• No results found

Macro economie 1 - De toegevoegde waarde

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Macro economie 1 - De toegevoegde waarde"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Macro economie 1 - De toegevoegde waarde

Macro economie 1 - De toegevoegde waarde

Hoe meet je de productie van een bedrijf

Hoe meet je de productie van een bedrijf

De toegevoegde waarde (omzet – inkoop)

De toegevoegde waarde (omzet – inkoop)

De som van alle toegevoegde waarden

= het nationaal product of ook wel het nationaal inkomen genoemd

De som van alle toegevoegde waarden

= het nationaal product of ook wel het

nationaal inkomen genoemd

(2)

Van oerproducent tot eindproducent De consument

maakt geen deel uit van de

bedrijfskolom

De lijnen tussen de bedrijven vormen markten

(3)

Toegevoegde waarde

De toegevoegde waarde is het verschil tussen de verkoopprijs en de inkoopprijs De toegevoegde waarde is het verschil tussen de verkoopprijs en de inkoopprijs Met inkoop bedoelen we de materialen en grondstoffen, maar ook diensten van derden

Met inkoop bedoelen we de materialen

en grondstoffen, maar ook diensten van

derden

(4)

Toegevoegde waarde

CB CE CI CF SW

1,00

0,70

0,30 0,15 0,02

Toegevoegde waarde Inkoop

CB = Cacaoboer CE = Cacao- exporteur CI = Cacao- importeur

CF = Chocolade fabriek

SW = Snoepwinkel

= Beloningen van de productiefactoren (l,h,p,r,w) + afschrijvingen (A)

(5)

Bedrijven Bedrijven Gezinnen Gezinnen

Productiefactore n

Productiefactore n

Bedrijven gebruiken

productiefactore n

Gezinnen leveren productiefactore n

Inkomen = (L, H, P, R, W)

NTW = (L, H, P, R, W)

Gemeten door de belastingdienst  nationaal inkomen

Gemeten door het Centraal Bureau voor de Statistiek  nationaal product

Conclusie: nationaal inkomen

= nationaal product

(6)

Toegevoegde waarde

Ingekocht e

Grond- en hulpstoffe

n

Ingekocht e diensten

van derden

Beloning voor arbeid

(loon)

Natuur (pacht

)

Kapitaal

(rente/intere st)

Ondern e- mersch

ap (winst)

A

Totale

inkoopwaarde

Bruto toegevoegde waarde

Netto toegevoegde waarde

(7)

Welke categorieën inkomen kennen we?

Wat verstaan we onder de categoriale inkomensverdeling?

Wat is het verschil tussen de loonquote en de arbeidsinkomensquote (AIQ)

Waar gebruiken we deze maatstaf (AIQ) voor

Categoriale inkomensverdeling

Cake = loon

Vruchten =winst

Nootjes = rente, huur

pacht)

(8)

Productiefactoren en beloningen

Kapitaal

Arbeid

Natuur

Ondernemersch ap

Winst Pacht Loon

Rente / huur

(9)

Arbeids- en vermogensinkomen

Kapitaal Kapitaal

Arbeid

Natuur Natuur

Ondernemersch ap

Ondernemersch ap

Winst € 10 mld

Winst € 10 mld

Pacht € 10 mld

Pacht € 10 mld

Loon € 60 mld

Rente / huur € 20 mld

Rente / huur € 20 mld

Totaal = nationaal inkomen € 100 mld

(10)

Loonquote = Loonsom / Nationaal inkomen x 100%

Loonquote = 60 / 100 x 100% = 60%

Winstquote = 10 / 100 x 100% = 10%

Loonquote en andere quotes (inclusief bijdrage overheid)

Loon = 60 Rente en

huur = 20 pacht = 10

Winst = 10

(11)

Arbeidsinkomensquote (exclusief overheid)

 AIQ = arbeidsinkomensquote

 LB = Loonsom bedrijven

 TLZ = toegerekend loon zelfstandigen

 Y = Nationaal inkomen

 AIQ = (LB + TLZ) / NTW(b) x 100%

 RIQ (huur, pacht en rente) op korte termijn constant

 AIQ stijgt  daalt WIQ en omgekeerd.

Netto toegevoegde waarde van de

bedrijven

De overheid maakt geen winst

AI OI =

constant WI Als Arbeidsinkomen stijgt  winstinkomen

daalt

(12)

Verband A.I.Q. en winstgevendheid van bedrijven

Aib (AIQ) Oib

(RIQ) Wib (WIQ)

2. Oib (of RIQ) wordt constant verondersteld

3. Dus als Aib (AIQ) ↑ → Wib (WIQ) ↓ 1. De overheid maakt geen winst!

4. Een hogere AIQ kan gunstig zijn voor de

consumptie (meer geld naar

huishoudens) 5. Een hogere AIQ kan tot een afname van investeringen leiden

(bedrijven hebben dan minder winst) 6. Bij een hoge AIQ is de WIQ laag →

uitbreidingsinvesteringen ↓

→ diepte-investeringen ↑ 7. Bij een erg lage AIQ wordt relatief klein deel van de toegevoegde waarde aan arbeid

uitgegeven → kapitaalintensieve productie → sociale

ongelijkheid ↑ → overheid moet nivelleren

(13)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De criteria waaraan een idee voor een nieuwe aanvullende dienst moet voldoen wil het van toegevoegde waarde zijn volgens Bedrijf X, zijn in tabel 4.1 samengevat....

De inkoopprijs (of kostprijs) van een lap ribbetjes is gemiddeld 1,50 euro, van een kippenbil 0,90 euro en van een kotelet 1,25 euro.. De organisatoren vragen 8 euro

Voorbij de status quo: kansen voor toekomstig criminologisch onderzoek Naast het maken van vergelijkingen tussen (sub)groepen, zoals tot op heden gedaan is, lijkt het voor

Uit deze probleemstelling de vraag waar dit onderzoek om draait gekomen: “Wat is de toegevoegde waarde van een PostNL formule in een retaillocatie?” Een viertal deelvragen

Wel heeft de Ad een eigen, wettelijk erkende, graad: de Associate degree (Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onder- zoek). Ad’ers kunnen dus verder studeren

De aanbevelingen die gemaakt zijn ten einde de effectiviteit van het organiseren van het cluster Buis te vergroten dragen er toe bij dat het cluster faciliterender wordt waardoor

Eerst zal het gaan over de (rol van de) duurzaamheid in de allianties, de volgende paragraaf handelt over de (relevante) stakeholders, daarna de toegevoegde waarde van

Naar verwachting zijn de besproken mogelijkheden ook voor eigen rijders, kleine en middelgrote transporteurs dé manier om de toegevoegde waarde te vergroten, echter zijn meer