• No results found

University of Groningen Echocardiographic characterization of heart failure Nauta, Jan F

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "University of Groningen Echocardiographic characterization of heart failure Nauta, Jan F"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Echocardiographic characterization of heart failure

Nauta, Jan F

DOI:

10.33612/diss.165627336

IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from

it. Please check the document version below.

Document Version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Publication date:

2021

Link to publication in University of Groningen/UMCG research database

Citation for published version (APA):

Nauta, J. F. (2021). Echocardiographic characterization of heart failure. University of Groningen.

https://doi.org/10.33612/diss.165627336

Copyright

Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Take-down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum.

(2)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

(3)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 193PDF page: 193PDF page: 193PDF page: 193

• Nederlandse samenvatting

• Korte samenvatting

• Dankwoord

(4)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

(5)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 195PDF page: 195PDF page: 195PDF page: 195

A

NEDERLANDSE SAMENVATTING

Het merendeel van de patiënten met kanker is 65 jaar en ouder. In deze onco-geriatrische populatie komen comorbiditeit en kwetsbaarheid vaker voor, wat zorgt voor een groter risico op het ontwikkelen van complicaties na oncologische operaties met grote impact op het functioneel herstel, de kwaliteit van leven en sterfte. Door kortere ziekenhuisopnames na operaties, bestaat de kans dat complicaties pas optreden als de patiënt het ziekenhuis al verlaten heeft. Het is van belang om deze complicaties in een vroeg stadium te herkennen en behandelen, om verergering van complicaties en mogelijk ongeplande heropnames in het ziekenhuis te voorkomen. In Nederland worden patiënten vaak een paar dagen na ontslag uit het ziekenhuis gebeld door een chirurgie verpleegkundige en een controle-afspraak bij de chirurg na circa 2 weken. Indien nodig hebben patiënten thuiszorg voor ondersteuning in de lichamelijke verzorging of wond zorg. In vergelijking met het ziekenhuis, is er in deze periode direct na ontslag dus minder begeleiding en controle. Nieuwe digitale technologieën kunnen worden gebruikt om patiënten op afstand te monitoren – telemonitoring – in deze kwetsbare overgangsperiode van ziekenhuis naar huis. Wetenschappelijk onderzoek naar telemonitoring en andere digitale (eHealth) interventies rondom operaties van ouderen met kanker is beperkt. Daarom was het doel van dit proefschrift het onderzoeken van de mogelijkheden van telemonitoring rondom de operatie, met name bij oudere patiënten met kanker. In twee systematische reviews en een klinische telemonitoring studie (Connecare) hebben we ons gefocust op de effectiviteit, haalbaarheid, studie implementatie, patiënt inclusie en analyse van gemonitorde parameters van perioperatieve telemonitoring.

Allereerst hebben we de huidige stand van het effect van perioperatieve telemonitoring op klinische uitkomsten beschreven in het systematische review in Hoofdstuk 2. Negen gecontroleerde studies vergeleken in totaal 829 patiënten met een telemonitoring interventie met 765 patiënten met reguliere zorg rondom een grote chirurgische ingreep. De telemonitoring interventies bestonden uit draagbare biosensoren in het ziekenhuis, educatieve en ondersteunende websites en telefoon/email en mobiele applicaties na ontslag uit het ziekenhuis. Afgezien van verbetering van tijd tot herstel na operatie, zelfredzaamheid, en pijn perceptie, vonden we geen positief effect van telemonitoring op andere patiënt-gerapporteerde, financiële en klinische uitkomsten waaronder eerdere detectie van complicaties na ontslag uit het ziekenhuis.

(6)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 196PDF page: 196PDF page: 196PDF page: 196

196 | Appendices

Om de effectiviteit van telemonitoring interventies te verbeteren, is het belangrijk dat patiënten dit makkelijk kunnen en ook willen gebruiken. Dit geldt met name voor oudere patiënten, omdat zij minder vaak digitale hulpmiddelen voor hun gezondheid gebruiken en over minder digitale vaardigheden beschikken. Daarom hebben we in een tweede systematisch review in Hoofdstuk 3 gezocht naar wetenschappelijke studies die de haalbaarheid, gebruiksvriendelijkheid en acceptatie van perioperatieve eHealth interventies beschreven voor patiënten van 65 jaar en ouder. Hieruit bleek dat oudere patiënten die een oncologische, cardiovasculaire, of orthopedische operatie ondergingen, telemonitoring interventies over het algemeen gebruiksvriendelijk en acceptabel vonden. De compliantie varieerde tussen 53-86%. Ten slotte heeft 54-95% van de patiënten de telemonitoring studie ook afgerond. Het systematische review bevestigt dat de haalbaarheid van perioperatieve eHealth interventies voor ouderen weinig bestudeerd is en dat toekomstige studies de patiëntkarakteristieken en definities van haalbaarheid uitkomsten beter moeten beschrijven.

In de klinische observationele cohort studie Connecare werden patiënten van 65 jaar en ouder voor, tijdens en na hun opname op de chirurgisch-oncologische afdeling op afstand gemonitord met behulp van een nieuw ontwikkeld ICT systeem. Samen met Europese technische en klinische partners is dit ICT systeem samen ontwikkeld en getest in een Europees gefundeerd eHealth project Connecare (EU Horizon 2020, subsidie nummer 689802). Het systeem bestaat uit een website (case-management systeem) voor de professional en een applicatie voor de patiënt die gekoppeld kan worden aan commercieel beschikbare elektronische meetinstrumenten. Fysieke activiteit werd gemonitord met een activiteits-tracker (Fitbit) voorafgaand aan de operatie tot drie maanden na de operatie. Gedurende twee weken na ontslag uit het ziekenhuis werden de vitale parameters (temperatuur, bloeddruk, hartritme en gewicht) gemeten met verschillende meetinstrumenten en postoperatieve symptomen geregistreerd via elektronische vragenlijsten in de app. Verzamelde data werd niet real-time gemonitord maar achteraf geanalyseerd, waardoor er geen interventie volgde op afwijkende metingen. Onze hypothese was dat we door patiënten thuis te monitoren, complicaties na ontslag uit het ziekenhuis eerder opgespoord en behandeld konden worden, leidend tot minder invasieve behandeling en minder heropnames.

Echter, de praktische implementatie van Connecare bleek uitdagend. Dit zorgde voor nieuwe onderzoeksvragen omtrent de haalbaarheid en inclusie van oudere patiënten. Het perspectief op de lokale implementatie van de Connecare studie en de eerste resultaten over de haalbaarheid (gebruiksvriendelijkheid en acceptatie)

(7)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 197PDF page: 197PDF page: 197PDF page: 197

A

werden beschreven in Hoofdstuk 4. Van de eerste 47 patiënten (gemiddelde leeftijd 72; range 65-85; 66% man), hebben 37 (79%) patiënten de studie afgemaakt. Patiënten in het ‘vroege’ cohort gebruikten de Connecare-applicatie op een tablet met een activiteits tracker (Fitbit) en patiënten in het ‘late’ cohort gebruikten het complete monitoring systeem inclusief Connecare-applicatie en Fitbit, en aanvullende apparaten om vitale parameters en patiënt-gerapporteerde symptomen te monitoren. Patiënten uit beide cohorten vonden het telemonitoring systeem over het algemeen gebruiksvriendelijk en acceptabel. De 13 patiënten die het systeem minder gebruiksvriendelijk vonden, hadden een lager opleidingsniveau vergeleken met de patiënten die het systeem wel gebruiksvriendelijk vonden. De compliantie in het gebruik van fysieke activiteit meting was 90%, voor vitale parameters 75-85% en voor het invullen elektronische vragenlijsten met betrekking tot symptomen 75-79%.

Hoofdstuk 5 onderzocht de barrières voor participatie aan Connecare. In

klinische oncologische en telemonitoring studies zijn oudere patiënten vaak ondervertegenwoordigd, en ook in de Connecare studie konden of wilden ongeveer de helft van de oudere patiënten niet participeren. Daarom werden mogelijke technologische en patiënt-gerelateerde barrières geanalyseerd en de karakteristieken van 65 participanten en 86 non-participanten vergeleken. Technologische barrières waren gebrek aan internet thuis (n = 16) en onvoldoende digitale vaardigheden (n  =  12), terwijl de belangrijkste patiënt-gerelateerde barrière de te verwachten extra mentale belasting (n = 46) was. Non-participanten waren ouder dan de participanten, vaker vrouw, ongetrouwd, alleenwonend, en hadden een hogere ASA-classificatie (preoperatieve risico-score bepaald door de anesthesist o.b.v. comorbiditeit) en vaker polyfarmacie (meer dan 4 verschillende soorten medicatie). Postoperatieve complicaties, ziekenhuis heropnames, en mortaliteit verschilde niet significant tussen non-participanten en participanten, alhoewel meer non-participanten werden ontslagen naar een verpleeghuis of revalidatiecentrum na de operatie.

In de volgende twee hoofdstukken hebben we ons gefocust op het analyseren van de telemonitoring data van het Connecare cohort. In Hoofdstuk 6 demonstreerden we dat objectief gemonitorde fysieke activiteit (door Fitbit) een waardevolle uitkomstmaat kan zijn voor fysiek herstel na een oncologische operatie. Het kwantificeren van perioperatieve fysieke activiteit liet een grote variabiliteit zien tussen patiënten, met een mediaan aantal stappen van 5,974 (IQR4,250–7,922) voor operatie, 1,619 (IQR 920–2,839) ten tijde van ontslag uit het ziekenhuis en 4,674 (IQR 3,047–7,592) 3 maanden na hun operatie. We vergeleken daarom het postoperatieve

(8)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 198PDF page: 198PDF page: 198PDF page: 198

198 | Appendices

niveau van fysieke activiteit van de patiënt met zijn of haar eigen preoperatieve fysieke activiteitsniveau. Drie maanden postoperatief, waren 15 / 37 (41%) van de patiënten op (≥ 90%) van hun preoperatieve baseline fysieke activiteitsniveau. Vergeleken met de patiënten die niet tot baseline hersteld waren, leken de patiënten die wel sneller herstelden een hogere zelf-gerapporteerde preoperatieve fysieke activiteit te hebben, lagere ASA scores, en minder complicaties in het ziekenhuis, alhoewel deze verschillen niet significant waren.

Ten slotte vergeleken we in Hoofdstuk 7 de fysieke activiteit, vitale parameters en patiënt-gerapporteerde symptomen in relatie tot complicaties en heropnames na ontslag uit het ziekenhuis. Het feit dat 24 (43%) patiënten een complicatie ontwikkelde -het merendeel binnen twee weken na ontslag- en 13 (23%) patiënten heropgenomen werden in het ziekenhuis, benadrukt de omvang van dit klinische probleem dat we willen verbeteren door patiënten na ontslag te monitoren. De fysieke activiteit verbeterde in de eerste 14 dagen, maar patiënt-gerapporteerde symptomen verbeterden niet. In totaal waren er 392 van de 5,379 (7%) van de metingen buiten de vastgestelde waarden van de parameters, het meest vanwege fysieke inactiviteit. Patiënten die heropgenomen werden hadden vaker een laag stappenaantal (< 1000 stappen/ dag) dan patiënten die niet heropgenomen werden. Patiënten met complicaties na ontslag hadden een hogere mediane pijnscore dan patiënten zonder complicaties na ontslag uit het ziekenhuis. Het niveau van fysieke activiteit bij ontslag en na ontslag was geassocieerd met ziekenhuisopnames. Er werd geen verschil gezien in het aantal afwijkende metingen van vitale parameters en andere patiënt-gerapporteerde symptomen tussen patiënten met en zonder complicaties na ontslag of heropnames. Deze resultaten bevestigen dat het detecteren en voorspellen van complicaties na ontslag complex en multifactorieel is.

Concluderend, beschrijft dit proefschrift de eerste stappen in het onderzoek naar de mogelijkheden en uitdagingen van perioperatieve telemonitoring in oudere patiënten met kanker. Alhoewel we nog niet kunnen aantonen dat het monitoren van patiënten na het ontslag uit het ziekenhuis leidt tot het tijdig opsporen van complicaties, biedt dit proefschrift wel inzicht in de effectiviteit, haalbaarheid, implementatie, inclusie en de gemonitorde parameters van telemonitoring in deze kwetsbare populatie. De huidige zorg - met beperkte financiële en personele middelen – kan de oplopende zorgvraag door toename in levensverwachting niet aan. Waar zorgverleners en patiënten eerst sceptisch waren over eHealth, krijgt de implementatie van eHealth tegenwoordig steeds meer draagvlak. De COVID-19 pandemie heeft dit proces versneld. Telemonitoring, maar ook andere digitale ontwikkelingen zoals

(9)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 199PDF page: 199PDF page: 199PDF page: 199

A

zelfzorg applicaties en videoconsulten op afstand, kunnen zorg personaliseren en efficiënter inrichten. Essentieel is hierbij de aandacht voor een oudere en kwetsbare patiëntengroep, om te voorkomen dat het verschil tussen patiënten met lage en hoge digitale gezondheidsvaardigheden groter wordt. Om de kwaliteit en capaciteit van de toekomstige gezondheidszorg in een vergrijzende populatie te waarborgen, moeten we nu tijd en energie steken in haalbare digitale oplossingen voor de zorg.

(10)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

(11)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 201PDF page: 201PDF page: 201PDF page: 201

A

KORTE SAMENVATTING

De meerderheid van patiënten met kanker is ouder dan 65 jaar en ondergaat chirurgie als deel van de behandeling. Thuis, na de operatie wordt het herstel van patiënten minder intensief begeleid dan in het ziekenhuis, terwijl ook na ontslag complicaties kunnen optreden bij deze oudere en soms kwetsbare populatie. Nieuwe digitale technologie in de zorg zoals telemonitoring (eHealth) biedt de mogelijkheid om patiënten na ontslag op afstand te monitoren.

We onderzochten de mogelijkheden van telemonitoring rondom de operatie in een doelgroep die weinig betrokken wordt bij eHealth studies. In de studie Connecare monitorden we patiënten van 65 jaar en ouder met kanker voor en na hun operatie in het Universitair Medisch Centrum Groningen. De meeste patiënten vonden het telemonitoring systeem acceptabel en gebruiksvriendelijk. Wel bleek dat een aanzienlijk deel van de benaderde patiënten niet wilde deelnemen aan de telemonitoring studie vanwege extra mentale belasting, gebrek aan internet thuis of onvoldoende digitale vaardigheden. We vonden geen duidelijke relatie tussen de gemeten vitale parameters -zoals bloeddruk en temperatuur- en symptomen in de twee weken na ontslag uit het ziekenhuis, en complicaties of heropnames. Daarentegen bleek het meten van fysieke activiteit (stappen) na operatie een waardevolle manier om fysiek herstel te bepalen, en leek fysieke activiteit voorspellend voor heropnames.

Hoewel we niet konden aantonen dat het monitoren van patiënten na ontslag uit het ziekenhuis leidt tot het tijdig opsporen van complicaties, lijkt telemonitoring wel haalbaar in deze kwetsbare populatie. Dit proefschrift biedt bruikbare inzichten in de effectiviteit en implementatie van telemonitoring rondom operaties.

(12)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 202PDF page: 202PDF page: 202PDF page: 202

202 | Appendices

DANKWOORD

Aan het begin van dit promotieonderzoek had ik niet verwacht dat ik ruim twee jaar later al toe zou zijn aan het schrijven van dit dankwoord. Na de gebruikelijke struggles in de opstartfase kwam het proces begin 2020 ineens een stroomversnelling. En cliché maar waar: onderzoek doe je niet alleen. De afgelopen jaren had ik een groep inspirerende, motiverende en gezellige mensen om mij heen. Dit proefschrift was er niet gekomen zonder de hulp, aanmoediging en soms ook afleiding van jullie. Allereerst prof. dr. B.L. van Leeuwen, beste Barbara, bedankt voor het vertrouwen. Jij zette de grote lijnen uit en gaf mij de vrijheid om die zelf in te vullen. Ik kon laagdrempelig alle facetten van het promoveren met je overleggen en dit werd met de benodigde humor gerelativeerd. Tussen de regels van mijn manuscripten door kon je lezen wat ik er eigenlijk van dacht, en je hielp me geregeld om het grotere plaatje te zien. Ik heb dan ook veel meer geleerd dan alleen het doen van wetenschappelijk onderzoek.

Prof. dr. G.H. de Bock, beste Truuske, ik heb ontzettend veel gehad aan je altijd kritische

blik op de methodologie en statistiek. Feedback op artikelen kwam altijd binnen no time weer terug in mijn mailbox, volle agenda of niet. Je oprechte interesse in mij en de andere PhD-studenten zorgden voor een fijne werksfeer. Je stelde zelfs je huis open voor een Aziatisch Hot-Pot kerstdiner met alle binnen- en buitenlandse studenten. Bedankt voor de prettige samenwerking en begeleiding!

Dr. M.M.H. Lahr, beste Maarten. Dankzij jouw betrokkenheid in het Europese

Consortium Connecare kreeg ik de mogelijkheid om dit onderzoek te doen. Bedankt voor de inzichten in de internationale wereld van de eHealth en je beschikbaarheid als sparringspartner bij het schrijven van de artikelen en rebuttals. Ik heb van jou geleerd dat ‘het even wegleggen’ van een stuk tot nieuwe inzichten kan leiden. Soms is even niets doen juist de manier om verder te komen.

Leden van de beoordelingscommissie: prof. dr. J.M. Klaase, prof. dr. S.C.E. Klein

Nagelvoort-Schuit en prof. dr. M.P. Schijven, hartelijk dank voor het lezen en

beoordelen van dit proefschrift.

All clinical and technical partners within the Connecare consortium: Thanks for the pleasant collaboration. I enjoyed our meetings in München and Modena, including the cultural and culinary highlights! Special thanks to Eloisa, Mauricio, and Matti for the technical support throughout the entire project.

(13)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 203PDF page: 203PDF page: 203PDF page: 203

A

Matthijs Plas, zonder jouw ideeën, inzet en enthousiasme hadden de Connecare studie

en ook mijn onderzoeksperiode er heel anders uitgezien. Dankjewel voor het goed opzetten en overdragen van de studie en het feit dat je altijd beschikbaar was om mee te denken, op afstand of onder het genot van een cappuccino of biertje.

Ook alle andere coauteurs wil ik graag bedanken voor hun bijdrage aan de wetenschappelijke artikelen in dit proefschrift: Marjolein Haveman, voor het screenen en reviewen van eindeloos veel artikelen voor onze twee (!) reviews. Erik Buskens, voor de hulp met het opschrijven van onze eerste haalbaarheidsstudie. Maaike Oonk, voor de fijne samenwerking vanuit de Oncologische Gynaecologie. Suzanne Festen en

Barbara van Munster, voor de belangrijke bijdrage vanuit geriatrisch oogpunt. En ten

slotte Sharon Hendriks, voor het aanvullen van de database met de grote hoeveelheid fysieke activiteit-data.

Carlijn, Simone en Mike, jullie hebben mij enorm geholpen door een aantal van de

huisbezoeken aan patiënten over te nemen, bedankt voor jullie tijd en inzet! Hanneke, fijn dat ik altijd bij je binnen kon lopen om je mening te vragen.

Logistieke uitdagingen in het onderzoek werden gemakkelijker en leuker door de praktische tips en het luisterend oor van Petra, Lisette, en de medewerkers op verpleegafdelingen K4, C4 en A3 en op poli Oncologie 2 (in het bijzonder Ingrid en

Linde)!

Colleagues from the Oncological Epidemiology Department, thanks for the inspiring Journal Clubs and Unit Meetings. I significantly improved the quality of my thesis by learning more about your research and receiving feedback on my own projects. Mede-onderzoekers van de Chirurgie! Arne, Eric, Jara, Marc, Matthijs, Maureen en Rob, bedankt voor de gastvrije ontvangst in ‘The Office’. De afwisseling aan hilariteit, goede gesprekken en wetenschapshacks hebben mij door de eerste periode van onderzoek doen heen gesleept. Kirsten, Laura, Marjolein en Simone, wij hebben van The Office de grote oversteek gemaakt naar de groene werktuin in het zusterhuis. Lunchpauzes en borrelavonden werden moeiteloos ingeruild voor digitale HouseParty’s toen we het even zonder elkaars live support moesten doen. Bedankt voor het delen van pieken en dalen, veel baseline, en inmiddels ook al wat mijlpalen. Madelon; ik was blij met onze wederzijdse laagdrempeligheid en behoefte om te sparren! Ook alle andere onderzoekers, bedankt voor gezellige praatjes op de gang, tijdens de koffie en de lunch.

(14)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 204PDF page: 204PDF page: 204PDF page: 204

204 | Appendices

Alle oud-collega’s van de chirurgie uit het Martini Ziekenhuis en UMCG, en van de SEH van het Horacio Oduber Hospitaal in Aruba wil ik ook graag bedanken voor de gezellige en leerzame tijd en fijne samenwerking. De verhalen uit de kliniek tijdens menige borrels waren een welkome afleiding in de wetenschapsbubbel. Toekomstige collega’s in het Treant, ik zie er naar uit om met jullie samen te gaan werken!

Lieve vrienden, vriendinnen en familie. Ik wil jullie bedanken voor de interesse, support en de nodige afleiding en relativering tijdens mijn onderzoeksperiode. Apeldoorn

vriendinnen, ik vind het super bijzonder dat of we elkaar nou intensief spreken of

tijdenlang even niet, het direct weer als vanouds is. We go way back! Lieve Bende en aanhang; van 21-diners naar huwelijken en baby’s, en van afstuderen naar deze promotie, wie had dat gedacht! Door onze uiteenlopende interesses vind ik altijd wel iemand voor een goed advies, wintersport, festivals, spelletjesavonden, wandelingen, wielrentochten of kite-sessies. Dat er nog maar veel van onze fameuze bende-weekenden mogen volgen. Oale moekes, cirkeltijgers, ‘Opgedonderd’ crew, vele namen voor verschillende samenstellingen van mijn (te) gekke handbalvrienden. Hoewel ik nog maar met een aantal van jullie daadwerkelijk handbal, is onze fantastische vriendengroep gebleven. Ik houd van onze spontane dates, feestjes, vakanties, humor en de soms ineens verrassend diepzinnige gesprekken. V&S dames 1 en Han, bedankt voor alle leuke trainingen en fanatieke wedstrijden: zowel 1e, 2e als 3e helft. Heren

senioren, FeFa, Groningen reünie-leden, Prego’s, bedankt voor de gezelligheid! Marieke van der Molen: onderzoeken, salsadansen, wielrennen, pubquizzen, ‘het

leven’ analyseren: zo fijn dat ik dat allemaal met jou kan meemaken in het mooie Groningen. Als promovendi deden we onderzoek op drie verschillende afdelingen, maar samen met Maud voelde het toch als een echt ‘onderzoeksclubje’. Monique en

Marieke Janssens, ik ben blij dat we na goede collega’s, nog betere vriendinnen zijn

geworden! Mirthe, Aruba-buurvrouw, mede-avonturier, bedankt dat je me altijd weet op te vrolijken met Whatsapp-spraakberichten en -verhalen en je aanstekelijke lach. Liefste paranimfen! Maud, toen de statistiek tijdens onze wetenschapsstage nog bestond uit handmatig turven, hadden we vast niet gedacht dat we ons allebei – tegelijkertijd – op een promotieonderzoek zouden storten. Wat een geluk dat jij na ons Enschedese jaar coschappen uiteindelijk ook weer in Groningen kwam wonen. ‘Even koffie doen’ en daghappen voor de salsa-les samen met Marieke waren hoogtepuntjes in de onderzoeksweken. Jouw nuchtere, droge humor en vermogen tot relativeren kan ik ontzettend waarderen. Nicol, vanaf het introductiekamp van geneeskunde klikte het en sindsdien zijn we vriendinnen. Je was de overbuurvrouw van Frank, mede-bendelid, initiatiefneemster van bizarre avonturen maar vooral ook de vriendin waarbij ik altijd en voor alles terecht kan. Bedankt dat jullie op deze bijzondere dag naast mij willen staan!

(15)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 205PDF page: 205PDF page: 205PDF page: 205

A

Hein en Tineke, Wouter en Tanja, bedankt voor de oprechte interesse in mijn studie,

werk en promotieonderzoek de afgelopen jaren! Als trotse ‘tante Leo’ is het altijd weer een feestje om Kay en Fynn te zien.

Lieve Marlies. Mijn kleine zusje ben je allang niet meer. Geregeld voorzie je mij van wijs advies en bood je een luisterend oor als het even tegenzat in de wetenschap. Fijn dat we vaak aan een half woord genoeg hebben. Arjen, ik ben blij dat je samen met Marlies zo’n fijne plek in Zwolle hebt. Als sportieve spelletjesfanaat ben je de ideale zwager. Lieve pap en mam. Van jullie heb ik meegekregen om open te staan voor nieuwe ervaringen, hard te werken en af te maken waar je aan begint. Bedankt dat jullie altijd voor mij klaarstaan!

Lieve Frank. Dit hele proces was voor jou als ervaringsdeskundige in promoveren heel herkenbaar, en vast ook soms frustrerend. Jij hanteert nou eenmaal een ander algoritme in het probleem-oplossen dan ik. Toch motiveerde je me als ik er even doorheen zat en stuurde je me de racefiets of de yoga mat op als ik vastliep. Bedankt dat je zo geduldig, lief, nuchter en grappig bent op de momenten dat ik dat nodig heb! Ik ben super blij met jou. Op naar nog vele avonturen samen!

Leonie

(16)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

(17)

553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker 553433-L-sub01-bw-Jonker Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021 Processed on: 28-1-2021

Processed on: 28-1-2021 PDF page: 207PDF page: 207PDF page: 207PDF page: 207

A

CURRICULUM VITAE

Leonie Jonker werd geboren op 13 juni 1990 in Apeldoorn. Ze groeide op als dochter van Henk en Virgien Jonker en zus van Marlies. In 2008 behaalde ze cum laude haar VWO diploma op het Veluws College Walterbosch. In datzelfde jaar verhuisde ze naar Groningen om geneeskunde te studeren aan de Rijksuniversiteit. Na een ziekenhuisstage in Ecuador in 2011 tijdens een zeven maandenlange reis door Zuid-Amerika, liep ze coschappen in Groningen, Enschede en Bloemfontein, Zuid-Afrika. Haar laatste coschap volgde ze op de

afdeling Chirurgie in het Martini Ziekenhuis, waar ze vervolgens ruim een jaar werkte als ANIOS (2015-2016). Aansluitend werkte ze op de Spoedeisende Hulp in het Horacio Oduber Hospitaal in Aruba (2017) en op de Chirurgie in het Universitair Medisch Centrum Groningen (2018). Naast haar studie was ze actief in verschillende studie- en sport-gerelateerde commissies, onder andere bij studentenhandbalvereniging de Cirkeltijgers.

In oktober 2018 startte Leonie haar promotietraject op de afdeling Chirurgische Oncologie en Epidemiologie, onder begeleiding van prof. dr. B.L. van Leeuwen, prof. dr. G.H. de Bock en dr. M.M.H. Lahr. Ze onderzocht de mogelijkheden van perioperatieve telemonitoring bij oudere oncologische patiënten in het UMCG, in samenwerking met het Europees consortium Connecare. Daarnaast heeft ze als lid van het Chirurgisch Onderzoeks Team ook bijgedragen aan het opzetten van onderwijsactiviteiten voor de chirurgische onderzoeksafdeling.

Na het afronden van dit proefschrift start ze in januari 2021 met haar opleiding tot chirurg in regio Groningen, waarvan de eerste drie jaar in Treant Zorggroep te Emmen, Stadskanaal en Hoogeveen (opleider Dr. R.J. Hissink). Leonie woont samen met haar vriend Frank Beke in Groningen en besteedt haar vrije tijd graag aan sporten, (uit) eten met vrienden en reizen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Supplemental Figure S1. Odds ratio for HF rehospitalization or death at different time points Forest plot for heart failure rehospitalization or all cause mortality within 30, 60,

As this analysis aimed to describe the value of biomarkers, and as NT-proBNP is a biomarker, we present the results for the various biomarkers on top of the clinical risk model

baseline and at 6 weeks; C Scatterplot of urinary galectin-3 levels at baseline and at 6 weeks; D Galectin-3 excretion rate in controls and chronic heart failure patients at

Therefore, our aim was to assess the conjoint analytical and biological variation of clinical established biomarkers N-terminal-pro-B-type natriuretic peptide NT-proBNP and

Fluorescein isothiocyanate (FITC)-labelled full length galectin-3, unlike truncated galectin-3 (Gal-3C), exhibited a non-saturable binding to neutrophils and

To probe our hypothesis that cardiac secreted factors of the failing heart could be re- sponsible, we conducted a literature search from databases from myocardial

Een operatie is een stressvolle gebeurtenis en kan zowel lichamelijk als psychisch belastend zijn. Wanneer u naar huis gaat, kunt u zich een tijdje moe en niet prettig voelen, maar

Wij hebben in dit artikel aandacht geschonken aan de vraag of met behulp van de insolventiemodellen van Bilderbeek respectievelijk van Van Frede- rikslust in de toekomst