Geen veiligheidsschoenen -> geen praktijk -> werken in OLB, les inhalen.

• Geen jas of geen bril -> lenen voor €1

PRAKTIJKKAART:

• Bij docent inleveren aan het begin van de les.

• Geen praktijkkaart -> geen praktijk -> werken in OLB, les inhalen.

• Praktijkkaart wordt aan het einde van de les ingevuld.

• Opmerkingen op de praktijk kaart worden ingevuld indien er wordt afgeweken van de norm

“voldoende”. De opmerkingen hebben dan betrekking op het ongewenst gedrag of opvallend goed gedrag (zie bijlage).

• Op het einde van de periode is altijd een inhaalmoment, waarbij maximaal 1 gemist of mislukt experiment ingehaald kan worden op eigen initiatief.

• Zowel de beroepshouding als de vaardigheden op de praktijk komen als beoordeling onderaan de kaart te staan.

• Dit geheel wordt mee genomen in het functioneringsgesprek en gerapporteerd in Eduarte.

GRIJZE BAKKEN:

• In de bufferweken worden de grijze bakken voorbereid voor de daar op volgende periode.

• Bij dezelfde experimenten is er zowel een bak voor de laboranten als voor de analisten.

• Aan het einde van de praktijk dag worden de bakken weer aangevuld (zie inhoud grijze bak formulier), zodat de volgende praktijkgroep met voldoende oplossingen/materialen aan het experiment kan beginnen.

VOORBEREIDING:

• Aan het begin van de les, voorbereiding aan docent tonen.

• Naast de voorbereiding wordt hier ook een individuele evaluatie in gezet.

• Geen voorbereiding gemaakt -> geen praktijk -> werken in OLB. (je komt die dag niet terug naar de praktijk en moet de les inhalen)

• In A4 schrift schrijven, volgens onderstaande regels.

• Zowel de voorbereiding als het labjournaal worden in hetzelfde A4 schrift gezet.

(7)

6

• Start met de voorbereiding op de linker pagina, en zorg ervoor dat je het labjournaal ook begint op een volgende linker pagina. Indien je voorbereidingen van tevoren wil maken, laat dan pagina’s leeg voor je labjournaal.

bladzijde 1. (eerste gelinieerde pagina) Inhoudsopgave Volgende bladzijden

Doel van het experiment;

Tijdsplanning;

Maak een realistisch planning. Probeer hierbij te werken in blokken van 2 uur (tussen de pauzes). Vermeld duidelijk de uit te voeren werkzaamheden zoals: benodigdheden ophalen, maken van oplossingen, bouwen van een opstelling, reactietijd, wachttijd, tijd voor zuivering, opstarten en optimaliseren van apparatuur, analysetijd op apparatuur en tot slot opruimen van de werkplek inclusief het afvoeren van afval.

Veiligheid (essentieel, zie onder!);

Een korte uitleg per stof, en uiteindelijk de belangrijkste veiligheidsmaatregelen om de proef te doen. (afgeleid en gekoppeld aan H en P zinnen). Bijvoorbeeld:

gec. HCl: brandwonden (H314) -> beschermende kleding, handschoenen (P280) Irritatie luchtwegen (H335) -> inademing vermijden (P261) -> in zuurkast!

Voorbereiding Proef;

Maak een (schematische) werkwijze met daarin inwegen, eindvolumes, pipetteerstappen, toe te voegen reagentia, eventueel temperatuur en wachttijd enzovoort.

Maak een blokschema van het te gebruiken apparaat of je verdunningsreeks.

Maak een tekening van je opstelling.

Bekijk het evaluatiedocument voor opmerkingen vanuit de praktijkvergadering.

Berekening;

Formules met een voorbeeldberekening.

Afvalverwerking;

Waar moet na afloop het (vloeibaar) afval naar toe?

Vat 1 – Anorganisch, zuur;

Vat 2 – Anorganisch, base;

Vat 3 – Organisch, niet gechloreerd;

Vat 4 – Organisch, gechloreerd.

Evaluatie;

Hoe is de proef verlopen zijn er bijzonderheden, dit is de input voor de praktijkvergadering!

Opmerking: Veiligheid wordt door zowel stage als school gezien als zeer belangrijk voor je beroepshouding. Als het onderdeel veiligheid onvoldoende is uitgewerkt, wordt de totale voorbereiding als onvoldoende beoordeeld.

(8)

7

LABJOURNAAL:

• In het A4 schrift schrijven aansluitend aan de bijhorende voorbereiding.

Linkerblad:

Formules Resultaat Conclusie

Rechterblad:

Code: ACI03; Het stellen van HCl op Borax

Datum; 8/9/2015 Samengewerkt met; P. Student Apparatuur; Automatische Buret (AuBu01) Gaschromatograaf (GC03)

Resultaten; In tabelvorm (volledig en overzichtelijk) Waarnemingen / Opmerkingen; kort en bondig

LOGBOEK APPARATUUR:

• Indien je met apparatuur werkt, moet je een logboek bijhouden van diverse gebeurtenissen (logs) van een apparaat, vanaf periode 11).

• Bij ieder apparaat ligt een logboek, waar je dit in moet noteren volgens onderstaande regels.

In de kantlijn invullen.

Datum:

Naam:

Apparaat:

In het blokje naast de kantlijn invullen.

*Analyse

*Kalibratie uitgevoerd (J/N/nvt, bijzonderheden)

*Analyses uitgevoerd (J/N, bijzonderheden)

*Opmerkingen: Problemen , oorzaak, reparatie

(9)

8

MEETVERSLAG:

• Iedere periode maken de studenten van een aantal experimenten een meetverslag, dit staat aangegeven in het praktijkrooster.

• Meetverslag inleveren op Cumlaude, maximaal 1 week na dat je het experiment hebt uitgevoerd.

Inleveren in de tweede week mag, de beoordeling is dan maximaal voldoende en je hebt geen recht meer op verbeteren.

Na 2 weken inleveren resulteert in een onvoldoende.

• Naamgeving bestanden: bijvoorbeeld 5.07b1 Meetverslag ACI18.

De naam van het bestand is dus hetzelfde als de titel van de opdracht in Cumlaude.

De details voor het maken van een meetverslag worden gegeven in het document:

“Eindrapportages – de verschillende verslagvormen”.

Dit document staat op “Start.me” bij “LTPS”.

Hierin wordt uitleg gegeven over het meetverslag met betrekking tot:

- Lay-out - Inhoud - Beoordeling

(10)

9

ZAALWACHT:

• Zie zaalwacht schema.

• De zaalwachtformulieren liggen op het HZ-kantoor.

• Ingevuld zaalwachtformulier aan het einde van de les inleveren.

• De zaalwachters blijven tot het laatst op de praktijk zaal.

PRAKTIJK TIJDEN:

• Eerst de resultaten laten zien daarna pas opruimen.

• Eerder weg? Maandag vanaf 15:00 uur en dinsdag vanaf 14:15 uur mits resultaten in orde en meetverslag ingeleverd.

• Afmelden bij docent en daarna wordt de praktijk kaart afgetekend.

PRAKTIJK DAGEN GEMIST:

• Inhalen tijdens het inhaalmoment (indien AMD gemist, ook AMD inhalen)

• Je mag maximaal 1 practica missen ( inhalen op inhaalmoment).

PRAKTIJK VERGADERING:

• 1 maal per week houden jullie per coachgroep verplicht een praktijkvergadering. Notulen van de praktijkvergadering worden op OneDrive gezet.

• Aan het einde van de periode worden alle notulen tezamen op Cumlaude gezet.

• In de praktijkvergadering worden de experimenten één voor één besproken.

(11)

10

UITGEBREID VERSLAG:

• De analisten maken iedere periode van één experiment een uitgebreid verslag.

• Dit verslag wordt ingeleverd op Cumlaude.

• Per periode dient het verslag verbeterd te worden, zodat je aan het einde van het schooljaar een goed stageverslag kan schrijven.

De details voor het maken van een uitgebreid verslag worden gegeven in het document:

“Eindrapportages – de verschillende verslagvormen”.

Dit document staat op “Start.me” bij “LTPS”.

Hierin wordt uitleg gegeven over het uitgebreid verslag met betrekking tot:

- Lay-out - Inhoud - Beoordeling

(12)

11

BIJLAGE

Ongewenst gedag opvallend Goed professioneel gedrag A Professioneel en sociaal gedrag

1.O. Je zet kapotte materialen en apparatuur terug

zonder iets te zeggen. 1.G. Je meldt kapotte materialen en apparatuur aan de docent en repareert zelf als dat kan.

2.O. Je laat je eigen werkplek niet schoon en

opgeruimd achter. 2.G. Je laat je eigen werkplek schoon en opgeruimd

achter.

3.O. Je laat anderen het praktijklokaal opruimen en

schoonmaken. 3.G. Je helpt meer dan gemiddeld andere bij het

opruimen en schoonmaken van het praktijklokaal.

4.O. Je meldt niet aan de docent als voorraden

(bijna) op zijn. 4.G. Je meldt aan de docent als voorraden (bijna) op zijn.

B Omgang met materiaal en middelen 5.O. Je gaat onhandig om met materialen en

apparatuur. 5.G. Je gaat handig om met materialen en apparatuur.

6.O. Je gaat onveilig om met materialen en

apparatuur. 6.G. Je gaat altijd veilig om met materialen en

apparatuur.

C Geordend werken

7.O. Je bereidt je proeven van vandaag niet voor. 7.G. Je bereidt de proeven van vandaag goed voor dit is o.a. zichtbaar door H&P zinnen en voorbeeld berekening in je labjournaal.

8.O. Je vergeet je labjournaal. 8.G. Je hebt je labjournaal voorbereid met tabellen, voorbeeld berekening en H&P zinnen van de proeven van vandaag bij je.

9.O. Je vergeet je praktijkvoorschriften. 9.G. Je hebt je praktijkvoorschriften en aantekeningen met alle bijbehorende hulpmiddelen compleet bij je.

10.O. Je werkt niet in een tempo dat overeenkomt

met de planning. 10.G.Je werkt in een tempo dat overeenkomt met de

planning en uitsteekt boven het gemiddelde qua tijd en netheid.

11.O. Je stelt je planning nooit bij. 11.G. Je stelt je planning op juiste wijze zo nodig bij.

12.O Je overlegt niet met je docent als het er uitziet

dat het experiment niet op tijd klaarkomt. 12.G. Je komt met een voorstel en overlegt met de docent over dit voorstel als het er naar uitziet dat je experiment niet op tijd klaarkomt.

13.O. Je vraagt niet aan je docent om uitleg als dat

nodig is. 13.G. Je vraagt alleen aan je docent om uitleg als dat

nodig is.

14.O Je vraagt eerst iets aan de docent, ook als je

zelf de oplossing kan weten. 14.G. Je gaat eerst na of je zelf de oplossing weet voor je een docent iets vraagt.

15.O. Je noteert in je labjournaal en je

meetrapporten onduidelijk en onvolledig. 15.G. Je labjournaal en je meetrapporten zijn volledig en duidelijk.

16.O. Je gaat niet na of je resultaat kan kloppen

voordat je het presenteert aan je docent. 16.G. Je gaat na of je resultaat van je proef kan kloppen voordat je het presenteert aan je docent.

D Regels

17.O. Je volgt de aanwijzingen van je docent niet op. 17.G. Je volgt de aanwijzingen van je docent juist op.

18.O. Je meldt je niet af bij de

praktijkbegeleider/praktijkdocent. 18.G. Je meldt je correct af bij de praktijkbegeleider/praktijkdocent.

19.O. Je bespreekt je (meet)resultaten niet voor

vertrek van de zaal. 19.G. Je bespreekt je (meet)resultaten serieus voor vertrek van de zaal.

20.O Je werkt niet volgens de veiligheidsregels met

materialen, apparatuur en PBM 20.G. Je werkt volgens de veiligheidsregels met materialen, apparatuur en PBM

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een aantal personen kan geen vertrouwenspersoon zijn, zoals de bewindvoerder van de beschermde persoon, personen die zelf onder buitengerechtelijke of rechterlijke bescherming

drs. Welten is korpschef van het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland... macht en de politie voor een deel met dezelfde ontwikkelingen hebben te maken en dat de

Wil de werkgever na 2 jaar arbeidsongeschiktheid van de werknemer het dienstverband beëindigen, dan is toestemming nodig van UWV als dit niet met wederzijds goedvinden of

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Echter niet alleen de werkgever maar ook de werknemer kan aansprakelijk worden gesteld voor de gevolgen van het niet naleven van de wettelijke voorschriften.. Dit is het geval

Omdat artikel 13 lid 4 Zvw niet toestaat dat de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg wordt gedifferentieerd naar de financiële draagkracht van de individuele verzekerde, zal

De arbeidsmarktpositie van hoger opgeleide allochtone jongeren is weliswaar nog steeds niet evenredig aan die van hoger opgeleide autochtonen, maar wel veel beter dan die

In deze PBLQatie hanteren we een aanpak die is gebaseerd op de samen- hang tussen de burger en zijn digitale vaardigheden, het beleid dat de overheid voert bij het inrichten van