• No results found

Afwegingskader pakket 2: Openbare Ruimte en Veiligheid

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Afwegingskader pakket 2: Openbare Ruimte en Veiligheid"

Copied!
45
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Afwegingskader pakket 2: Openbare Ruimte en Veiligheid

Bundeling in clusters

De budgetten uit pakket Openbare Ruimte en Veiligheid zijn voornamelijk terug te vinden bij de sector Stadsbeheer. Daarnaast zijn budgetten van de afdeling Openbare Orde en Veiligheid, Toezicht en enkele budgetten van de sector Stadsontwikkeling betrokken. Een dergelijk onderscheid is bestuurlijk minder van belang. Er is daarom gekozen voor een meer bestuurlijk relevante clustering van voorstellen als afwegingskader binnen dit pakket.

De volgende 4 clusters zijn gehanteerd:

1. Activeren Burgerschap. Voorstellen die eigenaarschap voor de eigen leefomgeving stimuleren.

Inwoners worden uitgenodigd om zelf initiatief te nemen, en niet te wachten op het initiatief vanuit de gemeente. Inwoners worden daarin wel gefaciliteerd.

2. Versobering Inrichting. Versobering van de inrichting (fysiek aanwezige objecten in de openbare ruimte) door bijvoorbeeld minder kwaliteit, minder diversiteit of eenvoudiger. Daar waar mogelijk wordt ingezet op duurzaam materiaal dat minder onderhoud vergt en langer meegaat.

3. Versobering Beheer. Het versoberen of stoppen van de werkzaamheden die uitgevoerd worden om de inrichting in stand te houden en bruikbaar te houden.

4. Bedrijfsvoering en organisatie. Voorstellen waarbij de uitwerking niet expliciet zichtbaar is in de stad.

Zoals het efficiënter organiseren van interne processen of afstoten naar de markt, andere overheidsorganisaties of andere organisatieonderdelen.

Het effect van de voorstellen

We zetten menskracht en middelen in ten behoeve van de openbare ruimte en veiligheid met het doel om een prettige, leefbare en waardevolle omgeving te creëren om in te wonen en in te werken. Juist omdat de voorgestelde maatregelen een zichtbaar effect hebben is nagedacht over de potentiële uitwerking. Deze zoektocht is benoemd als “de rendementsvraag”. In de formats wordt zowel het rendement per maatregel beschreven, als het rendement voor het totaal aan voorstellen. Dat laatste is van belang omdat voorstellen elkaar kunnen dempen of juist versterken.

CROW-methode als handvat

Veel van de voorstellen die worden gedaan hebben een (zichtbaar) effect op de kwaliteit van de openbare ruimte. In veel gevallen zijn deze effecten “zacht”, dat wil zeggen: ze kunnen niet in geld worden uitgedrukt.

Om toch een inschatting te geven van de effecten van bezuinigingen is gebruik gemaakt van een recent rapport van het CROW. Daarin wordt onder meer beschreven hoe een goede openbare ruimte bijdraagt aan sociale samenhang, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde.

Het CROW heeft op deze factoren kengetallen ontwikkeld waarmee de maatschappelijke effecten van de inrichting en het beheer van de openbare ruimte worden voorspeld. Zo is bijvoorbeeld uit onderzoek gebleken dat het een verhoging van de onderhoudskwaliteit van het groen in de buurt een verhoging van de

woongenotwaarde oplevert. Betrokkenheid van bewoners bij de buurt levert minder straatroven op. Deze kengetallen zijn in de bijgevoegde formats gebruikt om een beschrijving te geven van de effecten van maatregelen.

Maatregelen zijn op meerdere effecten getoetst1

Er zijn meerdere criteria die belangrijk zijn om tot een gewogen oordeel te komen van het effect dat een bezuinigingsvoorstel heeft. Daarom zijn de voorstellen ook op zeven andere factoren getoetst. Deze factoren zijn:

1 De effecten van de maatregelen zijn in de excelsheet gescoord volgens onderstaande indicatoren:

Inwonertevredenheid is aangeduid met een (-) bij een negatief effect op de inwonertevredenheid, een (0) bij een gelijkblijvend effect en een (+) bij een positief effect.

De relatie met de collegedoelstellingen is aangeduid als (i) indirect en (d) direct.

De relatie met verbonden partijen is aangegeven als (n) nee/geen relatie, (DW) Drechtwerk, (OZHZ) Omgevingsdienst, (TZ) Toezicht, (HVC), (Halt), (SDD) Sociale Dienst Drechtsteden.

Het wettelijk kader is aangegeven met een (j) ja of een (n) nee.

Het toekomstige effect op de omgeving is aangegeven met een (j) ja of een (n) nee.

De compenserende maatregelen zijn aangegeven met een (j) ja of een (n) nee.

De kapitaalvernietiging is aangegeven met een (j) ja of een (n).

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 1 van 45

(2)

1. Bewonertevredenheid. Tevredenheid van bewoners is een belangrijke indicator op (onder meer) de programmakaart Leefbaarheid en Stedelijk Beheer. Er wordt een indicatie gegeven van de mate waarin de tevredenheid van bewoners over hun woon- en leefomgeving wordt beïnvloed door het voorstel.

2. Relatie met collegedoelstellingen. Is er een indirect of een directe relatie met de prioriteiten en doelstelling uit het Politiek Akkoord en de uitwerking daarvan in het Collegeprogramma. Daarbij wordt vanzelfsprekend gekeken naar de transformatiedossiers (Duurzaamheid, Arbeidsmarkt en Bestuurlijke Vernieuwing), maar ook naar de doelstellingen op de programmakaarten;

3. Relatie met verbonden partijen. Hebben de voorstellen invloed op andere partijen waarmee intensief wordt samengewerkt. Het gaat daarbij om interne partners (IBD) en externe partners waarvan de gemeente aandeelhouder of eigenaar is (Drechtwerk, HVC);

4. Wettelijk kader. Is het taakveld van het beoogde voorstel een wettelijke taak van de gemeente, en zo ja: wordt de wettelijke taak op het minimale niveau uitgevoerd of kan daar qua uitvoering nog in worden geminderd?

5. Toekomstig effect op de omgeving. Hebben de voorgestelde maatregelen effecten op de omgeving op de lange termijn?

6. Compenserende maatregelen. Zijn er compenserende maatregelen mogelijk die de effecten van de voorstellen verzachten?

7. Kapitaalvernietiging. Is er kapitaalvernietiging als gevolg van de maatregel en/of zijn de herstelkosten onevenredig hoog?

De binnenstad als visitekaartje van de stad

Naast deze factoren is tot slot nog rekening gehouden met het onderscheid dat te maken is tussen de binnenstad en de woonwijken. De binnenstad is het visitekaartje van de stad, waar veel toeristen komen en evenementen plaatsvinden. Er is dus een economisch belang bij het op peil houden van het onderhoudsniveau en inrichtingskwaliteit van de openbare ruimte. Voor het woongenot in de woongebieden is het activeren van burgerschap daarmee van groter belang. Waar mogelijk is dit onderscheid tussen de woongebieden en de binnenstad inzichtelijk gemaakt omdat dit voor het college een relevante afweging op kan leveren.

Een keuzepallet

De voorstellen zijn bedoeld om het college te faciliteren in hun proces om te komen tot een bezuinigingspakket van voldoende omvang. Het college kan op drie manieren een selectie maken uit de voorstellen die in dit pakket zijn gedaan:

• Tussen de clusters. Daartoe is het maatschappelijk effect van dat cluster als geheel beschreven op het bijbehorende format. Op basis van deze beschrijving kunnen keuzes worden gemaakt tussen de clusters.

• Binnen de clusters. De individuele maatregelen zijn op een herkenbare manier ondergebracht en beschreven in de clusters, daarbij is ook het effect per maatregel benoemd. Van iedere afzonderlijke maatregel binnen een cluster kan worden besloten om deze al dan niet van een positief advies te voorzien.

• Binnen de maatregelen. Voor sommige voorstellen geldt dat daarbinnen ook nog variatie mogelijk is.

Het voorstel varieert in dat geval van helemaal stoppen tot gedeeltelijk stoppen. Wanneer dit het geval is wordt dit op het format benoemd en (kort) uitgewerkt. Op de formats is in alle gevallen uitgegaan van de meest vergaande variant.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 2 van 45

(3)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.1

Titel voorstel: Versobering inrichting (1) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan

Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte.

Welke activiteit wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

Met dit voorstel wordt beoogd een besparing te bereiken door versobering van de openbare inrichting.

Bijvoorbeeld minder kwaliteit, minder diversiteit of eenvoudiger. Het gaat over de fysiek aanwezige objecten in de openbare ruimte. Zo mogelijk wordt ingezet op duurzaam materiaal dat minder onderhoud vergt en langer meegaat. Voorstellen die onder dit thema vallen, zijn bijvoorbeeld minder bloeiende planten, minder

feestverlichting en beperking of afschaffing van de dierverzorging door de gemeente.

Voor enkele (deel)voorstellen1 zijn ook varianten aanwezig. In dit format is steeds de maximale variant benoemd. Er kan ook worden gekozen voor een andere variant, wat meestal minder besparingen oplevert. Bij een groot aantal deelvoorstellen is een eenmalige investering nodig voor omvorming of verwijdering van de op te heffen objecten. Bezuinigingsvoorstellen kunnen ook invloed hebben op besluiten van de afgelopen jaren. Zo bevatten enkele deelvoorstellen bijvoorbeeld het terugdraaien van gerealiseerde voorzieningen als gevolg van de Regiegroep Wijkwensen. Wanneer gekozen wordt voor uitvoering van die deelvoorstellen zullen bij de uitvoering, waar mogelijk, die specifieke voorzieningen worden ontzien.

1 Geen voorzieningen in ruil voor het verwijderen van 112 stuks speelplekken

Dit voorstel omvat het opheffen van 112 stuks kleinere speelplekken (dit is ca 25% van het totaal aantal speelplekken in Dordrecht). Het voorzieningenniveau daalt hierdoor van ruim voldoende naar voldoende.

Dit voorstel komt qua vermindering in het aantal speelplekken overeen met het beleidsvoorstel

“Speelruimtebeleid Dordrecht 2013 - 2022”. Dit voorstel gaat uit van het opheffen van 112 speelplekken ten opzichte van 100 speelplekken in het beleidsvoorstel. In tegenstelling tot de onlangs vastgestelde Nota speelbeleid betekent dit dat we geen circa 27 stuks nieuwe en/of grote speelplekken plaatsen en dat 8 speelplekken niet worden omgevormd tot grotere speelplekken.

2 Minder kleur/fleur uit de stad door omvormen van perkgoed naar gras

Het omvormen van bloemperken naar groen dat goedkoper in onderhoud is. Hierbij is gedacht aan:

1. van wisselperk naar gras;

2. van wisselperk naar 50% vaste planten en 50 % rozen.

Variant 1 (van wisselperk naar gras) levert financieel gezien het meeste rendement op, maar het voorstel is:

kies variant 2. Bij deze variant blijft er kleur in de stad én zijn de negatieve aspecten van beplanting naar gras niet aanwezig.

3 Vermindering in aantal en onderhoud van de banken in de stad Er zijn vier scenario’s berekend:

1. alle banken weg;

2. 50% van de banken weg;

3. de banken niet meer onderhouden, maar wel laten staan, en;

4. geleidelijk verwijderen van een deel de banken (> 30 tot 50% van de huidige ca 425 stuks) en halvering van het onderhoud.

In dit voorstel is uitgegaan van scenario 4. Dit levert wel een forse besparing terwijl we verloedering hiermee proberen te voorkomen.

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 3 van 45

(4)

4 Verminderen van het aantal bomen in de verharding

Een belangrijk doel is het beperken van overlast door wortelopdruk. Dit wordt onder andere bereikt door het verminderen van het aantal bomen in en nabij verharding en gedeeltelijk in de hoofdstructuur. Zieke of dode bomen na verwijdering vervangen we structureel niet meer, tenzij bijzondere omstandigheden. Het aantal bomen dat verwijderd wordt bij ziekte of doodgegaan is bedraagt circa 300 tot 350 bomen per jaar. Het streven is om het aantal bomen te verminderen zonder dat het straatbeeld en de sfeer wezenlijk wijzigt. Er zijn allerlei varianten denkbaar om de schade door wortelopdruk te beperken. Gekozen is voor een variant, die binnen de reguliere middelen kan worden gefinancierd.

Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?

Gevolgen voor wat je ziet op straat of merkt in het openbaar gebied

Een meer eenvoudiger inrichting en minder voorzieningen in het openbaar gebied.

Gevolgen voor het beeld op straat

Er zal een soberder en soms saaier beeld ontstaan. Bijvoorbeeld geen sfeerverlichting en minder fleur.

Gevolgen per onderdeel

1 Verwijderen van 112 stuks speelplekken

Het effect zal zijn dat vooral voor de kinderen in de laagste leeftijdcategorie (0-6 jaar), de speelplek niet direct meer “om de hoek” zal liggen. Blijvende versobering van het aanbod aan spelen. Op korte termijn zal dit waarschijnlijk leiden tot een lagere burgertevredenheid.

2 Minder kleur/fleur uit de stad door omvormen van perkgoed naar gras

Deze voorstellen betekenen minder kleur op straat, een soberder en rustiger beeld. De verwachting is dat er ook meer overlast is van hondenpoep bij de varianten 2, en 4 van voorstel omvormen duur groen naar goedkoper groen. De burgers zullen minder tevreden zijn met een meer saaie openbare ruimte. De KTO groen van 2007 gaf ten opzichte van 2003 aan dat, mede door toenmalige investeringen in kleur in de stad, 17 % minder

ontevredenheid was. Daarom gaan we bij voorstel 38A uit van perkgoed naar goedkoper groen.

Een gedeelte van de bloembakken kan mogelijk via sponsoring (van bijvoorbeeld winkeliersverenigingen) gehandhaafd blijven.

3 Vermindering in aantal en onderhoud van de banken in de stad

Vermindering van banken leidt vaak tot daling van het woongenot. Het heeft ook gevolgen voor andere onderdelen (bank weg > afvalbak weg). De maatschappelijke effecten van deze variant zijn naar verwachting beperkt, omdat we rekening houden met de belangen van de gebruikers en het onderhoud beperken in plaats van stoppen met onderhoud.

4 Verminderen van het aantal bomen in de verharding

Als er sprake was van wortelopdruk als gevolg van de te verwijderen bomen, neemt de burgertevredenheid bij belanghebbenden vaak toe. De bomen in de omgeving komen beter tot hun recht en kunnen uitgroeien tot mooie bomen. Omdat de hoofdstructuur overeind blijft, wijzigt het stedenbouwkundige of landschappelijk beeld niet of niet noemenswaardig. Maar als er (te) veel bomen weggaan, heeft dit wel negatieve effecten (op de leefomgeving, op het klimaat, op de economische en belevingswaarde van de woonomgeving).

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat een aantrekkelijke en duurzame inrichting (en het daarbij behorende beheer) kost, is eenvoudig te bepalen of terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, is niet eenvoudig inzichtelijk te maken in Euro’s. Dit bemoeilijkt de discussie. Er is een (CROW)publicatie beschikbaar die enkele handvatten aanreikt om de baten van een goede inrichting en het daarbij behorende beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven. Het gesprek rondom de discussie van de openbare ruimte als kostenpost wordt daarmee veranderd voor een gesprek over de openbare ruimte als baten. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 4 van 45

(5)

Wettelijk kader

Met het doorvoeren van deze voorstellen blijven wij binnen de wettelijke kaders (onder andere de zorgplicht als wegbeheerder volgens artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek.

Burgertevredenheid

De burgertevredenheid zal teruglopen door deze versobering. Zie ook de toelichting bij de diverse onderdelen hierboven onder het kopje “Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?”

Omgeving

Dit voorstel is gedeeltelijk van invloed op de opdrachten aan Drechtwerk: de omzet wordt verlaagd. Ook is dit voorstel van invloed op het programma ‘Levendige Binnenstad’ (bijvoorbeeld minder sfeerverlichting).

Verbonden partijen

Minder werk voor Drechtwerk als we minder banken beheren. Bij dit voorstel, variant 2 met 50% minder banken, is de afname van het werk voor Drechtwerk € 16.500 per jaar.

Compenserende maatregelen

Als compenserende maatregelen kan worden gedacht dat instellingen en bedrijven een deel van de

voorzieningen overnemen. Bijvoorbeeld het sponsoren van bloembakken, banken. Maar bijvoorbeeld ook het overnemen van de dierverzorging door een stichting. Daar zijn diverse varianten op mogelijk.

Kapitaalvernietiging

Dat is zeker van toepassing als we kwalitatief goede voorzieningen moeten verwijderen.

Investeringskosten

Voor ombouw tot het gewenste niveau of voor verwijdering van niet meer te onderhouden voorzieningen zijn extra investeringen nodig, bijvoorbeeld andere vormen van groen of het verwijderen van speelplekken.

Toekomsteffect

In algemene bewoordingen heeft dit voorstel op de langere termijn invloed op de woongenotwaarde, de recreatieve belevingswaarde, gezondheid en klimaatveiligheid.

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:



 Materieel



 Subsidie



 Formatie

De voorstellen in dit cluster kennen vaak een eenmalige investering: het verwijderen of omvormen van voorzieningen leidt tot eenmalige kosten, waarna de structurele kosten lager worden. Deze kosten zullen naar verwachting gedekt kunnen worden uit de bij de Kadernota 2013 gevormde bestemmingsreserve Frictiekosten.

Het is uiteraard mogelijk om bepaalde onderdelen uit dit voorstel te schrappen. De besparing zal dan navenant minder worden.

Nr. wat 2014 2015 2016 2017 investering

1 Verwijderen van 112 stuks

speelplekken 132.000 132.000 132.000 132.000 175.000

2 Minder kleur/fleur uit de stad door

omvormen van perkgoed naar gras 82.000 117.000 117.000 117.000 53.000 3 Vermindering aantal banken in de stad

met 50% (t.o.v. 850 stuks totaal) 45.000 45.000 45.000 45.000 0 4 Verminderen van het aantal bomen in

de verharding 5.000 10.000 15.000 20.000 0

Totaal 264.000 304.000 309.000 314.000 228.000

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 5 van 45

(6)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.2

Titel voorstel: Versobering inrichting (2) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan

Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte.

Welke activiteit wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

Met dit voorstel wordt beoogd een besparing te bereiken door versobering van de openbare inrichting.

Bijvoorbeeld minder kwaliteit, minder diversiteit of eenvoudiger. Het gaat over de fysiek aanwezige objecten in de openbare ruimte. Zo mogelijk wordt ingezet op duurzaam materiaal dat minder onderhoud vergt en langer meegaat. Voorstellen die onder dit thema vallen, zijn bijvoorbeeld minder bloeiende planten, minder

feestverlichting en beperking of afschaffing van de dierverzorging door de gemeente.

Voor enkele (deel)voorstellen1 zijn ook varianten aanwezig. In dit format is steeds de maximale variant benoemd. Er kan ook worden gekozen voor een andere variant, wat meestal minder besparingen oplevert. Bij een groot aantal deelvoorstellen is een eenmalige investering nodig voor omvorming of verwijdering van de op te heffen objecten. Bezuinigingsvoorstellen kunnen ook invloed hebben op besluiten van de afgelopen jaren. Zo bevatten enkele deelvoorstellen bijvoorbeeld het terugdraaien van gerealiseerde voorzieningen als gevolg van de Regiegroep Wijkwensen. Wanneer gekozen wordt voor uitvoering van die deelvoorstellen zullen bij de uitvoering, waar mogelijk, die specifieke voorzieningen worden ontzien.

1 Stoppen met kerstbomen, met uitzondering van één exemplaar (op het Statenplein)

De gemeente stopt met het plaatsen van kerstbomen (met verlichting) in de decemberperiode.

Alternatief is dat bedrijven en/of instellingen een kerstboom sponsoren.

2 Minder kleur/fleur uit de stad door het opheffen van bloembakken.

Stoppen met het plaatsen van en (aan het eind van de bloeiperiode) weer verwijderen van bloemzuilen, piramides, bloembakken, boombakken en hanging baskets in de stad.

3 Stoppen met de openbare tijdsaanduidingen

Geen onderhoud meer uitvoeren aan 7 stadsklokken en 5 torenuurwerken. De klokken worden buiten werking gesteld. Dit betreft:

Torenuurwerken: Pauluskerk, Stephanuskerk, Wilheminakerk, Groothoofdspoort en voormalige leeszaal.

Stadsklokken: Wandklokken aan De Waag, het Vlak, Spuiweg, Singel, Kromhout, bankje Vrieseweg, en in het torentje Johan de Wittstraat (voormalige VSB bank).

Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?

Gevolgen voor wat je ziet op straat of merkt in het openbaar gebied

Een meer eenvoudiger inrichting en minder voorzieningen in het openbaar gebied.

Gevolgen voor het beeld op straat

Er zal een soberder en soms saaier beeld ontstaan. Bijvoorbeeld geen sfeerverlichting en minder fleur.

Gevolgen per onderdeel

1 Stoppen met kerstbomen, met uitzondering van één exemplaar (op het Statenplein)

De feestelijke sfeer in de openbare ruimte in de decemberperiode neemt af, ook voor evenementen, zoals de Kerstmarkt. De bewoners zullen het jammer vinden dat we stoppen met de verlichte kerstbomen.

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 6 van 45

(7)

2 Minder kleur/fleur uit de stad door het opheffen van bloembakken.

Deze voorstellen betekenen minder kleur op straat, een soberder en rustiger beeld. De verwachting is dat er ook meer overlast is van hondenpoep bij de varianten 2, en 4 van voorstel omvormen duur groen naar goedkoper groen. De burgers zullen minder tevreden zijn met een meer saaie openbare ruimte. De KTO groen van 2007 gaf ten opzichte van 2003 aan dat, mede door toenmalige investeringen in kleur in de stad, 17 % minder

ontevredenheid was. Daarom gaan we bij voorstel 38A uit van perkgoed naar goedkoper groen.

Een gedeelte van de bloembakken kan mogelijk via sponsoring (van bijvoorbeeld winkeliersverenigingen) gehandhaafd blijven.

3 Stoppen met de openbare tijdsaanduidingen

Ontevreden burgers, omdat er minder openbare tijdsaanduiding is. In de Leeszaal staat een

middeleeuws/historisch slingeruurwerk en in de Wilhelminakerk en Pauluskerk bevindt zich een mechanisch uurwerk met een (naar verwachting) aanzienlijke economische en cultuurhistorische waarde.

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat een aantrekkelijke en duurzame inrichting (en het daarbij behorende beheer) kost, is eenvoudig te bepalen of terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, is niet eenvoudig inzichtelijk te maken in Euro’s. Dit bemoeilijkt de discussie. Er is een (CROW)publicatie beschikbaar die enkele handvatten aanreikt om de baten van een goede inrichting en het daarbij behorende beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven. Het gesprek rondom de discussie van de openbare ruimte als kostenpost wordt daarmee veranderd voor een gesprek over de openbare ruimte als baten. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond.

Wettelijk kader

Met het doorvoeren van deze voorstellen blijven wij binnen de wettelijke kaders (onder andere de zorgplicht als wegbeheerder volgens artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek.

Burgertevredenheid

De burgertevredenheid zal teruglopen door deze versobering. Zie ook de toelichting bij de diverse onderdelen hierboven onder het kopje “Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?”

Omgeving

Dit voorstel is gedeeltelijk van invloed op de opdrachten aan Drechtwerk: de omzet wordt verlaagd. Ook is dit voorstel van invloed op het programma ‘Levendige Binnenstad’ (bijvoorbeeld minder sfeerverlichting).

Verbonden partijen

Minder werk voor Drechtwerk als we minder banken beheren. Bij dit voorstel, variant 2 met 50% minder banken, is de afname van het werk voor Drechtwerk € 16.500 per jaar.

Compenserende maatregelen

Als compenserende maatregelen kan worden gedacht dat instellingen en bedrijven een deel van de

voorzieningen overnemen. Bijvoorbeeld het sponsoren van bloembakken, banken. Maar bijvoorbeeld ook het overnemen van de dierverzorging door een stichting. Daar zijn diverse varianten op mogelijk.

Kapitaalvernietiging

Dat is zeker van toepassing als we kwalitatief goede voorzieningen moeten verwijderen.

Investeringskosten

Voor ombouw tot het gewenste niveau of voor verwijdering van niet meer te onderhouden voorzieningen zijn extra investeringen nodig, bijvoorbeeld andere vormen van groen of het verwijderen van speelplekken.

Toekomsteffect

In algemene bewoordingen heeft dit voorstel op de langere termijn invloed op de woongenotwaarde, de recreatieve belevingswaarde, gezondheid en klimaatveiligheid.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 7 van 45

(8)

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:



 Materieel



 Subsidie



 Formatie

De voorstellen in dit cluster kennen vaak een eenmalige investering: het verwijderen of omvormen van voorzieningen leidt tot eenmalige kosten, waarna de structurele kosten lager worden. Deze kosten zullen naar verwachting gedekt kunnen worden uit de bij de Kadernota 2013 gevormde bestemmingsreserve Frictiekosten.

Het is uiteraard mogelijk om bepaalde onderdelen uit dit voorstel te schrappen. De besparing zal dan navenant minder worden.

# wat 2014 2015 2016 2017 investering

1 Stoppen met kerstbomen, m.u.v. één

exemplaar (op het Statenplein) 23.000 23.000 23.000 23.000 2 Minder kleur/fleur uit de stad door het

opheffen van bloembakken 36.000 36.000 36.000 36.000 10.000 3 Stoppen met de openbare

tijdsaanduidingen 21.000 21.000 21.000 21.000 3.000

Totaal 80.000 80.000 80.000 80.000 13.000

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 8 van 45

(9)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.3

Titel voorstel: Versobering inrichting (3) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan

Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte.

Welke activiteit wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

Met dit voorstel wordt beoogd een besparing te bereiken door versobering van de openbare inrichting.

Bijvoorbeeld minder kwaliteit, minder diversiteit of eenvoudiger. Het gaat over de fysiek aanwezige objecten in de openbare ruimte. Zo mogelijk wordt ingezet op duurzaam materiaal dat minder onderhoud vergt en langer meegaat. Voorstellen die onder dit thema vallen, zijn bijvoorbeeld minder bloeiende planten, minder

feestverlichting en beperking of afschaffing van de dierverzorging door de gemeente.

Voor enkele (deel)voorstellen1 zijn ook varianten aanwezig. In dit format is steeds de maximale variant benoemd. Er kan ook worden gekozen voor een andere variant, wat meestal minder besparingen oplevert. Bij een groot aantal deelvoorstellen is een eenmalige investering nodig voor omvorming of verwijdering van de op te heffen objecten. Bezuinigingsvoorstellen kunnen ook invloed hebben op besluiten van de afgelopen jaren. Zo bevatten enkele deelvoorstellen bijvoorbeeld het terugdraaien van gerealiseerde voorzieningen als gevolg van de Regiegroep Wijkwensen. Wanneer gekozen wordt voor uitvoering van die deelvoorstellen zullen bij de uitvoering, waar mogelijk, die specifieke voorzieningen worden ontzien.

1 Omvormen duur groen naar goedkoper groen (beplanting > gras)

Gras is in de stedelijke omgeving één van de goedkoopste groensoorten qua onderhoud. Om tot lagere beheerkosten te komen zijn vier varianten bedacht voor het omvormen van duur groen naar goedkoper groen:

1. Omvormen dure laagbloeiende struiken naar goedkope lage struiken;

2. Lage bloeiende struiken omvormen naar gras;

3. Goedkope struiken omvormen naar gras;

4. Hoge struiken omvormen naar gras.

Omdat de omvormingskosten hoog zijn, is alleen variant 2 (lage bloeiende struiken omvormen naar gras) financieel gezien rendabel. Daarom is deze variant in het voorstel opgenomen.

2 Stoppen met (het beheer en verzorging van) dieren in de parken

Het stoppen van de dierenverzorging in de parken in Dordrecht, park Merwestein, Wantijpark en

Dubbelmondepark. De afweging hierbij is dat het houden van dieren niet tot de kerntaken van de gemeente behoort. De noodzaak om park Merwestein af te sluiten wordt bij de afwezigheid van de dieren ook minder belangrijk. (zie het deelvoorstel bij format 2.2 versobering beheer waarin voorgesteld wordt de hekken van park Merwestein niet meer te sluiten). Het beheer en onderhoud van de dieren, inclusief het onderhoud van de hokken zou ondergebracht kunnen worden bij een stichting of bij vrijwilligers. De gemeente kan dan bijvoorbeeld een bijdrage doen in de kosten ten bate van aankoop voer en onderhoud hokken. Dit kost circa

€ 30.000 per jaar, de besparing is circa € 70.000.

Stoppen met het plaatsen van en (aan het eind van de bloeiperiode) weer verwijderen van bloemzuilen, piramides, bloembakken, boombakken en hanging baskets in de stad.

3 Verwijderen meubilair, zoals bijzondere banken, hekken, folies, voethekken, visvlonders, etc.

Met dit voorstel worden diverse voorzieningen verwijderd. Soms nuttig (voethekken), soms recreatief zinvol (zoals banken en visvlonders) en soms als sierelement (zoals folies).

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 9 van 45

(10)

4 Stoppen met feest- of seizoensverlichting/5 Stoppen met objectenverlichting

Door te stoppen met seizoensverlichting en objectenverlichting (lichten niet meer laten branden of mogelijk ook verwijderen) bereiken we een besparing op onderhoud, beheer en energieverbruik. De seizoensverlichting hangt in de couleur locale straten, de Johan de Wittstraat en Stationsweg (verlichting in de bomen).

De objectenverlichting betreft onder andere het Stadhuis, de Bibliotheek, de Vismarkt, de bruggen en steigers in de Binnenstad, de Groothoofdspoort, de Nieuwkerk, de diverse poortjes in de Historische Binnenstad, het beeld van Ary Scheffer en de glasspots Binnenstadsentrees (aanleg december 2012).

6 Stoppen met (beheer en onderhoud van) fonteinen

De gemeente beheert circa 10 fonteinen. Dit voorstel betekent dat deze fonteinen uit bedrijf worden genomen en dat de stroom- en wateraansluitingen van de objecten worden afgesloten.

Nader onderzoek moet opleveren wat met de fonteinen na sluiting moet gebeuren. Een aantal fonteinen kan gedemonteerd en opgeslagen worden c.q. tijdelijk uit gebruik worden genomen zonder significante

waardevermindering. Met bijvoorbeeld de fontein Beverwijcksplein is dit niet mogelijk.

7 Stoppen met (beheer en onderhoud van) kinderbad in het Wantijpark Met dit voorstel wordt het kinderbadje in het Wantijpark gesloten.

8 Stopzetten verbeteren openbare verlichting

Per 1 november 2012 voldoet 87% van de straatvakken in Dordrecht aan de Nederlandse Praktijk Richtlijn. Als bezuiniging kan het bestuur kiezen om vanaf 2014 geen extra lichtmasten meer te plaatsen en ook geen lichtmasten meer te verplaatsen om verbeteringen uit te voeren, zoals in de beleidsnota Openbare verlichting is vermeld. Dit voorstel staat haaks op zowel het huidige beleid als de uitgangspunten in de nieuwe beleidsnota Openbare Verlichting “Donker waar het kan, licht waar het moet”, welke het college op 11 december 2012 heeft goedgekeurd.

Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?

Gevolgen voor wat je ziet op straat of merkt in het openbaar gebied

Een meer eenvoudiger inrichting en minder voorzieningen in het openbaar gebied.

Gevolgen voor het beeld op straat

Er zal een soberder en soms saaier beeld ontstaan. Bijvoorbeeld geen sfeerverlichting en minder fleur.

Gevolgen per onderdeel

1 Omvormen duur groen naar goedkoper groen (beplanting > gras)

Deze voorstellen betekenen minder kleur op straat, een soberder en rustiger beeld. De verwachting is dat er ook meer overlast is van hondenpoep bij de varianten 2, en 4 van voorstel omvormen duur groen naar goedkoper groen. De burgers zullen minder tevreden zijn met een meer saaie openbare ruimte. De KTO groen van 2007 gaf ten opzichte van 2003 aan dat, mede door toenmalige investeringen in kleur in de stad, 17 % minder

ontevredenheid was. Daarom gaan we bij voorstel 38A uit van perkgoed naar goedkoper groen.

Een gedeelte van de bloembakken kan mogelijk via sponsoring (van bijvoorbeeld winkeliersverenigingen) gehandhaafd blijven.

2 Stoppen met het houden van dieren in parken of de dierverzorging uitbesteding aan vrijwilligers

De levendigheid in/aantrekkingskracht van de parken wordt minder. De bewoners zullen de parken lager gaan waarderen.

3 Verwijderen meubilair, zoals bijzondere banken, hekken, folies, voethekken, visvlonders, etc.

Het totale aanzicht van de openbare ruimte zal kwalitatief wat verminderen. Dit betreft soms nuttig meubilair (voethekken), soms recreatief zinvol (zoals banken en visvlonders), soms sierelement (zoals folies).

4 Stoppen met feest- of seizoensverlichting/5 Stoppen met objectenverlichting

Het maatschappelijk rendement uit zich onder andere via ontevreden burgers omdat er minder sfeerbeleving in de wintermaanden aanwezig is in de Binnenstad. Het levert (qua effect op de omgeving) een minder

aantrekkelijke Binnenstad op en daardoor draagt niet meer bij aan het ondernemersklimaat en evenementen, zoals de Kerstmarkt.

6 Stoppen met (beheer en onderhoud van) fonteinen

Het stoppen van deze fonteinen levert onder andere op: verslechtering waterkwaliteit betreffende waterpartijen

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 10 van 45

(11)

in zomerseizoen als gevolg zuurstofafname in oppervlaktewater; versobering van de openbare ruimte; verlies cultuurhistorisch erfgoed (fontein Beverwijcksplein). En minder tevreden bewoners en bezoekers. De sierwaarde verdwijnt.

7 Stoppen met (beheer en onderhoud van) kinderbad in het Wantijpark

Het sluiten van dit (in warme dagen in de zomer veel gebruikte) kindbad in het Wantijpark zullen bewoners niet met applaus ontvangen. Het betekent een beperking van recreatiemogelijkheden voor gezinnen met jonge kinderen. Overigens is na maatschappelijk bezwaar tegen het sluiten van dit badje ongeveer tien jaar geleden, het badje toen weer geopend.

8 Stopzetten verbeteren openbare verlichting

Burgertevredenheid: Het uitvoeren van deze maatregel veroorzaakt een vergroting van de sociale en verkeerkundige onveiligheid en daarmee meer ontevreden burgers.

Omgeving: Dit betekent stilstand in verbetering. Op dit moment voldoet 13% van de straatvakken nog niet aan de aanbeveling van de Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR), terwijl in de nieuwe beleidsnota staat dat we per 2015 voor 98% van de situaties wel aan die richtlijn voldoen.

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat een aantrekkelijke en duurzame inrichting (en het daarbij behorende beheer) kost, is eenvoudig te bepalen of terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, is niet eenvoudig inzichtelijk te maken in Euro’s. Dit bemoeilijkt de discussie. Er is een (CROW)publicatie beschikbaar die enkele handvatten aanreikt om de baten van een goede inrichting en het daarbij behorende beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven. Het gesprek rondom de discussie van de openbare ruimte als kostenpost wordt daarmee veranderd voor een gesprek over de openbare ruimte als baten. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond.

Wettelijk kader

Met het doorvoeren van deze voorstellen blijven wij binnen de wettelijke kaders (onder andere de zorgplicht als wegbeheerder volgens artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek.

Burgertevredenheid

De burgertevredenheid zal teruglopen door deze versobering. Zie ook de toelichting bij de diverse onderdelen hierboven onder het kopje “Wat zijn de gevolgen van het stoppen van de activiteit?”

Omgeving

Dit voorstel is gedeeltelijk van invloed op de opdrachten aan Drechtwerk: de omzet wordt verlaagd. Ook is dit voorstel van invloed op het programma ‘Levendige Binnenstad’ (bijvoorbeeld minder sfeerverlichting).

Verbonden partijen

Minder werk voor Drechtwerk als we minder banken beheren. Bij dit voorstel, variant 2 met 50% minder banken, is de afname van het werk voor Drechtwerk € 16.500 per jaar.

Compenserende maatregelen

Als compenserende maatregelen kan worden gedacht dat instellingen en bedrijven een deel van de

voorzieningen overnemen. Bijvoorbeeld het sponsoren van bloembakken, banken. Maar bijvoorbeeld ook het overnemen van de dierverzorging door een stichting. Daar zijn diverse varianten op mogelijk.

Kapitaalvernietiging

Dat is zeker van toepassing als we kwalitatief goede voorzieningen moeten verwijderen.

Investeringskosten

Voor ombouw tot het gewenste niveau of voor verwijdering van niet meer te onderhouden voorzieningen zijn extra investeringen nodig, bijvoorbeeld andere vormen van groen of het verwijderen van speelplekken.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 11 van 45

(12)

Toekomsteffect

In algemene bewoordingen heeft dit voorstel op de langere termijn invloed op de woongenotwaarde, de recreatieve belevingswaarde, gezondheid en klimaatveiligheid.

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:







 Materieel







 Subsidie







 Formatie

De voorstellen in dit cluster kennen vaak een eenmalige investering: het verwijderen of omvormen van voorzieningen leidt tot eenmalige kosten, waarna de structurele kosten lager worden. Deze kosten zullen naar verwachting gedekt kunnen worden uit de bij de Kadernota 2013 gevormde bestemmingsreserve Frictiekosten.

Het is uiteraard mogelijk om bepaalde onderdelen uit dit voorstel te schrappen. De besparing zal dan navenant minder worden.

Nr. wat 2014 2015 2016 2017 investering

1 Omvormen duur groen naar goedkoper

groen (beplanting > gras) 16.000 24.000 24.000 24.000 120.000

2

Stoppen met het houden van dieren in parken of de dierverzorging

uitbesteding aan vrijwilligers

100.000 100.000 100.000 100.000 10.000

3

Verwijderen meubilair, zoals bijzondere banken, hekken, folies, voethekken, visvlonders, et cetera

28.000 28.000 28.000 28.000 105.000

4 Stoppen met de feest- of

seizoensverlichting 40.000 59.000 59.000 59.000 25.000

5 Stoppen met objectenverlichting (in de

Binnenstad) 21.000 21.000 21.000 21.000 5.000

6 Stoppen met (beheer en onderhoud

van) fonteinen 34.000 34.000 34.000 34.000 34.000

7 Stoppen met (beheer en onderhoud

van) kinderbad in het Wantijpark 17.000 17.000 17.000 17.000 20.000 8 Stoppen aanbrengen verbeteringen aan

de openbare verlichting 50.000 50.000 50.000 50.000 0

Totaal 306.000 333.000 333.000 333.000 319.000

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 12 van 45

(13)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.4

Titel voorstel: Versobering beheer (1) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte

Welke activiteiten wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

In dit voorstel zijn deelvoorstellen1 opgenomen. Deze deelvoorstellen richten zich met name op het verlagen van kwaliteit van het beheer van de openbare ruimte. Voor enkele voorstellen zijn er ook varianten te benoemen. In dit voorstel worden de maximale varianten genoemd. Er kan, indien gewenst, in sommige gevallen ook voor andere varianten worden gekozen, wat minder besparingen oplevert.

Voorstel 1: Verlagen snoeifrequentie boomonderhoud

Dit voorstel richt zich op het verlagen van de snoeifrequentie van bomen voor de gehele stad. De

snoeifrequentie wordt kort samengevat teruggebracht van één keer per vier jaar naar één keer per zes jaar.

Voorstel 2: Versobering van het reinigen van de vrije plakplaatsen

Dit voorstel betreft het beperken van de uitgaven door de vrije plakplaatsen 4 keer per jaar te reinigen.

In Dordrecht staan 12 plakzuilen die zijn aangemerkt als vrije plakplaatsen. Verwijdering van plakzuilen kan niet in verband met de wet- en regelgeving. Het versoberen van de reiniging , inspectie en de handhaving van de vrije plakplaatsen behoort wel tot de mogelijkheden.

Voorstel 3: Minder onderhoud door toepassing betonnen drempels

Momenteel liggen er asfaltdrempels om het verkeer af te remmen. Deze drempels zijn onderhoudsgevoelig.

Door het toepassen van betonnen drempels kunnen de onderhoudskosten aan drempels worden gehalveerd.

Deze maatregel heeft geen effect op de kwaliteit en de verkeersveiligheid van de openbare ruimte. Sterker nog, deze maatregel heeft eerder een positief effect op de kwaliteitsbeleving van de openbare ruimte.

Wat zijn de gevolgen van het verlagen en stoppen van de activiteiten?

Gevolgen voor het beeldniveau, vanaf 2014 (en tov 2012)

• van B naar C gaan:

o Dubbeldam;

o Krispijn;

o Staart/Reeland;

o Sterrenburg.

• van A naar B gaan:

o De Hoven;

o Dubbelsteijnpark;

o Weizigtpark;

o Verdiepte tuin;

o Vogelplein;

o Centrum (inclusief Noordflank, Schil en Park Merwestein).

Gevolgen voor het beeldniveau vanaf 2015 (en t.o.v. 2012)

• van B naar C gaan:

o Oudelandshoek/Vissershoek;

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 13 van 45

(14)

o Wielwijk/Crabbehof/Zuidhoven.

Gevolgen voor het beeld op straat in genoemde gebieden

Er zal een rommeliger beeld ontstaan in de gebieden waar de kwaliteitsverlaging wordt toegepast. Er zal bijvoorbeeld meer zwerfvuil blijven liggen, het gras zal hoger worden en er zal meer onkruid op verharding blijven staan. De laagfrequente werkzaamheden zoals het maaien van extensief gras en het knippen van hagen zullen in principe niet wijzigen.

Gevolgen voor de kosten voor herstellen achterstand

Wanneer later, in financieel betere tijden, het beeldniveau weer teruggebracht kan worden naar resp. A en B, zullen er eenmalige extra kosten moeten worden gemaakt om het beeldniveau weer op niveau te brengen (0- situatie). Hier is in dit voorstel geen rekening mee gehouden.

Gevolgen voor het aantal klachten en meldingen

Uiteraard dient er over dit voorstel ruimschoots gecommuniceerd te gaan worden. Desondanks zal het aantal meldingen door bewoners en bedrijven, al op de korte termijn, gaan toenemen. De afhandeling hiervan zal dan ook meer tijd gaan kosten. Deze extra (apparaats)kosten zijn niet in dit voorstel meegenomen.

Gevolgen voor de hele stad

Sommige onderdelen hebben een kwaliteitsverlaging in de hele stad tot gevolg, omdat de voorgestelde kwaliteitsverlaging niet specifiek is toegerekend naar de gebieden die hierboven genoemd staan.

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat beheer kost, is eenvoudig terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, staat er echter niet in. Dit bemoeilijkt de discussie over het beheer. Momenteel is er een publicatie die een aantal handvatten aanreikt om de baten van beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven, naast de kosten. Wie de discussie voert met meer oog voor de baten, zal ontdekken dat de discussie van de openbare ruimte als kostenpost moet worden ingeruild voor de openbare ruimte als batenpost. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond. Dit is waarschijnlijk slechts het topje van de ijsberg. Als de baten van de openbare ruimte nog beter zichtbaar worden, dan zullen er zeker meer kengetallen gevonden worden.

Wettelijk kader

Wettelijke zorgplicht als wegbeheerder. Artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek (BW).

Beleidskader

De KOR (Kwaliteit Openbare Ruimte) schrijft voor de binnenstad en alle winkelcentra in de stad beeldniveau A tot A+ (Hoogwaardig/Zeer intensief) voor. Dat wordt met dit voorstel dus B resp. C. Voor de woonwijken schrijft de KOR beeldniveau A (Representatief/Intensief) voor. Momenteel geldt hier B, maar dat wordt met dit voorstel C.

Kortom: met dit voorstel wordt dus afgeweken van het huidige beleid.

Burgertevredenheid

Deze zal teruglopen, maar kan met de juiste communicatie worden beperkt.

Omgeving

Deze voorstellen zijn van invloed op de opdrachten aan Drechtwerk: de omzet wordt verlaagd. Ook is dit voorstel van invloed op het programma ‘Levendige Binnenstad’. Er kunnen frictiekosten ontstaan bij de verbonden partijen, bijvoorbeeld HVC. Tot slot kan dit voorstel van invloed zijn op de overeenkomst Dordtse Kil 3, waarin is afgesproken dat de ondernemers het beheerbudget in overeenstemming met met niveau B ter beschikking wordt gesteld.

Verbonden partijen Drechtwerk en HVC.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 14 van 45

(15)

Compenserende maatregelen

Als compenserende maatregelen kan worden gedacht aan het betrekken van de burger bij het onderhoud van de openbare ruimte. Dat kan op verschillende manieren.

Kapitaalvernietiging

Zeker als de kwaliteit van het onderhoudsniveau weer verhoogd moet worden naar A of B, zullen er aanzienlijke eenmalige kosten moeten worden gemaakt om de kwaliteit weer op het gewenste niveau te brengen. Deze kosten worden geschat op € 300.000 tot € 800.000.

Uitzonderingssituatie

De pilot Stadspolder, waarbij de burgertevredenheid een leidend principe is bij de afrekening met de

aannemer, is voorlopig buiten dit voorstel gehouden. De gedachte achter deze pilot – de burgertevredenheid – zal in een ander perspectief komen te staan.

Investeringskosten

Bij niveau C mogen er, volgens de landelijk geldende systematiek, 10% D’s aanwezig zijn. Niveau D betekent in een aantal gevallen dat er niet zonder meer middels onderhoud kan worden teruggewerkt naar een hoger niveau. In die gevallen zijn extra investeringen nodig (bijvoorbeeld de aanleg van nieuwe beplanting). Zie ook het punt ‘kapitaalvernietiging’ hierboven.

Toekomsteffect

In algemene bewoordingen heeft dit voorstel op de langere termijn invloed op de woongenotwaarde, de recreatieve belevingswaarde, gezondheid en klimaatveilligheid.

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:







 Materieel







 Subsidie







 Formatie

Aandacht voor de frictiekosten. Er is wel materiële kosten en formatie nodig om deze aanpassingen in 2013 te realiseren, zodat de bezuinigingen met ingang van 2014 gerealiseerd kunnen worden.

Het is mogelijk om bepaalde onderdelen uit dit voorstel te schrappen. De besparing zal dan navenant minder worden.

2014 2015 2016 2017

1 Verlagen snoeifrequentie bomen 150.000 150.000 150.000 150.000

2 Versobering plakzuilen 10.000 10.000 10.000 10.000

3 Toepassen betonnen drempels 65.000 65.000 65.000 65.000

TOTAAL € 225.000 € 225.000 € 225.000 € 225.000

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 15 van 45

(16)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.5

Titel voorstel: Versobering beheer (2) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte

Welke activiteiten wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

In dit voorstel zijn deelvoorstellen1 opgenomen. Deze deelvoorstellen richten zich met name op het verlagen van kwaliteit van het beheer van de openbare ruimte. Voor enkele voorstellen zijn er ook varianten te benoemen. In dit voorstel worden de maximale varianten genoemd. Er kan, indien gewenst, in sommige gevallen ook voor andere varianten worden gekozen, wat minder besparingen oplevert.

Voorstel: Verlagen rechtzetten verkeersborden

Dit voorstel houdt in dat verkeersborden met een geringe scheefstand niet worden hersteld. Verkeersborden met een hogere mate van scheefstand worden op een langere termijn hersteld als thans het geval is (weken in plaats van dagen). Uiteraard wordt dit uitgevoerd binnen de wettelijke eisen waaraan verkeersborden moeten voldoen (RVV 1990, BABW en NEN 3381). Een geringe scheefstand wordt geaccepteerd als het geen invloed heeft op de veiligheidseisen. Deze maatregel heeft op termijn wel effect op de beeldkwaliteit van het straatbeeld.

Wat zijn de gevolgen van het verlagen en stoppen van de activiteiten?

Gevolgen voor het aantal klachten en meldingen

Uiteraard dient er over dit voorstel ruimschoots gecommuniceerd te gaan worden. Desondanks zal het aantal meldingen door bewoners en bedrijven, al op de korte termijn, gaan toenemen. De afhandeling hiervan zal dan ook meer tijd gaan kosten. Deze extra (apparaats)kosten zijn niet in dit voorstel meegenomen.

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat beheer kost, is eenvoudig terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, staat er echter niet in. Dit bemoeilijkt de discussie over het beheer. Momenteel is er een publicatie die een aantal handvatten aanreikt om de baten van beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven, naast de kosten. Wie de discussie voert met meer oog voor de baten, zal ontdekken dat de discussie van de openbare ruimte als kostenpost moet worden ingeruild voor de openbare ruimte als batenpost. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond. Dit is waarschijnlijk slechts het topje van de ijsberg. Als de baten van de openbare ruimte nog beter zichtbaar worden, dan zullen er zeker meer kengetallen gevonden worden.

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 16 van 45

(17)

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:



 Materieel



 Subsidie



 Formatie

2014 2015 2016 2017

€ 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 17 van 45

(18)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.6

Titel voorstel: Versobering beheer (3) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling(en) van dit programma heeft dit voorstel betrekking?

Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte

Welke activiteiten wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

In dit voorstel zijn deelvoorstellen1 opgenomen. Deze deelvoorstellen richten zich met name op het verlagen van kwaliteit van het beheer van de openbare ruimte. Voor enkele voorstellen zijn er ook varianten te benoemen. In dit voorstel worden de maximale varianten genoemd. Er kan, indien gewenst, in sommige gevallen ook voor andere varianten worden gekozen, wat minder besparingen oplevert.

Voorstel 1: Stoppen met openen en sluiten van de hekken van park Merwestein

Momenteel worden de 4 toegangshekken naar het park Merwestein ‘s ochtends geopend en ’s avonds gesloten door Seris Security BV (voorheen ANVD). Het voorstel is om in gesprek te gaan met de Stichting om te overleggen of deze activiteit gestopt kan worden of deze taak kan worden overgedragen aan de Stichting.

Voorstel 2: Verlagen van de beeldkwaliteit van de openbare ruimte

Met dit voorstel wordt niet zozeer een activiteit beëindigd, maar zullen bepaalde (reguliere)

onderhoudsactiviteiten minder frequent uitgevoerd worden. Denk hierbij aan activiteiten als schoffelen, snoeien, maaien, bladruimen, opruimen zwerfvuil (in groen en verharding), onkruidverwijdering, kolken, schilderen straatmeubilair, plakzuilen, verkeersborden.

Dit voorstel richt zich met name op het verlagen van de beeldkwaliteit in bepaalde gebieden van respectievelijk A naar B en van B naar C. Beeldniveau A wordt omschreven als ‘netjes en verzorgd’ (representatief),

beeldniveau B als ‘normaal’ (standaard) en beeldniveau C als ‘extensief’ (sober). Beeldniveau D is alleen een referentiebeeld en komt neer op ‘helemaal niets doen’.

Voorstel 3: Stoppen met onkruid verwijderen in boomspiegels

Het onkruid verwijderen in boomspiegels rondom bomen wordt beëindigd evenals het in stand houden van boomspiegels van bomen in gazons. Er zal wel gemaaid worden rondom de bomen in gazons. Dit voorstel is uitgewerkt voor alle bomen in de stad die in beheer zijn van de gemeente. Het is mogelijk om een uitzondering te maken voor bepaalde wijken en/of gebieden.

Voorstel 4: Verlaging reinigen kolken in een pilotgebied

De meeste kolken in Dordrecht worden één keer per jaar gereinigd. Sommige kolken worden vaker gereinigd in verband met snelle vervuiling. Het voorstel is om bij wijze van proef de kolken in een gedeelte van de stad één keer per twee jaar te reinigen en na te gaan wat het effect hiervan is.

In de praktijk betekent dit dat de helft van de kolken om het jaar worden gereinigd. Deze maatregel zal leiden tot een toename van het aantal verstopte kolken. Er blijft echter wel financiële ruimte om calamiteiten op te vangen.

Voorstel 5: Verlagen schilderfrequentie straatmeubilair

Er wordt voorgesteld om de schilderfrequentie van straatmeubilair te verlagen van zeven jaar naar negen jaar.

Dit betekent dat het meubilair met een interval van negen jaar zal worden geschilderd. Deze maatregel zal met name consequenties hebben voor de conservering en de esthetische functie van het meubilair. Het is mogelijk

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 18 van 45

(19)

om een uitzondering te maken voor bepaalde gebieden, bijvoorbeeld de binnenstad. In dat geval wordt de besparing navenant minder.

Wat zijn de gevolgen van het verlagen en stoppen van de activiteiten?

Gevolgen voor het beeldniveau, vanaf 2014 (en tov 2012)

• van B naar C gaan:

o Dubbeldam;

o Krispijn;

o Staart/Reeland;

o Sterrenburg.

• van A naar B gaan:

o De Hoven;

o Dubbelsteijnpark;

o Weizigtpark;

o Verdiepte tuin;

o Vogelplein;

o Centrum (inclusief Noordflank, Schil en Park Merwestein).

Gevolgen voor het beeldniveau vanaf 2015 (en t.o.v. 2012)

• van B naar C gaan:

o Oudelandshoek/Vissershoek;

o Wielwijk/Crabbehof/Zuidhoven.

Gevolgen voor het beeld op straat in genoemde gebieden

Er zal een rommeliger beeld ontstaan in de gebieden waar de kwaliteitsverlaging wordt toegepast. Er zal bijvoorbeeld meer zwerfvuil blijven liggen, het gras zal hoger worden en er zal meer onkruid op verharding blijven staan. De laagfrequente werkzaamheden zoals het maaien van extensief gras en het knippen van hagen zullen in principe niet wijzigen.

Gevolgen voor de kosten voor herstellen achterstand

Wanneer later, in financieel betere tijden, het beeldniveau weer teruggebracht kan worden naar resp. A en B, zullen er eenmalige extra kosten moeten worden gemaakt om het beeldniveau weer op niveau te brengen (0- situatie). Hier is in dit voorstel geen rekening mee gehouden.

Gevolgen voor het aantal klachten en meldingen

Uiteraard dient er over dit voorstel ruimschoots gecommuniceerd te gaan worden. Desondanks zal het aantal meldingen door bewoners en bedrijven, al op de korte termijn, gaan toenemen. De afhandeling hiervan zal dan ook meer tijd gaan kosten. Deze extra (apparaats)kosten zijn niet in dit voorstel meegenomen.

Gevolgen voor de hele stad

Sommige onderdelen hebben een kwaliteitsverlaging in de hele stad tot gevolg, omdat de voorgestelde kwaliteitsverlaging niet specifiek is toegerekend naar de gebieden die hierboven genoemd staan.

Rendementsvraag

Een goede openbare ruimte draagt bij aan de sociale samenhang, gezondheid, mobiliteit, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Wie professioneel te maken heeft met de inrichting en beheer van de openbare ruimte, doet zijn werk in het besef dat het ook veel oplevert. De belangrijkste opbrengst van een goede inrichting en goed beheer is een prettige leefbare en waardevolle omgeving om te wonen en werken. Wat beheer kost, is eenvoudig terug te vinden in de begroting. Wat het oplevert, staat er echter niet in. Dit bemoeilijkt de discussie over het beheer. Momenteel is er een publicatie die een aantal handvatten aanreikt om de baten van beheer te kwantificeren en in geld uit te drukken. Met deze hulpmiddelen wordt het in de nabije toekomst mogelijk de baten een duidelijke plek op de jaarrekening te geven, naast de kosten. Wie de discussie voert met meer oog voor de baten, zal ontdekken dat de discussie van de openbare ruimte als kostenpost moet worden ingeruild voor de openbare ruimte als batenpost. Een aantal baten van de openbare ruimte zijn inmiddels aangetoond. Dit is waarschijnlijk slechts het topje van de ijsberg. Als de baten van de openbare ruimte nog beter zichtbaar worden, dan zullen er zeker meer kengetallen gevonden worden.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 19 van 45

(20)

Wettelijk kader

Wettelijke zorgplicht als wegbeheerder. Artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek (BW).

Beleidskader

De KOR (Kwaliteit Openbare Ruimte) schrijft voor de binnenstad en alle winkelcentra in de stad beeldniveau A tot A+ (Hoogwaardig/Zeer intensief) voor. Dat wordt met dit voorstel dus B resp. C. Voor de woonwijken schrijft de KOR beeldniveau A (Representatief/Intensief) voor. Momenteel geldt hier B, maar dat wordt met dit voorstel C.

Kortom: met dit voorstel wordt dus afgeweken van het huidige beleid.

Burgertevredenheid

Deze zal teruglopen, maar kan met de juiste communicatie worden beperkt.

Omgeving

Deze voorstellen zijn van invloed op de opdrachten aan Drechtwerk: de omzet wordt verlaagd. Ook is dit voorstel van invloed op het programma ‘Levendige Binnenstad’. Er kunnen frictiekosten ontstaan bij de verbonden partijen, bijvoorbeeld HVC. Tot slot kan dit voorstel van invloed zijn op de overeenkomst Dordtse Kil 3, waarin is afgesproken dat de ondernemers het beheerbudget in overeenstemming met met niveau B ter beschikking wordt gesteld.

Verbonden partijen

• Drechtwerk;

• HVC.

Compenserende maatregelen

Als compenserende maatregelen kan worden gedacht aan het betrekken van de burger bij het onderhoud van de openbare ruimte. Dat kan op verschillende manieren.

Kapitaalvernietiging

Zeker als de kwaliteit van het onderhoudsniveau weer verhoogd moet worden naar A of B, zullen er aanzienlijke eenmalige kosten moeten worden gemaakt om de kwaliteit weer op het gewenste niveau te brengen. Deze kosten worden geschat op € 300.000 tot € 800.000.

Uitzonderingssituatie

De pilot Stadspolder, waarbij de burgertevredenheid een leidend principe is bij de afrekening met de

aannemer, is voorlopig buiten dit voorstel gehouden. De gedachte achter deze pilot – de burgertevredenheid – zal in een ander perspectief komen te staan.

Investeringskosten

Bij niveau C mogen er, volgens de landelijk geldende systematiek, 10% D’s aanwezig zijn. Niveau D betekent in een aantal gevallen dat er niet zonder meer middels onderhoud kan worden teruggewerkt naar een hoger niveau. In die gevallen zijn extra investeringen nodig (bijvoorbeeld de aanleg van nieuwe beplanting). Zie ook het punt ‘kapitaalvernietiging’ hierboven.

Toekomsteffect

In algemene bewoordingen heeft dit voorstel op de langere termijn invloed op de woongenotwaarde, de recreatieve belevingswaarde, gezondheid en klimaatveilligheid.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 20 van 45

(21)

Financiële besparing

Wat levert het beëindigen van de activiteit op voor de gemeente? Wat is de aard van de bezuiniging:



 Materieel



 Subsidie



 Formatie

Aandacht voor de frictiekosten. Er is wel materiële kosten en formatie nodig om deze aanpassingen in 2013 te realiseren, zodat de bezuinigingen met ingang van 2014 gerealiseerd kunnen worden.

Het is mogelijk om bepaalde onderdelen uit dit voorstel te schrappen. De besparing zal dan navenant minder worden.

2014 2015 2016 2017

1 Stoppen met sluiten park Merwestein 23.500 23.500 23.500 23.500

2 Versobering beeldniveau 145.000 185.000 200.000 200.000

3 Onkruidverwijdering boomspiegels 50.000 60.000 60.000 60.000

4 Minder zuigen kolken in proefgebied 10.000 10.000 10.000 10.000

5 Minder schilderen straatmeubilair 10.000 10.000 10.000 10.000

TOTAAL € 238.500 € 288.500 € 303.500 € 303.500

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 21 van 45

(22)

Format bezuinigingsopgave Kadernota 2014 Nr: 2.7

Titel voorstel: Activeren Burgerschap (1) Portefeuillehouder: R.E.C. Reynvaan

Indienende directeur: R. Bosselaar

Op welk programma heeft dit voorstel betrekking?

Programma 2: Leefbaarheid en Stedelijk Beheer.

Op welke doelstelling van dit programma heeft dit voorstel betrekking ? Doelstelling 1: Mensen vinden het aantrekkelijk om in Dordrecht te wonen.

Doelstelling 2: Mensen ervaren minder overlast en verloedering.

Doelstelling 3: Mensen ervaren dat de gemeente goed naar hen luistert.

Doelstelling 4: Mensen zijn tevreden over de kwaliteit van de openbare ruimte.

Welke activiteit wordt voorgesteld om te beëindigen en op basis van welke afweging(en)?

In dit voorstel zijn deelvoorstellen1 opgenomen die eigenaarschap voor de eigen leefomgeving stimuleren.

Inwoners worden uitgenodigd om zelf initiatief te nemen, en niet te wachten op het initiatief vanuit de

gemeente. Actieve wijkbewoners worden hierin gefaciliteerd. Om te kunnen besparen moet rekening gehouden worden met extra investering op het gebied van communicatie en toezicht.

Voor enkele voorstellen zijn er ook varianten te benoemen. In dit voorstel zijn de maximale varianten benoemd. Wanneer gewenst, kan ook voor andere varianten worden gekozen, wat minder besparing oplevert.

Bij het verwijderen van bepaalde voorzieningen, zoals afvalbakken en dergelijke, zullen de door de Regiegroep Wijkwensen gerealiseerde voorzieningen zoveel mogelijk ontzien.

1 Subsidie Boomonderhoud

Bomen van particuliere eigenaren die op de bomenlijst staan krijgen op dit moment een bijdrage aan de onderhoudskosten van de bomen. Voorgesteld wordt om een subsidieplafond van €5000 in te stellen.

2a en 2b Samen de buurt mooier maken

Onder de titel ‘samen de buurt mooier maken’ worden een aantal activiteiten gedaan. We stellen voor twee activiteiten te beëindigen:

Stoppen met het plaatsen van bladkorven. Het plaatsen van bladkorven is een extra service op het regulier verwijderen van blad door HVC en aannemers;

Stoppen met het aanleggen van gevelbakken. Gevelbakken kunnen worden aangevraagd door bewoners, waarna de gemeente de gevelbakken gratis aanlegt.

3 Afvalbakken

In Dordrecht staan veel afvalbakken die wekelijks een of meerdere keren geleegd worden. Deze staan op diverse plekken; woonwijken, parken, winkelcentra en bedrijventerreinen. Voorgesteld wordt om 20% van de afvalbakken te verwijderen. Daarbij wordt daar waar mogelijk (ongeveer 10 locaties) een zwerfvuilklep toegepast bij ondergrondse containers, waardoor de dichtbijzijnde afvalbakken verwijdert kunnen worden.

Afvalbakken op locaties zoals speelplekken, in parken en in winkelcentra worden niet verwijderd.

4 Sociale schouwrondes

Er worden twee schouwrondes gedaan. De technische schouwrondes, onder meer om de aannemer te beoordelen op geleverde prestaties en de sociale schouwrondes. Aan de sociale schouwrondes doen bewonersgroepen, toezicht, politie en woningcorporaties mee. Voorstel wordt gedaan om te stoppen met de sociale schouwrondes, op basis van enkele overwegingen. De deelname is zeer wisselend, in enkele wijken zijn slechts enkele (dezelfde) bewoners actief. Daarnaast is de deelname van Toezicht en politie beperkt mogelijk vanwege de andere nodige inzet. De constateringen zijn voornamelijk van dezelfde aard als de

wijklijnmeldingen. Technische onvolkomenheden worden deels geconstateerd tijdens de technische schouwrondes.

1 Deelvoorstellen hebben eigen genummerde deelformats, die ter achtergrondinformatie aan de portefeuillehouder ter beschikking zijn gesteld.

Bezuinigingsvoorstellen pakket 2 Pagina 22 van 45

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

To determine the adherence to the WHO 2010 guideline, per- centages of cases with complete reporting of neuroendocrine markers, mitotic index and Ki-67 index were calculated.. A χ 2

Zo komt het economische aspect van het water en de rechten die daarmee verbonden zijn tot uiting in Palmens bijdrage over Dordrecht (stapelrecht) en Deligne's artikel, waarin de

Het tweede deel behandelt de bronnen voor het Schilderboek, dat wil zeggen de Franse contemporaine kunsttheorie, de Nederlandse verhandelingen uit zijn tijd en de invloed van

Gadjradj p.gadjradj@erasmusmc.nl Department of Neurosurgery, Leiden University Medical Center, Leiden, The Netherlands ß 2020 The Author(s). Published by Informa UK Limited, trading

Results: Alirocumab treatment reduced fasting plasma TG levels (between group median change −24.7%; P = 0.018) and fasting apoB48 serum levels (−35.9%; P = 0.039) compared

Nadat hij in 1908 voortijdig de HBS had verlaten, kon hij zich dankzij de schier grenzeloze financiële steun van zijn ouders geheel gaan wijden aan zijn grote passie: vliegtuigen..

Aan het eind van de negentiende eeuw werd de Franse Revolutie, die de scheiding van kerk en staat had gebracht, voor liberaal Wallonië het beginpunt en symbool van de

Tegen deze achtergrond kan een boek over Friese grond in de negentiende eeuw belangwek- kend zijn, ware het niet dat al op de eerste pagina gesteld wordt dat de auteur nauwelijks