BEZOEKERSCENTRUM 'IJS & ES' ROUTE 8 km
In het noorden van Twente vind je dit zeldzame cultuurlandschap met zijn bijzondere historie.
Midden in het bronnenlandschap op een stuwwal vind je de Manderheide. De Manderheide is aangewezen als N2000 gebied.
Deze route is gemaakt door Landschap Overijssel en gecontroleerd door routecontroleur Ab Bent.
20
20
D56D56D53 D53
D67 D67
D54 D54 D49
D49
D51
D51
1 2 4 3
5
6 7
8
9
10
11
Manderheide
Bezoekerscentrum 'IJs & Es'
Hoe kom ik bij het startpunt?
Startadres: bezoekerscentrum IJs en Es, Bergweg 8, Mander. Er is parkeergelegenheid aanwezig.
D56 Wandelkeuzepunt D56 Afstand tot volgende punt: 90 m
D53 Wandelkeuzepunt D53
Afstand tot volgende punt: 300 m
D67 Wandelkeuzepunt D67
Afstand tot volgende punt: 300 m
D54 Wandelkeuzepunt D54
Afstand tot volgende punt: 700 m
1 Galgenberg
Afstand tot volgende punt: 550 m
2 Eendenbeek
Afstand tot volgende punt: 90 m
3 Versnipperde heide
Afstand tot volgende punt: 180 m
4 Vliegend hert
Afstand tot volgende punt: 550 m
5 Grafheuvels
Afstand tot volgende punt: 300 m
6 Enige hunebed van Overijssel Afstand tot volgende punt: 90 m
D49 Wandelkeuzepunt D49
Afstand tot volgende punt: 800 m
7 De Mandercirkels
Afstand tot volgende punt: 550 m
8 Jeneverbes
Afstand tot volgende punt: 900 m
9 Akkerkruiden
Afstand tot volgende punt: 300 m
10 Zandhagedis
Afstand tot volgende punt: 250 m
11 Heide-uitbreiding
Afstand tot volgende punt: 1,7 km
D51 Wandelkeuzepunt D51
Afstand tot volgende punt: 350 m
Einde van de route
Manderheide
8 km
1
Galgenberg
Een gebied vol historie
De Manderheide is een gebied vol met historie. Van grafheuvels tot het laatste hunebed in Overijssel. Een bijzonder natuurgebied met bronnen, heide en
houtwallen. In het begin van de route komen we langs bezoekerscentrum Watermolen Frans. In 1711 is de watermolen van Frans gebouwd als papiermolen.
In 1870 werd de molen verkocht aan boer Bernard Frans die de molen verbouwde tot korenmolen. Nu is het een bezoekerscentrum met een expositie over de molen en van waaruit verschillende activiteiten en excursies in het gebied worden georganiseerd.
Hoogste punt
De Galgenberg is het hoogste punt van de Manderheide: 70 meter boven NAP. Vroeger kon je vanaf hier de kerktorens zien van alle omliggende dorpen. Smokkelaars en andere overtreders werden hier opgehangen, zodat de hele omgeving ze kon zien.
Dit deed men om de bevolking te waarschuwen wat er gebeurde als men zich niet aan de wet hield.
Bos
Nu is de Manderheide voor een groot deel bebost. Hier gaan we veel bos omzetten naar een heidelandschap. Er wordt plek gemaakt voor graslanden, wildakkers en
jeneverbesstruwelen en stukken waardevol eikenhout. Deze omvorming draagt bij aan het versterken van de biodiversiteit in dit gebied.
> ontdek meer op de volgende pagina
Eendenbeek
Op de grens tussen Nederland en Duitsland bevindt zich de Streu. Dit is een
middeleeuws cultuurlandschap. Hier vind je kleine weides en houtwallen op schrale en droge heidegrond. Langs het begin van de Streu stroomt een uit Duitsland afkomstig beekje, de Eendenbeek.
Bijzonder beekje
Bijzonder aan deze beek is dat het water niet overal zichtbaar is. Dit komt doordat de gronden op de stuwwal rond de Galgenberg veel grind en zwerfkeien bevatten. Als deze grindpakketten aan het aardoppervlak komen is de beek op die plekken niet
watervoerend en dus niet altijd zichtbaar.
3
Versnipperde heide
N2000
Anders dan de naam doet vermoeden, bestaat de Manderheide grotendeels uit bos.
Maar juist de heide is, samen met de jeneverbesstruwelen, waardevol. Zelfs in Europees opzicht.
Om die reden is de Manderheide, samen met het aangrenzende Dal van de Mosbeek en Springendal opgenomen in Natura 2000, het Europese netwerk van natuurgebieden.
De opgave is dan ook om ervoor te zorgen dat het gebied z’n naam weer waar gaat maken.
Historisch heidelandschap
De Manderheide is, net als zoveel heidegebieden, ontstaan toen de eerste boeren hier aan de voet van de Galgenberg bos afbrandden om er graan te verbouwen. Toen na een aantal jaren de grond uitgeput was, brandden ze het volgende stuk bos af. Op de
achtergelaten grond gingen heidestruiken groeien.
De heide bleef eeuwenlang in stand als graasgebied voor vee. Als daar een eind aan komt in de negentiende eeuw pakken bomen weer hun kans. De heide verdwijnt, de jeneverbessen verpieteren in het donkere bos.
> ontdek meer op de volgende pagina
Versnipperde heide
Veel dieren en planten zijn afhankelijk van een open heidelandschap om te zonnen en te schuilen. Denk bijvoorbeeld aan
hagedissen, heideblauwtjes of
jeneverbessen. Op deze plek zie je een voorbeeld van een geïsoleerd stukje heide.
Het omliggende bos vormt voor deze dieren en planten een barrière. Zij verplaatsen zich niet door het bos en daardoor zullen ze zich ook niet verspreiden naar andere gebieden.
Hierdoor zullen deze soorten sneller uitsterven.
4
Vliegend hert
Groot
Dit gebied staat bekend om een bijzonder groot insect met een pantser en
geweivormige kaken, het vliegend hert. Het vliegend hert is de grootste in Nederland levende kever. De mannetjes kunnen wel tot 9 cm lang worden.
Fijne omgeving
Vanwege de knoteiken met eikvarens, houtwallen en bosranden is dit een fijne omgeving voor het dier.De larven van het vliegend hert leven van dood (eiken)hout dat is aangetast door schimmels. De volwassen dieren drinken het wondvocht van eikenbomen.
Het vliegend hert is ook te vinden in houtwallen, lanen, bosranden, holle wegen en zelfs in solitaire bomen. Je hebt dan ook de grootste kans ze te vinden langs de randen van oude loofbossen op stuwwallen met oude eiken en dood, rottend (eiken)hout.
Het vliegend hert kun je hier van mei t/m augustus zien.
> ontdek meer op de volgende pagina
Tastbare herinnering
In dit bijzondere gebied ligt een schat aan historie. Langs de heide op de wandelroute vind je enkele grafheuvels uit de jonge Steentijd (4400 tot 1700 vChr).
Landbouwers
De heuvels zijn een tastbare herinnering aan de eerste landbouwers die zich hier vanaf 5000 vChr vestigden. Zij maakten de overgang van een leven als
jager-verzamelaar naar dat van landbouwer.
6
Enige hunebed van Overijssel
Enige hunebed van Overijssel Hier is het meest zuidelijke hunebed van Nederland gevonden. De stenen zijn helaas verdwenen. De stenen waren al weg toen men in de 50er jaren van de vorige eeuw het graf heeft opgegraven. Het graf was 13 bij 5 meter en bevatte een bijzonder muurtje met grafteksten.
De Man van Mander
Pijlen, speerpunten, bijlen, urnen en schedels zijn gevonden bij dit grafmonument. Er is hier zelfs een silhouet van een man uit 1500 vChr gevonden, de Man van Mander.
> ontdek meer op de volgende pagina
Destijds was men bang dat doden op zouden staan om de levenden mee te nemen naar het dodenrijk. Vandaar dat de voeten van de dode afgehakt werden.
7
De Mandercirkels
Kunstwerk in het landschap Twee grote perfect ronde cirkels als een kunstwerk midden in het landschap (7). De Mandercirkels zijn ontstaan door toedoen textielfabrikant en grootgrondbezitter Gerhard Jannink.
Hij bracht dit idee mee vanuit
Noord-Amerika waar hij had gezien dat ronde akkers voordelen hadden ten opzichte van rechthoekige. De machines werkten vanuit het midden op een spiraalvormige manier, zodat ze niet hoefden te keren.
Experiment
Jannink wilde hier laten zien dat klaverachtigen (planten) stikstof kunnen vastleggen en zo deze bodem bemesten. Helaas mislukte dit experiment. Jaren daarna werd de grond gebruikt voor reguliere landbouw.
Cultuurhistorie
De cirkels worden gezien als belangrijke cultuurhistorische elementen in dit gebied. Op dit moment ontwikkelt zich hier heischraal grasland rijk aan bijzondere soorten planten en dieren.
8
Jeneverbes
Oud
Hier groeien streekeigen jeneverbesstruiken.
Jeneverbessen staan er om bekend dat ze oud kunnen worden, sommigen zijn zelfs ouder dan 150 jaar! De bodem is de afgelopen jaren steeds meer verzuurd geraakt.
Hierdoor heeft de jeneverbes moeite om zich voor te planten waardoor je steeds minder jonge planten ziet.
> ontdek meer op de volgende pagina
Natuurakker
Op deze plek bevindt zich een
graanakkertje. Hier groeien bijzondere akkerkruiden zoals, windhalm, slofhak, korensla en akkerviooltje. Natuurakkers als deze zijn erg belangrijk voor verschillende diersoorten.
Voedsel en onderdak
Ze bieden voedsel en onderdak aan tal van dieren zoals de gele kwikstaart, patrijs, grauwe kiekendief. Maar ook muizen (die weer voedsel zijn voor uilen) en tal van vlinders en insecten zoals bijen hebben deze akker nodig.
10
Zandhagedis
Zon
Op zonnige plekken kun je een
reptielachtige zien wegschieten in de heide, het is de zandhagedis. Zand of droge hei.
Dat is waar de zandhagedis van houdt.
Het is de grootste hagedis van Nederland.
Zijn lengte inclusief staart is ongeveer 16 tot 20 centimeter. Het wijfje heeft donkerbruine flanken met een rij lichte, donker-omrandde vlekjes en een lichtbruine rug. De mannetjes hebben groene flanken en buik.
Jager
De zandhagedis jaagt dan op alles wat beweegt en in zijn bek past. ’s Nachts en als het weer koud en vochtig is, schuilt hij in een holletje.
> ontdek meer op de volgende pagina
Eitjes in de zon
De wijfjes leggen hun eitjes in het zand, zodat de zon ze kan ‘uitbroeden’. De konijnen zorgen er voor dat er nog zandige stukken te vinden zijn in dit gebied.
11
Heide-uitbreiding
Van bos naar heide
Het bos waar je nu doorheen loopt bestond vroeger volledig uit heide. Grote
dennenbomen kiemden tot een bos toen dit een open landschap was. Als de heide niet meer wordt beheerd ontstaat binnen 50 jaar een soortenarm naaldbos zoals dit.
Op deze plek wordt in het kader van N2000 het oude heidelandschap teruggebracht om het oude cultuurlandschap van vroeger te herstellen en het leefgebied voor plant- en diersoorten te versterken.
Omvorming
De omvorming van het landschap voltrekt zich de komende jaren. Globaal zal over enkele jaren zestig procent van de Manderheide bestaan uit heide met jeneverbessen, twintig procent is bos, tien procent schrale grasveldjes en tien procent wegen, erven, paden en natuurakkers.
Al met al geen grote paarse heide, maar een groot en afwisselend heidelandschap.
Gemaakt met routemaker.nl