• No results found

GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO S

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO S"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NL NL

EUROPESE COMMISSIE

HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID

Brussel, 13.10.2021 JOIN(2021) 27 final

GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN

DE REGIO’S

Een sterker engagement van de EU voor een vreedzaam, duurzaam en welvarend noordpoolgebied

(2)

1 INLEIDING

De Europese Unie (EU) is aanwezig in het noordpoolgebied Als geopolitieke macht heeft de EU strategische en dagelijkse belangen, zowel in het Europese noordpoolgebied als in het ruimere noordpoolgebied. De EU heeft ook een fundamenteel belang bij het ondersteunen van multilaterale samenwerking in het noordpoolgebied en bij het waarborgen dat het veilig, stabiel, duurzaam, vreedzaam en welvarend blijft. De EU is een belangrijke economische speler en deelt de verantwoordelijkheid voor wereldwijde duurzame ontwikkeling, ook in het noordpoolgebied, en voor de middelen van bestaan van de bewoners, met inbegrip van inheemse volkeren. De EU heeft een aanzienlijke impact op het noordpoolgebied door haar ecologische voetafdruk en de vraag naar hulpbronnen en producten van oorsprong uit de regio.

Klimaatverandering is de grootste bedreiging waarmee het noordpoolgebied wordt geconfronteerd en heeft een ongekend kritiek peil bereikt1. Het noordpoolgebied is bijzonder gevoelig voor de opwarming van de aarde – de regio is de afgelopen 50 jaar drie keer zo snel opgewarmd als de planeet. De huidige ijskap in het noordpoolgebied bevindt zich op haar laagste niveau sinds ten minste 1850 en de Noordelijke IJszee zal naar verwachting ten minste één keer vóór 2050 in de zomer nagenoeg ijsvrij zijn. Voorts smelt de ijskap van Groenland en ontdooit de permafrost in het noordpoolgebied steeds meer. Deze onderling samenhangende veranderingen in het noordpoolgebied zorgen ervoor dat de zeespiegel stijgt, verstoren weersystemen en veroorzaken kusterosie, biodiversiteitsverlies en de vernietiging van de bijbehorende ecosystemen. Het afnemende weerkaatsingsvermogen als gevolg van het slinkende zee-ijs – het albedo-effect – en de uitstoot van broeikasgassen als gevolg van het ontdooien van permafrost leiden tot een verdere versnelling van de klimaatverandering en zouden kunnen bijdragen tot de overschrijding van omslagpunten in het klimaatsysteem. De rampzalige gevolgen, die nog worden verergerd door de aantasting van het milieu, strekken zich uit tot de hele planeet en grijpen op allerlei manieren - waarvan sommige maar nog maar net tot uiting komen - diep in op de natuur en de mensen. Inheemse volkeren worden bijzonder hard getroffen en de verslechterende situatie zal de vooruitzichten voor toekomstige generaties ondermijnen. In het recente verslag van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) wordt er nogmaals op gewezen dat het nu dringend noodzakelijk is doortastend op te treden2.

Dit decennium is het erop of eronder in de strijd tegen de klimaat- en biodiversiteitscrises. De EU is een wereldleider in deze inspanningen en is bereid haar rol ten volle te vervullen en haar mondiale verantwoordelijkheid op zich te nemen door middel van haar nieuwe klimaatwet en het “Klaar voor 55”-pakket 3, in de aanloop naar de klimaatconferentie COP26.

Klimaatmaatregelen zijn van bijzonder belang voor het noordpoolgebied, gezien het enorme domino-effect waarmee de opwarming van het noordpoolgebied gepaard gaat. De wetgevingsvoorstellen in het kader van de Europese Green Deal (EGD)4 zullen centraal staan in de inzet van de EU voor het noordpoolgebied, samen met de nieuwe aanpak van de EU voor een duurzame blauwe economie5, ondersteund door wetenschap, innovatie en regionale

1 IPCC Climate Change 2021: The Physical Science Basis. Contribution of Working Group I to the Sixth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change (IPPC Klimaatverandering 2021: de wetenschappelijke basis. Bijdrage van werkgroep I aan het zesde evaluatierapport van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering. (https://www.ipcc.ch/report/ar6/wg1/)

2 Idem.

3 De “Klaar voor 55”-voorstellen vormen een combinatie van de toepassing van de handel in emissierechten en het toegenomen gebruik van hernieuwbare energie; grotere energie-efficiëntie; snellere uitrol van emissiearme vervoerswijzen, afstemming van belastingbeleid, maatregelen om koolstoflekkage te voorkomen; en instrumenten voor het behoud en de toename van natuurlijke koolstofputten.

4 COM(2019) 640.

5 COM(2021) 240.

(3)

2 investeringen.

De staten in het noordpoolgebied6 zijn in de eerste plaats verantwoordelijk voor het aanpakken van uitdagingen en kansen op hun grondgebied. Veel uitdagingen reiken echter verder dan nationale grenzen en de grenzen van de regio en kunnen doeltreffender worden aangepakt door middel van regionale of multilaterale samenwerking. In dit verband moet ook rekening worden gehouden met de rol van de EU als wetgever voor een deel van het Europese noordpoolgebied.

De toegenomen belangstelling voor hulpbronnen en transportroutes in het noordpoolgebied kan de regio omvormen tot een terrein van lokale en geopolitieke concurrentie en mogelijke spanningen, hetgeen de belangen van de EU in het gedrang zou kunnen brengen. De mondiale vraag naar producten uit het noordpoolgebied onderstreept dat de ontwikkeling van deze regio niet alleen door lokale politieke en economische krachten wordt aangestuurd.

Deze uitdagingen en kansen zijn met elkaar verbonden en vele daarvan kunnen het best op gecoördineerde wijze en in nauwe samenwerking met de Arctische staten, regionale overheden en lokale gemeenschappen worden aangepakt. De volledige betrokkenheid van de EU bij Arctische aangelegenheden is een geopolitieke noodzaak. Het optreden van de EU moet gebaseerd zijn op haar waarden en beginselen, waaronder de rechtsstaat, mensenrechten, duurzame ontwikkeling, gendergelijkheid, diversiteit en inclusie, steun voor een op regels gebaseerd multilateralisme7 en de eerbiediging van het internationaal recht, met name het Zeerechtverdrag (UNCLOS).

DOELSTELLINGEN

Voortbouwend op haar beleid zoals uiteengezet in eerdere gezamenlijke mededelingen over Arctische aangelegenheden8 9 en op basis van de integrale strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie van 2016 en de politieke prioriteiten van de Commissie, zal de EU haar betrokkenheid bij het noordpoolgebied versterken door:

bij te dragen tot het handhaven van een vreedzame en constructieve dialoog en samenwerking in een veranderend geopolitiek landschap, om het noordpoolgebied veilig en stabiel te houden, door Arctische aangelegenheden aan de orde te stellen in haar externe contacten, door de regionale samenwerking te intensiveren en strategische prognoses te ontwikkelen met betrekking tot nieuwe veiligheidsuitdagingen;

iets te doen aan de ecologische, sociale, economische en politieke uitdagingen als gevolg van de klimaatverandering en krachtige maatregelen te nemen om de klimaatverandering en de milieuaantasting aan te pakken, het noordpoolgebied veerkrachtiger te maken door middel van milieuwetgeving, gecoördineerde actie tegen zwarte koolstof en de ontdooiing van de permafrost, en door druk uit te oefenen om olie, kolen en gas in de grond te houden, ook in het noordpoolgebied;

de inclusieve en duurzame ontwikkeling van het noordpoolgebied te ondersteunen ten

6 Canada, het Koninkrijk Denemarken, Finland, IJsland, Noorwegen, Rusland, Zweden en de Verenigde Staten.

7 JOIN(2021) 3.

8 COM(2008) 763, JOIN(2012) 19 en JOIN(2016) 21.

9 Conclusies van de Raad over klimaat- en energiediplomatie - verwezenlijking van de externe dimensie van de Europese Green Deal, 25 januari 2021.

(4)

3

behoeve van de inwoners van de regio en toekomstige generaties, met bijzondere aandacht voor de behoeften van inheemse volkeren, vrouwen en jongeren, en te investeren in toekomstgerichte banen en de blauwe economie.

1. EEN REGIO VAN VREEDZAME SAMENWERKING IN DE NIEUWE GEOPOLITIEKE CONTEXT

De EU zal haar strategische prognoses verbeteren, Arctische aangelegenheden integreren in haar externe diplomatie en voortbouwen op regionale samenwerking. Om veiligheidsproblemen te beperken, zal de EU de civiele beschermingscapaciteit en de samenwerking op het gebied van opsporing en redding uitbreiden en zal het onderzoek naar het ontdooien van de permafrost worden geïntensiveerd.

De afgelopen jaren is het aantal landen dat belangstelling heeft voor het noordpoolgebied sterk toegenomen. Hierdoor ontstaat het risico dat het noordpoolgebied wordt omgevormd tot een terrein van geopolitieke concurrentie, waardoor de belangen van de EU worden geschaad.

Naast de toenemende belangstelling voor Arctische hulpbronnen en transportroutes, is de militaire activiteit in veel delen van het noordpoolgebied sterk toegenomen. De EU zet zich in voor de instandhouding van een veilig, stabiel, duurzaam en welvarend noordpoolgebied, dat een regio van lage spanning en vreedzame multilaterale samenwerking moet blijven. In zijn conclusies over klimaat- en energiediplomatie van januari 20218 heeft de Raad van de EU gewezen op het belang van milieuvraagstukken en klimaatverandering voor veiligheid en defensie, en op de noodzaak om nauw samen te werken met partnerlanden, internationale organisaties zoals het systeem van de Verenigde Naties (VN), en via multilaterale partnerschappen.

De militaire opbouw in het Russische noordpoolgebied lijkt een weerspiegeling te zijn van zowel mondiale strategische positionering als binnenlandse prioriteiten, met inbegrip van duaal gebruik van infrastructuur. Naast de toenemende uitdagingen op het gebied van veiligheid kan dit ook de gevolgen van de klimaatverandering nog verergeren. Deze opbouw vindt wellicht deels plaats omdat de lange noordelijke kustlijn veel toegankelijker wordt, maar houdt sterk verband met niet-Arctische kwesties10. Veel landen, waaronder de VS, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Canada en IJsland volgen deze ontwikkelingen op de voet, net als de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO), om in te kunnen spelen op de toenemende assertiviteit van Rusland in de wateren en het luchtruim van het noordpoolgebied.

Er is ook sprake van een heropleving van de activiteiten van andere actoren, waaronder China, en van toenemende belangstelling voor gebieden als eigendom van kritieke infrastructuur, de aanleg van zeekabels, mondiale scheepvaart, cyberspace en desinformatie.

De toename van het aantal aanvragen voor de status van waarnemer in de Arctische Raad weerspiegelt het nieuwe geopolitieke klimaat. Met het oog op een verdere versterking van haar betrokkenheid in de werkgroepen en deskundigengroepen van de Arctische Raad, herhaalt de EU haar verzoek om officiële waarnemersstatus. De EU zal blijven bijdragen aan de werkzaamheden van de Arctische Raad overeenkomstig de verklaring van de Arctische Raad in Kiruna van mei 201311. De EU zal waar nodig samenwerken met waarnemers, met inbegrip van EU-lidstaten.

10 Zie Gezamenlijke Mededeling over de betrekkingen tussen de EU en Rusland, JOIN(2021) 20.

11 Secretariaat van de Arctische Raad, Verklaring van Kiruna, Zweden, 15 mei 2013.

(5)

4 Verbetering van de strategische prognoses

De EU volgt de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid nauwlettend en in bepaalde opzichten met bezorgdheid. De veiligheid van het noordpoolgebied omvat ecologische, economische en politiek-militaire elementen, die niet los van elkaar kunnen worden gezien.

Klimaatverandering en smeltend ijs leiden tot meer geopolitieke belangstelling met een groot potentieel voor meer strategische concurrentie. De EU zal haar strategische prognosecapaciteit versterken, in overeenstemming met de verschillende actiegebieden van het Strategisch prognoseverslag 202112, zodat zij een beter inzicht krijgt in de gevolgen voor de veiligheid van de klimatologische veranderingen in het noordpoolgebied en de impact daarvan op de mondiale veiligheidssituatie. De EU zal samenwerken met haar partners, waaronder de VS, Canada, Noorwegen en IJsland, alsook met de NAVO op het gebied van strategische prognoses, waarbij wordt gekeken naar de veiligheidseffecten van klimaatverandering op middellange tot lange termijn en studies en gegevens worden gedeeld, als onderdeel van de bredere lopende uitwisseling met de NAVO over klimaatverandering en veiligheid.

In het licht van de toename van de economische en militaire activiteiten in de regio biedt het satellietcentrum van de Europese Unie (Satcen) beveiligde geospatiale analyses aan, die de inspanningen van de EU zullen ondersteunen om de veiligheidssituatie in het noordpoolgebied te monitoren en de stabiliteit te vergroten door vertrouwenwekkende maatregelen en het voorkomen van onvoorziene incidenten. Galileo biedt reeds opsporings- en reddingsdiensten aan en kan andere beveiligingsgerelateerde diensten aanbieden. De publiek gereguleerde dienst van Galileo zal zorgen voor onbeperkte en ononderbroken toegang tot stabiele navigatiediensten in het noordpoolgebied voor gemachtigde gebruikers, waardoor de veiligheid van de activiteiten in de regio wordt verbeterd.

Voortbouwen op de EU-beleidsmaatregelen die elkaar wederzijds ondersteunen

Het EU-beleid is gebaseerd op de beginselen van het Zeerechtverdrag (UNCLOS), de Agenda 2030 van de Verenigde Naties en de daarin geformuleerde doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling, alsook op haar betrokkenheid bij de werkzaamheden van de Arctische Raad, de Raad voor het Europees-Arctische Barentsz-zeegebied en het beleidskader voor de Noordelijke Dimensie (zie tekstvak 1).

TEKSTVAK 1: De EU en de Noordelijke Dimensie

De Noordelijke Dimensie (ND) is een gemeenschappelijk beleid van de EU, Rusland, Noorwegen en IJsland.

De vier partnerschappen in het kader van de ND hebben betrekking op: i) milieu (met inbegrip van nucleaire veiligheid); ii) volksgezondheid en maatschappelijk welzijn; iii) vervoer en logistiek; en iv) cultuur.

Het milieupartnerschap voor de Noordelijke Dimensie (NDEP) verbetert de behandeling van afvalwater in het stroomgebied van de Oostzee en pakt de uitstoot van zwarte koolstof aan. De projecten worden uitgevoerd via het steunfonds van het NDEP (in totaal 350 miljoen EUR) dat wordt beheerd door de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) en werd verlengd tot 2027. Het nucleaire segment van het NDEP is een multilateraal financieringsmechanisme dat gericht is op het aanpakken van risico’s van de nucleaire erfenis van het Sovjettijdperk in Noordwest-Rusland. In het Barentszzeegebied bevindt zich een van de grootste ophopingen van verbruikte splijtstof en radioactief afval ter wereld. Sinds 2002 hebben de contribuanten 166,3 miljoen EUR aan het nucleaire segment verstrekt. De EU heeft 44 miljoen EUR bijgedragen voor het milieusegment en 40 miljoen EUR voor het nucleaire segment. Met de projecten in het kader van het NDEP is de milieuconditie van

12 COM(2021) 750 final van 8.9.2021 – “Strategisch prognoseverslag 2021 - Het vermogen en de vrijheid tot handelen van de EU”

(6)

5

de Oostzee drastisch verbeterd en is het gevaar van radioactieve besmetting in de Noordelijke IJszee afgenomen.

De EU heeft sterke internationale netwerken opgebouwd voor Arctisch onderzoek als diplomatiek instrument13, waaronder bilaterale samenwerkingsovereenkomsten op het gebied van wetenschap en technologie met Canada, Rusland en de VS. Sinds 2016 steunt de EU de wetenschapsdiplomatie via wetenschappelijke ministeriële bijeenkomsten over het noordpoolgebied14. Er is een beroep gedaan op de All Atlantic Ocean Research Alliance (alliantie voor onderzoek in de volledige Atlantische Oceaan) om het Arctische onderzoek te versterken, en de EU zal streven naar een All Atlantic Research Alliance van pool tot pool. De EU zal Arctische aangelegenheden integreren in haar dialogen met Arctische en andere actoren, waaronder de VS, Canada, Noorwegen, IJsland, Rusland, China, Japan, de Republiek Korea en India, alsmede regionale instanties. Met de aanstelling van een speciale gezant voor Arctische aangelegenheden binnen de Europese Dienst voor extern optreden krijgt de EU een spilfiguur voor haar diplomatieke contacten in het noordpoolgebied.

De EU onderhoudt belangrijke banden met Groenland en de Faeröer. Beide maken deel uit van het Koninkrijk Denemarken en streven naar nauwere betrekkingen met de EU. Om de langdurige samenwerking tussen de Europese Commissie en Groenland verder te consolideren en te versterken, zal de Europese Commissie een bureau in Nuuk oprichten. Dit bureau zal de EU-steun aan Groenland beheren en het partnerschap tussen de Europese Commissie en de regering van Groenland verder versterken en verdiepen, onder meer door samenwerking en dialoog op gebieden van gemeenschappelijk belang, in nauwe samenwerking met de speciale gezant voor Arctische aangelegenheden.

TEKSTVAK 2: Groenland

Groenland heeft in het kader van het LGO-besluit een brede politieke en beleidsdialoog met de EU, preferentiële handelsregelingen om toegang te krijgen tot de EU-markt en is een van de grootste ontvangers van EU-steun per hoofd van de bevolking in de landen en gebieden overzee (225 miljoen EUR gepland tussen 2021 en 2027).

Hiermee wordt de duurzame ontwikkeling en diversificatie van de economie van Groenland ondersteund. Tot dusver heeft de langetermijnsamenwerking van de EU met name bijgedragen tot de versterking van het onderwijsstelsel en de verbetering van de leermogelijkheden, aangezien kennis en vaardigheden essentieel zijn voor de sociaal-economische ontwikkeling van Groenland.

De hernieuwde partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de EU en Groenland van 2021 is een belangrijke mijlpaal in de langdurige samenwerking tussen beide partijen, die het duurzame gebruik van mariene hulpbronnen bevordert. De EU streeft ernaar haar partnerschap met Groenland te verdiepen en te verbreden, met inbegrip van mogelijke samenwerking op het gebied van groene groei.

Een permanente aanwezigheid van de EU in Groenland zou een krachtig signaal zijn om ons partnerschap en de zichtbaarheid van EU-acties ter plaatse te versterken, bijvoorbeeld door de oprichting van een bureau van de Europese Commissie op het grondgebied van Groenland.

Samenwerking op het gebied van civiele bescherming, civiele veiligheid en beveiligingsvraagstukken in het noordpoolgebied

Om de belangstelling voor Arctische wetenschap, hulpbronnen, infrastructuur, vervoer en toerisme te vergroten, zijn betere veiligheids- en beveiligingssystemen nodig, zoals satellieten

13 De EU-programma’s voor Onderzoek en innovatie vormen een unieke basis voor internationale samenwerking, met vijf van de acht Arctische staten die EU-lidstaat (Finland, Zweden, Denemarken) of een geassocieerd land (Noorwegen, IJsland) zijn. De Faeröer hebben een specifieke status en nemen deel als geassocieerd land, ook al maken zij deel uit van het Koninkrijk Denemarken.

14 De wetenschappelijke ministeriële bijeenkomsten over het noordpoolgebied zijn intergouvernementele vergaderingen, die tweemaal per jaar worden georganiseerd door landen met een belangstelling voor Arctisch onderzoek.

(7)

6

om gegevens te verzamelen over milieu, weer, ijs, biologie, scheepvaart en luchtverkeer en om de communicatie te verbeteren. Bosbranden en overstromingen doen zich ook steeds vaker voor in het noordpoolgebied als gevolg van de klimaatverandering, en de Arctische Raad houdt nu toezicht op deze ontwikkelingen15. Bijgevolg is er steeds meer vraag naar responscapaciteit in noodsituaties.

De instrumenten en ervaring van de EU op het gebied van crisisrespons bij milieurampen zullen van groot nut zijn in het Europese noordpoolgebied en daarbuiten. De EU zal samenwerken met belangrijke partners via het Uniemechanisme voor civiele bescherming (UCPM)16 en het Coördinatiecentrum voor respons in noodsituaties. Het Uniemechanisme voor civiele bescherming is reeds aanwezig in het noordpoolgebied via Denemarken, Finland, Zweden, IJsland en Noorwegen en soortgelijke samenwerking zal naar verwachting tot stand komen met andere Arctische staten, onder meer via de Werkgroep preventie, paraatheid en reactievermogen bij noodsituaties van de Arctische Raad.

De Copernicusdienst van de EU voor het beheer van noodsituaties biedt reeds monitoring, vroegtijdige waarschuwing en kartering, zowel voor als in de onmiddellijke nasleep van een ramp. Het wereldwijde waarschuwings- en coördinatiesysteem (Global Disaster Alert and Coordination System – GDACS)17 van de EU zal de alarmering en coördinatie na grote plotselinge rampen verbeteren. De EU zal de capaciteit van Copernicus en het Europees marien observatie- en datanetwerk (EMODNet) versterken om beter te anticiperen op de gevolgen van extreme weersomstandigheden, met bijzondere aandacht voor het noordpoolgebied. De toekomstige noodwaarschuwingsdienst van Galileo zal worden gebruikt om bevolkingsgroepen die door een dreigende ramp worden bedreigd, rechtstreeks te bereiken en te waarschuwen, met name in afgelegen gebieden die niet onder terrestrische connectiviteitsnetwerken vallen.

Tijdige en efficiënte opsporings- en reddingsoperaties (SAR) zijn cruciaal in het noordpoolgebied vanwege de strenge weersomstandigheden, het onvoorspelbare weer en de enorme afstanden die ermee gemoeid zijn. Galileo SAR verkort aanzienlijk de tijd die nodig is om mensen op zee te redden. De nieuwe retourverbindingsdienst (“Return Link Service”) van Galileo biedt nieuwe functies aan zeevarenden en piloten die in vijandige omgevingen opereren, en wordt momenteel wereldwijd en kosteloos uitsluitend door Galileo aangeboden.

Er zal verder worden gewerkt aan de maritieme SAR, waarbij meer gebruik zal worden gemaakt van de satellietsystemen van de EU en de diensten van EU-agentschappen. In overeenstemming met het actieplan van de Maritieme veiligheidsstrategie van de Europese Unie18 zal de samenwerking tussen kustwachten worden bevorderd, met name via het forum voor kustwachtfuncties voor het noordpoolgebied (Arctic Coast Guard Forum). Om de veiligheid van vaartuigen in het noordpoolgebied te verbeteren, steunde de EU de veiligheidsrichtsnoeren van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) voor vissersvaartuigen en pleziervaartuigen in het noordpoolgebied en de ontwikkeling van

15 Er zijn aanwijzingen dat in de afgelopen tien jaar 83 % van alle door natuurfenomenen veroorzaakte rampen werd veroorzaakt door extreme weers- en klimaatgerelateerde gebeurtenissen, zoals overstromingen, stormen en hittegolven. Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maan-verenigingen, World Disaster Report 2020.

16 Het UCPM van de EU versterkt de samenwerking op het gebied van civiele bescherming tussen de EU-lidstaten en zes deelnemende staten (waaronder IJsland en Noorwegen).

17 GDACS is een samenwerkingskader tussen de VN, de Commissie en rampenbeheerders in de hele wereld om waarschuwingen, informatie-uitwisseling en coördinatie te verbeteren in de eerste fase na grote plotselinge rampen overal ter wereld.

18 Maritieme veiligheidsstrategie van de Europese Unie en het bijbehorende actieplan voor de uitvoering ervan, aangenomen op 24 juni en 16 december 2014.

(8)

7

verplichte maatregelen inzake reisplanning en navigatie – fase 2 van de zeevaartcode van de IMO.

TEKSTVAK 3: Het ontdooien van de permafrost

Er moet dringend iets worden gedaan aan de negatieve gevolgen van het ontdooien van permafrost en de bijbehorende gashydraten, die een duidelijk gevaar vormen voor het Arctische milieu en de bevolking in het noordpoolgebied, en die ook buiten de regio op een breder vlak consequenties hebben.

- Klimaatverandering: broeikasgassen die vrijkomen bij het ontdooien van permafrost dreigen onomkeerbare veranderingen teweeg te brengen in het noordpoolgebied en andere regio’s. De EU zal de kennis van dit proces verbeteren door gebruik te maken van satellietobservaties en metingen vanuit vliegtuigen, schepen en grondstations.

- Infrastructuur: het ontdooien van de permafrost verzwakt de infrastructuur en vergroot de kusterosie. Meer dan 70 % van de infrastructuur in het noordpoolgebied en 45 % van de oliewinningsvelden zijn gebouwd op permafrost. Mogelijke maatregelen zijn onder meer het ontwikkelen van apparatuur en methoden voor lokale koeling en stabilisering, het verstrekken van satellietgegevens over verzakkingen en erosie in permafrostgebieden en het vaststellen van strengere bouwnormen.

- Gezondheidsaspecten: de nationale gezondheidsautoriteiten zullen de risico’s voor de gezondheid van mensen, dieren en planten monitoren en evalueren. Het gaat onder meer om risico’s van ziekteverwekkers, zoals miltvuur, of contaminanten zoals kwik in de permafrost, schade aan pijplijnen voor afvalwater en de transmissie van ziekteverwekkers naar permafrostgebieden als gevolg van migratie van soorten en menselijke activiteiten.

Er is verder onderzoek nodig om aanpassings- en mitigatiemaatregelen te ontwikkelen en de kennis over de gevolgen voor gemeenschappen en de duurzame ontwikkeling te vergroten. De EU ondersteunt deze activiteiten al in het kader van Horizon 2020 via het Nunataryuk project. Het project Arctic Passion zal voortbouwen op deze werkzaamheden, waarbij wordt gezorgd voor de monitoring en het voorspellen van het ontdooien van de permafrost en de permafrostparameters in kaart worden gebracht met behulp van Copernicus-satellieten en in- situwaarnemingen, met inbegrip van door inheemse groepen verstrekte gegevens.

Een belangrijk doel is nauwere samenwerking met de Arctische staten, met name Rusland, bij het creëren van gegevens en diensten voor permafrostgebieden om de milieu- en gezondheidsbeveiliging te verbeteren en mitigatiemaatregelen te ontwikkelen. Er is ook behoefte aan een beter inzicht in de mogelijke verbanden tussen klimaatverandering, ontdooiing van de permafrost en het vrijkomen van nieuwe en oude ziekteverwekkers met een epidemisch potentieel. In het kader van het partnerschap voor de Noordelijke Dimensie op het gebied van de volksgezondheid zou een monitoringsysteem kunnen worden ontwikkeld om dergelijke ziekteverwekkers op te sporen en in de regio modellen en vroegtijdige waarschuwingssystemen op te stellen.

De EU-autoriteit voor paraatheid en respons inzake noodsituaties op gezondheidsgebied (HERA) zal een belangrijke rol spelen bij het anticiperen op toekomstige gezondheidsbedreigingen, zoals de mogelijke reactivering van ontdooide kiemen die in de permafrost zijn ingesloten. Bij een mogelijke toekomstige noodsituatie op gezondheidsgebied zal HERA de Europese architectuur voor gezondheidsbeveiliging versterken om op bedreigingen te reageren, met betrokkenheid van agentschappen, waaronder het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding.

De EU zal:

- haar strategische prognose van veiligheidsrisico’s in het noordpoolgebied, met name in verband met klimaatverandering, in samenwerking met partnerlanden en de NAVO verbeteren.

- een bureau van de Europese Commissie in Nuuk, Groenland, oprichten om de samenwerking tussen de EU en Groenland te versterken en te intensiveren.

- de betrokkenheid van de EU in alle relevante werkgroepen van de Arctische Raad versterken.

- streven naar een All Atlantic Research Alliance van pool tot pool.

(9)

8

- bijdragen tot de verbetering van de maritieme SAR, door meer gebruik te maken van de satellietsystemen van de EU en de samenwerking tussen kustwachten, met name het forum voor kustwachtfuncties voor het noordpoolgebied (Arctic Coast Guard Forum).

- samenwerken met belangrijke partners en regionale fora via het UCPM om de responscapaciteit en de samenwerking op het gebied van civiele bescherming in de regio te versterken.

- onderzoek en verzameling van gegevens over de langetermijneffecten van de ontdooiing van de permafrost bevorderen, om de potentiële effecten op gemeenschappen, gezondheid en duurzame ontwikkeling te beoordelen en mitigatiemaatregelen te ontwikkelen.

- HERA inschakelen om te anticiperen op toekomstige bedreigingen voor de gezondheid in het noordpoolgebied, met inbegrip van de reactivering van ontdooide kiemen die in de permafrost zijn ingesloten.

2. HET NOORDPOOLGEBIED WEERBAARDER MAKEN TEGEN KLIMAATVERANDERINGEN EN MILIEUAANTASTING

De EU erkent haar impact op de regio en zal deze impact blijven evalueren19. Het is de bedoeling deze impact op gecoördineerde wijze aan te pakken, in nauwe samenwerking met de nationale, regionale en lokale autoriteiten en Arctische gemeenschappen. De EU zal optreden tegen belangrijke bronnen van verontreiniging in het noordpoolgebied die zich voordoet in de lucht, op het land en op zee, zoals plastic/zwerfvuil op zee, zwarte koolstof, chemische stoffen en vervoersemissies en niet-duurzame exploitatie van natuurlijke hulpbronnen.

Klimaatverandering en biodiversiteit: twee zijden van dezelfde medaille

Klimaatverandering en biodiversiteit zijn onderling afhankelijk. De EU speelt een leidende rol in de onderhandelingen in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC) en het Biodiversiteitsverdrag (VBD). De EU heeft onlangs een klimaatwet aangenomen, die als doel heeft tegen 2050 klimaatneutraal te zijn, de weerbaarheid te versterken en de kwetsbaarheid voor klimaatverandering te verminderen. Het voorgestelde

“Klaar voor 55”-pakket heeft tot doel het mogelijk te maken om met het beleid van de EU op het gebied van klimaat, energie, landgebruik, vervoer en belastingen de netto-uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met ten minste 55 % te verminderen. Het pakket zal worden omgezet in degelijk beleid en verbintenissen ten bate van het noordpoolgebied. De EU steunt ook de wereldwijde “30*30” -doelstelling om tegen 2030 30 % van het land en 30 % van de oceaan te beschermen door de oprichting van een netwerk van beschermde mariene gebieden en andere doeltreffende instandhoudingsmaatregelen (OECM’s). De EU is ook sterk voorstander van een Unclos-uitvoeringsovereenkomst inzake de instandhouding en het duurzame gebruik van mariene biologische diversiteit in gebieden voorbij de grenzen van de nationale rechtsmacht (BBNJ).

De instandhouding en het duurzame gebruik van de mariene biologische rijkdommen in het noordpoolgebied, met inbegrip van visbestanden, zijn van cruciaal belang. De EU is partij bij de Overeenkomst ter voorkoming van ongereglementeerde visserij op volle zee in de centrale Noordelijke IJszee20 (zie tekstvak 4).

19 Overzicht van EU-acties in het noordpoolgebied en de impact daarvan, dienst Economisch Beleid en Regionale Ontwikkeling (EPRD), Polen, juni 2021 (“EPRD-rapport”). Onderzoeksverslag gefinancierd door het EU- partnerschapsinstrument.

20 Besluit (EU) 2019/407 van de Raad van 4 maart 2019 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van de

(10)

9

TEKSTVAK 4: De Overeenkomst ter voorkoming van ongereglementeerde visserij op volle zee in de centrale Noordelijke IJszee met succes uitvoeren

De inwerkingtreding van deze overeenkomst is een succesverhaal voor het noordpoolgebied. De overeenkomst beschermt mariene ecosystemen door een voorzorgsbenadering en een wetenschappelijk onderbouwde aanpak toe te passen op alle toekomstige visserijen in de centrale Noordelijke IJszee. De EU heeft aanzienlijk bijgedragen aan de onderhandelingen en de voorbereidende werkzaamheden voordat de overeenkomst in werking trad. De EU zal de snelle uitvoering ervan ondersteunen, met inbegrip van de vaststelling van het gezamenlijke wetenschappelijke programma, instandhoudings- en beheersmaatregelen voor experimentele visserij en de nodige institutionele regelingen. De EU zal ook onderzoek verrichten in de centrale Noordelijke IJszee als onderdeel van haar bijdrage aan het gezamenlijke wetenschappelijke programma.

Om het noordpoolgebied te beschermen, steunt de EU ook de aanwijzing van beschermde mariene gebieden in de Noordelijke IJszee, onder meer in het Verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan (OSPAR).

Het gezamenlijke initiatief voor de aardsysteemkunde van de EU en het Europees Ruimteagentschap is vitaal geweest om inzicht te krijgen in de klimaatverandering. Het Copernicus-programma heeft een specifiek monitoring- en prognosecentrum voor de Noordelijke IJszee en is gespecialiseerd in observatie en monitoring van zeeijs. De EU zal de Arctische diensten van Copernicus verder uitbreiden en gebruik maken van kennis en gegevens die zijn verzameld via projecten als Arctic Passion in het kader van Horizon 2020. De EU zal de oprichting van een thematische hub van Copernicus voor het noordpoolgebied onderzoeken die kan fungeren als een centraal aanspreekpunt van alle diensten die betrokken zijn bij het monitoren van de polen, zowel op het land als op zee.

Bestrijding van plasticvervuiling/verontreiniging door zwerfvuil op zee

De EU heeft streefcijfers voor de vermindering van plastic zwerfvuil en microplastics van respectievelijk 50 % en 30 % tegen 203021. De EU streeft naar een mondiale overeenkomst inzake kunststoffen ter bestrijding van plasticvervuiling, waarbij gebruik wordt gemaakt van een kringloopeconomiebenadering en de hele levenscyclus van kunststoffen wordt aangepakt.

Daarnaast zal de EU via het actieplan om lucht‑, water‑ en bodemverontreiniging tot nul terug te dringen, streven naar een gifvrij milieu op mondiaal niveau. De EU is actief betrokken bij de werkzaamheden van de Arctische Raad en OSPAR, die specifiek betrekking hebben op zwerfvuil op zee, waaronder kunststoffen.

Bevordering van collectieve maatregelen om zwarte koolstof in het noordpoolgebied terug te dringen

De vermindering van de uitstoot van zwarte koolstof die van invloed is op het noordpoolgebied, blijft een belangrijke uitdaging. Als klimaatvervuiler met korte levensduur veroorzaakt zwarte koolstof een sterke regionale opwarming door het verduisteren van sterk reflecterende oppervlakken en het absorberen van zonnestraling in de lucht. Het is ook een luchtverontreiniger die schadelijk is voor de gezondheid. De EU is verantwoordelijk voor ongeveer 36 % van de afzetting van zwarte koolstof in het noordpoolgebied22, hetgeen leidt tot de opwarming van zowel de atmosfeer als het land- en ijsoppervlak. Als zodanig bevordert de EU een alomvattend beleid om deze uitdaging aan te pakken (zie tekstvak 4).

TEKSTVAK 5: Zwarte koolstof

De EU steunt de indicatieve doelstelling van de Arctische Raad om de emissies van zwarte koolstof die het

Overeenkomst ter voorkoming van ongereglementeerde visserij op volle zee in de centrale Noordelijke IJszee (PB L 73 van 15.3.2019, blz. 1).

21 COM/2021/400.

22 EPRD-rapport, blz. 5.

(11)

10

noordpoolgebied bereiken, tegen 2025 met maar liefst 33 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 2013, en zal trachten bij te dragen tot deze doelstelling.

De EU moedigt alle staten in het noordpoolgebied aan ervoor te zorgen dat hun Arctische gemeenschappen inzetten op hernieuwbare energiebronnen, het gebruik van diesel (voor elektriciteitsopwekking) afbouwen en de uitstoot van zwarte koolstof verminderen.

De EU zal trachten de uitstoot van zwarte koolstof te verminderen door middel van een multilaterale aanpak met de VS, Canada en andere landen, voortbouwend op de werkzaamheden in de Arctische Raad23 24, in overeenstemming met de maatregel die wordt aangekondigd in het recente actieplan om de verontreiniging tot nul terug te dringen.

De EU zal ook de samenwerking bevorderen om de uitstoot van zwarte koolstof als gevolg van branden (bos en turf) te beperken, met name door voor te stellen dat staten in het noordpoolgebied en andere landen voorzien in middelen voor de bestrijding van bosbranden in de lucht en op land en deze middelen delen. Hierbij zou een beroep kunnen worden gedaan op regionale samenwerking, zoals het Uniemechanisme voor civiele bescherming.

De EU zal nauw blijven samenwerken met het monitoring- en evaluatieprogramma voor het arctisch gebied van de Arctische Raad22 inzake zwarte koolstof, voortbouwend op de voorgaande door het partnerschapsinstrument gefinancierde actie.

Het NDEP zal ook projecten voor zwarte koolstof in Rusland ondersteunen. Een belangrijke stap zou zijn om een netwerk van meetstations tot stand te brengen.

De Commissie zal de vermindering van de uitstoot van zwarte koolstof verder onderzoeken in het kader van de herziening van Richtlijn (EU) 2016/2284 vermindering nationale emissies tegen 2025.

Het mondiaal informatiesysteem voor natuurbranden van Copernicus zal de gevolgen van branden in het noordpoolgebied en de bijbehorende uitstoot, die de afgelopen jaren dramatisch zijn toegenomen, monitoren25. De EU zal de capaciteit van de atmosfeermonitoringdienst van Copernicus blijven versterken om te voorzien in mondiale voorspellingen voor de aerosolwaarden van zwarte koolstof.26.

Ondersteuning van het potentieel van het noordpoolgebied voor hernieuwbare energie Het noordpoolgebied heeft een enorm potentieel voor hernieuwbare energie (geothermische energie, wind, groene waterstof en waterkracht). De ontwikkeling van schone energietechnologieën is in het belang van het noordpoolgebied en de EU. Daarom zal de EU de samenwerking op het gebied van schone energie versterken, de uitwisselingen op dit gebied opvoeren en de levering van schone energie en de energietransitie onderzoeken.

Beperking van chemische verontreiniging

Lokale, regionale en multilaterale inspanningen om de chemische verontreiniging in het milieu tot nul terug te dringen, zullen bijdragen tot een vermindering van de verontreiniging in het noordpoolgebied. De EU is waarschijnlijk verantwoordelijk voor 6-8 % van de kwikdepositie ten noorden van de poolcirkel27 en zij steunt krachtige maatregelen in het kader van het Verdrag van Minamata inzake kwik om kwikverontreiniging verder te beperken. De komende herziening van de kwikverordening28 zal ook bijdragen tot deze doelstellingen.

Vermindering van de koolstof- en milieuvoetafdruk van het zeevervoer

De EU is verantwoordelijk voor 31 % van de CO2-uitstoot en 16,5 % van de uitstoot van zwarte koolstof door maritiem vervoer in het noordpoolgebied29. In de strategie voor duurzame en

23 Verslag van de deskundigengroep van de Arctische Raad inzake zwarte koolstof en methaan, samenvatting van de geboekte vooruitgang en aanbevelingen 2021, Reykjavik (punt 22).

24 https://eua-bca.amap.no/

25 https://erccportal. j rc.ec.europa.eu/getdailymap/docId/3662

26 https://atmosphere.copernicus.eu/global-forecast-plots

27 EPRD-rapport, blz. 60.

28 Verordening (EU) 2017/852.

29 EPRD-rapport, blz. 94.

(12)

11

slimme mobiliteit30 wordt het pad van het Europese vervoerssysteem naar een groene en digitale transformatie in overeenstemming met de Europese Green Deal uiteengezet en worden dunbevolkte gebieden in het noordpoolgebied in staat gesteld verbonden te blijven en een grotere veerkracht te ontwikkelen.

De EU zal het voortouw nemen bij het streven naar een emissievrije scheepvaart in de Noordelijke IJszee waarbij de verontreiniging tot nul wordt teruggebracht, in overeenstemming met de doelstellingen van de Green Deal van de EU en het “Klaar voor 55”-pakket31. De EU erkent de recente aanneming door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) van het verbod op zware stookolie voor de scheepvaart in het noordpoolgebied, en zal aandringen op een snelle en volledige uitvoering ervan. De EU en haar lidstaten zullen zowel in de IMO als op EU-niveau ernaar streven dat ambitieuzere emissiereducties voor de scheepvaart in het noordpoolgebied sneller tot stand komen.

Zorgen voor een duurzame en verantwoorde winning en verwerking van mineralen met het oog op klimaatneutraliteit

De EU32 verbruikt 20 % van de minerale producten in de wereld en produceert slechts 3 % daarvan. De EU is voor veel kritieke mineralen afhankelijk van enkele of slechts één bronland, waarbij bijvoorbeeld 98 % van de zeldzame aardmetalen en 93 % magnesium voor de EU afkomstig is uit China. De acht Arctische staten zijn potentieel belangrijke leveranciers van kritieke en andere grondstoffen en er zijn al belangrijke mijnbouwactiviteiten in het Europese noordpoolgebied: Zweden is voornemens om bijvoorbeeld tegen 2035 op een koolstofneutrale wijze ijzererts te produceren. Dergelijke activiteiten kunnen een belangrijke economische aanjager zijn voor het creëren van lokale producten met toegevoegde waarde en de sectoren halverwege de keten, waardoor groei en werkgelegenheid worden bevorderd.

De EU zal ecologische, economische en sociale beoordelingen en beste praktijken op het gebied van mijnbouw, afvalbeheer en respons bij ongevallen bevorderen, alsmede gebiedsgericht beheer ondersteunen en initiatieven op het gebied van de circulaire economie ten uitvoer leggen. Het EU-actieplan inzake kritieke grondstoffen33 heeft tot doel te zorgen voor een duurzame en betrouwbare aanvoer van kritieke grondstoffen voor de EU-industrie, met volledige eerbiediging en betrokkenheid van lokale en inheemse gemeenschappen. In de EU-beginselen voor duurzame grondstoffen wordt gewezen op het belang van goed milieubeheer en bescherming van de biodiversiteit. Deze beginselen bevorderen efficiënt energiegebruik, ondersteunen de mitigatie van en aanpassing aan de klimaatverandering, en dragen bij tot de weerbaarheid van inheemse volkeren tegen de gevolgen van klimaatverandering. In de beginselen wordt aangedrongen op meer circulariteit door veilig gebruik, recycling, verwijdering en terugwinning van grondstoffen uit mijnbouw- en verwerkingsafval evenals uit andere secundaire hulpbronnen. Voorts hebben zij ook betrekking op sociale aspecten, zoals eerbiediging van de mensenrechten, lokale culturen, gewoonten en waarden, alsook op een constructieve, transparante en actieve dialoog met de plaatselijke gemeenschap.

Het opbouwen van veerkrachtige EU-waardeketens door middel van duurzame winning en verwerking van grondstoffen zal ertoe bijdragen dat het noordpoolgebied zich duurzaam kan ontwikkelen door innovatie en circulariteit, waarbij gezondheid en veiligheid op het werk en het scheppen van toekomstgerichte fatsoenlijke banen worden gewaarborgd. Tegelijkertijd met het bewerkstelligen van een schonere en meer duurzame winning en verwerking moet een

30 COM/2020/789.

31 COM/2021/551; COM(2021) 559; COM(2021) 562.

32 EU plus het VK, EPRD-rapport, blz. 114.

33 COM(2020) 474.

(13)

12

groter gebruik van secundaire grondstoffen op zowel lokaal als EU-niveau door middel van schone en groene technologieën tot stand komen om de circulariteit in de regio te vergroten, het huidige lineaire model geleidelijk af te bouwen en uiteindelijk de milieueffecten van winningsindustrieën tot een minimum te beperken. Gezien het unieke ongerepte karakter van het noordpoolgebied en de grote gevoeligheid van de regio voor klimaatverandering zal de EU zich samen met de mondiale partners inzetten voor de vaststelling van de strengste normen voor het verminderen van de milieueffecten van de ontginnings- en verwerkingsprocessen – in overeenstemming met het EU-actieplan. Daartoe zullen onderzoek en innovatie op het gebied van grondstoffen in het kader van Horizon Europa betrekking hebben op milieuvriendelijke, duurzame winning in overeenstemming met de bescherming van de biodiversiteit, circulariteit en het gebruik van aardobservatietechnologieën voor milieumonitoring.

Andere mondiale spelers hebben snel gehandeld om hun bevoorrading zeker te stellen.

Toegang tot voldoende middelen is essentieel voor de open strategische autonomie van de EU.

De EU moet ook de bevoorrading van buiten de EU diversifiëren om aan de groeiende vraag te kunnen voldoen. We ontwikkelen strategische partnerschappen met grondstoffenrijke landen zoals Canada, en in ruil voor schone en op ethische wijze gewonnen grondstoffen bieden wij een nauwere integratie van onze respectieve waardeketens, samenwerking op het gebied van O&I en aanpassing aan ambitieuze ecologische en sociale normen en regels op het gebied van goed bestuur.

De EU is ook importeur van olie en gas die in het noordpoolgebied worden gewonnen34. De EU zet zich in voor de verwezenlijking van de doelstellingen van de Klimaatovereenkomst van Parijs door de uitvoering van de Europese Green Deal. Voortbouwend op de gedeeltelijke moratoria voor de exploratie van koolwaterstoffen in het noordpoolgebied35 verbindt de EU zich ertoe ernaar te streven dat olie, kolen en gas in de grond blijven, ook in het noordpoolgebied. Een belangrijke overweging in dit verband is de specifieke moeilijkheid, als gevolg van de heersende weersomstandigheden, om bij industriële of maritieme ongevallen een respons te bieden en saneringsmaatregelen te nemen.

Daartoe werkt de Commissie samen met partners aan een multilaterale wettelijke verplichting om geen verdere ontwikkeling van koolwaterstofreserves in het noordpoolgebied of aangrenzende regio’s toe te staan, en evenmin dergelijke koolwaterstoffen aan te kopen indien zij geproduceerd zouden worden.

Versterking van de oceaangovernance in het noordpoolgebied

De Noordelijke IJszee en de aangrenzende subarctische zeeën staan centraal in de mondiale transformaties die door klimaatverandering worden veroorzaakt36. De meest voor de hand liggende verandering in de Noordelijke IJszee is het terugtrekken van de ijsmassa’s tijdens de zomermaanden, waarbij sommige modellen binnen tien jaar een ijsvrije zomer in de Noordelijke IJszee voorspellen. Temperatuurveranderingen hebben gevolgen voor de oceaanstromen, met inbegrip van de Golfstroom. De verzuring van zeewater en de snelle verandering van temperatuurzones zullen een duidelijk effect hebben op de mariene en kustecosystemen in het noordpoolgebied. Deze gevolgen kunnen catastrofaal zijn.

UNCLOS biedt een kader voor het beheer van de Noordelijke IJszee, met inbegrip van de vreedzame beslechting van geschillen. De EU zal bijdragen tot de versterking van de internationale oceaangovernance en zal partnerlanden ondersteunen om te waarborgen dat de

34 De EU importeert 87 % van het in het Russische noordpoolgebied geproduceerde vloeibaar aardgas (EPRD- rapport, blz. 104).

35 In delen van de VS, Canada en Groenland.

36 https://www.ipcc.ch/srocc/

(14)

13

oceanen schoon en gezond zijn en duurzaam worden beheerd37.

De EU zal duurzame betrekkingen blijven ontwikkelen met haar partners in de regio, zoals IJsland, Noorwegen, het VK, Groenland en de Faeröer, onder meer via visserijovereenkomsten.

Het internationale rechtsstelsel dat van toepassing is op Spitsbergen en zijn wateren moet ten volle worden nageleefd. In het kader van haar exclusieve bevoegdheid voor de instandhouding van mariene biologische rijkdommen vertegenwoordigt de EU 22 EU-lidstaten die partij zijn bij het Verdrag van Parijs van 1920 inzake Spitsbergen (Svalbard).

De EU zal de capaciteit van de monitoringdienst voor het mariene milieu van Copernicus versterken om in te spelen op de specifieke behoeften van de Noordelijke IJszee.

De EU zal:

- duurzame en verantwoorde oplossingen in het Europese noordpoolgebied bevorderen voor de winning van kritieke materialen die nodig zijn voor de groene transitie, en strategische partnerschappen nastreven met derde landen die rijk zijn aan hulpbronnen.

- samen met mondiale partners de vaststelling van de strengste normen voor het verminderen van de milieueffecten van de ontginnings- en verwerkingsprocessen bevorderen.

- druk uitoefenen om olie, gas en steenkool in de grond te houden, ook in het noordpoolgebied, voortbouwend op gedeeltelijke moratoria op de exploratie van koolwaterstoffen in het noordpoolgebied.

- steun verlenen aan en bijdragen tot de indicatieve doelstelling van de Arctische Raad om de hoeveelheid zwarte koolstof die het noordpoolgebied bereikt, tegen 2025 met maar liefst 33 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 2013.

- onderhandelen over een krachtig akkoord over mariene biologische diversiteit in gebieden voorbij de grenzen van de nationale rechtsmacht (BBNJ) en bijdragen tot de uitvoering van de Overeenkomst ter voorkoming van ongereglementeerde visserij op volle zee in de centrale Noordelijke IJszee.

- de aanwijzing van beschermde mariene gebieden in de Noordelijke IJszee ondersteunen.

- aard- en oceaanobservatie, voorspellingen en klimaatverwachtingen bevorderen door middel van een grotere capaciteit voor Copernicus en het Europese mariene observatie- en datanetwerk (EMODnet) om beter te anticiperen op de gevolgen van de opwarming van de aarde en extreme weersomstandigheden.

- de eventuele oprichting ondersteunen van een thematische hub van Copernicus voor het noordpoolgebied die kan fungeren als een centraal aanspreekpunt van alle diensten die betrokken zijn bij het monitoren van de polen, zowel op het land als op zee.

- onderzoek financieren om het inzicht te vergroten in de verspreiding over grote afstanden van kunststofafval in de Noord-Atlantische Oceaan en de verspreiding via de lucht van microplastics.

- het voortouw nemen bij het streven naar een emissievrije scheepvaart in de Noordelijke IJszee waarbij de verontreiniging tot nul wordt teruggebracht.

- ervoor ijveren dat sneller ambitieuzere emissiereducties voor de scheepvaart in het noordpoolgebied tot stand komen.

37 JOIN(2016) 49

(15)

14

3. EEN INNOVATIEVE GROENE, BLAUWE EN DIGITALE TRANSITIE STIMULEREN

Door de Europese Green Deal uit te voeren, met inbegrip van de nieuwe aanpak voor een duurzame blauwe economie, en door prioriteiten op internationaal niveau na te streven, streeft de EU naar een mitigatie, adapatie en herstel van aan klimaatverandering gerelateerde problemen en voorziet zij in Europese oplossingen voor een robuuste groene en blauwe transitie.

Bevorderen van wetenschap, onderzoek en innovatie ten behoeve van het noordpoolgebied

Wetenschap, onderzoek, innovatie en technologie staan centraal in het beleid en de acties van de EU in het noordpoolgebied. De EU-benadering van wetenschap en innovatie38 is het goede voorbeeld te geven door multilateralisme, openheid en wederkerigheid te bevorderen in haar samenwerking voor groene, digitale, gezondheids- en innovatieoplossingen, maar ook voor een eerlijke en inclusieve transitie. De EU heeft tussen 2014 en 2020 in het kader van Horizon 2020 ongeveer 200 miljoen EUR geïnvesteerd in Arctisch onderzoek en zal de Arctische wetenschap ondersteunen via het programma Horizon Europa (2021-2027)39.

Innovatieve technologieën zoals satellieten, big data, artificiële intelligentie en geavanceerde modellering zullen waarschijnlijk resulteren in een transformatie van de Arctische economie.

Zij kunnen sectoren als scheepvaart, visserij en toerisme in staat stellen hun duurzaamheid en circulariteit te verbeteren, terwijl opkomende sectoren zoals blauwe technologieën, hernieuwbare offshore-energie, waterstof en maritieme veiligheid ook steunen op van innovatie en technologie.

Het Horizon 2020-project EU-PolarNet 2 (2020-2023), de opvolger van EU-PolarNet 1 (2015- 2019) “Coördinatie en co-ontwerp van de Europese poolonderzoeksruimte”, zal een Europese poolonderzoeksgemeenschap versterken.

38 COM(2021) 252.

39 Horizon Europa omvat drie nieuwe initiatieven om de maatschappelijke impact van onderzoek in het noordpoolgebied in de komende 10 jaar te vergroten:

de missie Gezonde oceanen, zeeën, kustwateren en binnenwateren;

de missie Aanpassing aan de klimaatverandering, inclusief maatschappelijke transformatie; en

een medegefinancierd partnerschap inzake een klimaatneutrale, duurzame en productieve blauwe economie.

(16)

15

De meeste projecten voor het noordpoolgebied die in het kader van Horizon 2020 worden gefinancierd, hebben betrekking op lokale en inheemse volken, die historische en lokale kennis hebben van de unieke Arctische ecosystemen. Verdere werkzaamheden op dit gebied zullen worden ontwikkeld via specifieke workshops in het kader van EU-PolarNet 2 (zie tekstvak 6) en via de All Atlantic Ocean Research Alliance (alliantie voor onderzoek in de volledige Atlantische Oceaan).

TEKSTVAK 6: EU-Polar Net

EU-Polar Net coördineert de EU-poolcluster, bestaande uit de European Polar Board, het Svalbard Integrated Arctic Earth Observing System en 21 door de EU gefinancierde poolprojecten. De projecten onderzoeken:

drijvende krachten en veranderingen in de biodiversiteit in het noordpoolgebied; transities in de kustsystemen van het noordpoolgebied; prognoses betreffende ijskappen en de stijging van de zeespiegel; aanpassing en duurzame ontwikkeling in het noordpoolgebied; capaciteitsopbouw op het gebied van Arctische normalisatie.

De Marie Skłodowska-Curie-acties bieden subsidies voor de opleiding van beginnende onderzoekers en voor de mobiliteit van onderzoekers, ook voor het noordpoolgebied, voor alle fasen van de loopbaan van onderzoekers. Verscheidene lopende door Horizon 2020 gefinancierde projecten hebben ook opleidingsprogramma’s voor jonge wetenschappers opgezet, in nauwe samenwerking met de Association of Polar Early Career Scientists (vereniging van beginnende onderzoekers in de poolwetenschappen).

Voorrang geven aan mensen die in het noordpoolgebied wonen

Als gevolg van de steeds snellere klimatologische en sociaaleconomische druk zal het noordpoolgebied naar verwachting steeds meer te maken krijgen met demografische en migratieprocessen. Hoewel de totale bevolking van het noordpoolgebied naar verwachting in de toekomst relatief constant zal blijven, worden aanzienlijke verschillen in groeicijfers en migratieprocessen tussen de verschillende Arctische regio’s verwacht. De EU zal investeren in de toekomst van de mensen die in het noordpoolgebied wonen, door beter onderwijs, duurzame groei en banen te stimuleren, met inbegrip van een grotere betrokkenheid van jongeren, vrouwen en inheemse volkeren bij de besluitvorming in het noordpoolgebied, met betrekking tot kwesties als innovatie en onderzoek, het scheppen van banen, digitale vaardigheden en

(17)

16 onderwijs.

Mensen zijn de sleutel tot duurzame ontwikkeling en veerkrachtige samenlevingen. De Arctische regio’s zijn divers op het gebied van etniciteit, bestuur, economie, demografie, migratiepatronen en sociale realiteit. Een duurzame koers vereist inclusieve dialoog, diversiteit en betekenisvolle participatie in de besluitvorming op alle niveaus.

Het forum van belanghebbenden in het noordpoolgebied en de dialoog tussen inheemse volken maken nu integrerend deel uit van het noordpoolbeleid beleid van de EU. De EU voert regelmatig besprekingen met ondernemersorganisaties zoals de Arctische Economische Raad, organisaties die gemeenten vertegenwoordigen, zoals het forum van burgemeesters van het noordpoolgebied, en vertegenwoordigers van het noordpoolgebied, waaronder het netwerk van dunbevolkte noordelijke gebieden. De EU onderhoudt ook regelmatig contact met de Raad van Sami.

De COVID-19-pandemie heeft de noodzaak onderstreept van een beter inzicht in gezondheidsbedreigingen als gevolg van de klimaatverandering in het noordpoolgebied (zie tekstvak 7).

TEKSTVAK 7: Gezondheid en veerkracht

De EU zal ernaar streven specifieke projecten uit te voeren met de Wereldgezondheidsorganisatie en de autoriteiten van de meest getroffen Arctische regio’s om kennis en beste praktijken inzake uitbraken van ziekten, natuurrampen en andere bedreigingen voor flora, fauna en mensen als gevolg van klimaatverandering en milieuaantasting te versterken en uit te wisselen. De EU zal de werkzaamheden ondersteunen van het project

“One Arctic, One Health”, dat wordt beheerd door de werkgroep duurzame ontwikkeling van de Arctische Raad;

de Arctische Raad besteedt bijzondere aandacht aan de situatie van inheemse volkeren.

De programma’s in het kader van cohesiebeleid van de EU, met name het Interreg-programma voor de noordelijke periferie en het noordpoolgebied (NPA), ondersteunen de cultuur, de levenwijze en het ondernemerschap van Sami en Inuit. Interreg biedt een kader voor grensoverschrijdende persoonlijke contacten, afgestemd op de specifieke kenmerken van het noordpoolgebied, met inbegrip van samenwerking met partners. Het COVID-19- responsproject (CORE), dat ook Rusland omvat, is gebaseerd op de met het NPA geboekte resultaten op het gebied van e-gezondheid.

De VN-Verklaring over de rechten van inheemse volken maakt integrerend deel uit van het mensenrechtenbeleid van de EU. De EU zal de rechten en vrijheden van inheemse volken bevorderen in overeenstemming met Verdrag nr. 169 van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), en zal, met inachtneming van het beginsel van vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming, volledig overleg en samenwerking met inheemse volkeren aanmoedigen alvorens maatregelen vast te stellen en uit te voeren die hen rechtstreeks kunnen raken.

De EU zal de nauwe contacten met jongeren die in het kader van de openbare raadpleging met betrekking tot haar noordpoolbeleid over de grenzen heen tot stand zijn gekomen, onderhouden en regelmatig overleg plegen met jongerenvertegenwoordigers uit het noordpoolgebied.

Jongerenorganisaties in het noordpoolgebied nemen al deel aan door het Erasmus+programma gefinancierde acties om projecten te ontwikkelen en informatie te verstrekken over werk- en opleidingsmogelijkheden, leermobiliteit of andere mogelijkheden om actieve burgers te worden. IJsland en Noorwegen worden volledig bij het programma betrokken.

Echte duurzame ontwikkeling is niet mogelijk zonder gendergelijkheid. De inzet van de EU voor het noordpoolonderzoek kan bijdragen tot een beter begrip van gendergerelateerde en menselijke onzekerheden in verband met klimaatverandering, milieuveranderingen, migratiepatronen en industriële ontwikkeling. De EU is ingenomen met het feit dat vrouwen een aanzienlijk deel uitmaken van het leiderschap van de Raad van Sami. Op basis van de

(18)

17

werkzaamheden van de Arctische Raad en de kernbeginselen van de EU, zal de EU ervoor zorgen dat de stem van vrouwen wordt gehoord bij het uitstippelen van beleid dat op het noordpoolgebied van toepassing is. In het kader van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking zal de EU-programma’s voor jongeren en vrouwen in het noordpoolgebied financieren en bijdragen aan de samenwerking tussen steden.

Bevordering van duurzame regionale ontwikkeling

Het noordpoolbeleid van de EU is gericht op het stimuleren van een innovatieve groene transitie, waarbij het noordpoolgebied toekomstbestendige banencreatie in innovatieve sectoren onder de aandacht kan brengen, zoals: groene energie, waterstof, duurzame winningsindustrieën, digitaal leren, e-gezondheid, connectiviteit en infrastructuur, duurzaam toerisme, groene technologieën, visserij en landbouw (zie tekstvak 8).

De Arctische financiering van de EU wordt uitbetaald in het kader van de cohesie- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s voor het noorden van Zweden en Noordoost-Finland, terwijl de Interreg-programma’s het bereik van de EU-acties uitbreiden door de Faeröer, IJsland, Groenland, Noorwegen en Rusland erbij te betrekken. Deze programma’s zijn belangrijke instrumenten voor de EU om sturing te geven aan de ontwikkelingen in het noordpoolgebied. In het kader van het initiatief Langetermijnvisie voor plattelandsgebieden wordt een gemeenschappelijke Europese visie ontwikkeld voor sterkere, geconnecteerde, welvarende en veerkrachtige plattelandsgebieden, waaronder het noordpoolgebied40.

In de periode 2021-2027 zullen de cohesieprogramma’s van de EU gericht zijn op groene en digitale transitie, waarbij steun wordt verleend voor slimme economische transformatie door middel van permanente slimme specialisatiestrategieën, financiering voor ondernemerschap en initiatieven voor jongeren in het noordpoolgebied. De noordelijke Finse en Zweedse regio’s komen in aanmerking voor het nieuwe Fonds voor een rechtvaardige transitie, dat tot doel heeft de sociale en economische kosten van de transitie naar een klimaatneutrale economie te verlichten.

TEKSTVAK 8: InvestEU voor het noordpoolgebied

Het InvestEU-programma bestaat uit het fonds, de advieshub en het webportaal en is ook van toepassing op het noordpoolgebied. De EIB-groep41 zal een sleutelrol spelen bij de uitvoering van InvestEU, samen met andere uitvoerende partners, waaronder nationale stimuleringsbanken of internationale financiële instellingen, zoals de Noordse Investeringsbank. Elk niet-EU-land kan worden geassocieerd door bij te dragen aan InvestEU.

De EU-begrotingsgarantie die via het InvestEU-fonds wordt verstrekt, zal naar verwachting 370 miljard EUR aan publiek-private investeringen kunnen mobiliseren voor de financiering van projecten op belangrijke beleidsterreinen, waaronder de groene en digitale transitie, onderzoek en innovatie, nieuwe actiegebieden in de Europese gezondheidssector en strategische technologieën.

Bestaande en nieuwe EU-programma’s (bv. Interreg Aurora, NPA, Karelia en Kolarctic) en organisaties (de Europese Investeringsbank Groep) die duurzame ontwikkeling in het Europese noordpoolgebied kunnen ondersteunen, zullen zichtbaarder worden gemaakt voor begunstigden via een specifiek online investerings- en informatieportaal:

https://eeas.europa.eu/headquarters/headquarters- homepage/100774/arctic-funding en

Slimme specialisatie kan de ontwikkeling van innovatieve technologieën en oplossingen voor de groene transitie ondersteunen, waarbij het Europese noordpoolgebied aanspraak kan maken op investeringen met middelen uit het EU-herstelplan, waarin energie-efficiëntie, duurzame

40 COM(2021) 345

41 Bestaande uit de Europese Investeringsbank (EIB) en het Europees Investeringsfonds (EIF).

(19)

18

energie en industriële transities centraal staan. Daarnaast ondersteunt het EU-innovatiefonds voor klimaatactie demonstratieprojecten op het gebied van koolstofarme technologieën in het mariene milieu.

De EIB zal groene energie in het noordpoolgebied ondersteunen. Financiering en investeringen zijn beschikbaar voor projecten die de circulaire economie ten uitvoer leggen door de hulpbronnenefficiëntie te verhogen en vooruitgang te boeken met duurzame productieprocessen, alsook andere circulaire projecten gedurende de levenscyclus van producten.

Verbindingen tot stand brengen met noordpoolgebied

Ruimtevaartinfrastructuur biedt essentiële diensten aan bedrijven en gemeenschappen in een regio met beperkte infrastructuur voor terrestrische connectiviteit.

Bij gebrek aan uitgebreide terrestrische connectiviteit in het noordpoolgebied zal de EU via haar initiatief voor veilige ruimtegebaseerde connectiviteit betrouwbare en functionele middelen bieden om te zorgen voor:

(i) beveiligde overheidscommunicatie en gevoelige gegevens, bescherming van kritieke infrastructuur in de onherbergzame Arctische omgeving, crisisbeheer, telegeneeskunde, bewaking van de zee- en luchtruimte;

(ii) commerciële beveiligde communicatie voor 5G/6G-integratie, het internet der dingen, e-gezondheid, connectiviteit aan boord van vliegtuigen en op zee en slim onderwijs; en (iii) beschikbaarheid van snelle breedband om dode zones weg te werken en te zorgen voor

cohesie tussen het noordpoolgebied en de lidstaten, door digitale onevenwichtigheden aan te pakken ter ondersteuning van een volledig functionerende eengemaakte markt, zelfs in de dunbevolkte noordelijke regio’s.

De digitale component van de Connecting Europe Facility zal worden opengesteld voor het noordpoolgebied, waarbij de mogelijkheid wordt geboden financiering te verstrekken voor een reeks projecten, waaronder grensoverschrijdende 5G-corridors, 5G-connectiviteit voor slimme gemeenschappen, verbindingen tussen high-performance computing centra, de Europese cloudfederatie en onderzeese kabelsystemen.

De havens van Luleå, Kemi, Oulu, Narvik en Hammerfest zijn TEN-V-havens, die een belangrijke verbinding tussen het zee- en wegvervoer vormen. De uitbreidingen van de corridor zijn goedgekeurd in het kader van de Connecting Europe Facility 2021-2027, met als doel vracht uit het noordpoolgebied over land en eventueel via de noordelijke zeeroute te vervoeren.

De EU zal:

- investeren in Arctisch onderzoek in het kader van Horizon Europa, met inbegrip van samenwerking met inheemse kennisdragers.

- de kennis vergroten over gezondheidsbedreigingen die verband houden met de klimaatverandering in het noordpoolgebied en het project “One Arctic, One Health”

ondersteunen, eventueel via de Europese waarnemingspost voor klimaat en gezondheid.

- het goede voorbeeld geven bij duurzame oplossingen in het Europese noordpoolgebied en deze oplossingen ook ingang doen vinden in andere Arctische regio’s en andere delen van de wereld met barre klimatologische omstandigheden.

- het onderzoek bevorderen op het gebied van de maatschappelijke en demografische gevolgen van de veranderingen in het noordpoolgebied.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Maatregelen: De Commissie zal in overeenstemming met haar initiatief ter bestrijding van geoblocking als onderdeel van de strategie voor een digitale eengemaakte

De verschillen tussen gas en elektriciteit zijn te herleiden tot een groter aandeel belastingen en heffingen in elektriciteitsprijzen waarmee het energie- en/of

- in 2022, in het kader van het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur een nieuwe oproep tot het indienen van voorstellen inzake blauwe

De ontwikkeling van geavanceerde digitale vaardigheden stimuleren door middel van gerichte maatregelen, waaronder het opschalen van “Digital Opportunity”-stages door deze

Europa is goed voor ongeveer 40 % van de wereldwijde investeringen in verbeterde energie-efficiëntie van gebouwen (tussen 85 en 90 miljard EUR per jaar), waarbij

In de kaderrichtlijn afvalstoffen 19 is voor deze afvalstroom een doelstelling voor 2020 vastgesteld van 70 % voorbereiding voor hergebruik, recycling en andere

• Richtsnoeren voor het gebruik van de Europese structuur- en investeringsfondsen voor de bestrijding van onderwijs- en ruimtelijke segregatie, met deskundigen die

Uit de evaluatie van de NECP's blijkt dat het aandeel hernieuwbare energie met de bestaande en geplande maatregelen een aandeel tussen 33,1 % en 33,7 % kan bereiken op Unieniveau en