• No results found

'Where of is mad al mankynde' : an edition of and introduction to the twenty-four poems in Oxford, Bodleian Library, MS Digby 102

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "'Where of is mad al mankynde' : an edition of and introduction to the twenty-four poems in Oxford, Bodleian Library, MS Digby 102"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

'Where of is mad al mankynde' : an edition of and introduction to the twenty-four poems in Oxford, Bodleian Library, MS Digby 102

Verheij, L.J.P.

Citation

Verheij, L. J. P. (2009, October 21). 'Where of is mad al mankynde' : an edition of and introduction to the twenty-four poems in Oxford, Bodleian Library, MS Digby 102.

Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/14129

Version: Not Applicable (or Unknown)

License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden

Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/14129

Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).

(2)

CURRICULUM VITAE Louis Johan Philip Verheij

Geboren 13 november 1931 te Pernis, thans gemeente Rotterdam.

Met het diploma Mulo-A op zak (1948) begon ik in hetzelfde jaar als jongste bediende aan mijn maatschappelijke loopbaan. Deze verliep grillig: via enkele administratieve functies (1948-1961), onderbroken door een half jaar als corrector bij de NRC (1955), volgde een marketingfunctie bij Lego (1961-1965). Vervolgens werkte ik als bedrijfs-economisch vertaler Engels bij Philips (1965-1970), en leraar Engels aan een HEAO in Groningen (1970-1973). Mijn laatste werkgever was Robeco, waar ik van 1973 tot 1990 werkte als marketing manager voor de landen waarmee de communicatie werd verondersteld in het Engels plaats te vinden, in de praktijk Engeland, Noord-Amerika, het Verre Oosten en Australië. In 1990 werd ik benoemd als Groeps- en directiesecretaris en assistent-to van de bestuursvoorzitter. In die functies, met een tussentijdse benoeming als onderdirecteur in 1991, ging ik in 1996 met pensioen. Ik bleef daarna bij Robeco betrokken als oprichter/secretaris/voorzitter van de Vereniging van Gepensioneerden van de Robeco Groep.

Mijn opleiding verliep na de Mulo uitsluitend in de avonduren. Ik legde een praktische basis met het praktijkdiploma boekhouden (1950). Daarna volgden Gymnasium á (staatsexamen 1957), onderbroken door twee jaar militaire dienst (1952-1954), daarna Engels MO-A (1961) en Engels MO-C (1967). De MO-B opleiding heb ik niet kunnen voltooien. In mijn drie HEAO-jaren achtte ik het nodig om het vak Engels grondig om te bouwen tot een echt HEAO-curriculum, terwijl ik bij Robeco al direct betrokken raakte bij de initiëring en opbouw van de afdeling marketing, een destijds voor Robeco totaal nieuwe discipline. In beide gevallen bleef er onvoldoende tijd en energie beschikbaar voor gedegen studie. Na mijn pensionering eind 1996 slaagde ik in 2000 aan de Universiteit Leiden cum laude voor het doctoraal examen Engelse taal- en letterkunde.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Other sections are devoted to such ‘technical’ aspects as a description of the manuscript (section 2.1), and of the scribal hand (section 2.2). In section 2.3 the dialect in which

There can hardly be any doubt that the three arguments which Kail put forward to identify the poet point in the right direction, that is to say: to a member of the clergy very near

After þey lyue, alle folk wole

(1951), Crown, Community and Parliament in the Later Middle Ages: Studies in English Constitutional History, eds.. (1933), ‘Re-election to Parliament in the Reign of Richard II’,

LALME LP 7770 COMPARED WITH THE CORRESPONDING LP OF THE POEMS 245 Item Representation in Piers Plowman Representation in the Poems. WHERE where

twenty-four poems in Oxford, Bodleian Library, MS Digby 102..

De vergelijking wees uit dat de tekst van de Poems en die van Piers Plowman naar alle waarschijnlijkheid door een en dezelfde kopiist zijn afgeschreven, wat leidt tot de conclusie

Het streven is tevens onrealistisch, omdat kerken en denominaties niet alleen hun eigen religieuze, maar ook hun geheel eigen sociale en culturele kenmerken dragen, die stoelen op