Stage als student-assistent bij het departement
Internationale Betrekkingen en Internationale
Organisaties
Ontwikkelen van een nieuw vak voor bachelorstudenten:
Aid, Trade and Beyond
Rinus Poort S2143844 Mastertrack International Security Departement Internationale Betrekkingen en Internationale Organisaties Faculteit Letteren Rijksuniversiteit Groningen Stagegever: Dhr. M.R. Doortmont Stagebegeleider: Dhr. B.L. Aardema 31 augustus 2020
2
Inhoudsopgave 2
Inleiding 3
1. In aanloop naar de stage 4
1.1 Het zoeken en het vinden van een stage 4
1.2 Waarom ik heb gesolliciteerd voor deze specifieke stage 5
1.3 Het sollicitatieproces 5
1.4 Mijn verwachtingen van de stage 6
2. Tijdens de stage 7
2.1 Het doel van de stage 7
2.2 Mijn werkzaamheden en verantwoordelijkheden 7
2.3 Communicatie met en ondersteuning van dhr. Doortmont 8
2.4 Moeilijkheden tijdens de stage 9
3. Reflectie op het stageproces 10
3.1 Gestelde leerdoelen 10
3.1.1 Hoe ik kennis overbreng naar studenten 10
3.1.2 Hoe ik werk in een (klein) team 10
3.1.3 Hoe ik een vak opzet vanaf het nulpunt 10
3.1.4 Hoe ik omga met een digitale omgeving en hoe ik daar het meeste uit haal 10 3.1.5 Hoe ik goed bijhoud wat ik doe en nog moet doen 11
3.1.6 Hoe ik iemand consequent update 11
3.1.7 Welke aspecten er allemaal komen kijken bij het opzetten van een vak 11 3.1.8 Hoe ik mijn tijd het beste kan verdelen bij het thuiswerken 11 3.1.9 Hoe ik mijzelf professioneel opstel binnen werkverband 11 3.1.10 Of ik een carrière binnen het onderwijs zou willen volgen 12 3.1.11 Of ik kan bewijzen aan mijzelf dat ik klaar ben om de volgende stap binnen mijn
carrière te nemen 12
3.1.12 Hoe ik korter en bondiger kan reageren op een professionele manier 12
3.2 Wat heb ik geleerd van de stage 12
3.3 Wat heb ik geleerd over mijzelf 13
3.4 Aansluiting stage bij mastertrack International Security 13
3.5 Wat neem ik mee richting mijn carrière 14
3.6 Aanbevelingen voor anderen 14
3 Inleiding
Dit stageverslag beschrijft mijn ervaringen als student-assistent aan de Rijksuniversiteit Groningen voor het departement International Relations & International Organisations. Als student-assistent voor dhr. Doortmont heb ik geholpen bij het opzetten van een nieuw vak, genaamd ‘Aid, Trade and Beyond’. Dit vak beschrijft het Nederlandse beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking, met aandacht voor geschiedenis en binnenlandse politiek vanaf 1945.
De stage liep officieel van 15 juni 2020 tot en met 31 augustus 2020. Na overleg met dhr. Doortmont en de Rijksuniversiteit Groningen ben ik aangenomen als onbezoldigd Ondersteunend Extern Personeel, zodat ik dhr. Doortmont kan blijven helpen en zodat ik ervaring op kan doen gedurende het hele proces. De reden dat ik als OEP blijf helpen is omdat ik op 31 augustus 2020 naar verwachting ben afgestudeerd en ik dus niet langer als student sta ingeschreven, waardoor ik officieel ook geen stage meer kan lopen. Gedurende deze stage heeft de Corona-crisis een grote rol gespeeld: zo heb ik dhr. Doortmont alleen gesproken via online kanalen, en moesten wij ons focussen op een online vorm van het vak. De uitdaging was hierdoor groter, zowel voor mijzelf als voor dhr. Doortmont. Online onderwijs vereist meer aandacht en meer tijd dan een hoorcollege van 90 minuten en een werkcollege van 45 minuten, voornamelijk omdat praten en fysieke interactie minder tijdrovend en gemakkelijker zijn dan mailcontact en het praten richting een camera. Gedurende dit verslag zal verder geen tot weinig aandacht aan de Corona-crisis gewijd zijn. Zowel dhr. Doortmont als ikzelf hebben ‘geroeid met de riemen die we hadden’ en mijns inziens is dat goed gekomen.
Dit stageverslag is opgedeeld in een drietal hoofdstukken. In de inleiding sta ik kort stil bij de omstandigheden waarmee ik tijdens deze stage te maken heb gehad, zoals de Corona-crisis. Na een reflectie op de ontwikkelingen in aanloop naar deze stage in het eerste hoofdstuk beschrijft hoofdstuk twee de werkzaamheden, verantwoordelijkheden, en overige aspecten welke tijdens de stage aan bod zijn gekomen. In het derde hoofdstuk reflecteer ik op het gehele proces, waarbij aandacht is voor de plek welke deze stage inneemt binnen mijn (academische) loopbaan en hoe deze stage mij heeft geholpen in aanloop naar een carrière. Dit verslag wordt afgesloten met een conclusie waarin de belangrijkste punten van dit verslag nogmaals worden benoemd.
4 1. In aanloop naar de stage
1.1 Het zoeken en het vinden van een stage:
Mijn zoektocht naar een passende stage begon aan het einde van de zomer van 2018. Na het afronden van mijn Bachelor Midden-Oostenstudies in het academisch jaar 2016/2017 meldde ik mij aan voor de Master International Security, binnen het departement IRIO. Het advies van de vakgroep luidde dat het beter was om eerst de vakken af te ronden, daarna een scriptie te schrijven, en vervolgens mijn stage te beginnen en te voltooien. Dit zodat er een vloeiende beweging was van de collegezaal naar de ‘echte’ wereld. Na het afronden van mijn vakken besloot ik een tussenjaar te nemen om mij te richten op een bestuursjaar bij mijn studentensportvereniging. Als voorzitter heb ik veel bruikbaars geleerd, en het is tevens een mooie aanvulling op mijn CV. Een tegenvaller gedurende dit jaar is dat mijn studiefinanciering wegviel, en ik uit noodzaak twee zomerbaantjes nam. Tegen het einde van mijn bestuursjaar heb ik mij weer langzaam gericht op mijn studie, met in het achterhoofd dat ik het wel diende te combineren met een bijbaan. Vanaf augustus 2018 keek ik meerdere keren per week op de website werkenvoorinternationaleorganisaties.nl, onderdeel van het Ministerie voor Buitenlandse Zaken.
Ik had mijn pijlen gericht op een stage bij MinBuZa omdat een dergelijke stage mij het meest leerzaam en ambitieus leek. Ik was van mening dat mijn CV voldoende was om zonder veel problemen een stage te bemachtigen bij MinBuZa. Na enkele afgewezen sollicitaties, waarbij mij voornamelijk werd verteld dat ik ‘gewoon pech’ had dat er een heleboel andere sollicitanten waren met soortgelijke CV’s en motivatiebrieven. Tijdens een gesprek met dhr. Aardema bleek dat ik te hoog had ingezet: een stage hoort vooral een leermoment te zijn, waarbij de ‘perfecte stageplek’ eigenlijk niet snel haalbaar is. Dhr. Aardema wees mij in een tweede gesprek, na weer enkele afgewezen sollicitaties, dat er stageplekken beschikbaar waren gesteld aan de Rijksuniversiteit Groningen, specifiek voor studenten die moeite hadden met het vinden van een stage. Bij deze stageplekken stond de samenwerking met een professor en/of docent centraal. Als student-assistent zou de stagiair voornamelijk helpen met het voorbereiden van het nieuwe academische jaar. In de lijst met stageplekken sprongen er voor mij twee uit, beide als student-assistent voor dhr. Doortmont en beide gericht op zaken als ontwikkelingssamenwerking, Afrika, en de ‘Derde Wereld’. Dhr. Doortmont kende ik van de Research Seminar Unexpected Connections, wat ik volgde tijdens mijn Master. Hoewel ik mijzelf nooit had gezien als student-assistent, of in dat opzicht binnen de academische wereld als niet-student, voelde ik mij meteen geënthousiasmeerd bij de gedachte aan mijn eerdere samenwerking met dhr. Doortmont en mijn interesse in de Derde Wereld. De Derde Wereld heeft mij gedurende mijn studies aan de universiteit altijd geïnteresseerd. Ik besloot om mijn uiterste best te doen om mijn enthousiasme en interesse over te brengen via een motivatiebrief. Ik solliciteerde voor een stage als student-assistent bij dhr. Doortmont waarbij ik zou helpen met het opzetten van een nieuw vak voor derdejaarsstudenten van Dutch Studies
5 en International Development Studies, genaamd ‘Aid, Trade and Beyond: Dutch international development policy, past and present’.
1.2 Waarom ik heb gesolliciteerd voor deze specifieke stage
Er waren meerdere redenen waarom ik voor specifiek deze stage heb gesolliciteerd. Ten eerste vond en vind ik een onderwerp van deze stageplek, ontwikkelingssamenwerking en de bijbehorende aandacht voor de ‘Derde Wereld’, zeer interessant. Geopolitieke gebeurtenissen, met name in het ‘niet-Westen’, hebben mij altijd getrokken. Dit komt deels voort uit een interesse in de ‘andere’ cultuur, maar ook uit een verlangen iets te willen doen voor de ander. Waar mijn droom vroeger was om kinderarts te worden, is dit gedurende mijn academische carrière omgedraaid in de richting van de internationale problematiek. Het willen helpen van iemand die het minder goed heeft, om het kort door de bocht te zeggen, is iets wat ik enorm mis in de hedendaagse Westerse wereld. Ik noem mijzelf geen idealist, maar als ik een wens mocht doen zou dat hongersnood wereldwijd uitbannen. Deze stageplek zou mij in staat stellen mij verder te kunnen verdiepen in dergelijke problematiek, maar dan vanuit een Nederlands beleidsperspectief.
Ten tweede vormde de stagegever, dhr. Doortmont, voor mij een factor in mijn enthousiasme. Zoals genoemd herinnerde ik mij dhr. Doortmont van een mastervak waarbij de focus lag op de connectie tussen lokale belangen en globale interesses. De manier waarop dhr. Doortmont dit vak invulling gaf middels persoonlijke ervaringen en academische bronnen beviel mij zeer.
Een derde reden voor mij om te solliciteren was om te testen of ik in de toekomst wellicht het onderwijs in zou willen. Ik wilde mij, middels de stage, hierop oriënteren. Zoals ik in mijn motivatiebrief richting dhr. Doortmont duidelijk had gemaakt breng ik graag kennis over aan anderen. Ook hierin komt mijn wil om iets te doen voor een ander naar voren, zij het op een meer basale manier.
De stage was aan de Rijksuniversiteit Groningen, bij het departement voor Internationale Betrekkingen en Internationale Organisaties binnen de Faculteit der Letteren. Ik heb mijn studie gevolgd binnen ditzelfde departement, waardoor ik al bekend was met de verschillende gebouwen en de manieren waaarop gecommuniceerd wordt. Ook kende ik, zoals gezegd, de stagegever al. Het feit dat ik bekend was met de omgeving, zij het digitaal, maakte het voor mij makkelijker om contact te leggen en om te communiceren met dhr. Doortmont.
1.3 Het sollicitatieproces
Het sollicitatieproces omwikkelde enkele weken, wat met name afhing van het typen van de motivatiebrief. Ik wilde een zo goed en enthousiast mogelijke motivatiebrief aan dhr. Doortmont voorleggen, en nam er daarom mijn tijd voor. Na het advies van dhr. Aardema en nadat ik had besloten dat ik voor specifiek deze stage wilde gaan, stuurde ik mijn motivatiebrief en CV naar dhr. Doortmont. Ik deed dit enkele dagen voor het sluiten van de sollicitatiedeadline, en ik hoefde niet lang te wachten
6 tot dhr. Doortmont mij via de mail liet weten dat hij mij graag als stagiair aan zou nemen. Dhr. Doortmont had twee stageplekken openstaan, en stelde voor om met ons drieën (de andere stagiair inbegrepen) gezamenlijk een online gesprek te voeren. Tijdens dit online gesprek maakte dhr. Doortmont duidelijk aan ons beide wat de bedoeling was, en nodigde ons uit om eventueel onderling ook te overleggen over vragen waar wij mee zouden zitten gedurende het verloop van onze stages. Het gesprek duurde uiteindelijk ongeveer 30 minuten, waarmee het sollicitatieproces kon worden afgesloten en ik mij kon richten op de stage welke ik niet lang daarna zou beginnen.
1.4 Mijn verwachtingen van de stage
Mijn verwachtingen van de stage waren vrij hoog: zowel het onderwerp van de stage, de inhoud van de stage, en de stagegever lagen mij allemaal goed. Wat betreft het onderwerp verwachtte ik dat ik mijn eigen kennis van het onderwerp op deze manier enorm zou kunnen vergroten. Gezien de inhoud van de stage, het ontwikkelen van een nieuw vak, verwachtte ik dat ik zou gaan werken aan een literatuurlijst, aan het opzetten van een indeling van de stof verdeeld over 7 hoorcolleges, en aan het helpen bij het schrijven van het tentamen. Het was nog onbekend of de colleges fysiek of online gegeven zouden gaan worden, wat voor mij enige onzekerheid schiep over hoe de colleges en het tentamen precies vorm zouden krijgen. Wat voor mij ook onzeker was, was hoe ik precies zou helpen bij het gehele vak. De stage zou aflopen voor het vak daadwerkelijk begon, waardoor ik in principe enkel bij de opbouw zou helpen. Ik wist wel dat ik graag zou blijven helpen tot het einde van het vak, waardoor ik het gehele proces meemaak en zo ook af kon maken waar ik aan zou beginnen.
Mijn vorige ervaring met dhr. Doortmont was mij goed bevallen, waardoor ik veel zin had in de samenwerking met dhr. Doortmont. Ik zou, zoals in de stage-omschrijving stond, op een vrij gelijk niveau als dhr. Doortmont gaan werken, waardoor de stage vooral een samenwerking zou zijn en niet zozeer een standaard stageplek waarbij de stagiair doet wat hem of haar gevraagd wordt. Ik was daarom benieuwd naar de samenwerking, vooral omdat ik dhr. Doortmont nog steeds zag als iemand die mij informatie verschafte. Een daadwerkelijke samenwerking zou betekenen dat ik andersom ook dhr. Doortmont, hoogleraar aan een universiteit, iets bij zou gaan brengen. Hoewel enthousiasme bij mij de boventoon voerde, was ik vooral ook benieuwd naar de relatie tussen mijzelf en dhr. Doortmont en hoe ik ‘op gelijke voet’ met hem zou gaan samenwerken. Ik wist van tevoren dat dhr. Doortmont een groot netwerk heeft, en ik verwachtte dat ik middels deze stage ook zelf daar gebruik van zou kunnen maken en zo mijn eigen netwerk vergroten op zowel academisch als sociaal niveau.
7 2. Tijdens de stage
2.1 Het doel van de stage
De stage was bedoeld om dhr. Doortmont te helpen in het opzetten van een geheel nieuw vak, bedoeld voor derdejaarsstudenten van de universiteit. Het vak, ‘Aid, Trade and Beyond’, zou als keuzevak gelden voor studenten van Dutch Studies en voor studenten van International Development Studies. Omdat Dutch Studies gevuld is met voornamelijk internationale studenten, zou het vak gegeven worden in het Engels. De verwachting was dat ongeveer 75 studenten zich in zouden schrijven voor het college, wat uiteindelijk ook een goede indicatie was. Als stagiair zou ik dus betrokken zijn bij alle stappen van het proces, beginnend bij het uitstippelen van thema’s en weekinvulling en eindigend bij het hertentamen. Door op die manier met een vak bezig te zijn, zou ik een ‘kijkje in de keuken’ krijgen bij het academisch onderwijs.
2.2 Mijn werkzaamheden en verantwoordelijkheden
Ik hield mij gedurende mijn stageperiode bezig met veel verschillende taken. Naast de taken welke gericht waren op de inhoud van het vak, heb ik mij ook bezig gehouden met de vorm van het vak. Door de Corona-crisis zou het vak online gegeven worden, wat betekende dat ik ook moest kijken wat daar de mogelijkheden in waren.
Ik heb mij in het begin van de stage vooral bezig gehouden met het lezen van artikelen en met mijzelf verdiepen in de materie. Hierdoor heb ik mij enerzijds kunnen verdiepen in een onderwerp wat ik interessant vind, en anderzijds heb ik zo kunnen werken aan een literatuurlijst voor het vak. Ik stortte mij als het ware in de materie en zou zo gaandeweg leren wat eventuele rode lijnen zijn waaraan wij de colleges zouden kunnen ophangen.
Naast het zelf onderzoeken van de stof heb ik ook gefocust op andere manieren van kennisoverdracht. Ik heb meerdere malen gezocht naar videomateriaal over relevante onderwerpen, om zo ‘voorbij te gaan’ aan de standaard manier van onderwijs en om studenten wat te kunnen prikkelen. Primaire bronnen, zoals beleidsnota’s en Tweede Kamer-stukken, heb ik ook doorgenomen. Ik wilde graag zo divers mogelijk onderzoeken wat de rode lijnen in het Nederlandse beleid op internationale ontwikkelingssamenwerking waren en zijn. Interessante bevindingen en aanbevelingen heb ik vervolgens aan dhr. Doortmont doorgegeven zodat hij er ook naar zou kunnen kijken.
Naast de inhoud van het vak heb ik mij ook bezig gehouden met de online vorm van het vak. Op de website van de RUG was een overzicht te vinden met adviezen en handleidingen omtrent het online lesgeven via Blackboard Collaborate. Ik wilde echter kijken naar andere mogelijkheden, en heb mij zo verdiept in andere programma’s zoals Google Teams. Dhr. Doortmont liet mij daarna weten dat hij de colleges graag van tevoren op wilde nemen, om ze vervolgens online te kunnen zetten wanneer het
8 college gegeven zou worden. Via Blackboard Collaborate was dit mogelijk, en heb ik gekeken naar verdere mogelijkheden van Blackboard Collaborate.
De colleges zouden 60 minuten duren, waarna er nog 30 minuten over zouden zijn voor ‘iets anders’. Ik kreeg de vraag of ik wilde kijken naar een bruikbare en goede invulling van dat tijdsblok, waarbij het niet teveel werk op moest leveren voor dhr. Doortmont (op wekelijkse basis) en wat niet te ingewikkeld is. Daarnaast was iets prikkelends ook gewenst.
Ik zou, desgewenst, ook zelf een college mogen geven. Op die manier zou ik zelf ook fysiek een stempel op het vak kunnen drukken. Aanvankelijk was ik hier enthousiast over, maar door de online vorm van het onderwijs nam dat enthousiasme af en heb ik ervoor gekozen om geen college te gaan geven. Mijn werkzaamheden als assistent voor dhr. Doortmont lopen door tot na mijn afstudeerdatum, waardoor ik alleen nog voorbereidende taken heb gedaan. Als Overig Extern Personeel bij de RUG zal ik dhr. Doortmont blijven assisteren, waarbij mijn taken een meer praktische aard zullen krijgen. Zo zal ik naar verwachting een actieve rol gaan spelen bij het invullen van het laatste tijdsblok van 30 minuten na elk college, en zal ik ook gaan helpen bij het opzetten van tentamenvragen.
2.3 Communicatie met en ondersteuning van dhr. Doortmont
Ik had gedurende de stage wekelijks met dhr. Doortmont een afspraak om mijn vorderingen en bevindingen te bespreken. Naast deze afspraken verliep de communicatie vooral via de mail, waarbij wij over en weer interessante en bruikbare bevindingen eenvoudig op konden sturen. Ook tussentijdse verslagen werden via de mail verstuurd, wat ongeveer eens per twee weken was. Door de Corona-crisis is mijn enige contact met dhr. Doortmont online geweest.
De online gesprekken waren zeer informatief en interessant, en heb ik als zeer positief ervaren. Het contact was echt op gelijke voet, waarbij ik vooral in het begin soms nog wel moeite had om dhr. Doortmont niet met ‘u’ aan te spreken. Gedurende de gesprekken hebben wij het gehad over waar wij beide mee bezig waren geweest sinds het vorige gesprek en wisselden wij ideeën uit over wat wij graag zouden willen doen met betrekking tot de inhoud en de vorm van de colleges. Ook benoemde dhr. Doortmont vaak meerdere dingen waar ik naar kon kijken voor de volgende keer, en spraken wij samen af wat wij beide af zouden hebben of op zouden sturen voor de volgende afspraak.
Hoewel dhr. Doortmont vaak druk was, had ik geen enkele keer het gevoel dat hij geen tijd voor mij vrij maakte. De mails en gesprekken waren altijd constructief, waardoor ik voor mijn gevoel elke keer weer gemotiveerd verderging met waar ik mee bezig was. Het kon soms een dag of twee duren voor ik een mail kreeg, en soms moesten wij noodgedwongen een bespreking verzetten naar een ander tijdstip of andere dag, maar door de constructieve aard van het contact kon ik zonder problemen zelf doorwerken.
9 2.4 Moeilijkheden tijdens de stage
Omdat ik de stage vanuit mijn eigen huis heb gevolgd ben ik niet tegen veel moeilijkheden aangelopen. Reistijd, inklokken, fysieke aanwezigheid bij besprekingen, en daadwerkelijke praktische ervaring hebben voor mij geen rol gespeeld gedurende de stage. Echter vond ik het online aspect van de stage, en het gebrek aan prikkels buiten mijn laptopscherm om, vaak wel lastig. Het gaf mij de vrijheid om zelf aan het werk te gaan wanneer ik tijd had, maar ik miste de prikkels van een andere omgeving en van fysiek contact. Online besprekingen zijn minder goed te ervaren dan fysieke besprekingen. De vrijheid van een online stage volgen was voor mij ook vaak lastig. Mijzelf ertoe zetten om bezig te gaan was vaak moeilijk, en lang geconcentreerd blijven was ook een uitdaging. Voor mij was het werken in kortere blokken een goede oplossing: in plaats van een ‘9 tot 5’-blok werkte ik nu 2 uren in de ochtend, 2 uren in de middag, en 2 uren in de avond. Dit was een gemiddelde, want op sommige dagen deed ik meer dan op andere. Hier speelde mijn baan ook een rol in, omdat ik daarvan afhankelijk was om mijn stageblokken in te plannen.
De vrijheid van een online stage vanuit huis betekende voor mij ook dat ik moeite had met het wisselen tussen stage en vrije tijd. Hoewel ik probeerde te werken in blokken, dacht ik toch ook vaak aan stage-gerelateerde problemen tijdens het ontbijt of tijdens een rustige avond op de bank.
Naast het online aspect van de stage heb ik geen echte moeilijkheden ervaren. Omdat de praktische aspecten van de stage nog moeten komen, heb ik op dit moment nog geen zicht op eventuele moeilijkheden omtrent bijvoorbeeld praten tegenover een groep van 75 studenten.
10 3. Reflectie op het stageproces
3.1 Gestelde leerdoelen
Voorafgaand aan de stage stelde ik mijzelf meerdere leerdoelen. Ik wilde weten: 3.1.1 Hoe ik kennis overbreng naar studenten
Dit leerdoel kan ik niet beoordelen, omdat de colleges en daarmee het contact met de studenten nog niet is begonnen. Ik heb van dhr. Doortmont geleerd, en uit eigen ervaring had ik al een vermoeden, dat een eigen draai geven aan ‘droge stof’ vaak een positief effect heeft. Hierbij is het wel van belang dat ik dan wel over de kennis beschik.
3.1.2 Hoe ik werk in een (klein) team
Ondanks het feit dat de communicatie enkel online heeft plaatsgevonden, heb ik toch gemerkt dat ik mij prima kan opstellen binnen een team. Binnen een team is het van belang om elkaar consequent op de hoogte te houden, maar ook dat communicatie van belang is wanneer het juist niet lukt om iets te doen of om iets af te krijgen. Communicatief ben ik in staat op mij sterk op te stellen, wat een goede indruk maakt en wat vooral op de lange termijn tot een goede band leidt.
3.1.3 Hoe ik een vak opzet vanaf het nulpunt
Een vak opzetten vanaf het nulpunt was voor mij iets waar ik nog niet zoveel van wist. Ik wist dat er studiehandleidingen bestaan, en dat de meeste communicatie via Nestor/Blackboard gaat, maar de precieze invulling ervan was voor mij nieuw om te leren. Ik heb geleerd dat een vak begint bij de basiskennis van en interesse in een het onderwerp. De rode lijnen zijn daardoor vrij duidelijk, waarna de colleges aan enkele rode lijnen worden opgehangen. Aangezien ik nog niet veel wist van het onderwerp ontwikkelingssamenwerking was dit meteen een goede kans om nog een stap terug te gaan door mij eerst in de stof te verdiepen. Dhr. Doortmont beschikt over dermate veel kennis van het onderwerp dat inlezen voor hem niet per definitie nodig is. Voor mij was dat, als gezegd, anders. 3.1.4 Hoe ik omga met een digitale omgeving en hoe ik daar het meeste uit haal
De digitale omgeving was voor mij niet weg te denken binnen deze stage. Wat ik nieuw heb geleerd binnen het werken in een digitale omgeving is dat er meer geduld bij komt kijken dan bij het werken in een fysieke omgeving. In alles gaat tijd zitten: van een vraag stellen via de mail tot het opzetten van een online bespreking. Dit is, zo heb ik aan mijzelf gemerkt, vaak vermoeiend. Het geduld hebben slaat niet enkel op wat ik doe, maar ook op de reactietijd van een ander. De communicatie met dhr. Doortmont was als gezegd goed, maar het kan natuurlijk voorkomen dat er een mail over het hoofd wordt gezien of een afspraak wordt vergeten. Geduld is daarom voor beide kanten van belang, extra binnen een omgeving waarin alles digitaal en via beeldschermen gebeurt.
11 3.1.5 Hoe ik goed bijhoud wat ik doe en nog moet doen
Dit leerdoel was iets waar ik niet zo’n moeite mee had. Ik beschikte al over een fysieke agenda waarin ik nagenoeg alles opschrijf wat ik zou kunnen vergeten om te doen. Nieuw voor mij binnen dit leerdoel was wel om ook goed bij te houden wat ik precies aan het doen ben. Dit heb ik gedurende deze stage gedaan door mijn taken onder te verdelen in kleinere taken welke eenvoudig binnen een kwartier gedaan kunnen worden. Het opdelen van een taak in kleinere taken werkte voor mij, evenals het opdelen van tijdsblokken om te werken, goed.
3.1.6 Hoe ik iemand consequent update
Dit leerdoel lijkt veel op het vorige leerdoel, maar bij dit leerdoel stond voor mij communicatie met dhr. Doortmont centraal. Hoewel ik dhr. Doortmont veelvuldig heb gemaild, ben ik van mening dat ik nog consequenter had kunnen zijn in mijn communicatie. Hierbij speelt voor mij wel een rol of ik niet te opdringerig zou zijn, mocht ik wel om de 3 dagen een mail sturen. Voor mij is die afweging lastig, maar als ik het op mijzelf zou portretteren dan zou ik bij meerdere mailtjes per week kijken naar de inhoud en zorgen dat ik niet teveel in één mail zou zetten. Ook hier zou het opdelen een goede optie zijn. 3.1.7 Welke aspecten er allemaal komen kijken bij het opzetten van een vak
Dit leerdoel sluit aan bij leerdoel 3.1.3, maar dit is meer bedoeld in de vormgeving van het vak. Ik heb geleerd dat, buiten de inhoud van het vak, er ook op tijd naar studenten gecommuniceerd dient te worden over het vak, dat er al vroeg moet worden nagedacht over eventuele gastdocenten, en dat de manier waarop het vak gegeven wordt allemaal van belang zijn. Een vak is immers meer dan enkel inhoud, en door een creatieve manier te vinden om de stof over te brengen blijft de stof denk ik beter hangen. Zoals genoemd heb ik gekeken naar ‘creatieve’ manieren om informatie over te brengen, en ik ben benieuwd in hoeverre dit een succes wordt bij het daadwerkelijk geven van het vak.
3.1.8 Hoe ik mijn tijd het beste kan verdelen bij het thuiswerken
Het thuiswerken was voor mij eerst vooral lastig. Door de overlap tussen het schrijven van een scriptie en het meelopen als student-assistent was het voor mij ook lastig om mijn tijd daartussen te verdelen. Door mijn werk ernaast en door een wens om ook fysiek fit te blijven, was het nodig om echt tijd in te plannen voor alles wat ik op een dag graag wil doen. Prioriteit stellen hierin was ook nodig. De tijdsblokken die ik probeerde aan te houden voor mijn stage heb ik ook gebruikt voor bijvoorbeeld sporten, mijn scriptie, en werk. Door het opknippen van een dag in kortere tijdsblokken kon ik goed mijn aandacht erbij houden terwijl ik eigenlijk alles binnen dezelfde omgeving deed.
3.1.9 Hoe ik mijzelf professioneel opstel binnen werkverband
Dit leerdoel heb ik vooral gebruikt om mij aan te passen aan de manier waarop dhr. Doortmont en ik communiceerden. Door de nauwe samenwerking was het belangrijk om te blijven balanceren tussen
12 collegiaal en professioneel. Ik heb dit mijns inziens goed gedaan, en heb dus de balans goed weten te houden. Het contact met dhr. Doortmont was doorgaans collegiaal, maar daarnaast was het ook professioneel van aard.
3.1.10 Of ik een carrière binnen het onderwijs zou willen volgen
Ik kan, na afloop van deze stage, zeggen dat ik een carrière binnen het onderwijs wel meer ben gaan overwegen dan voorheen. Voorheen leek een dergelijke carrière vrij eentonig, maar deze stage heeft mij doen inzien dat er veel mogelijkheden zijn. Onderwijs is meer dan enkel informatieoverdracht.
3.1.11 Of ik kan bewijzen aan mijzelf dat ik klaar ben om de volgende stap binnen mijn carrière te nemen
Ik ben van mening dat ik klaar ben voor de volgende stap. Ik heb, middels deze stage, een kijkje gekregen in de professionele wereld. Ik heb mijzelf bewezen door consequent te zijn naar mijzelf en naar dhr. Doortmont toe over alles wat stage-gerelateerd was. Ik heb een oplossing gevonden voor het thuiswerken door te werken in kortere blokken, en heb mij daarnaast professioneel opgesteld richting anderen zonder af te doen aan wat ik zelf leuk vind om te doen.
3.1.12 Hoe ik korter en bondiger kan reageren op een professionele manier
Dit leerdoel is gestoeld op het feit dat ik vaak enige moeite heb om kort en bondig informatie over te brengen. Ik ben iemand die graag uitlegt en laat zien hoe ik tot een keuze ben gekomen. Dit is echter niet altijd nodig, en ik heb gedurende deze stage mijn best gedaan om niet alles altijd uit te leggen als daar geen reden voor was. ik ben beter in staat, na afloop van deze stage, om in te schatten wanneer een vraag voldoende beantwoord is, zij het via de mail en via een laptopscherm. In fysieke vorm heb ik nog niet veel kunnen oefenen hiermee, maar ik vermoed dat ik tijdens de collegereeks hiervoor nog tijd kan nemen.
3.2 Wat heb ik geleerd van de stage
De stage als student-assistent voor dhr. Doortmont heeft mij veel geleerd over hoe de andere kant van het academisch onderwijs vorm wordt gegeven. In plaats van dat ik nu een vak volg sta ik zelf achter het vak en kan ik op die manier bijdragen aan een kennisoverdracht. Ik heb wel geleerd dat ik mijzelf niet per definitie zie als onderwijzer, maar dat een carrière binnen de academische wereld mij wel lijkt te liggen.
De ondersteunende positie welke in innam, ondanks de samenwerking op gelijke voet, vond ik zeer prettig. Ik kon vrijelijk onderzoeken wat ik wilde, waarna de verantwoordelijkheid niet bij mij ligt om het helemaal om te buigen naar doceerbare stof.
Van dhr. Doortmont heb ik geleerd dat eigen ervaringen en zelf opgedane kennis ook een grote rol kan spelen binnen het overbrengen van kennis. Zo heb ik veel geleerd van dhr. Doortmont met betrekking
13 tot de persoonlijke verhalen welke hij wist te vertellen over conferenties en dergelijke waar hij ooit heen was en waarvan hij nog na kon vertellen hoe de sfeer was. Dergelijke informatie is vaak niet uit boeken te halen. De persoonlijke manier waarop dhr. Doortmont mij dit vertelde heeft eraan bijgedragen dat ik het beter heb onthouden, wat mijn vermoeden sterkte dat een andere manier van kennisoverdracht wellicht beter blijft hangen.
De online omgeving waarbinnen het grootste gedeelte van de stage zich heeft afgespeeld zorgde er echter voor dat ik niet alles uit de stage heb kunnen halen voor mijn gevoel. Ik had graag fysiek met dhr. Doortmont de inhoud en de vorm van het vak besproken, of mijzelf in een andere omgeving op de stof gestort.
3.3 Wat heb ik geleerd over mijzelf
Ik ben veel over mijzelf te weten gekomen dankzij deze stage. Zo weet ik dat ik mij prima staande kan houden binnen een online omgeving en mijn taken kan blijven doen. Ik heb mijzelf bewezen dat ik, ook wanneer het tegenzit, ik voldoening haal uit het afronden van een taak of het oplossen van moeilijkheden of ongemakkelijkheden.
Ik weet nu dat een één-op-één samenwerking mij goed bevalt, en dat ik goed de balans daarbij kan houden tussen professionaliteit en collegialiteit. Wanneer het nodig is kan ik moeiteloos schakelen naar een meer professionele houding, of juist naar een meer persoonlijke of collegiale.
Ik heb geleerd hoe ik kan wisselen tussen taken en activiteiten binnen dezelfde fysieke omgeving. Dit was vooral een bijkomstigheid waar ik van tevoren niet van uit was gegaan. Door de omstandigheden waarbinnen mijn stage zich voltrok was ik echter gedwongen om mij dit aan te leren. Ik ben daarom blij dat dit mij ook echt gelukt is en dat ik hier een oplossing voor heb gevonden.
3.4 Aansluiting stage bij mastertrack International Security
De stage sloot goed aan bij mijn mastertrack International Security. Gedurende mijn studie zijn veel soorten van veiligheid en geopolitieke belangen van staten en NGO’s aan de orde gekomen. Deze stage gaf mij de kans om mijn kennis over dergelijke onderwerpen te zien binnen het spectrum van ontwikkelingssamenwerking. Ontwikkelingssamenwerking is binnen International Security een onderwerp waar niet zoveel aandacht voor is, waardoor de focus erop in deze stage juist een mooie toevoeging is geweest.
De vorm van de stage, als student-assistent, is naar mijn mening toepasbaar op waarschijnlijk alle mastertracks of masterstudies. Als student-assistent stond ik in een unieke positie tussen docent en student in, en kreeg ik veel mee over de ‘andere kant van de medaille’. Ook heb ik mijn kennis op deze manier over kunnen dragen aan dhr. Doortmont, waarbij het voor mij ook daadwerkelijk aanvoelde alsof
14 ik hem nieuwe inzichten verschafte of op zijn minst een frisse blik op materie waar hij al veel van af weet.
3.5 Wat neem ik mee richting mijn carrière
In aanloop naar mijn eigen carrière heeft deze stage mij zeer goed geholpen. Ik heb ervaring opgedaan binnen moeilijke omstandigheden, ben veel over mijzelf te weten gekomen als thuiswerkende, en ik merk aan mijzelf dat ik mij nu professioneler gedraag en voel. Ook is voor mij het belang van een goed en groot netwerk belangrijker geworden, mede door de gesprekken met dhr. Doortmont waarin hij soms refereerde naar een kennis van hem bij bijvoorbeeld een ministerie.
Hoewel ik nog steeds graag bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan de slag zou gaan, weet ik dat ik ook veel kan leren en goed ervaring op zou kunnen doen binnen andere takken van werk. Een voorbeeld wat zeer relevant is naar aanleiding van deze stage is een baan binnen de academische wereld of in het onderwijs.
3.6 Aanbevelingen voor studenten
Studenten die eenzelfde soort stage op het oog hebben zou ik aan willen raden om dat vooral te doen. Het lijkt wellicht, op het oog, als een stageplek binnen een wereld waarin niet zoveel gebeurt en waar veel al vast ligt, maar er is enorm veel ruimte om zelf invulling te geven aan wat je doet en hoe je dat doet. De één-op-één samenwerking is iets wat ik iedereen ook zeker aan kan bevelen, omdat het de ideale manier is om op een collegiale manier jezelf en een ander te leren kennen.
Als student-assistent krijg je een ‘kijkje in de keuken’ in het academisch onderwijs, wat voor mij zeer verfrissend was. Ik snap nu beter hoe een college wordt opgezet en hoe communicatie met studenten kan gaan. Colleges opzetten en geven is ook vooral een verlengstuk van eigen interesses, en als je als student merkt dat je graag anderen helpt, dan is een stage als student-assistent de ideale manier om je te verdiepen in materie welke je zelf leuk vindt. Vervolgens is de uitdaging om een manier te vinden waarop je die informatie over kunt brengen naar studenten die vaak diezelfde interesses tonen. Gelukkig weet je als student-assistent uit ervaring wel wat een student graag wil horen en hoe dat het beste verteld kan worden.
15 Conclusie
Ik kan terugkijken op een succesvolle stage waarbij ik veel heb geleerd over mijzelf. De omstandigheden hebben mij ertoe gezet om echt goed na te denken hoe ik thuiswerken en gefocust blijven het beste kan doen, en door zelf met die oplossingen te komen heeft mijn zelfvertrouwen ook een flinke ‘boost’ gekregen.
Van de stage zelf heb ik veel geleerd over de beginselen van een vak, en welke stappen er genomen moeten worden in het proces van een vak opzetten. Hoewel de stage voor mij nu officieel ophoudt, blijf ik toch aan als Overig Extern Personeel om ook het volgende gedeelte van het proces van dichtbij mee te kunnen maken. Ik ben blij dat ik de gelegenheid heb gekregen om met dhr. Doortmont te werken, en ik ben blij dat de samenwerking in stand blijft ook voor de rest van het proces. De afgelopen weken waren voor mij vooral veel voorbereiding en nadenken hoe een vak het beste gegeven kan worden en wat qua inhoud van belang is. Gedurende de komende maanden zal ik waarschijnlijk de gelegenheid krijgen om ook het proces rondom de colleges zelf, het tentamen, en het contact met de studenten zelf van dichtbij mee te maken.
Er is veel van deze stage wat ik mee zal nemen richting verdere stappen in mijn leven, niet alleen op het gebied van werk. Ook op persoonlijk vlak heb ik veel geleerd, over hoe ik mij op een professionele manier kan uiten, hoe ik werk in een thuiswerkomgeving, en hoe ik ervoor zorg dat ik nuchter naar bepaalde zaken kan blijven kijken. Ik heb vooral ook geleerd om vast te houden aan wat ik zelf leuk vind en hoe ik zelf ben. Deze stage heeft mij doen inzien dat ik op eigen kracht veel kan bereiken, maar ook dat ik goed in een nauwe samenwerking als deze met dhr. Doortmont kan werken.
