• No results found

NodO+ – Taalcoaching voor beroepsopleidingen met laagtaalvaardige cursisten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "NodO+ – Taalcoaching voor beroepsopleidingen met laagtaalvaardige cursisten"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Referenties

Andringa, S., N. Olsthoorn, C. van Beuningen, R. Schoonen & J. Hulstijn (2012).

“Determinants of Success in Native and Non-Native Listening Comprehension:

An Individual Differences Approach”. In: Language Learning, 62 (2), p. 49-78.

Buck, G. (2001). Assessing Listening. Cambridge: Cambridge University Press.

Ericsson, K.A. & H.A. Simon (1998). “How to Study Thinking in Everyday Life:

Contrasting Think-Aloud Protocols With Descriptions and Explanations of Thinking”. In: Mind, Culture, and Activity, 5 (3), p. 178-186.

Heuvelman, A. & K. Schreuder (1994). “Luisteren met open ogen. Factoren in de ver- werking van audiovisuele informatie”. In: Tijdschrift voor Taalbeheersing, 16, p. 32- 45.

Krikke, M., H. van den Bergh & P.J. Slagter (1991). “Videotoetsen nader bekeken”.

In: Levende Talen, 78 (465), p. 473-476.

Vandergrift, L. (2007). “Recent developments in second and foreign language listen- ing comprehension research”. In: Language Teaching, 40 (3), p. 191-210.

Vermunt, J., J. Lodewijks & P. Simons (1986). “Hardop-denken als onderzoeksme- thode naar regulatieprocessen bij tekstbestudering”. In: Tijdschrift voor Onderwijsresearch, 11 (4), p. 187-202.

Wagner, E. (2014). ‘Assessing listening’. In: A.J. Kunnan (red.). The Companion to Language Assessment. Oxford, UK: Wiley-Blackwell, p. 47-63.

Ronde 7

Betty Mommen (a) & Krista Claesen (b) (a) VDAB

(b) Atheneum Hoboken

Contact: betty.mommen@telenet.be krista.claesen@vdab.be

NodO+ – Taalcoaching voor beroepsopleidingen met laag- taalvaardige cursisten

1. Inleiding

Vakopleidingen krijgen steeds meer te kampen met laagtaalvaardige cursisten, voor wie een theoretische opleiding een grote hindernis is. Voor de meeste cursisten is een lange

4

(2)

theoretische opleiding een nieuw en ongewoon ritme van lange, zware dagen van luis- teren, lezen en studeren. Het vergt veel van hun concentratie en ze weten amper waar te beginnen in de dikke stapel cursussen.

2. Meer werkzoekenden met taalachterstand

VDAB, de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, kreeg van de overheid de opdracht om werkzoekenden uit kansengroepen zicht op werk te bie- den: ze zijn kortgeschoold, pas van school af, allochtoon, arbeidsgehandicapt of 50+1. Naast sollicitatietraining en vacaturebegeleiding maakt opleiding vaak deel uit van het traject naar werk. Voor anderstaligen zijn er beroepsgerichte NT2-cursussen voor o.a.

‘arbeider’, ‘verkoop’, ‘administratief bediende’, ‘verzorging’ en ‘ondernemer’. Ze berei- den de cursist voor op een beroepsopleiding in huis (in de horeca, de bouw, de schoon- maak, de logistiek, enz.) of bij een partner. Ook werkzoekenden met een taalachter- stand komen in vakopleidingen terecht, maar ze hebben het daar vaak moeilijk. Om hen op te vangen, bestaat binnen VDAB al tien jaar Nederlands op de Opleidingsvloer (NodO), maar ook externe organisaties komen bij VDAB aankloppen voor taal- en leerondersteuning, want omgaan met deze doelgroep vraagt om een specifieke aanpak.

3. Van NodO naar NodO+ en taalgericht vakonderwijs

Hoewel de term ‘taalgericht vakonderwijs’ nog niet ingeburgerd is binnen VDAB, beschrijft hij perfect wat NodO wil bereiken: een professioneel vakonderwijs zonder taaldrempels. Omdat de werkwijze van onze vijftig Vlaamse NT2-lesgevers met een NodO-taak in de afgelopen tien jaar soms sterk uiteenliep en zich bijna uitsluitend op de anderstalige cursist richtte, werd in 2011 de Toolbox NodO+ ontwikkeld. Die spitst zich toe op de cursist en heel zijn talige omgeving: in de eerste plaats op de vakdocent, maar ook op de klantenconsulent, de administratieve kracht en de Nederlandstalige medecursist.

De NodO-docent en de vakdocent bepalen samen de groeipunten van de cursist, even- als de aanpak. Anders dan vroeger gaat de NodO-lesgever dus veel meer deel uitmaken van het team en ontstaat er een nieuwe synergie. De NodO-lesgever komt nu voortdu- rend op de opleidingsvloer, waar hij reële communicatiemomenten (‘instructies’, ‘eva- luaties’, enz.) aangrijpt als leermoment voor de cursist. De acties in de toolbox zoeken zo weinig mogelijk hun toevlucht in simulaties, en maken van de vakles het werkter- rein.

De cursist krijgt veel meer dan vroeger strategieën aangereikt om, ook op de momen- ten dat de NodO-lesgever er niet is, zelfredzaam te zijn. Bovendien wordt de cursist

(3)

voortdurend gestimuleerd om zelf aan zijn Nederlands te werken.

Deze aanpak is een stuk duurzamer dan de ad hoc-begeleiding van vroeger en zal de cursist ook op de werkvloer ten goede komen. Ook de vakdocent krijgt al doende instrumenten en tips van de NodO-lesgever, zodat hij gaandeweg een aantal vaardighe- den verwerft die hij ook kan inzetten op momenten dat de NodO-lesgever niet in de buurt is.

4. Van knelpunten naar doelen

Een vakdocent kan kampen met herkenbare problemen: cursisten stellen geen vragen, doen nauwelijks hun mond open, geven niet aan dat ze informatie niet begrijpen, ken- nen de juiste vaktermen niet, enz. De cursisten zelf halen meestal aan dat ze de hoe- veelheid informatie niet verwerkt krijgen, dat ze weinig spreekkansen krijgen, dat de lessen heel snel gaan en dat ze de schriftelijke cursussen niet begrijpen. Op het eerste zicht lijkt het water diep, maar een taalgerichte didactiek kan een brug slaan tussen beide partijen.

De Toolbox NodO+ is opgebouwd rond 16 universele doelen die in elke beroeps- opleiding cruciaal zijn. Elk van die doe- len wordt telkens van 2 kanten bena- derd: enerzijds van de kant van de laag- taalvaardige cursist die instructies moet begrijpen, vaktermen moet leren gebrui- ken of gerichte vragen moet stellen;

anderzijds van de kant van de vakdocent, die instructies moet geven, de vaktermen moet uitleggen of vragen stellen moge- lijk moet maken.

De 16 doelen keren terug in alle instrumenten van de toolbox. Voor de cursist is een eenvoudig en visueel groeiplan ontworpen, met 1 groeiladder voor elk van de 16 doe- len. Zo krijgt de cursist zicht op de taaldoelen die hij in de opleiding nodig heeft. De toolbox leert hem ook omgaan met zelfevaluatie en met het stellen van leerprioriteiten, want op zijn ladders geeft hij zijn vooruitgang aan. De vakdocent en de NodO-lesge- ver helpen hem daarbij. Als de cursist eraan toe is, kiezen ze nieuwe groeipunten.

4

(4)

In het taalplan worden de 16 doelen benaderd vanuit de taalgerichte vakles. De vak- docent kan daarin voor zichzelf aanduiden hoe taalgericht zijn lessen al zijn en welke taaldrempels hij nog kan wegnemen.

5. NodO+ in de praktijk: acties met cursist en docent

De toolbox bevat 16 scenario’s met concrete acties om tijdens de vaklessen aan de doe- len te werken, zowel met de cursist als met de vakdocent. Elk scenario bestaat uit 3 lui- ken. Eerst wordt de beginsituatie verkend door observatie of door een gesprekje om na te gaan hoe cursist en docent omgaan met een bepaald knelpunt. Vervolgens wordt uit het scenario een gepaste actie op de werkvloer gekozen en uitgevoerd. Ten slotte wordt deze actie geëvalueerd door ze te bespreken met cursist en docent.

De toolbox is inzetbaar in alle vakopleidingen die werk willen maken van taalgericht vakonderwijs, los van het taalniveau of van de inhoud van de opleiding. De gemiddel- de NodO-lesgever pendelt tussen verschillende groepen en is twee halve dagen per week aanwezig in een en dezelfde vakles. De meeste beroepsopleidingen zijn heel prak- tijkgericht en voor de NodO-lesgever gemakkelijk toegankelijk. Er is tijd en ruimte voor taalondersteuning zonder dat het lesverloop wordt gehinderd, omdat cursisten vaak lange tijd bezig zijn met het uitvoeren van een oefening, zoals het bouwen van een muurtje of het zagen van planken.

Krista, NodO+-expert van VDAB, heeft, over een periode van 12 weken in het najaar van 2015, taalcoach Betty ondersteund bij de opstart van geïntegreerd taalonderwijs

(5)

in het vijfde jaar van de beroepsopleiding ‘Voeding en Verzorging’ in het Atheneum van Hoboken. Ze werkten samen met vakdocent Pascale die de lessen ‘Verzorging’ gaf.

Zij kreeg aanvankelijk voornamelijk ondersteuning om meer interactie te creëren bij haar leerlingen, zodat Betty tijdens de lessen ‘Verzorging’ ruimte had om de taalhan- delingen van de leerlingen te observeren en hierop in te spelen. Op die manier kon Betty dan samen met Pascale de volgende lessen aanpassen aan de noden en het niveau van de leerlingen. Concreet pasten we de opzet en einddoelen van de lessen aan aan de mogelijkheden en problemen van sommige laagtaalvaardige leerlingen – andersta- lig én Nederlandstalig – en bouwden we taalsteun in die hen hielp om de leerstof beter te begrijpen en te onthouden. Met behulp van het taalplan en het taaltool gaven we Pascale tips om bijvoorbeeld haar taalgebruik, een lange uitleg of de instructies die bij oefeningen hoorden af te stemmen op het taalniveau van haar leerlingen. Na afloop van de ondersteuning van VDAB heeft Betty met Pascale verder aan de voorbereiding van lessen gewerkt en Pascale heeft delen van de cursus aangepast met de feedback van Betty. Zodra de rol van de taalcoach binnen het Atheneum Hoboken vorm kreeg voor alle medewerkers – door duiding op vakwerkgroepen en door mond-aan-mond-recla- me – heeft Betty ook van andere vakdocenten de vraag gekregen om hen te ondersteu- nen, tijdens de les, met lesvoorbereidingen en bij het aanpassen van cursusmateriaal.

Dit is een schoolvoorbeeld van hoe NodO+ klein begint en zich gaandeweg als een olievlek verspreidt binnen een organisatie.

Referenties

Boeken

Bolle, T. & I. van Meelis (2014). Taalbewust beroepsonderwijs. Vijf vuistregels voor effec- tieve didactiek. Bussum: Coutinho.

Hajer, M. & T. Meestringa (2009). Handboek taalgericht vakonderwijs. Bussum:

Coutinho.

Websites

• Website Klare Taal Rendeert (www.klaretaalrendeert.be)

Website van het Huis van het Nederlands die aandacht besteedt aan taalbeleid binnen organisaties met anderstalige en laagtaalvaardige werknemers. Op de site vind je veel

4

(6)

praktische tips en voorbeelden, maar bijvoorbeeld ook een sjabloon van een lesvoor- bereiding met taal- en vakdoelen. Vakdocenten gaan zo actief nadenken over talige moeilijkheden door taaldoelen te formuleren voor hun les. Voorbeeldmateriaal van deze website mag gedownload, maar ook geüpload worden.

• Website Taalgericht vakonderwijs (www.taalgerichtvakonderwijs.nl)

Taalgericht vakonderwijs draait rond 3 pijlers: ‘context’, ‘interactie’ en ‘taalsteun’. Op de website vind je onder andere een kijkwijzer taalgericht vakonderwijs: test hoe taal- gericht je zelf lesgeeft. Op deze kijkwijzer is het taalplan van de NodO-toolbox geba- seerd.

Noten

1 Statistische gegevens kunnen geraadpleegd worden op www.vdab.be/trends/ontcij- fert/.

Ronde 8

Freerk Teunissen

School voor Schrijftraining, Hilversum Contact: freerk@schoolvoorschrijftraining.nl

Spellingles nieuwe stijl. Waarom stagneert spellingles?

(En is daar iets aan te doen?)

1. Inleiding

In het gezin waarin ik opgroeide was er één gezinslid dat het leven niet zo goed aan- kon. Wegduiken tussen de jassen in de garderobe bij een bruiloft. Lijsten maken van alle hitnoteringen van de Beatles. Woorden waren er niet voor. Toen niet.

Wel voor een van de symptomen. Later. Schuimbekkend op het perron naast een trein.

Afgevoerd met een ambulance. Bulten, builen, blauwe plekken. Epilepsie.

Er waren raadgevers. Ooms, tantes, ouders, vrienden, buren, leerkrachten met advies.

Maar ondanks alle raad ging het gezinslid een tweede keer onderuit. Een derde keer.

Een vierde keer. Wij hadden geen van allen een antwoord. Geen woorden. Collectief falen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Als de formatie niet meer helemaal gespeeld zou worden over de band zal de Tweede Kamer niet alleen transparanter te werk gaan, maar ook meer verantwoordelijkheid krijgen en

De macro-economische omstandigheden zijn langere tijd ongunstig geweest voor de bouwsector, vooral in Europa.. Ook in olie-exporterende landen zijn de omstandigheden nog

Voor veel bijenonderzoekers is duidelijk dat deze sterfte niet door de nieuwe groep van bestrij- dingsmiddelen werd veroorzaakt, maar door virussen die worden overgebracht

Goof Rijndorp van Bras Fijnaart, sinds februari 2021 aangesloten bij idverde: ‘Er zijn in vijf jaar tijd circa zestig O2-velden aangelegd.. Veertien per jaar is niet slecht, maar

De onderneming waarvoor de commissaris werkzaam is, hoeft namelijk geen loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen meer af te dragen en geen inkomensafhankelijke bijdrage

Er werd aangetoond dat de Argusvlin- der in het warmere microklimaat van de Kempen meer zou moeten investeren in een derde generatie, terwijl in de koe- lere Polders nakomelingen

STUDIE 2: DE WETTELIJKE SCHULDREGELING In de tweede studie is er vergeleken of in Amsterdam het aantal mensen dat, gedurende de wettelijke schuldsanering (Wsnp), vanwege