• No results found

Peter Bakema, Vlaams-Nederlands woordenboek · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Peter Bakema, Vlaams-Nederlands woordenboek · dbnl"

Copied!
1127
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema

bron

Peter Bakema, Vlaams-Nederlands woordenboek. Standaard, Antwerpen / Het Spectrum, Utrecht 2004 (2de druk)

Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/bake012vlaa01_01/colofon.php

Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd

zijn.

(2)

5

Inleiding

Wie de grens tussen België en Nederland passeert, heeft dit snel in de gaten. Alles lijkt aan de andere kant van de grens anders te zijn: de woningbouw, de wegen, de winkels, zelfs de plaatsnaambordjes. De Nederlander verbaast zich over de ruimtelijke ordening van België met her en der verspreid staande woningen waaraan een onoverzichtelijke reeks ‘koterijen’ is vastgebouwd. De Belg verwondert zich over de monotone, uniforme nieuwbouwwijken die in het gestroomlijnde Nederlandse landschap staan.

Niet alleen de geografische, maar ook de culturele grens is scherp. Al spreken de inwoners van beide landen officieel dezelfde taal - het Nederlands - toch zijn de verschillen opvallend. Een kort gesprek is vaak al voldoende om verschillen in uitspraak, zinsbouw en woordenschat aan het licht te brengen. Over de grens val je snel door de mand. Wie stopt en de eerste de beste frituur of snackbar binnenstapt, zal ervaren dat de meeste vertrouwde lekkernijen er niet zijn of anders heten. De bakker of het café in de buurt leveren dezelfde ervaring op.

Sommigen denken dat taalverschillen tussen twee gebieden een weerspiegeling zijn van culturele verschillen. Ook in dit woordenboek staan woorden die typisch Vlaamse gewoonten, instellingen of zaken uitdrukken. Maar er zijn ook veel gewone woorden die niet verwijzen naar iets dat typisch Vlaams is. Ten slotte komen culturele verschillen tussen Vlaanderen en Nederland niet altijd in taal tot uiting, zodat er geen één-op-éénverhouding is tussen taal en cultuur.

Over de culturele verschillen tussen Vlaanderen en Nederland zijn talloze clichés in omloop. Grappen maken duidelijk hoe we over elkaar denken: de Belg is dom en de Nederlander is gierig. Komt een Nederlander bij een benzinestation in België en vraagt: Wat kost een druppel benzine? Zegt de Belg: Niets, natuurlijk. Zegt de Nederlander: Nou, druppel hem dan maar vol.

Een ander cliché heeft betrekking op de levensstijl en levensinstelling. De bourgondische, genotzuchtige, vrolijke Vlaming tegenover de calvinistische, principiële, plichtsbewuste Nederlander. Uit dit cliché komen weer vele andere voort.

De Vlaming bouwt een zo groot mogelijk huis en rijdt in een zo duur mogelijke auto, iedere dag is een gastronomisch hoogtepunt. De Nederlander daarentegen bouwt en rijdt bescheiden, hij heeft al die pracht en praal niet nodig, hoogmoed komt voor de val en de buren worden maar jaloers. Hij wordt verteerd door schuldgevoel als hij eet, het moet sober en voedzaam zijn, maar lekker is zonde. De Nederlander zou extraverter dan de Vlaming kunnen zijn. De Vlaming bedenkt zich langer alvorens iets te zeggen, de Nederlander zegt vaker eerst en bedenkt zich dan. Conflicten en ruzies zijn in Nederland hevig maar kort, in Vlaanderen sluimeren ze langer maar kunnen de gevolgen groter zijn.

In de relatie tussen beide gebieden spelen inferioriteits- en superioriteitsgevoelens soms een rol. Nog voor de wedstrijd begonnen is, denkt de Vlaming achter te liggen of verloren te hebben, terwijl de Nederlander het tegendeel denkt. Dat blijkt

bijvoorbeeld bij het voetbal. Een wedstrijd tussen de Rode Duivels en Oranje is veel intenser dan tussen andere landen en heeft vaak het karakter van een volksfeest.

Oranje is meestal favoriet en zeker van de overwinning. Het triomfgevoel van de

Vlaming is des te

(3)

6

groter als de Rode Duivels winnen.

Met zulke clichés komen we meestal niet veel verder. De domme Belg doet het in vergelijkende Europese competities goed op school en de gierige Nederlander blijkt de meest vrijgevige Europese toerist te zijn. Is het eten in België beter? Er valt iets te zeggen voor de Belgische bieren en pralines, maar de onvolprezen

Nederlandse zuivelproducten zijn er niet te koop.

Belgische melk is gesteriliseerd en langer houdbaar dan de Nederlandse gepasteuriseerde melk, ook de smaak is totaal anders. Voor een Vlaming is melk alleen goed voor kinderen. Hij zal nooit in een café een glas melk bij het eten bestellen, da's kinderachtig en wekt de spot van iedereen. Voor een Nederlander is een glas melk de gewoonste zaak van de wereld.

Bij alle verschillen zijn er ook veel overeenkomsten. De relatie tussen de twee gebieden is intens en niet in het minst door de gemeenschappelijke taal. De woordenschat is aan beide kanten van de grens voor het leeuwendeel gelijk, zodat de communicatie in de meeste gevallen geen problemen oplevert. Het Nederlands is een eenheid in verscheidenheid met regionale verschillen, zoals het Duits of het Engels.

Toch kunnen taalverschillen tot hilarische misverstanden leiden. De Nederlander die een gemeubelde studio huurt met frigo en chauffage zal zich toch afvragen wat hij nu precies heeft verworven. Afspraken maken staat ook garant voor misverstand.

Maak een afspraak om een eind te gaan lopen in de voormiddag. Voor een Belg is dit een afspraak vóór 12 uur in trainingspak, terwijl de Nederlander aan een wandeling denkt tussen 12 en 14 uur.

Dit Vlaams-Nederlands woordenboek beschrijft hoe de Vlaamse van de Nederlandse woordenschat verschilt. Maar wat is het Vlaams precies?

Zuid-Nederlands, Belgisch Nederlands of Vlaams?

Voor het Nederlands dat in België gesproken wordt, zijn verschillende, min of meer ongelukkige termen in omloop: Zuid-Nederlands, Belgisch Nederlands en Vlaams.

Iedereen stelt zich bij deze woorden iets anders voor en de begripsverwarring is dan ook compleet.

De benaming Zuid-Nederlands is nogal ruim en vaag. Het zou kunnen verwijzen naar het Nederlands dat in het zuiden van het taalgebied gesproken wordt: ruwweg de Nederlandse provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg plus de Belgische provincies West- en Oost-Vlaanderen, Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg.

Bovendien heeft de benaming Zuid-Nederlands geen relatie met het Belgische grondgebied en lijkt daardoor juist het Nederlands van de eerder genoemde Nederlandse provincies aan te duiden.

De term Belgisch Nederlands heeft wel een relatie met het Belgische grondgebied, maar is in dit opzicht weinig precies, alsof in heel België Nederlands gesproken wordt. De term heeft daarnaast juist een heel specifieke betekenis. Hij wordt namelijk ook gebruikt om officiële woorden aan te duiden, bijvoorbeeld op het gebied van recht en bestuur.

Vlaams is voor sommigen dan weer te precies, alsof het beperkt is tot de provincies

West- en Oost-Vlaanderen. Daar staat tegenover dat alle Nederlandssprekende

provincies van België (inclusief het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) tot de Vlaamse

Gemeenschap behoren. De term Vlaams krijgt daardoor een ruimere betekenis die

wij hier ook gebruiken.

(4)

Taal of dialect?

Het verschil tussen een taal en een dialect is vooral een kwestie van spreiding,

functie en prestige. Een dialect is een taalsysteem dat slechts in een regionaal

beperkt gebied in die

(5)

7

specifieke vorm voorkomt. Het is meestal niet de bestuurs- of schooltaal, wordt bijna uitsluitend mondeling gebruikt en heeft een lager sociaal prestige. Talen hebben een officiële status: ze zijn voorgeschreven door de overheid en hun normen zijn vastgelegd in grammatica's en woordenboeken. Ze worden gebruikt door de spraakmakende gemeente van politici, televisiepersoonlijkheden en reclamemakers.

Ten slotte zijn talen bruikbaar in veel situaties, zowel mondeling als schriftelijk, zowel in informele als formele situaties.

België heeft drie officiële talen: het Nederlands, het Frans en het Duits. Toch laat de positie van een taal zich niet uitsluitend officieel bepalen. Belangrijk is ook de houding van de sprekers tegenover een bepaalde taal en die is onder andere afhankelijk van wat ze aan die taal hebben. Franstaligen zijn nu bijvoorbeeld meer geneigd om Nederlands te leren, omdat het in Vlaanderen economisch beter gaat dan in Wallonië. In het algemeen heeft het Nederlands in België aan prestige gewonnen. Maar dit vertaalt zich ook in de houding tegenover het Nederlands uit Nederland.

Veel Vlamingen staan nogal ambivalent tegenover het Nederlands zoals Nederlanders het spreken. Aan de ene kant associëren ze het Noord-Nederlands met vlotheid en gevatheid. Aan de andere kant staan ze afwijzend tegenover de uitspraak en het woordgebruik. De gedachte onmiskenbaar anders te zijn in taal leidt tot de roep om een eigen Vlaamse norm. De Vlaamse taalsuccessen in televisieprogramma's als Het groot dictee der Nederlandse taal of 10 voor taal hebben het Vlaamse taalbewustzijn vergroot. De tijd zal leren of naast het ABN ook het ABV ontstaat.

Variatie in het Vlaams

Variatie in taal is op zich niets bijzonders. Iedere taal verandert in de loop van de tijd, verschilt van gebied tot gebied en van spreker tot spreker. De woordenschat van een taal is geen uniforme verzameling woorden die over het hele gebied verspreid zijn en waarover volledige consensus bestaat. Het Vlaams is daarop geen uitzondering. Variatie maakt het moeilijk om een taal te beschrijven en het is om verschillende redenen niet eenvoudig om te bepalen waaruit de Vlaamse

woordenschat precies bestaat.

Ten eerste is het gebruik van stads- of streekdialecten in Vlaanderen veel algemener dan in Nederland. Veel woorden zijn daardoor eerder tot een bepaalde plaats of regio beperkt, het zijn geen algemeen gebruikte woorden. Je zou ook kunnen zeggen dat ieder woord zijn eigen verspreiding heeft over Vlaanderen en dat de verspreiding van verschillende woorden zelden samenvalt. Dat brengt met zich mee dat het niet eenvoudig, zo niet onmogelijk, is om een algemene Vlaamse woordenschat af te bakenen.

Ten tweede is er geen officiële norm voor het Vlaams. Er bestaan geen officiële grammatica's, woordenboeken of spellingvoorschriften. Het ontbreken van een norm of het niet volledig accepteren van de Nederlandse norm leidt vanzelf tot minder eenheid.

Ten derde is het Vlaams het resultaat van taalcontact tussen het Nederlands en het Frans. In België beïnvloeden beide talen elkaar, vooral in Brussel waar

tweetaligheid veel voorkomt. De woordenschat van het Vlaams is daardoor een

speelbal van een aantal centrifugale krachten, waardoor het Vlaams zich van het

Nederlands verwijdert. Aan de ene kant heeft taalcontact ertoe geleid dat veel Franse

(6)

leenwoorden en leenvertalingen in het Vlaams zijn opgenomen. Aan de andere kant

heeft verzet tegen het Frans geleid tot de creatie van purismen, Vlaamse woorden

in plaats van Franse leenwoorden zoals bureel

(7)

8

voor bureau, droogzwierder voor centrifuge en regenscherm voor paraplu. Verzet tegen het (Noord-)Nederlands leidt dan weer tot de cultivatie van verschillen, tot de gedachte dat bepaalde Vlaamse woorden en uitdrukkingen beter, mooier of juister zijn dan vergelijkbare Nederlandse. In zo'n situatie van taalcontact, waarin attitudes tegenover taal een belangrijke rol spelen en taalgebruik een politieke symboolwaarde heeft, is de variatie die we in het Vlaams aantreffen niet verrassend.

Het Vlaams-Nederlands woordenboek

In het Vlaams-Nederlands woordenboek proberen we een deel van de Vlaamse woordenschat te inventariseren, waarbij we vooral oog hebben voor de verschillen met het Nederlands. In veel gevallen gaat het om woorden en uitdrukkingen die in een min of meer informele sfeer gebruikt worden. Het woordenboek heeft geen normatieve bedoelingen en we willen de verschillen met het Nederlands niet verheerlijken, noch veroordelen. Evenmin pretendeert het woordenboek volledig te zijn en over de opname van sommige woorden of uitdrukkingen valt te twisten. Niet alle Vlamingen kennen of gebruiken alle woorden die hier opgenomen zijn.

Het Vlaams-Nederlands woordenboek richt zich tot iedereen die in het Nederlands geïnteresseerd is of die zijn ervaring aan beide kanten van de grens wil toetsen.

De beschrijving

Elke beschrijving kan uit vier componenten bestaan:

• het trefwoord met grammaticale informatie;

• de betekenis of het Nederlandse synoniem;

• het gebruik in uitdrukkingen en zegswijzen;

• het feitelijk taalgebruik in citaten.

Het trefwoord

Een ingang van het woordenboek bestaat uit het vetgedrukte trefwoord. Als het Vlaamse trefwoord als woord in het Nederlands niet voorkomt of een afwijkende betekenis heeft, vermelden we achter het trefwoord grammaticale informatie tussen ronde haakjes: (). Bij zelfstandige naamwoorden is dit het genus (de- of het-woord) en het meervoud. Bij werkwoorden is de vervoeging aangegeven en bij de overige trefwoorden wordt de woordsoort vermeld. Als het trefwoord een gewoon Nederlands woord is, maar in een specifiek Vlaamse uitdrukking voorkomt (bijvoorbeeld het trefwoord ei in de uitdrukking een eitje met iemand te pellen hebben), dan geven we geen grammaticale informatie.

De betekenis

(8)

De betekenis wordt voorafgegaan door een bullet (•). Wanneer een Vlaams woord verschillende betekenissen heeft, worden ze onder elkaar geplaatst, voorafgegaan door een bullet. Tussen Vlaamse en Nederlandse woorden kunnen verschillende verhoudingen bestaan.

Ten eerste zijn er woorden die zaken noemen die in Nederland onbekend zijn, zoals alarmbelprocedure, gewest, taalrol. In zulke gevallen geven we een

betekenisomschrijving.

Ten tweede kunnen het Vlaams en het Nederlands verschillende woorden hebben die min of meer hetzelfde betekenen. Soms gaat het om officiële termen, zoals schepen [in Nederland: wethouder] of procureur des konings [in Nederland: officier van justitie]. Zulke Belgische woorden krijgen het label <bnl.>. Bij officiële termen staat vaak het corresponderende woord dat in Nederland gebruikt wordt. Achter dit woord staat dan de aanduiding <nl.>. Maar er zijn ook talloze, niet-officiële

voorbeelden te vinden: beenhouwerslager of luchtmatras-luchtbed. In dit

woordenboek vermelden we dan een of

(9)

9

meer algemeen Nederlandse synoniemen van het Vlaamse woord.

Ten derde zijn er woorden die zowel in België als in Nederland gebruikt worden, maar geheel of gedeeltelijk verschillen in betekenis, zoals lopen of vest. In deze gevallen geven we steeds het verschil aan, bijvoorbeeld met een formulering als ‘in België ook:’.

Uitdrukkingen of zegswijzen

Een groot deel van het corpus wordt gevormd door specifiek Vlaamse collocaties, idiomen en uitdrukkingen. Deze verbindingen staan cursief en worden voorafgegaan door een liggend streepje. Na de komma volgt de betekenis of de Nederlandse tegenhanger van de uitdrukking.

Citaten

We hebben geprobeerd om de betekenis en het gebruik van de Vlaamse woorden

en uitdrukkingen te illustreren met citaten uit kranten en weekbladen die een ruime

verspreiding over heel Vlaanderen hebben. Je mag verwachten dat de woorden die

je erin aantreft door een breed publiek begrepen worden. Vaak troffen we deze

woorden aan in interviews en gesprekken. Ons materiaal bevat moderne citaten

van de afgelopen vijf jaar. De citaten staan onder de betreffende betekenis of een

uitdrukking. Bij ieder citaat vermelden we bron en datum. De citaten zijn in een ander

en kleiner lettertype gezet.

(10)

10

Selectieve bibliografie

Over Vlaanderen en Nederland

Jeroen Brouwers Vlaamse leeuwen. Amsterdam: De Arbeiderspers, 1994.

Steven De Foer Onder Hollanders. Een Vlaming ontdekt Nederland. Amsterdam:

Balans / Leuven: Van Halewyck, 2001.

Marco Heijl Een Hollander verkent Vlaanderen. Leuven: Van Halewyck, 2002.

Geert van Istendael Het Belgisch labyrint. Amsterdam: De Arbeiderspers, 14de druk, 2001.

Hans Rombouts Vloeiend Vlaams. Zuidnederlands voor beginners en gevorderden. Bloemendaal: Aramith, 1990.

Roland Willemyns & Wim Daniëls Het verhaal van het Vlaams. Antwerpen:

Standaard / Utrecht: Het Spectrum, 2003.

Els Witte [met medewerking van Jan Craeybeckx & Alain Meynen] Politieke geschiedenis van België van 1830 tot heden. Antwerpen: Standaard / Brussel:

VUBPress, 6de druk, 1997.

Woordenboeken

F. Claes Verschueren. Groot encyclopedisch woordenboek. Antwerpen:

Standaard / Den Haag: Sdu, 10de druk, 1996.

Walter de Clerck Nijhoffs Zuidnederlands woordenboek. 's-Gravenhage / Antwerpen: Martinus Nijhoff, 1981.

Maarten van Nierop Honderd taaie belgicismen. Hasselt: Heideland-Orbis, 4de druk, 1982.

P.C. Paardekooper ABN-Gids. Antwerpen: Standaard / Den Haag: Sdu, 12de druk, 1996.

Ton van der Wouden Verboden op het werk te komen. Vlaamse taal- en andere

eigenaardigheden. Enschede: Siwu / Antwerpen: Maklu, 1998.

(11)

11

Gebruikte afkortingen

bijvoeglijk naamwoord bn.

Belgisch Nederlands, officiële Belgische term

<bnl.>

Het Belang van Limburg BvL

bijwoord bw.

De Morgen DM

De Standaard DS

De Financieel Economische Tijd FET

figuurlijk

<fig.>

Gazet van Antwerpen GvA

Het Nieuwsblad HN

Het Volk HV

Het Laatste Nieuws LN

officiële Nederlandse term

<nl.>

verouderd

<veroud.>

voegwoord vw.

voorzetsel vz.

werkwoord wkw.

ga naar, zie ook

(12)

13

Vlaams-Nederlands woordenboek

van ambetanterik tot zwanzer

(13)

15

a

aan

aan (vz.)

- aan wie is het alstublieft [in een winkel], wie volgt, wie is er aan de beurt - er niet aan kunnen [omdat het te hoog is], er niet bij kunnen, het niet kunnen

bereiken

- niet aan de hoge re, niet bij de hoge re

- hij is eraan, heeft verloren, is de sigaar, is erbij, zal eraan moeten geloven - aan 120 km per uur, (met) 120 km per uur

- aan 10 euro de kg, tegen 10 euro per kg

- aan de prijs van 10 euro, voor de prijs van 10 euro

De pakketten werden te koop aangeboden aan de prijs van honderd frank.

- HN, 03-02-2003

- neen aan de dictatuur, neen tegen de dictatuur, weg met de dictatuur - gaat aan!, ga weg!

aanbieden

aanbieden

- zich bij iemand aanbieden, zich aanmelden

Islamieten kunnen zich daar tussen 8 en 18 uur aanbieden voor de slachting van hun schapen. - HN, 04-02-2003

- zich aanbieden voor een examen, zich aanmelden, zich opgeven

aandacht

aandacht

- de aandacht trekken op, vestigen op

- aandacht! [op een opschrift], pas op!, voorzichtig! of belangrijk!, opgelet!

aandampen

aandampen (dampte aan, aangedampt)

• beslaan van glas

De brillen zijn voorzien van lenzen die niet aandampen, bijna onbreekbaar

zijn en contrastverhogend werken. - HN, 01-02-2003

(14)

aandoen

aandoen ➔ duivel

aandragen

aandragen

- iemand aandragen, aanbrengen, verklikken

aandraven

aandraven

- met iets komen aandraven, met iets komen aandragen

Wanneer hij dan met grotere en duurdere kunstvoorwerpen komt aandraven, hebben de kopers elke vorm van argwaan al lang opzij geschoven. - HV, 07-02-2003

aanduiden

aanduiden (duidde aan, aangeduid)

• personen aanwijzen, aanstellen, benoemen

• dingen vermelden, aangeven

• selecteren in de sport

aanduiding

aanduiding (de, -en)

• aanstelling, benoeming van personen

• selectie, advies in de sport

Het rommelt in de Oostenrijkse ploeg na de omstreden aanduiding van Hermann Maier en Fritz Strobl voor de afdaling op dit WK. - BvL, 07-02-2003

aaneen

aaneen (bw.)

• voortdurend, aanhoudend

• aan elkaar

aaneen-

aaneen-

• aan elkaar, vooral in samenstellingen: aaneenbinden, aaneendoen,

aaneenpraten

(15)

aanfronsen

aanfronsen (fronste aan, aangefronst)

• aanrimpelen van stoffen

aangebrand

aangebrand (bn. en bw.)

• gewaagd

De Aarschotse rappers van KIA kregen te horen dat hun plaat niet zal

uitkomen wegens te aangebrand en te choquerend. - FET, 19-02-2002

(16)

16

- een aangebrande mop, gewaagde mop, schuine mop - dat riekt aangebrand, daar is een luchtje aan

aangeven

aangeven

- iemand iets niet aangeven, iemand iets niet nageven, iets niet achter iemand zoeken

- dat zou je hem niet aangeven, dat zou je hem niet nageven, dat zou je niet achter hem zoeken

Lulu zelf is nog lang niet aan ondergang toe. De zangeres is de vijftig al gepasseerd, maar je zou het haar niet aangeven. - GvA, 18-01-2003

aangewezen

aangewezen (bn.)

• wenselijk, verstandig, aanbevelenswaardig

- het is (niet) aangewezen, het is (niet) wenselijk, het is (niet) verstandig

Natuurlijk is het niet aangewezen dat landen maatregelen treffen die de vraag verder afremmen wanneer hun economie zich reeds in een dal bevindt. - DS, 05-03-2003

Was het wel aangewezen om vier minuten voor het eindsignaal nog veel te wisselen in de veldbezetting? - HN, 10-02-2003

- reservatie aangewezen, reservering gewenst, reservering aan te bevelen

➔ tegenaangewezen

aanhalen

aanhalen (haalde aan, aangehaald)

• in België niet alleen citeren, ook: vermelden, zeggen

Wij denken dat wij voldoende elementen hebben kunnen aanhalen om niet alleen de verwijzing van de drie aangehouden verdachten te vragen, maar ook die van xxx. - GvA, 05-03-2003

- ik wil nog het volgende aanhalen, ik wil nog het volgende zeggen

aanhang

aanhang (de)

- huis met aanhang, huis met toebehoren, huis met bijgebouwen enz.

(17)

aanhorigheid

aanhorigheid (de)

• het horen bij een groep of politieke partij

Dat het Parlement en regeringsleiders tegenstribbelen, van welke ideologische aanhorigheid ze ook zijn, is niet nieuw. - DS, 20-07-2002

aanhouden

aanhouden (hield aan, aangehouden)

- met iemand aanhouden, een vriend(in) hebben, een (ongeoorloofde) relatie hebben, ongehuwd samenwonen met

aanhouder, aanhoudster

aanhouder (de, -s), aanhoudster (de, -s)

• bijzit

aanhoudingsmandaat

aanhoudingsmandaat (het, -mandaten)

• <bnl.> arrestatiebevel

Het internationaal gerechtshof in Den Haag verplicht België om het aanhoudingsmandaat voor de gewezen Congolese minister van

Buitenlandse Zaken Abdulaye Yerodia Ndombasi in te trekken. - Knack, 20-02-2002

- onder aanhoudingsmandaat plaatsen, arresteren, in hechtenis nemen

De Mechelse onderzoeksrechter heeft twee allochtonen onder aanhoudingsmandaat geplaatst na de steekpartij die zich tijdens het weekend heeft voorgedaan in Illusion. - GvA, 11-03-2003

aanklagen

aanklagen (klaagde aan, aangeklaagd)

• wantoestanden aan de kaak stellen

Op grond van welke waarden zouden we de onderdrukking van

Palestijnen, Tsjetsjenen of wie dan ook aanklagen als we die barbarij van

eigen bodem wegmoffelen? - DS, 20-03-2002

(18)

aanklappen

aanklappen (klapte aan, aangeklapt)

• aanpraten

➔ klappen

aankleven

aankleven (kleefde aan, aangekleefd)

- een leer/theorie/ideeën enz. aankleven, aanhangen, verdedigen

Terwijl de waarden die de CVP blijft

(19)

17

aankleven misschien niet meteen tot het verleden behoren, maar toch uit-vergrotingen zijn van een tijd waar de mensen niet meer mee akkoord gaan. - DM, 03-11-2001

aankomstlijn

aankomstlijn (de, -en)

• eindstreep, finish in de sport

In tegenstelling met wat we verwachtten, kwam je vrij rustig over de aankomstlijn. - GvA, 03-02-2003

➔ meet

aankondigen

aankondigen

- het kondigt zich goed aan, het belooft goed te worden, het begint goed

Maar voorlopig kondigt zich alleen in de VS een economisch herstel aan.

- FET, 03-02-2003

aankondiging

aankondiging

• advertentie in een krant

aankondigingsblad

aankondigingsblad (het, -en)

• advertentieblad, nieuwsblaadje

Je vindt ook een overzicht van de activiteiten in ‘Contact’, het maandelijks tijdschriftje van het dienstencentrum, in de gemeentelijke

informatiebrochure ‘Info Kapellen’ en in de lokale weekbladen het

‘Aankondigingsblad’ en de ‘Nieuwe Week’. - Gemeente Kapellen

aankunnen

aankunnen ➔ aan

aanleg

(20)

aanleg

- <bnl.> rechtbank van eerste aanleg, arrondissementsrechtbank <nl.>

Daarom werden de daaruit voortvloeiende aanslagen door de rechtbank van eerste aanleg in Antwerpen nietig verklaard. - FET, 07-02-2003

aanleiden

aanleiden

- een tak aanleiden, opbinden

aanleunen

aanleunen

• in België vaak <fig.>:

- aanleunen bij, verbonden zijn met, een voorkeur hebben voor, overeenkomsten hebben met, steun zoeken bij

Rwanda steunt nu het UPC en de Hema, omdat deze milities van traditionele veeboeren aanleunen bij de Tutsi die in Kigali de plak zwaaien.

- DM, 05-03-2003

aanpassingsklas

aanpassingsklas (de, -sen)

• <bnl.> klas voor kinderen met een leerachterstand, schakelklas

Tot 1975 stond ze voor de klas. Toen schakelde ze over naar de aanpassingsklas en op 1 februari 1993 werd ze directeur. - HN, 03-07-2001

aanplakbrief

aanplakbrief (de, -brieven)

• aanplakbiljet, affiche

Zo verdwijnt in het Brusselse gewest binnenkort ook de eeuwenoude aanplakbrief met ‘Berichten aan de bevolking’. - LN, 09-11-2002

aanranden

aanranden (randde aan, aangerand)

• in België ook: overvallen, aanvallen

(21)

Dagen door de straten van Londen stappen om plots een mes onder je neus te krijgen: Donal MacIntyre doet het met plezier. Vanavond laat hij zich aanranden om het spoor van zijn overvaller en diens buit te volgen.

- HN, 25-04-2002

aanschuiven

aanschuiven (schoof aan, aangeschoven)

• in België ook: in de file staan, filerijden, in de rij staan

Zware ongevallen waren en niet. Her en der moest wel worden

aangeschoven door de spiegelgladde wegen. Zo was er een tijdlang enkel stapvoets verkeer mogelijk tussen Mechelen en Willebroek. - GvA, 30-01-2003

Al snel vormt zich een brede en lange rij droge kelen die geduldig aanschuiven tot ze binnen mogen. - HN, 03-03-2003

aanslepen

aanslepen (sleepte aan, aangesleept)

- die zaak blijft maar aanslepen, die zaak blijft maar voortduren, die zaak vordert maar niet

Ze nemen het niet dat de uitbetaling van achterstallige lonen en premies

voor eeuwig blijft aanslepen. - HN, 08-02-2003

(22)

18

aanspelen

aanspelen

• kleren aanschieten, aantrekken

aansprakelijkheid

aansprakelijkheid ➔ burgerlijk

aantal

aantal

- niet in aantal zijn, het vereiste aantal volksvertegenwoordigers om geldig te stemmen is niet bereikt, het quorum is niet bereikt

Maar de timing die vorige week werd afgesproken - twee dagen

vergaderen en woensdag stemming - is al om zeep omdat de meerderheid niet in aantal was. - BvL, 29-01-2003

aantrek

aantrek (de)

• aantrekkingskracht, aantrekkelijkheid

- aantrek hebben, gewild zijn, in trek zijn, bijval of veel aanloop hebben

Het is niet omdat het establishment weinig in hem ziet, dat hij bij kiezers geen aantrek heeft. - DS, 03-01-2002

aantrekken

aantrekken

- iemand aantrekken, iemand aanhalen, iemand dikwijls (te gast) vragen

aantrok

aantrok ➔ aantrek

aanvaarden

aanvaarden (aanvaardde, aanvaard)

• opnemen van leerlingen of patiënten

aanvaarding

(23)

aanvaarding (de)

• oplevering van een bouwwerk

De verkavelaar heeft enkele kleine gebreken vastgesteld aan de greppels en weigert daardoor de voorlopige aanvaarding van de wegen. - HN, 26-04-2002

aanvatten

aanvatten (vatte aan, aangevat)

• in België veel algemener: aanpakken, beginnen, starten

We hadden geen ronkende naam om op terug te vallen en onze verkopers staken enorm veel tijd in prospectie, een taak die ze na elk project ook weer opnieuw moesten aanvatten. - FET, 07-02-2003

aanvijzen

aanvijzen (vees aan, aangevezen)

• aanschroeven

Na twee of drie operaties zet dokter Hetao het onderstel van de meisjes vast in een zelfontworpen, middeleeuws aandoende stretchmachine met ijzeren gewrichtsstaven en -bouten die dagelijks worden ‘aangevezen’. - LN, 15-05-2001

- goed aangevezen zijn, behoorlijk dronken zijn, flink aangeschoten zijn

aanwerven

aanwerven (wierf aan, aangeworven)

• personeel in dienst nemen, aannemen

Gemeenten kunnen onder ook gunstige voorwaarden werklozen tijdelijk deeltijds aanwerven. - FET, 08-02-2003

- we wensen aan te werven, we zoeken, we vragen

aanwerving

aanwerving (de, -en)

• indienstneming

• werving, het zoeken naar

• sollicitatieprocedure

(24)

aanwervingsdienst

aanwervingsdienst (de)

• personeelsdienst

aanwervingsstop

aanwervingsstop (de)

• vacaturestop, personeelsstop

Er komt een aanwervingsstop in alle NMBS-afdelingen die niet rechtstreeks te maken hebben met de treinexploitatie en de 40.000 werknemers zullen als gevolg van dat voorstel gemiddeld 5 procent harder moeten werken. - DM, 07-02-2003

aanwezigheidslijst, aanwezigheidsregister

aanwezigheidslijst (de, -en), aanwezigheidsregister (het, -s)

• presentielijst

De werkgever moet geen schriftelijk contract kunnen voorleggen aan de inspectiediensten; de inschrijving van het tijdelijke personeel op een aanwezigheidsregister zou volstaan. - DS, 06-02-2003

aanzien

aanzien (aanzag, aanzien)

- iemand/iets aanzien als/voor, iemand/iets beschouwen als, iemand/iets houden

voor [in België vaak zonder de implicatie dat dit onterecht

(25)

19

gebeurt]

De glastekeningen van de Gentse kunstenaar Christoph Fink zorgen voor een speels accent, al kan een onwetende passant ze ook aanzien voor niet-bedoelde graffiti. - HN, 28-01-2003 De leraar Nederlands aan het Koninklijk Lyceum wordt in de stad aanzien als een kenner van het Oilsjters. - LN, 27-02-2003

- ik aanzie het als belangrijk, ik beschouw het als belangrijk

aap

aap

• domoor, ezel

- iemand voor de aap houden, iemand voor de gek houden

Omdat deze zelfgenoegzame burgers zichzelf voor aap houden en dus

‘te kwader trouw’ leven, worden ze door Roquentin voor ‘schoften’

uitgekreten. - DS, 29-06-1999 - de aap uithangen, zich aanstellen

aard

aard

- van aard zijn om, zodanig zijn dat, van dien aard zijn dat

aarde

aarde

- dat brengt/zet geen aarde aan de dijk, dat helpt niets, dat zet geen zoden aan de dijk

Het Franse denken heeft misschien nooit veel aarde aan de dijk gebracht, maar het is altijd aantrekkelijk, sexy en aandoenlijk geweest. - DS, 26-01-2002

Maar ook de inspanningen van die werkgroep zetten weinig aarde aan de dijk als de CVP er niet in slaagt duidelijkheid te scheppen over drie cruciale zaken: het leiderschap, de plaats op de politieke landkaart en de oppositiestrategie. - FET, 09-08-2002

aardig

aardig

(26)

in België ook:

• eigenaardig, vreemd, zonderling

• duizelig, misselijk, onpasselijk, onwel

aardigaard

aardigaard (de)

• zonderling, eigenaardig type

aaszak

aaszak (de, -ken)

• valsspeler

- aaszak doen, vals spelen

abattement

abattement (het, -en)

• vermindering of vrijstelling van belasting, aftrekpost

De vrijstelling is een abattement, wat inhoudt dat eerst de gewone successierechten worden berekend, en dat de betrokkene daarop dan een korting krijgt in functie van zijn graad van verwantschap en leeftijd. - DS, 13-12-2002

abondance

abondance (de)

- abondance gaan/spelen, alleen voor negen slagen gaan bij het whistspel

Als je geen kaarten in de hand hebt, maar je hebt wel aangekondigd dat je abondance gaat, val je door de mand. - DM, 16-10-2000

- abondance op tafel, met open kaarten op tafel

abstractie

abstractie

- abstractie maken van, geen rekening houden met, buiten beschouwing laten - abstractie gemaakt van, onafhankelijk van, afgezien van

accessiet

accessiet (de, -en)

• tweede plaats, tweede prijs, eervolle vermelding in een wedstrijd

(27)

Voor het eerst sinds Portugal '98 staat er nog eens een Belg bij de eerste twee aan het eind van een WK-rallydag. Net als toen staat Freddy Loix op de voorlopige eerste accessiet. - DS, 15-06-2002

In de schaduw van de momenteel onaantastbare Paulissen vochten de gewezen teamgenoten Bart Brentjens en Filip Meirhaeghe een boeiend duel om de eerste accessiet uit. - DS, 29-04-2002

accident

accident (het, -en)

• in België vaak voor: ongeluk, ongeval, incident, probleem

In Lillo spreken ze van het accident, als het over de dood van de waardin

gaat. -

(28)

20

GvA, 27-01-2003

- zonder accidenten, zonder moeilijkheden, zonder problemen

accordeondeur

accordeondeur (de, -en)

• schuifdeur, harmonicadeur

Nog niet bedaard drong hij vervolgens midden in de nacht de woning van Hans C. in de Beukenlaan binnen en vernielde er een kader, tafel, kast en accordeondeur. - LN, 17-09-2002

accordeur

accordeur (de, -s)

• pianostemmer

achter

achter

- achter boodschappen gaan, boodschappen halen - zoeken achter iets/iemand, zoeken naar iets/iemand - verlangen achter iets/iemand, verlangen naar iets/iemand - vragen achter iets/iemand, vragen naar iets/iemand - wachten achter iets/iemand, wachten op iets/iemand

achterduims

achterduims (bn. en bw.)

• stiekem, in het geniep, achterbaks

achtereen

achtereen (bw.)

• achter elkaar

achterhesp

achterhesp (de, -en)

• achterham

(29)

De fotomontage is opgevat als een slagerijfolder en toont het naakte lichaam van xxx uit Playboy, met dat verschil dat er telkens een varkenskop tussen haar schouders prijkt, begeleid door woorden als

‘Vlaamse achterhesp’, ‘witte pens’ en ‘kalfshersenen’. - BvL, 10-02-2001

achterkeuken

achterkeuken (de, -s)

• bijkeuken

Zo is het kelen van een schaap in een achterkeuken of op een binnenkoertje uit den boze. - HN, 08-02-2003

• washok

achternadoen

achternadoen (deed achterna, achternagedaan)

• nadoen, nabootsen

achternoen

achternoen (de, -en)

• (late) middag, namiddag

De voorlopig warmste achternoen van de 21ste eeuw. - HN, 20-06-2000

achterplan

achterplan

- op het achterplan, op de achtergrond

Zij hebben de Volkswagen Caddy - volgend jaar ook aan een

eenvolumeversie toe -, de Seat Inca en de Citroën C15 naar het achterplan verdreven. - LN, 17-01-2003

achterpoortje

achterpoortje (het, -s)

• hiaat of onzorgvuldigheid in een wet of regel waarvan iemand handig gebruik kan maken om die wet of regel te omzeilen

De typisch Belgische mentaliteit met zoeken naar achterpoortjes en

streven naar zoveel mogelijk geld op een zo kort mogelijke tijd is soms

frustrerend. - Dag Allemaal, 28-05-2002

(30)

achterruitontdooiing

achterruitontdooiing (de)

• achterruitverwarming van een auto

Airco, mistlampen, ontwaseming en achterruitontdooiing verbruiken elektriciteit. Dat stuwt de brandstofrekening met ongeveer een vijfde omhoog. - Bizz, 06-10-2000

achterstel

achterstel (de, -len)

• achterstand, achterstallige schuld, achterstallig loon

Gepensioneerden krijgen in dat geval een achterstel, berekend op de tijd dat ze niet meer in actieve dienst zijn. - LN, 26-07-2002

achteruit

achteruit (bn.)

- achteruit zijn met iets, achter zijn met iets, achterstand hebben - achteruit zijn, achterlijk zijn

achteruitstellen

achteruitstellen (stelde achteruit, achteruitgesteld)

- iemand achteruitstellen, iemand

(31)

21

achterstellen

De taken moeten dus zo worden gedefinieerd dat ze niemand achteruitstellen op grond van haar geslacht. - GvA, 25-06-1999

achteruitstelling

achteruitstelling (de, -en)

• achterstelling

acteren

acteren (acteerde, geacteerd)

- iets acteren, iets aantekenen, akte nemen van iets, nota nemen van iets

actief

actief

- iets op zijn actief hebben, iets op zijn naam hebben staan, gepresteerd hebben op een bepaald gebied

Het gerecht is ervan overtuigd dat de boeven niet alleen de streek van Heist-op-den-Berg als werkterrein hadden uitgekozen, maar dat ze ook elders in Vlaanderen diefstallen op hun actief hebben of nog wilden plegen.

- GvA, 03-02-2003

activeren

activeren (activeerde, geactiveerd)

• een gsm aansluiten op het mobiele netwerk

Wie zijn sms-telefoon wil activeren, moet zich abonneren op de dienst

‘weergave oproeper’, die maandelijks 2,50 euro kost. - DM, 30-01-2003

activiteitsjaar

activiteitsjaar (het, -jaren)

• dienstjaar

Dat was duidelijk niet naar de zin van de betrokken werknemers, die

blijkbaar voorgespiegeld hadden gekregen dat deze kapitalen zoals een

(32)

opzegvergoeding belast zouden worden, dus tegen het gemiddelde tarief van het laatste normale activiteitsjaar. - Trends, 15-11-2001

aderspat

aderspat (de)

• spatader

Maar Dylans liedjes zijn als levende wezens: ze worden een jaartje ouder, zijn soms grieperig of verkouden, krijgen last van jicht of aderspat, kortom, ze hebben hun goede en kwade dagen. - DM, 04-10-2000

administratie

administratie (de)

• in België ook: rijksdienst, overheidsdienst, het ambtenarenapparaat - hij is bij de administratie, in rijksdienst, overheidsdienst

Ook de administratie kan zich niet meer legitimeren door te wijzen op de wet en de grondwet. Ze moet zich permanent bewijzen. - Fedra, mei 2002

administratief

administratief (bn.)

• overheids-, rijks-

- in administratieve dienst, in overheidsdienst - administratieve loopbaan, ambtelijke loopbaan

af-

af-

• af- [+ voltooid deelwoord] komen, komen aan- [+ infinitief]

- afgelopen komen, komen aanlopen - afgereden komen, komen aanrijden - afgestapt komen, komen aanstappen - afgewandeld komen, komen aanwandelen

afbetaling

afbetaling

- lening op afbetaling, lening die in termijnen wordt afbetaald

afbieden

afbieden (bood af, afgeboden)

• afdingen, afpingelen

(33)

Omdat hij nog geen Engels kende, kon hij zijn waar niet aanprijzen en evenmin meespelen in het afbieden. - Trends, 06-02-2003

afbollen

afbollen

- het afbollen, weggaan

- bol het af!, ga weg!, scheer je weg!

afboorden

afboorden (boordde af, afgeboord)

• afbiezen

De hoofdactiviteit van het bedrijf bestond uit het afboorden van tapijten.

- GvA, 26-05-1999

En ook al zie je T-shirts met lange mouwen opduiken, charmant blijven

ze toch dankzij de leuke kleuren en de zachte kantjes en broderies die

het geheel

(34)

22

afboorden. - BvL, 10-08-2001

afdanken

afdanken (dankte af, afgedankt)

- personeel afdanken, personeel ontslaan

De Amerikaanse supermarktuitbater Kmart, die sedert bijna een jaar onder een ‘chapter 11’ (gerechtelijk akkoord) werkt, zal tot 326 winkels sluiten en 37.000 werknemers afdanken. - DS, 16-01-2003

afdanking

afdanking (de, -en)

• ontslag

afdankingspremie

afdankingspremie (de, -s)

• afvloeiingspremie, ontslagpremie, afvloeiingsregeling

➔ afscheidspremie

afdelingsoverste

afdelingsoverste (de, -n)

• afdelingschef

Studenten textiel worden bijvoorbeeld ploegoverste, ploegleider,

afdelingsoverste, verantwoordelijke technische uitvoering, arbeidsanalist, vertegenwoordiger of kwaliteitsverantwoordelijke. - Knack, 03-04-2002

afdoen

afdoen

- het gras afdoen, het gras maaien

afdreigen

afdreigen (dreigde af, afgedreigd)

• bedreigen, afpersen, chanteren

(35)

Dat maakt dan ook de kans kleiner dat rechts-nationalistische en

ultrareligieuze partijtjes zijn regering om de haverklap kunnen afdreigen.

- DM, 20-12-2002

affaire

affaire

- er geen affaire(s) mee hebben, er niets mee te maken hebben - met iemand affaire(s) doen, met iemand zaken doen

affairisme

affairisme (het)

• het gebruiken van publieke middelen, van politieke invloed voor privédoeleinden

Meteen leek het op affairisme en daarom werd Agostini voor 48 uur in voorlopige hechtenis genomen, onder verdenking van valsheid in geschrifte en misbruik van vertrouwen. - DM, 31-01-2003

affront

affront (het, -en)

• belediging, vernedering, smaad

Dat wordt in Praag dan weer als een affront aangevoeld. - DM, 01-03-2002 - in affronten vallen, zich schamen

affrontelijk

affrontelijk (bn.)

• beledigend, vernederend, beschamend

affronteren

affronteren (affronteerde, geaffronteerd)

• beledigen, voor het hoofd stoten, krenken

Een allochtoon vragen te integreren is hem provoceren en affronteren, zo menen Fraihi en Jahjah. - Knack, 14-02-2001

afgaan

afgaan (gaat af, afgegaan) in België ook:

• verbleken, verschieten van kleuren

(36)

• afgeven van verf

• leeglopen van opgeblazen voorwerpen

afgang

afgang (de)

• in België ook: diarree, buikloop

- de(n) afgang hebben, buikloop hebben

afgeborsteld

afgeborsteld (bn. en bw.)

• feestelijk aangekleed, op zijn paasbest

De beau monde van Groot-Brittannië hield dan ook aan de goede traditie, en verscheen gisteren afgeborsteld en opgedirkt op deze jaarlijkse vierdaagse van paardenraces en bijhorende weddenschappen. - LN, 19-06-2002

afgevaardigd

afgevaardigd

➔ beheerder, bestuurder

afgevaardigde

afgevaardigde (de, -n)

• vertegenwoordiger: commercieel afgevaardigde

afgiftekantoor

afgiftekantoor (het)

• kantoor waar grote hoeveelheden

(37)

23

brieven en drukwerk afgegeven kunnen worden om ze te versturen

afhangen, afhankelijkheden

afhangen, afhankelijkheden (mv.)

- huis/gebouw met afhangen/afhankelijkheden, huis/gebouw met toebehoren, bijgebouwen

Uit diverse charters blijkt dat in Lebbeke al een volwaardige kerk bestond voor de invallen van de Noormannen in de 9de eeuw en dat de kerk én het domein met de bijhorende afhankelijkheden in bezit waren van de Gentse Sint-Baafsabdij. - HN, 25-01-2003

afhouden

afhouden

- niet afhouden (van), niet ophouden met iemand lastig te vallen, aandringen

afhouding

afhouding (de, -en)

• inhouding op het salaris

Ofwel belasten de lidstaten even zwaar door middel van een afhouding of voorheffing, wat de spaarfiscaliteit volledig zou harmoniseren. - Trends, 06-02-2003

afklappen

afklappen (klapte af, afgeklapt)

- iemand iets afklappen, iemand iets uit het hoofd praten

afkomen

afkomen (kwam af, afgekomen)

• aankomen, dichterbij komen

- iemand horen/voelen/zien afkomen, iemands bedoeling snappen - met iets afkomen, met iets aan komen zetten

- kom maar af! [bij een vechtpartij], kom maar op als je durft!

• langskomen, op bezoek komen, overkomen

Op een dag kreeg ik telefoon van xxx (een bekend

flamingant-briefschrijver, red.). Ik kende hem uit de lezersrubriek van 't

(38)

Pallieterke. Of hij eens mocht afkomen? Een paar dagen later komt hij hier binnen. - Knack, 13-11-2002

- kom maar eens af, kom maar eens langs, loop maar eens aan - er is familie afgekomen, er is familie overgekomen

afkorten

afkorten (kortte af, afgekort)

• in België ook: een schuld afbetalen

In ruil voor afkorten van schuldenlasten bij de Wereldbank worden arme landen, met de Wereldhandelsorganisatie WTO als breekijzer, ‘verleid’

tot het openbreken van hun markten in functie van de belangen van multinationale ondernemingen. - DS, 29-01-2003

- een lening afkorten, afbetalen

- al wat hij zegt/doet enz. kort niks af, al wat hij zegt/doet enz. helpt niks, dient nergens voor

afkorting

afkorting (de, -en) in België ook:

• afbetaling, aflossing

• termijn

- iets op afkorting kopen/betalen, iets op afbetaling kopen, iets in termijnen betalen

- betaalbaar in drie maandelijkse afkortingen, betaalbaar in drie maandelijkse termijnen

afkuisen

afkuisen (kuiste af, afgekuist)

• afvegen, schoonmaken

Dit principe helpt u stil te staan bij elke aankoop. Heb ik dit wel echt nodig?

Wil ik dit wel opruimen, repareren, afkuisen, verplaatsen? - LN, 30-11-2000

➔ schup

aflaten

aflaten

- een fietsband aflaten, een fietsband laten leeglopen

afleveren

(39)

afleveren (leverde af, afgeleverd)

• documenten afgeven, uitreiken - een diploma afleveren, uitreiken

De belangrijkste Amerikaanse instellingen die een MBA-diploma afleveren, hebben al aangekondigd meer aandacht te gaan besteden aan de basisprincipes van het zakendoen. - Metro, 03-02-2003

- een bevel tot arrestatie afleveren, een bevel tot arrestatie uitvaardigen

aflevering

aflevering (de, -en)

(40)

24

• in België ook: feest dat om de twee, drie enz. jaar plaatsvindt

aflijnen

aflijnen (lijnde af, afgelijnd)

• iets duidelijk aftekenen, afbakenen, afgrenzen, begrenzen

Die zal, 6,5 meter hoog, langs de dorpskernen van Kruibeke en Bazel tot in Rupelmonde lopen en het ‘gecontroleerd overstromingsgebied’ aflijnen.

- DM, 30-01-2003

aflossing, aflossingskoers, aflossingswedstrijd

aflossing (de, -en), aflossingskoers (de, -en), aflossingswedstrijd (de, -en)

• wedstrijd waarbij renners of atleten elkaar aflossen, bijvoorbeeld koppelwedstrijd en estafetteloop

De stad Halle rondde zaterdag de zeventiende deelneming aan de Vlaamse zwemweek af met een ludieke aflossingswedstrijd in het instructiebad in Lembeek waarbij een ploeg schepenen en een ploeg van de Halse sportraad in zwembroek op de startblokken verschenen. - HN, 27-11-2001

afluizen

afluizen (luisde af, afgeluisd)

- iemand iets afluizen, aftroggelen

Ze klaagde dan dat ze geen geld had om van te leven. Door lang te zeuren kon ze de slachtoffers geld afluizen. - HN, 15-01-2001

afnemen

afnemen

- geld afnemen, geld opnemen

afnijpen

afnijpen

• afdingen, afpingelen

- op de prijs afnijpen, op de prijs afdingen

(41)

afpellen

afpellen (pelde af, afgepeld)

• afbladderen: de verf pelt af

• vervellen, loslaten van de huid: mijn huid pelt af

afpitsen

afpitsen (pitste af, afgepitst)

• afhouden, inhouden op loon enz.

• beknibbelen op, afdingen, afpingelen

• afknijpen, afpeuteren

De Zwijnaardenaar wil enkele minuten van zijn besttijd (2.13.24) afpitsen, maar had de jongste weken te kampen met rugpijn. - LN, 19-04-2002

afrekenen

afrekenen

• een einde maken aan, afhandelen

De zanger moet echter afrekenen met het protest van allerlei fatsoensrakkers, wat uiteraard een prima gelegenheid is om een televisiereportage te maken over het nieuwe ‘fenomeen’, enzovoort. - DM, 16-08-2002

- met pijn/moeilijkheden enz. af te rekenen hebben, met pijn/moeilijkheden enz.

te kampen hebben

afrijden

afrijden

- het gras afrijden, het gras maaien

Het gras afrijden, gebeurt met de glimlach en geen enkele inspanning is te veel als het om hun tuintje gaat. - LN, 28-08-2002

- komen afrijden, aan komen rijden

afrotsen

afrotsen (rotste af, afgerotst)

• bereizen, aflopen, afrijden

(42)

Hij leidt een groepje leden en oud-leden, die in heel België nagenoeg alle grote concerten en muziekfestivals afrotsen, om het de zangers en vedetten naar de zin te maken. - HN, 21-11-2002

- een streek afrotsen, een streek aflopen, afrijden, doorkruisen

afschaffen

afschaffen

• door onvoorziene omstandigheden (laten) vervallen, uitvallen van een trein

Het afschaffen van die treinen heeft geen gevolgen voor het personeel bij de NMBS maar wel bij het privé-bedrijf Wagons-Lits, dat voor de dienstverlening aan boord zorgt (restauratiewagen en cabine-personeel).

- DM, 07-02-2003

afscheidspremie

afscheidspremie (de, -s)

• afvloeiingspremie, ontslagpremie, afvloeiingsregeling

De verwachting is dat zijn ontslag Vivendi een forse afscheidspremie kan

kosten. - DS, 03-02-2003

(43)

25

➔ afdankingspremie

afschieten

afschieten

- een vuurwerk afschieten, een vuurwerk afsteken

Tenslotte vermeldt de politie ook nog dat zelf vuurwerk afschieten op de openbare weg ten strengste is verboden. - LN, 31-12-2002

➔ gaai, hoofdvogel

afschrift

afschrift

➔ gelijkvormig

afschrijven

afschrijven (schreef af, afgeschreven)

• bedrieglijk overschrijven van een ander of uit een boek, plagiëren

• spieken

- meester, hij schrijft af! meester, hij spiekt!

afslaan

afslaan

- iemand afslaan, iemand aftuigen, neerslaan, bewusteloos slaan

afslag

afslag (de)

• korting, reductie - met afslag, met korting - afslag krijgen, korting krijgen

Zelfs in winkels met zogenaamd ‘vaste’ en aangeduide prijzen, kan je bij grootaankoop toch afslag krijgen. - FET, 26-07-1997

- in afslag zijn, in de reclame zijn

afspannen

(44)

afspannen (spande af, afgespannen)

• door touw of draad afsluiten, afsluiten, afzetten

In de hal van het gemeentehuis worden affiches met ‘Verboden toegang’

uitgedeeld en roodwitte linten afgemeten. De boeren moeten daarmee hun erf afspannen. - DS, 23-03-2001

afspanning

afspanning (de, -en)

• herberg met stalling

Vlaming Yves Vanderlinden verbouwde een oude afspanning op een rustige en groene plaats in de Ardennen tot restaurant-hotel L'Affenage.

- Knack, 19-12-2001

• landelijk restaurant

afstand

afstand

- iemand op afstand houden, iemand op een afstand houden

Torhout reageerde gepast in de tweede set maar moest lang strijden om de thuisploeg definitief op afstand te houden. - DS, 10-02-2003

- iemand op afstand zetten, op iemand een voorsprong halen - vanop (een) afstand, van een afstand, op een afstand

afstappen

afstappen (stapte af, afgestapt)

• uitstappen uit een openbaar vervoermiddel - het afstappen, weggaan, opstappen

- ter plaatse/plekke afstappen, zich ter plaatse begeven, plaatsopneming verrichten

Het parket van Brussel liet een verkeersdeskundige ter plekke afstappen.

- LN, 30-01-2003

afstrijden

afstrijden

- iets afstrijden, in een woordenstrijd ontkennen, loochenen, in discussie betwisten

(45)

Terwijl alle collega's al snel door de knieën gingen, bleef de eigenwijze Virenque koppig elk dopinggebruik afstrijden. - DS, 04-11-2000

afstropen

afstropen (stroopte af, afgestroopt)

- iemand (het vel) afstropen, iemand afzetten, iemand te veel laten betalen - je kunt een kei het vel niet afstropen, wie niets heeft, kan ook niet betalen

Omdat je geen kei het vel kan afstropen: de man heeft meestal ook weinig geld of leeft van het bestaansminimum. - GvA, 14-01-2003

aftasten

aftasten (taste af, afgetast)

- iemand aftasten, iemand fouilleren

aftekenen

aftekenen (tekende af, afgetekend)

• een rekening voor voldaan tekenen, kwiteren

U kan natuurlijk de waarborg cash

(46)

26

betalen, een ontvangstbewijs laten aftekenen en later het geld cash terugvragen na afloop van het contract. - FET, 13-10-2001

aftrappen

aftrappen (trapte af, afgetrapt)

- het aftrappen, ervandoor gaan, weggaan

Maar als je in een kabinet zit, moet je trouw zijn aan de

regeringsbeslissingen. En als je niet akkoord gaat, moet je het aftrappen.

- DS, 26-01-2002 - trap het af!, hoepel op!

aftrekken

aftrekken (trok af, afgetrokken)

- een fles aftrekken, een fles opentrekken, ontkurken - het bed aftrekken, het bed afhalen

- zijn broek aftrekken, zijn broek uittrekken, afstrijken - wijn/bier aftrekken, wijn, bier bottelen

- bloed aftrekken, bloed aftappen, bloed afnemen

aftrekker

aftrekker (de, -s)

• vloertrekker, trekker

Vroeger moest hier inderdaad het bloed met de aftrekker naar buiten geveegd worden, door de vele vechtpartijen tussen de vaak dronken zeelui. - DM, 11-02-1999 Ik heb zowat alles geprobeerd, maar niets gaat boven de beproefde combinatie van een Blankin-dweil en een lekker ouderwetse rubberen zwabber (aftrekker). - DS, 22-06-2001

• flesopener

aftroeven

aftroeven (troefde af, afgetroefd)

• in België ook: fysiek afranselen

De buren vreesden dat Hughes zijn vrouw wou aftroeven en belden de

politie. - DS, 13-11-2001

(47)

aftruggelen

aftruggelen (truggelde af, afgetruggeld)

• aftroggelen

Gisteren ook bij de broer van Jeanneke op bezoek geweest, om nog te vernemen wat ze zich mij wisten te herinneren over een oud vrouwtje dat zich door mijn helden De Vis haar erfenis liet aftruggelen. - DS, 04-02-1999

• chanteren

aftruggelaar

aftruggelaar (de, -s)

• aftroggelaar

• chanteur

afvaardigen

afvaardigen ➔ beheerder, bestuurder

afvalling, afvallingskoers, afvallingsrace

afvalling (de, -en), afvallingskoers (de, -en), afvallingsrace (de, -s)

• afvalrace, afvalwedstrijd

Eerst beginnen de overblijvende kandidaten aan de laatste etappe van de afvallingsrace. - DM, 16-12-2002

afvegen

afvegen

- het bord afvegen, het bord schoonvegen, uitvegen

afvijzen

afvijzen (vees af, afgevezen)

• afschroeven

Hun inbraakpoging beperkte zich tot het afvijzen van het rozet van het slot. - HN, 22-11-2002

afwachting

afwachting

(48)

- in afwachting dat, tot, in afwachting van

- we blijven thuis in afwachting dat het mooier weer wordt, we blijven thuis tot het mooier weer wordt, in afwachting van mooier weer

De burgemeester beschouwt dit als een voorlopige oplossing in afwachting dat de politiezone zelf opnieuw beschikt over voldoende agenten. - FET, 11-02-2003

afwassen

afwassen

- afgewassen jeans, gebleekte jeans

afzagen

afzagen

- iemand zijn oren afzagen, iemand de oren van zijn kop afzagen, zeuren, iemand vervelen door aanhoudend gezeur

➔ zagen

afzien

afzien

- een museum/tentoonstelling/stad enz.

(49)

27

afzien, bezoeken, bezichtigen, bekijken

- iemand afzien, stiekem kijken naar wat iemand aan het doen is

agglomeratie

agglomeratie (de, -s)

• in België ook: bebouwde kom

agglomeratieraad

agglomeratieraad (de)

• <bnl.> overkoepelende raad van de 19 gemeenten van de Brusselse agglomeratie

De Volksunie heeft een wetsvoorstel ingediend om over te gaan tot de vernietiging van de verkiezingen van 21 november voor de

agglomeratieraad van de Brusselse agglomeratie en het uitschrijven van nieuwe verkiezingen. - DS, 30-11-1999

aggregaat, aggregatie

aggregaat (het), aggregatie (de)

• <bnl.> bevoegdheid tot het geven van middelbaar en hoger onderwijs

• <bnl.> studie als voorbereiding op die bevoegdheid

De prijs van het aggregaat verlagen zal het verschil niet maken. Enkele duizenden franken inschrijvingsgeld, daar laat niemand zich vandaag door tegenhouden. - DM, 16-05-2001

De minister herhaalt dat ze meer nadruk wil leggen op ervaring opdoen:

langere en meer zelfstandige stages dus. De universiteitsstudenten zullen die nadruk merken in hun aggregatie. - DS, 05-11-2001

➔ geaggregeerde

airhostess

airhostess (de, -en)

• stewardess bij de luchtvaart

Sommigen zeggen wel dat je een airhostess kunt recycleren tot winkeljuffrouw, maar dat is niet hetzelfde. - DS, 05-02-2002

ajuin

(50)

ajuin (de, -en)

• ui

De man sneed de ajuin in stukjes. - DS, 29-03-2002

• <fig.> stommeling, flauwerik

ajusteur

ajusteur (de, -s)

• bankwerker

akkoord

akkoord

- akkoord zijn met, akkoord gaan met, het eens zijn met

- ik ben ermee ('t) akkoord, ik ga ermee akkoord, ik ben het ermee eens - het akkoord krijgen van iemand, iemands fiat, instemming of toestemming

krijgen

Euphony België moest eerst het akkoord krijgen van de partners in Duitsland en Frankrijk. - HN, 21-12-2002

- in akkoord met, in overleg met, met instemming van

al

al

- hoop en al, ten hoogste, op zijn hoogst, niet meer dan

alaam

alaam (het)

• gereedschap

Maar hoe een boerderij precies functioneert, met welk alaam de boeren werken, hoe de dieren gekweekt en verzorgd worden, wat er gezaaid en geoogst wordt, noem maar op, een stadsmens weet daar niets meer van.

- DS, 18-07-2001

• stuk gereedschap, materiaal

Na afloop van de opnamen loop ik met Jan Verheyen mee naar een kaal

kamertje waar wij, zonder spots, zonder bandje en zonder tv-kok, en met

als enig alaam een krakkemikkig bandrecordertje, het volgende gesprek

opnemen. - Humo, 12-08-2002

(51)

alarmbelprocedure

alarmbelprocedure (de)

• <bnl.> grondwettelijke procedure om ideologische of taalkundige minderheden te beschermen [als drie vierden van de leden van een taalgroep meent dat een bepaalde wetgevende maatregel de betrekkingen tussen de

taalgemeenschappen in gevaar brengt, wordt de behandeling geschorst en wordt de ministerraad om een advies gevraagd]

Nabholz lijkt ook te vergeten dat de taalwetgeving, die alleen met een

(52)

28

bijzondere meerderheid kan worden gewijzigd, een federale bevoegdheid is gebleven. Het minderhedenvraagstuk hoort dus op het federale niveau thuis, en op dat niveau [...] kunnen noch de Vlamingen, noch de

Franstaligen als een minderheid worden beschouwd. Dat is juist de essentie van het hele Belgische grondwettelijke bouwpakket, met zijn bijzondere wetten, met de alarmbelprocedure, de paritair samengestelde regering enzovoort. - Knack, 11-09-2002

• procedure die bij bepaalde gebeurtenissen of moeilijkheden moet worden gevolgd

De sancties hebben geleid tot een amendering van het Europees Verdrag.

Een alarmbelprocedure tegen Europese lidstaten die grondrechten en democratische waarden met voeten treden, werd opgenomen in het Verdrag van Nice. - DM, 12-07-2001

alcoholieker

alcoholieker (de, -s)

• alcoholist

De grens tussen ‘een leuke shopping-namiddag’ en ‘de dwingende behoefte om vanalles te gaan kopen’ is even smal als die tussen ‘wel een glaasje lusten’ en alcoholieker zijn. - LN, 20-10-2001

alcolieker

alcolieker (de, -s)

• alcoholist

alcool

alcool (de)

• alcohol

algelijk

algelijk (bw.)

• toch, niettemin

algemeen

algemeen ➔ bestuurder, voeding

(53)

algemeenheid

algemeenheid

- bij/met algemeenheid van stemmen, eenparig, met eenparigheid van stemmen

Met algemeenheid van stemmen en een uitbundig applaus keurden beide kamers van de Opperste Sovjet vrijdag in Moskou de nieuwe grondwet van de Sovjet-Unie goed. - DS, 09-10-2002

allee

allee (de)

• in België ook: overloop, ruimte bovenaan een trap

allee

allee (tussenwerpsel)

• kom nou!

- allee, is het écht waar?, kom nou

Of Beysens standpunt door veel partijgenoten gedeeld werd? Natuurlijk zeg ik dan dat hij een einzelgänger is. (opgewonden) Allee, had ik moeten zeggen dat het fiftyfifty was? - DM, 25-01-2003

• ik bedoel

Nog twee keer slapen en we zijn er. Allee, slapen, zaterdag moeten we om 4u30 vertrekken. En ik zie al zo af. - LN, 17-01-2003

Albert raast door over hoe goed zijn poulain accordeon kon spelen op haar tiende, ‘dat liedje van... hoe heet hij weer?, nee niet Tino Rossi, allee, dat Argentijnse...’ - maar Isabelle luistert even niet. - DM, 16-11-2002 - allee, rood-wit, hup rood-wit

alleenbouw

alleenbouw (de)

• vrijstaande woning

Het gaat om 22 loten voor koppelwoningen, de overige voor alleenbouw.

- HN, 08-01-2001

alleenverdeler

alleenverdeler (de, -s)

• officieel dealer, alleenverkoper, importeur

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zoals voorspeld vertoonden kinderen blootgesteld aan een eenmalig trauma meer PTSS symptomen en trauma gerelateerde problemen, terwijl kinderen chronisch blootgesteld aan

Ik geloof niet dat deze aspecten universeel zijn: in verschillende talen kunnen verschillende uitdrukkingsmiddelen benut worden, restricties in de ene taal gelden niet of zijn van

Door zich met politiek in te laten leert het individu zich te gedragen als burger, iemand met verantwoordelijkheidsbesef die niet louter meer denkt aan eigen gewin, maar oog heeft

Pietje uitte droeve klachten, Daar zijn makkers vrolijk lachten..

a Misvatting: Bij borstvoeding is het gangbare advies dat kinderen in de eerste 3 maanden extra vitamine K en D krijgen... Voor wat betreft het geven van

De kinderen behalen minimaal een B-score op de Cito-toets M1 voor het onderdeel fonemisch bewustzijn.. Doelstelling periode 3 - Herkent eindrijm Doelstelling periode 4 - Herkent

Aan weerszijden van de hekstijlen zijn zijstukken aangebracht, bestaande uit spijlenvakken die worden omlijst door in sierlijke lijnen uitgevoerd en van ornament voorzien

Doch de Ridderschap, uitmakende het tweede Lid, was van een tegenstrijdig gevoelen, zij zochten hunne zwarigheden tegen de echtheid der bewijzen van den adeldom van v a n B o r s s e