Aanwijzing Stichting Gouda Media | Commissariaat voor de media

Besluit

Kenmerk: 804292 / 849120

Betreft: aanwijzing van Stichting Gouda Media als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas en afwijzing van de aanwijzingsaanvraag van Stichting Omroep Zuidplas.

Het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat),

gezien de aanvraag tot aanwijzing van Stichting Omroep Zuidplas als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas, bij e-mailbericht van 24 juni 2019;

gezien de aanvraag tot aanwijzing van Stichting Gouda Media als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas, bij e-mailbericht van 5 september 2019;

gelet op de artikelen 2.61 tot en met 2.69 van de Mediawet 2008;

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);

gezien het advies van de raad van de gemeente Zuidplas van 21 januari 2020, uitgebracht aan het Commissariaat op 4 februari 2020;

overweegt als volgt:

___________________________________________________________________________

A. Gevolgde procedure

1. Bij e-mailbericht van 24 juni 2019 heeft Stichting Omroep Zuidplas een aanvraag tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling ingediend voor de gemeente Zuidplas.

2. Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvraag van Stichting Omroep Zuidplas met brief van 26 juli 2019 toegezonden aan de raadsgriffier van Zuidplas met het verzoek de gemeenteraad een advies uit te doen brengen over de vraag of Stichting Omroep Zuidplas voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt.

3. Bij e-mailbericht van 5 september 2019 heeft Stichting Gouda Media een aanvraag ingediend tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas.

4. Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvraag van Stichting Omroep Zuidplas met brief van 7 oktober 2019 toegezonden aan de raadsgriffier van Zuidplas. In aanvulling op de brief die het Commissariaat op 26 juli 2019 toestuurde aan de raadsgriffier, is de gemeenteraad verzocht tevens een advies uit te brengen over de vraag of Stichting Gouda Media voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt.

5. Op 17 december 2019 heeft de gemeenteraad van Zuidplas vastgesteld dat beide

instellingen voldoen aan de criteria die zijn vastgelegd in artikel 2.61 lid 2 van de Mediawet 2008. In dezelfde vergadering heeft de gemeenteraad criteria vastgesteld waaraan beide aanvragen getoetst worden op het moment dat beide instellingen voldoen aan de wettelijke vereisten zoals vastgelegd in artikel 2.61 lid 2 van de Mediawet 2008. De criteria zijn

vastgesteld om de raad handvatten te bieden bij de motivering van het advies over de vraag welke instelling het beste in staat wordt geacht de functie van lokale publieke media-instelling te vervullen.

6. Op 14 januari 2020 hebben zowel Stichting Gouda Media als Stichting Omroep Zuidplas zich gepresenteerd aan de raad, met inachtneming van de door de raad vastgestelde

toetsingscriteria. De presentaties van beide instellingen vonden plaats in een daartoe georganiseerde raadszitting.

7. Burgemeester en wethouders van de gemeente Zuidplas hebben het Commissariaat bij brief van 27 januari 2020, aangevuld met een e-mailbericht van 4 februari 2020, het advies van de gemeenteraad van zowel 17 december 2019 als 21 januari 2020 doen toekomen. De

gemeenteraad heeft daarbij een voorkeur kenbaar gemaakt voor aanwijzing van Stichting Gouda Media als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas.

8. Met brieven van 21 februari 2020 heeft het Commissariaat een afschrift van het advies van de gemeenteraad van Zuidplas toegestuurd aan Stichting Omroep Zuidplas en Stichting Gouda Media. Op grond van artikel 4:7 van de Awb heeft het Commissariaat Stichting Omroep Zuidplas in de gelegenheid gesteld haar schriftelijke zienswijze ten aanzien van het advies van de gemeenteraad van Zuidplas kenbaar te maken aan het Commissariaat. Ook Stichting Gouda Media is door het Commissariaat in de gelegenheid gesteld eventuele op- of aanmerkingen aangaande het advies van de gemeenteraad van Zuidplas kenbaar te maken aan het Commissariaat.

9. Bij e-mailbericht van 1 maart 2020 heeft het Commissariaat de zienswijze van Stichting Omroep Zuidplas ontvangen.

B. Advies gemeente Zuidplas

10. Met betrekking tot de aanvragen van Stichting Omroep Zuidplas en Stichting Gouda Media heeft de gemeenteraad van Zuidplas in zijn vergadering van 17 december 2019 besloten het Commissariaat, op voorstel van burgemeester en wethouders, als volgt te adviseren:

- Stichting Omroep Zuidplas voldoet aan de criteria van artikel 2.61, tweede lid, sub a, b en c, van de Mediawet 2008;

- Stichting Gouda Media voldoet aan de criteria van artikel 2.61, tweede lid, sub a, b en c, van de Mediawet 2008.

11. Voorts heeft de gemeenteraad in zijn vergadering van 21 januari 2020 besloten het Commissariaat te adviseren Stichting Gouda Media als voorkeurspartij aan te merken.

C. Zienswijze Stichting Omroep Zuidplas

12. De zienswijze van Stichting Omroep Zuidplas op het advies van de gemeenteraad van Zuidplas kan zakelijk en puntsgewijs als volgt worden samengevat.

13. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat de aanvraag van Stichting Gouda Media te laat is ingediend. Stichting Omroep Zuidplas verwijst daarbij naar de website van het Commissariaat waarop wordt vermeld dat partijen die in aanmerking willen komen voor een aanwijzing minimaal zes maanden voor het verstrijken van de lopende

aanwijzingstermijn een aanvraag behoren in te dienen. De aanvraag van Stichting Gouda Media is op 5 september 2019 ingediend, waar de voorgaande aanwijzingstermijn afliep op 1 januari 2020. Naar mening van Stichting Omroep Zuidplas had de aanvraag van Stichting Gouda niet ontvankelijk verklaard moeten worden.

14. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat Stichting Gouda Media niet als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas aangewezen kan worden, aangezien Stichting Gouda Media statutair is gevestigd in Gouda en de gemeente Gouda reeds over een lokale publieke media-instelling beschikt. Naar mening van Stichting Omroep Zuidplas is deze combinatie onverenigbaar op grond van artikel 2.63 lid 2 van de Mediawet 2008, waarin

staat vermeld dat per gemeente slechts één lokale publieke media-instelling aangewezen kan worden.

15. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat een bestuurslid van Stichting Omroep Zuidplas bezoldigd is en daarnaast bestuurder is van andere rechtspersonen, waaronder media-instellingen. Met verwijzing naar artikel 2.142 van de Mediawet 2008 stelt Stichting Omroep Zuidplas dat ook om deze reden Stichting Gouda Media niet aangewezen kan worden als lokale publieke media-instelling.

16. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat de statuten van Stichting Gouda Media niet voldoen aan de vereisten van artikel 2.61 lid 2 sub b van de Mediawet 2008, aangezien in de betreffende statuten staat vermeld dat de verzorging van het media-aanbod is gericht op de gemeente Gouda in plaats van op de gemeente Zuidplas.

17. Stichting Omroep Zuidplas heeft tijdens de looptijd van de aanwijzingsprocedure, te weten op 6 november 2019, aan de gemeente Zuidplas een e-mail toegestuurd met daarin onder meer een gewijzigde samenstelling van het programmabeleidbepalend orgaan (hierna: pbo).

Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat de gemeenteraad tijdens de besluitvormende raadsvergaderingen niet beschikte over deze informatie en het advies derhalve niet op basis van de meest actuele stand van zaken heeft uitgebracht.

18. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat de gemeenteraad niet over de juiste informatie beschikte aangaande het (gebrek aan een) redactiestatuut van Stichting Gouda Media. Volgens Stichting Omroep Zuidplas zou de gemeenteraad het uitgebrachte advies onder meer uitgebracht hebben op basis van onjuiste informatie over het redactiestatuut.

19. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat het bestuur van Stichting Gouda Media, tijdens haar presentatie voor de gemeenteraad op 14 januari 2020, ongefundeerde positieve uitspraken zou hebben gedaan over de financiële status van Stichting Gouda Media. Stichting Omroep Zuidplas stelt dat de gemeenteraad op basis van de betreffende presentatie ten onrechte de financiële positie van Stichting Gouda Media heeft bestempeld al zijnde sterker dan de financiële positie van Stichting Omroep Zuidplas.

20. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze een verregaande redactionele

samenwerking te hebben met Radio Capelle, met als doel het vormen van een streekomroep.

Radio Capelle heeft dit bevestigd middels een op eigen initiatief ingezonden brief. Stichting Omroep Zuidplas stelt dat de gemeenteraad van Zuidplas aan het bovenstaande voorbij is gegaan en derhalve aan dit feit onvoldoende waarde heeft gehecht in zijn advies.

21. Onder de randnummers 32 tot en met 40 van het onderhavige besluit wordt ingegaan op de weging van de punten die Stichting Omroep Zuidplas in haar zienswijze heeft aangedragen.

D. Overwegingen Commissariaat

Wettelijk voorgeschreven advies gemeenteraad Zuidplas

22. Alvorens het Commissariaat een besluit neemt op een aanwijzingsaanvraag voor de verzorging van een publieke mediadienst op lokaal niveau is hij verplicht de gemeenteraad om advies te vragen over de vraag of de aanvrager voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008. De advisering door de gemeenteraad is in de Mediawet 2008 verplicht gesteld, omdat de gemeenteraad het beste kan beoordelen of het pbo van een lokale publieke media-instelling representatief is voor de belangrijkste

maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen in die gemeente. Op grond van artikel 3:50 van de Awb kan aan een dergelijk advies niet lichtvaardig voorbij

worden gegaan. Het Commissariaat is van oordeel dat de gemeenteraad daarnaast ook een goed zicht heeft op de beantwoording van de vraag welke omroep het beste in staat wordt geacht de functie van lokale publieke media-instelling te vervullen, om vervolgens daarvoor zijn voorkeur uit te spreken. Indien het gemeenteraadsadvies zorgvuldig tot stand is

gekomen, de raad op goede gronden een gemotiveerde voorkeur heeft uitgesproken en het Commissariaat geen zwaarwichtige reden ziet om daarvan af te wijken, is het bestendig beleid om dit advies te volgen.

23. Het Commissariaat is van oordeel dat hij op goede gronden mag aannemen dat de gemeenteraad van Zuidplas op een juiste en zorgvuldige wijze geadviseerd heeft dat Stichting Gouda Media en Stichting Omroep Zuidplas voldoen aan de vereisten zoals vastgelegd in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008. Het Commissariaat overweegt daartoe het volgende.

24. Uit hetgeen door Stichting Omroep Zuidplas is aangevoerd of anderszins valt niet af te leiden dat het wettelijk voorgeschreven advies van de gemeenteraad van Zuidplas ondeugdelijk zou zijn of in redelijkheid niet kan worden gevolgd. Conform de beschikkingenpraktijk van het Commissariaat is het uitgangspunt dat het advies van de gemeenteraad wordt opgevolgd en marginaal wordt getoetst. De ratio van de verplichte advisering door de gemeenteraad is dat de gemeenteraad als geen ander op de hoogte is van de in de gemeente levende

maatschappelijke behoeften, alsmede inzicht heeft in de representativiteit van een instelling voor de belangrijkste in de betrokken gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Gelet op de legitimatie, die de gemeenteraad kan ontlenen aan zijn wettelijk geregelde adviestaak, ligt het naar het oordeel van het

Commissariaat in de rede dat terughouding past waar het gaat om in de plaats stellen van zijn oordeel voor dat van de gemeenteraad.

Bevordering van de samenwerking tussen beide aanvragers

25. Ingevolge het bepaalde in artikel 2.63, tweede lid, van de Mediawet 2008 kan per gemeente slechts één lokale publieke media-instelling worden aangewezen. In gevallen dat sprake is van meerdere aanwijzingsaanvragen waarvan de gemeenteraad heeft vastgesteld dat voldaan is aan de eisen opgenomen in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008, bevorderen burgemeester en wethouders ingevolge het bepaalde in artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, het samengaan van deze instellingen.

26. Uit het advies van de gemeenteraad van Zuidplas blijkt dat burgemeester en wethouders meerdere inspanningen hebben verricht om samenwerking of het samengaan van betrokken instellingen te bevorderen.

27. Gelet op het voorstaande stelt het Commissariaat vast dat burgemeester en wethouders conform artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008 voldoende inspanningen hebben geleverd om het samengaan van betrokken instellingen te bevorderen. Het feit dat samengaan tussen beide partijen niet is bewerkstelligd, doet daar niets aan af.

Voorkeursadvies gemeenteraad Zuidplas

28. Indien burgemeester en wethouders er niet in slagen de betrokken aanvragers tot

samengaan te bewegen, vraagt het Commissariaat de gemeenteraad een voorkeur voor een van de aanvragers uit te spreken. Evenals bij zijn advisering over de representativiteit van het pbo van een lokale publieke media-instelling, hecht het Commissariaat – alhoewel hij daar ingevolge artikel 3:50 van de Awb niet toe gehouden is – grote waarde aan het

voorkeursadvies van de gemeenteraad. Het Commissariaat overweegt daartoe dat de

gemeenteraad goed zicht heeft op de beantwoording van de vraag welke media-instelling naar verwachting de functie van lokale publieke media-instelling in de desbetreffende gemeente het beste kan uitoefenen, om vervolgens daarvoor zijn voorkeur uit te spreken.

Indien de gemeenteraad op goede gronden zijn voorkeur heeft uitgesproken en het Commissariaat geen zwaarwichtige reden ziet om daarvan af te wijken, is het bestendig beleid om dit advies te volgen. Op 26 maart 2014 heeft ook de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (zaaknummer 201302065) bevestigd dat het Commissariaat enige terughoudendheid past waar het gaat om het in de plaats stellen van zijn oordeel voor het voorkeursadvies van de gemeenteraad, aangezien de gemeenteraad, als representatief orgaan, geacht moet worden een verantwoordelijke afweging te kunnen maken, in het bijzonder bij kwesties waarbij lokale aspecten een rol spelen. Dit houdt overigens niet in dat het Commissariaat per definitie vaart op het advies. Ingevolge artikel 3:9 van de Awb, zal het Commissariaat zich ervan vergewissen dat het onderzoek van de gemeente op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden.

29. Het Commissariaat volgt in het voorliggende geval genoemde gedragslijn en overweegt in dit verband dat ook in dit specifieke geval de gemeenteraad goed zicht heeft op de

beantwoording van de vraag welke media-instelling naar verwachting de functie van lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas het beste kan uitoefenen.

30. Het Commissariaat stelt vast dat in dit geval de gemeenteraad van Zuidplas uitdrukkelijk en gemotiveerd zijn voorkeur heeft uitgesproken voor aanwijzing van Stichting Gouda Media.

31. Voor de totstandkoming van het voorkeursadvies beschikte de gemeenteraad van Zuidplas over meerdere relevante informatiebronnen. Zo heeft de gemeenteraad de beschikking gehad over uitgebreide documentatie, behorende bij de aanvragen van beide partijen. Ook heeft de gemeenteraad de beschikking gehad over een uitgebreid gemotiveerd advies van het college van burgemeester en wethouders (hierna: college van B&W). Tot slot heeft de gemeenteraad, middels een raadszitting waarbij beide aanvragers zichzelf aan de

gemeenteraad hebben gepresenteerd met inachtneming van de door de raad geformuleerde voorkeurscriteria, informatie over beide partijen kunnen vergaren. Geacht moet worden dat de gemeenteraad, als zijnde het representatieve orgaan, op basis van alle beschikbare informatie een verantwoordelijke afweging heeft kunnen maken en weloverwogen tot advisering is overgegaan.

Weging zienswijze Stichting Omroep Zuidplas

32. Met inachtneming van de zienswijze van Stichting Omroep Zuidplas ziet het Commissariaat geen redenen om af te wijken van het voorkeursadvies van de gemeenteraad. Met betrekking tot de weging van de zienswijze, zoals samengevat onder de randnummers 13 tot en met 20 van het onderhavige besluit, geldt het volgende.

33. Artikel 7 van de Mediaregeling 2008 bepaalt dat instellingen die reeds als lokale publieke media-instelling zijn aangewezen voor de gemeente waarvoor zij opnieuw als lokale publieke media-instelling aangewezen willen worden, uiterlijk zes maanden vóór afloop van de huidige aanwijzingstermijn een aanvraag moeten indienen bij het Commissariaat. Dit wettelijke vereiste geldt niet voor andere partijen. Gelet op het feit dat Stichting Gouda Media ten tijde van het indienen van de aanvraag niet was aangewezen als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas, is deze wettelijke bepaling niet van toepassing op de

onderhavige aanvraag van Stichting Gouda Media. Het niet ontvankelijk verklaren van de aanvraag van Stichting Gouda Media – zoals Stichting Omroep Zuidplas in haar zienswijze verzoekt – is derhalve niet aan de orde. Conform bestendig beleid is de aanvraag van Stichting Gouda Media door het Commissariaat in behandeling genomen. Om de aanwijzingsprocedure zoveel mogelijk op schema te laten verlopen, verzoekt het

Commissariaat op haar website ook andere partijen een aanvraag uiterlijk zes maanden voor

het verstrijken van de huidige aanwijzingstermijn in te dienen. Het is echter niet zo dat wanneer een aanvraag door een andere partij later wordt ingediend, de aanvraag om die reden pertinent niet in behandeling genomen kan worden.

34. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat Stichting Gouda Media niet als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas aangewezen kan worden, omdat Stichting Gouda Media statutair is gevestigd in de gemeente Gouda en deze gemeente reeds over een lokale publieke media-instelling beschikt. Het Commissariaat stelt vast dat deze opvatting onjuist is. Artikel 2.63 lid 2 van de Mediawet 2008 bepaalt dat per gemeente slechts één lokale publieke media-instelling aangewezen kan worden. Het gaat daarbij niet om de vestigingsplaats, maar om de gemeente waarvoor een omroep door het Commissariaat is aangewezen als lokale publieke media-instelling. Het feit dat Stichting Gouda Media is gevestigd in Gouda en een aanvraag indient voor de gemeente Zuidplas is derhalve toegestaan. Het feit dat er momenteel een lokale publieke media-instelling is aangewezen voor de gemeente Gouda doet daar niets aan af.

35. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat een bestuurslid van Stichting Omroep Zuidplas bezoldigd is en daarnaast bestuurder is van andere rechtspersonen, waaronder media-instellingen. Met verwijzing naar artikel 2.142 van de Mediawet 2008 stelt Stichting Omroep Zuidplas dat ook om deze reden Stichting Gouda Media niet aangewezen kan worden als lokale publieke media-instelling. Het Commissariaat gaat hier niet in mee.

Bezoldiging van bestuurders sluit conform bestendig beleid niet uit dat een instelling in aanmerking kan komen voor een aanwijzing als lokale publieke media-instelling. Voor wat betreft het actief zijn als bestuurslid van meerdere media-instellingen, waaronder een lokale publieke media-instelling, geldt dat het Commissariaat dit conform bestendig beleid afraadt, maar dat deze situatie als zodanig geen afwijzingsgrond vormt in een aanwijzingsprocedure.

36. In de statuten van Stichting Gouda Media staat momenteel vermeld dat de stichting zich richt op de verzorging van media-aanbod voor de gemeente Gouda. Conform artikel 2.61 lid 2 sub b van de Mediawet 2008 dient een aanvragende rechtspersoon zich volgens de statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel te stellen om op lokaal niveau media-aanbod te verzorgen dat is gericht op de bevrediging van de maatschappelijke behoeften die in de gemeente spelen waarop de rechtspersoon zich richt. Op dit moment voldoen de betreffende statuten daarmee niet aan het bovengenoemde wetsartikel. Aangaande dit onderwerp heeft Stichting Gouda Media het Commissariaat op 18 februari 2020 een door een daartoe bevoegd bestuurslid ondertekende verklaring toegezonden. In de verklaring wordt

aangegeven dat, indien Stichting Gouda Media wordt aangewezen als lokale publieke media- instelling voor de gemeente Zuidplas, Stichting Gouda Media haar statuten binnen twee maanden na aanwijzing zal aanpassen conform artikel 2.61 lid 2 van de Mediawet 2008. De verklaring is afdoende om de huidige statuten niet aan te merken als afwijzingsgrond.

37. Aangaande het pbo geldt dat Stichting Omroep Zuidplas, mede op verzoek van het college van B&W, op 6 november 2019 de meest actuele samenstelling van haar pbo per e- mailbericht kenbaar heeft gemaakt aan de behandelend ambtenaar binnen de gemeente Zuidplas. Stichting Omroep Zuidplas stelt in haar zienswijze dat de meest actuele samenstelling van het pbo vervolgens niet is verwerkt in de informatie die beschikbaar is gesteld aan de raad, waardoor de raad zich gebaseerd heeft op ondeugdelijke (lees: oude) informatie met betrekking tot het pbo van Stichting Omroep Zuidplas. Het Commissariaat is het niet eens met dit standpunt. Uit de documenten die onderdeel uitmaken van het advies dat het Commissariaat van de gemeente Zuidplas heeft ontvangen, blijkt dat de betreffende informatie is verwerkt in het advies van het college van B&W. Gezien het feit dat het advies van het college van B&W beschikbaar is gesteld aan de raad, is de betreffende informatie wel degelijk kenbaar gemaakt aan de raad.

38. Stichting Omroep Zuidplas heeft in haar zienswijze gesteld dat de gemeenteraad zijn advies onder meer gebaseerd heeft op ondeugdelijke informatie over het redactiestatuut van Stichting Gouda Media. Het Commissariaat is van oordeel dat het college van B&W de

gemeenteraad deugdelijk geïnformeerd heeft over de status van het redactiestatuut. In aanvulling op het advies dat het college van B&W aan de raad heeft uitgebracht, heeft het college van B&W op verzoek van de raad navraag gedaan bij Stichting Gouda Media over de status van het redactiestatuut. De daarop gegeven reactie van Stichting Gouda Media is door het college van B&W vastgelegd in een document dat als bijlage is toegestuurd aan de gemeenteraad. Het betreffende document maakte onderdeel uit van de stukken waar de raad tijdens zijn raadsvergadering van 21 januari 2020 beschikking over had. Geacht wordt dat de gemeenteraad op dit vlak voldoende informatie tot zijn beschikking had en in staat is geweest om de deugdelijkheid van deze informatie vast te stellen, om vervolgens een weloverwogen advies uit te kunnen brengen aan het Commissariaat,

39. Stichting Omroep Zuidplas heeft in haar zienswijze gesteld dat de gemeenteraad ten onrechte heeft geoordeeld dat Stichting Gouda Media verkeert in een positieve financiële situatie. Daarnaast stelt Stichting Omroep Zuidplas dat de gemeenteraad dit oordeel ten onrechte heeft opgenomen in het advies dat aan het Commissariaat is uitgebracht. Het Commissariaat constateert dat de gemeenteraad, alvorens het advies uitgebracht werd aan het Commissariaat, navraag heeft laten doen bij beide aanvragers omtrent de meest actuele financiële situatie van beide stichtingen. Deze informatie is verwerkt in het advies dat het college van B&W aan de raad heeft uitgebracht. Geacht moet worden dat de raad in staat is geweest om de betreffende informatie zelfstandig te kunnen waarderen en zo nodig de informatie te verifiëren. Het staat de gemeenteraad vrij de financiële positie van Stichting Gouda Media als zijnde ‘positief’ te bestempelen op basis van de door de gemeenteraad verkregen informatie. De argumenten die Stichting Omroep Zuidplas in haar zienswijze heeft aangedragen maken niet dat het advies van de gemeenteraad als ondeugdelijk bestempeld dient te worden.

40. Stichting Omroep Zuidplas geeft in haar zienswijze aan een verregaande redactionele

samenwerking te hebben met Radio Capelle, met als doel het vormen van een streekomroep.

Radio Capelle heeft dit bevestigd middels een op eigen initiatief ingezonden brief. Stichting Omroep Zuidplas stelt dat de gemeenteraad van Zuidplas aan het bovenstaande voorbij is gegaan en aan dit feit derhalve onvoldoende waarde heeft gehecht in zijn advies. Het Commissariaat heeft geconstateerd dat de gemeenteraad van Zuidplas, ten tijde van de besluitvormende raadsvergaderingen van 17 december 2019 en 21 januari 2020, op de hoogte was van het bovenstaande. Het is aan de gemeenteraad om te bepalen in hoeverre de bovengenoemde factor al dan niet één van de doorslaggevende factoren is bij het

uitbrengen van advies aan het Commissariaat. Het feit dat de beoogde streekvorming niet tot een voorkeursadvies heeft geleid in het voordeel van Stichting Omroep Zuidplas, maakt niet dat het advies van de gemeenteraad onzorgvuldig tot stand is gekomen. Conform de beschikkingenpraktijk van het Commissariaat is het uitgangspunt dat het advies van de gemeenteraad wordt opgevolgd en marginaal wordt getoetst. Gelet op de legitimatie, die de gemeenteraad kan ontlenen aan zijn wettelijk geregelde adviestaak, ligt het naar het oordeel van het Commissariaat in de rede dat terughouding past waar het gaat om in de plaats stellen van zijn oordeel voor dat van de gemeenteraad.

Concluderende overwegingen

41. Gezien het bovenstaande ziet het Commissariaat geen redenen af te wijken van het advies van de gemeenteraad. Uit hetgeen door Stichting Omroep Zuidplas is aangevoerd of anderszins valt niet af te leiden dat het advies van de gemeenteraad van Zuidplas ondeugdelijk zou zijn of in redelijkheid niet kan worden gevolgd.

42. Het Commissariaat stelt vast dat Stichting Gouda Media, mede blijkens vorenbedoeld advies van de gemeenteraad, voldoet aan de vereisten van artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008.

43. Na afweging van alle betrokken belangen is het Commissariaat van oordeel dat Stichting Gouda Media aangewezen moet worden als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Zuidplas.

44. Het Commissariaat wijst erop dat het media-aanbod van Stichting Gouda Media in het bijzonder betrekking dient te hebben op en bestemd dient te zijn voor (de inwoners van) de gemeente Zuidplas.

E. Openbaarmaking

45. Het Commissariaat zal de volledige tekst van het besluit, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar maken door publicatie op zijn website. De publicatie vindt plaats veertien dagen nadat het besluit op de in artikel 3:41 van de Awb voorgeschreven wijze is bekendgemaakt¹. Het Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

F. Besluit

46. Op grond van het voorgaande besluit het Commissariaat als volgt:

I. het Commissariaat besluit Stichting Gouda Media aan te wijzen als lokale publieke media- instelling voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente Zuidplas;

II. het Commissariaat besluit de aanwijzingsaanvraag van Stichting Omroep Zuidplas af te wijzen;

III. het Commissariaat bepaalt dat dit besluit geldig is van 14 april 2020 tot 14 april 2025;

IV. het Commissariaat maakt de volledige tekst van dit besluit, veertien dagen na de voorgeschreven bekendmaking daarvan, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar door publicatie op zijn website.

Hilversum, 14 april 2020

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,

drs. Renate Litjens Jan Buné CBM voorzitter commissaris

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum.

1 dat wil zeggen door toezending aan de belanghebbende.