NN5 - Antwoorden 56V Cursus Argumentatieve vaardigheden Hoofdstuk 1 Argumentatie
Paragraaf 1 Soorten argumenten Opdracht 1
1 a Ik denk niet dat de Partij voor de Dieren veel stemmen zal krijgen.
b (want) Ik vermoed dat mensen in tijden van crisis eerder aan hun portemonnee denken dan aan het welzijn van dieren.
c argumentatie op basis van vermoedens
2 a Marieke was vroeger (dus) duidelijk geen studiehoofd.
b Marieke heeft negen jaar over haar vwo gedaan.
c argumentatie op basis van feiten 3 a Ik eet liever geen varkensvlees.
b In mijn cultuur worden varkens (immers) als onrein gezien.
c argumentatie op basis van levensbeschouwelijke overtuiging/geloof 4 a We kunnen het beste in de zomer naar Birma gaan.
b In de Lonely Planet over Birma staat dat er ‘s zomers weinig toeristen zijn.
c argumentatie op basis van gezag/autoriteit
5 a We moeten (volgens mij) een kiesdrempel van minstens drie procent invoeren.
b Alleen dan is (immers) een snelle kabinetsformatie mogelijk.
c argumentatie op basis van nut
6 a De VVD kan beter niet te veel zeggen over ‘de linkse spilzucht’.
b Elke keer dat de VVD in de regering zat, is het begrotingstekort opgelopen.
c argumentatie op basis van feiten
7 a De plezierjacht moet onmiddellijk verboden worden.
b Het is toch vreselijk dat levende wezens gedood worden enkel en alleen voor de lol.
c argumentatie op basis van normen en waarden
8 a Roemer had die uitspraken over Nederland en de EU beter niet kunnen doen.
b (want) Volgens de laatste peiling is zijn partij daardoor acht zetels kwijt.
c argumentatie op basis van onderzoek Opdracht 2
A argumentatie op basis van feiten
Standpunt: Het is jammer dat de discussie over de toekomst van geboortezorg op zo’n manier wordt gevoerd.
Argumentatie: Het zijn niet de verloskundigen die vragen om thuisbevallingen, dat zijn de ouders. (...) Ouders willen massaal thuis bevallen. Uit onderzoek van TNO uit 2008 blijkt dat 70 procent van de ouders dit graag wil. In onze eigen enquête onder jonge ouders, die nog niet is gepubliceerd, vinden we een vergelijkbaar getal: 67 procent zou het graag willen, als het kan.
Opdracht 3
C argumentatie op basis van nut
Standpunt: Het is logisch dat de lijsttrekkers van de grootste partijen pas in de arena treden als de spanning naar een hoogtepunt is gestegen.
Argumentatie: Als je goed scoort in de peilingen, kun je alleen maar verliezen. En als je slecht scoort in de peilingen, kun je alleen maar winnen.
Opdracht 4
C argumentatie op basis van onderzoek
Standpunt: De pakkans en strafkans in Nederland lijken me feitelijk verwaarloosbaar.
Argumentatie: Van de maar liefst 8,2 miljoen misdrijven in 2011 komen er maar 1,2 miljoen bij de politie terecht, zo blijkt uit de cijferbijbel Criminaliteit en
Rechtshandhaving.
Paragraaf 2 Redeneringen Opdracht 5
A een redenering op basis van een vergelijking
Standpunt: Een normale dienstverlening hoeft niet gesubsidieerd te worden.
Argumentatie: De diensten van de loodgieter, de fietsenmaker en de aannemer worden toch ook niet gesubsidieerd?
Opdracht 6
A een redenering op basis van een kenmerk
Standpunt: De puur esthetische houding, ‘ik schrijf alleen mooie verhalen en voor de rest heb ik nergens mee te maken’, is onhoudbaar.
Argumentatie: Geen schrijver staat los van alle machtsverhoudingen en daarmee van alle maatschappelijke verhoudingen. Of: Schrijvers staan niet los etc.
Opdracht 7
1 B een redenering op basis van oorzaak en gevolg
Standpunt: Dit (zie argumentatie) is vragen om chaos en totale onduidelijkheid voor de kijker.
Argumentatie: Vier of vijf politici worden in blokjes van een minuut of tien bij elkaar gezet en er wordt een abstract onderwerp als ‘de zorg’, ‘bestuurbaarheid van het land’
of ’Europa’ aangekaart. Vervolgens is het aan de politici om, zonder enige afbakening of structuur, elkaar vliegen af te vangen. Af en toe wat bijgestuurd door de
debatleider.
2 B een redenering op basis van oorzaak en gevolg
Standpunt: Een goed debat moet een duidelijk afgebakend en concreet onderwerp in de vorm van een vraag of een stelling hebben en daarnaast structuur in de vorm van spreektijden en spreekvolgorde.
Argumentatie: Dit schept helderheid en zorgt ook voor een eerlijk verloop van het debat.
3 C een redenering op basis van een voorbeeld
Standpunt: De debatleiders staan regelmatig hinderlijk in de weg of brengen zelfs schade toe aan een eerlijk debatproces.
Argumentatie: Ferry Mingelen was woensdagavond zo brutaal om Jolande Sap, de fractieleidster van Groen Links, nadat zij een vakantiefoto van een ruïne had laten zien, te vragen of zij deze als symbool zag voor de staat van haar eigen partij.
Opdracht 8
D een redenering op basis van voordelen
Standpunt: Voer in Nederland het Finse model in.
Argumentatie: Het beroep van leraar is daar populair, doordat men ziet dat je slim en cool bent als leraar - en niet te slecht om een ander beroep uit te oefenen. Alleen de
beste studenten komen in aanmerking voor de lerarenopleiding. Uitstekende cijfers zijn daar het vereiste voor een leraar.
Aan het einde van de rit staan er in Finland goede, hoogopgeleide leraren voor de klas. Ze zijn niet alleen voldoende opgeleid om met de jeugd van tegenwoordig om te gaan, maar ze hebben ook minder last van werkdruk.
Paragraaf 3 Argumentatiestructuren Opdracht 9
Ik ben er nog niet uit of ik de e-reader zo’n voortuitgang vind.
a ______ o
h e i n j
b d f g m l
k c
Opdracht 10
1 nevenschikkende argumentatie
Zo vreselijk principieel is Aad niet.
Vroeger was Aad een overtuigd communist.
______ Nu keert hij zichzelf
bonussen uit als bestuurder van een ROC.
2 meervoudige argumentatie
Rutte heeft het als leider van het land helemaal niet zo slecht gedaan.
Rutte onderhield een goede band met Merkel.
Hij heeft het gevaar Wilders onder controle weten te houden.
Hij was niet bang om mee te varen op een boot tijdens de Canal- parade.
3 meervoudige onderschikkende argumentatie
Je kunt beter niet naar het conservatorium gaan.
Er valt de komende tijd in de muziek nauwelijks een boterham te verdienen.
Je hebt ook genoeg andere talenten.
In tijden van crisis wordt er (immers) altijd het eerst op cultuur bezuinigd.
4 enkelvoudige argumentatie
Ik neem alleen spannende boeken mee op vakantie.
Ik ga vooral op vakantie om een beetje uit te rusten van alle drukte van het schooljaar.
5 nevenschikkende argumentatie
Ik denk dat een lege accu de oorzaak van het niet starten van de auto is.
Marianne heeft hem het laatst
gebruikt. _______ Marianne is al eens eerder vergeten de lichten uit te zetten.
Opdracht 11 eigen antwoord Opdracht 12 1
We zouden snel een einde aan moeten maken aan die zesjescultuur.
Met de zes als norm verspillen we het talent van leerlingen.
We vergooien de energie van leraren.
We zakken we als kenniseconomie steeds verder weg.
De buitenlandse concurrentie zit niet stil.
2 E meervoudig onderschikkende argumentatie 3 C argumentatie op basis van nut
De drie direct ondersteunende argumenten zijn nadelen.
Opdracht 13 1
Ik kies toch voor Mussert (en niet voor Stalin).
Het nationaal-socialisme heeft voor minder slachtoffers gezorgd dan het communisme.
Je komt makkelijker van Mussert af dan van Stalin.
Het nationaal-socialisme duurde relatief kort.
2 E meervoudig onderschikkende argumentatie 3 A argumentatie op basis van feiten
De argumenten zijn feitelijk te controleren.
Paragraaf 4 Drogredenen Opdracht 14
1 cirkelredenering 2 persoonlijke aanval 3 verkeerde vergelijking 4 overhaaste generalisatie 5 ontduiken van de bewijslast 6 vertekenen van het standpunt
7 onjuiste oorzaak-gevolgrelatie 8 verkeerde vergelijking
9 bespelen van het publiek 10 onjuist beroep op autoriteit Opdracht 15
Tekst 11
- een figuur als Reinout Oerlemans
- Oerlemans is immers een hersenloze aap die eerst soapster was in een van de belabberdste televisieproducties ooit en die daarna met zijn bedrijfje Eyeworks vergelijkbare rotzooi is gaan produceren.
- Hij is geestelijk vader van onder meer Idols en IQ-test, een programma dat hem, wanneer hij er zelf aan zou deelnemen, het denkniveau ‘ernstige verstandelijke beperking’ zou opleveren.
- persoonlijke aanval Tekst 12
- Arnon Grunberg is een antropocentrist, oftewel ervan overtuigd dat mensen in elkopzicht verheven zijn boven andere dieren, ook als het gaat om ethiek en moraal.
- vertekenen van een standpunt
Grunberg wordt een standpunt aangewreven dat hij niet heeft. Ook dat valt onder het vertekenen van een standpunt (de ander woorden in de mond leggen).
- Het durven denken over dierenrechten is de moderne variant van het durven denken over burgerrechten voor slaven.
- verkeerde vergelijking Tekst 13
- Gelukkig zijn er veel wetenschappers en schrijvers - onder wie Jonathan Safran Foer, zélf met joodse slacht/spijswetten grootgebracht - die dit gegeven relevant vinden in de discussie rond de consumptieslacht.
- onjuist beroep op autoriteit Tekst 14
- ... valt te ondersteunen door ieder weldenkend mens.
Er is geen misverstand over mogelijk dat ...
- bespelen van het publiek Tekst 15
- Richard Dawkins en de Keulse rechter doen net alsof een goede opvoeding er een is waarin het kind, zonder enige vorm van dwang, zich kan oriënteren op allerlei verschillende opvattingen die er in de wereld te koop zijn.
- vertekenen van een standpunt Tekst 16
- Intelligente mensen zijn vaak luie denkers, juist omdat ze zich overal uit weten te kletsen.
- onjuiste oorzaak-gevolgrelatie Opdracht 16
Eigen tekst
Paragraaf 5 Argumentatie beoordelen Opdracht 17
1 verbod op jongensbesnijdenis
2 Jongensbesnijdenis moet niet verboden worden.
3 Omdat godsdiensten een steeds kleinere rol krijgen en gelovigen steeds meer als barbaren worden gezien.
4 A een redenering op basis van kenmerken
Volgens de auteur zijn we op weg naar een samenleving met als kenmerken een gemarginaliseerde rol voor religie en een neerbuigende blik op gelovigen met hun ouderwetse rituelen en tradities.
5 mensen die voor een verbod zijn / mensen die op godsdienst neerkijken 6 Dat is iets voor slaven.
7 Zo wordt naar voren gebracht dat een kind onnodig pijn wordt gedaan en dus is het mishandeling, die moet worden tegengegaan.
8 C een redenering op basis van een voorbeeld 9 Een ‘pedagogische tik’ is veel erger.
10 Mannen zouden op latere leeftijd moeten kunnen beslissen of ze zoiets onomkeerbaars als een besnijdenis willen ondergaan.
11 Vaccineren tegen ziekten en oorlelletjes doorsteken wordt ook niet uitgesteld tot de volwassenheid.
12 B een redenering op basis van overeenkomsten
13 Ouders oefenen (onzichtbaar) veel invloed uit op hun kinderen.
14 Toch de ouders, want ‘toch niet de staat, mag ik hopen. Of de meerderheid?
Wetenschappers? O, gruwel.’
15 Er zijn er die in de strijd werpen dat als God zou willen dat piemels geen voorhuid zouden hebben, Hij daar in zijn grootsheid zelf wel voor had gezorgd.
16 Het lijkt erg op: 'Ik geloof niet in God, anders was er niet zoveel ellende op de wereld.'
en
Mogen gelovigen misschien zélf bepalen in welke god ze geloven en wat die voor bedoelingen heeft?
17 Jongensbesnijdenis is net zoiets als vrouwenbesnijdenis.
18 Vrouwenbesnijdenis is veel en veel erger.
19 A een redenering op basis van een vergelijking 20 Nee
21 Nee
22 D vertekenen van een standpunt
De voorstanders van een verbod op jongensbesnijdenis wordt nu het standpunt toegeschreven dat ze gelovigen niet willen beschermen.
23 De auteur geeft hier geen argument voor. Ze merkt alleen op dat ze die argumenten nog niet gehoord heeft.
24 D vertekenen van een standpunt 25
Er moet een verbod komen op het besnijden van jongens.
Het is
mishandeling. Een kind kan daar niet over beslissen.
Als God het wil, dan had Hij er wel voor gezorgd dat piemels geen voorhuid hebben.
Vrouwen- besnijdenis is ook verboden.
26
a De auteur heeft voldoende argumenten voor haar standpunt gegeven.
- niet waar
- Haar standpunt is dat er geen verbod op het besnijden van jongens moet komen, maar ze gaat voornamelijk in op de argumenten van haar tegenstanders:
de voorstanders van een dergelijk verbod.
b De auteur heeft haar argumenten voldoende onderbouwd.
- niet waar
- zie a
c De auteur heeft de belangrijkste tegenargumenten genoemd.
- waar; dit zijn ze:
- Het is mishandeling.
- Een kind kan daar niet over beslissen.
- Als God het wil, dan had Hij er wel voor gezorgd dat piemels geen voorhuid hebben.
- Vrouwenbesnijdenis is ook verboden.
d De auteur heeft de belangrijkste tegenargumenten weerlegd.
- niet waar
- Het is mishandeling.
De auteur probeert dit te weerleggen door te zeggen dat de pedagogische tik erger is.
- Een kind kan daar niet over beslissen.
De auteur probeert dit te weerleggen door te zeggen dat besnijdenis te vergelijken is met vaccineren en oorlelletjes doorprikken.
- Als God het wil dan had Hij er wel voor gezorgd dat piemels geen voorhuid hebben.
De auteur probeert dit te weerleggen door te zeggen: ‘Het lijkt erg op: “Ik geloof niet in God, anders was er niet zoveel ellende op de wereld.” ’ en
‘Mogen gelovigen misschien zélf bepalen in welke god ze geloven en wat die voor bedoelingen heeft?’
- Vrouwenbesnijdenis is ook verboden.
De auteur probeert dit te weerleggen door te zeggen dat vrouwenbesnijdenis veel erger is.
e De auteur is deskundig.
- niet waar
- Haar deskundigheid blijkt nergens uit; ze is publiciste en vrouw, dus ook geen ervaringsdeskundige.
f De auteur heeft geen belang bij haar mening.
- onduidelijk; niet vast te stellen
27 C Kritiek op besnijdenis is armetierig is een betwistbaar betoog, want de auteur gebruikt geen goede argumenten en weerlegt de tegenargumenten niet afdoende.
De door de auteur naar voor gebrachte weerleggingen zijn bijzonder zwak. (zie 26 d)
