Vraag nr. 80 van 29 januari 1998
van de heer CARL DECALUWE Sociaal Impulsfonds – Buurtwerkers
Het sociale weefsel opnieuw leven inblazen is een belangrijk element in de strijd tegen de verloede-ring van de gemeente- en stadskernen. Het inscha-kelen van buurtwerkers kan hierin als een belang-rijke hefboom fungeren.
1. Kan de minister mij een overzicht geven van het aantal buurtwerkers per gemeente of stad dat in de schoot van de SIF-plannen (Sociaal Impuls-fonds) wordt aangetrokken ?
2. Voor welke aard van projecten werden of wor-den de buurtwerkers ingeschakeld en binnen welke structuren werden of worden zij aange-worven ?
Antwoord
Het evaluatierapport 1997 is volop in opmaak en zal tegen eind maart 1998 aan de Vlaamse regering en uiteraard ook aan het Vlaams Parlement wor-den voorgelegd ter bespreking.
1. Enkel de operationele doelstellingen worden g e ï n v e n t a r i s e e r d . Hoe en met welke acties de lokale besturen die operationele doelstellingen realiseren, valt binnen hun lokale autonomie. Middelen worden verbonden aan resultaten op operationele doelstellingen en niet meer aan concrete acties, die in het verleden moesten worden gespecifieerd naar werkingsmiddelen en personeelskosten. Vandaar dat we geen gegevens hebben over het aantal buurtwerkers per gemeente. Indien de buurtwerkers door de gemeente of het OCMW worden aangeworven, dienen de regels inzake objectieve aanwerving te worden toegepast.
Het is niet de bedoeling de besturen te betutte-l e n . Deze visie past overigens perfect in het partnerschap van de Vlaamse regering met de lokale besturen, zoals dat verwoord is in het advies Commissie voor Bestuurlijke Organisatie en in het dossier dat de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) met het oog op de jaarvergadering in november 1997.
Sommige operationele doelstellingen vertalen zich concreet naar diverse acties, b i j v o o r b e e l d
een sociaal verhuurkantoor (SVK), een weer-w e r k p r o j e c t , een opleidingsproject, s o c i a l e w e r k p l a a t s, b u u r t w e r k . Bovendien is bijvoor-beeld wijkontwikkeling en coördinatie niet onder één sector te vatten.
2. Bij de bevraging van de lokale besturen naar de evaluatie van de uitvoering van het SIF wordt het aspect buurtwerk en opbouwwerk binnen wijkontwikkeling ook meegenomen.
Als b i j l a g e vindt de Vlaamse volksvertegen-woordiger de nota aan de Vlaamse regering inzake de opbouw van het evaluatierapport. ( B ovenvermelde bijlage ligt ter inzage bij het secre tariaat van het Vlaams Pa r l e m e n t , dienst Sch r i f t e l i j -ke Vragen – red.)