• No results found

Deltaprogramma 2015 Achtergronddocument D5-2

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Deltaprogramma 2015 Achtergronddocument D5-2"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina 1 van 3

Aan de heer W. Kuijken

Regeringscommissaris voor het Deltaprogramma Postbus 90653

2509 LR DEN HAAG

cc de Minister van Infrastructuur en Milieu

Datum 16 juni 2014

Onderwerp Brief bij het Advies

Deltaprogramma Rijnmond Drechtsteden Boompjes 200 3011 XD ROTTERDAM Postbus 556 3000 AN Rotterdam Contactpersoon drs. E.M.J. Meijers M 06 53 1717 31 emmy.meijers@rws.nl Ons kenmerk 2014/102

Geachte heer Kuijken,

Met trots bieden wij u hierbij het advies aan van het Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden. Dit advies is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen bestuurders, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en het bedrijfsle-ven. Het advies bevat de voorkeursstrategieën voor waterveiligheid en de zoetwa-tervoorziening in onze regio Rijnmond-Drechtsteden; een regio met dichtbevolkte, stedelijke gebieden langs riviertakken en de landelijke gebieden daaromheen. Een regio waar zowel de bevolking als de hoge economische waarden de afgelopen decennia enorm gegroeid zijn en dus goed moeten worden beschermd tegen het water. Daarnaast is een robuuste zoetwatervoorziening onmisbaar voor een ge-zonde sociaaleconomische ontwikkeling in deze regio.

De tweede Deltacommissie, onder leiding van de heer Veerman, constateerde in 2008 al dat er in dit gebied een complexe opgave ligt om de waterveiligheid en de beschikbaarheid van zoetwater voor de lange termijn te garanderen. De commis-sie voorzag ook dat er een aantal grote systeemingrepen nodig zou zijn. Wij on-derschrijven de noodzaak deze regio veiliger te maken. Maar in tegenstelling tot de Commissie Veerman concluderen wij dat de grootste opgave niet in de weste-lijke regio Rijnmond ligt, maar in de oostelijk gelegen Krimpenerwaard en Alblas-serwaard-Vijfheerenlanden. En we hebben ontdekt dat grote technische ingrepen niet gewenst zijn; we bereiken meer met uitgekiend ruimtelijk maatwerk. Daar moeten we wel voor aan de slag!

Voor het eerst hebben we binnen het Deltaprogramma integraal onze zoetwater-voorziening, ook voor de lange termijn, onderzocht. Met het nieuwe instrument ’voorzieningenniveau’ zullen we de watervraag en het aanbod verder in kaart brengen en optimaliseren. De eerste maatregelen voor een robuuste zoetwater-voorziening zijn inmiddels geprogrammeerd. Zo verzekeren we bedrijven, natuur en burgers van voldoende zoetwater.

We constateren dat in deze regio de meerwaarde van dijkversterkingen en andere preventieve maatregelen sterk wordt vergroot door een verdergaande samenwer-king en integratie van ruimte en water. In onze voorkeursstrategie voor watervei-ligheid is daar vorm aan gegeven met ‘handelingsperspectieven’. Deze worden herkend en erkend door de partners in de regio. Om deze perspectieven in de toekomst ook praktisch invulling te geven, vragen wij u met nadruk om op een

(2)

Deltaprogramma Rijnmond Drechtsteden Datum 16 juni 2014 Ons kenmerk 2014/102 Pagina 2 van 3

aantal aspecten met ons mee te denken en onder de aandacht te brengen van de minister van Infrastructuur en Milieu:

· Wij signaleren dat de waterveiligheid van oudsher centraal is geregeld en is vastgelegd in normen. De ruimtelijke ordening daarentegen is vergaand gedecentraliseerd en biedt veel ruimte voor afweging en onderhandeling. Dit maakt het vinden van een ‘gelijk speelveld’ voor gebiedsopgaven com-plex. Wij vragen u mee te denken over het juiste schaalniveau waarop we oplossingen kunnen realiseren en de samenwerking kunnen vormgeven. · Wij zijn ons ervan bewust dat er zowel regionaal als nationaal intensief

moet worden samengewerkt daar waar de opgaven groot en complex zijn of waar meerlaagsveiligheid kansen biedt. Voor Rijnmond-Drechtsteden geldt dat in een aantal gebieden. In de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is een voorfase nodig is om de ruimtelijke opgaven en wateropgave en de bijbehorende oplossingen te verkennen. In Dordrecht is inmiddels een MIRT Meerlaagsveiligheid gestart.

· Zijn projecten eenmaal geprogrammeerd in het HWBP, dan blijft ook op projectniveau de noodzaak om zo goed mogelijk mee te koppelen met ruimtelijke ontwikkelingen. De systematiek van het HWBP laat echter wei-nig ruimte voor de noodzakelijke flexibiliteit in planning en investeringen. Wij vragen u te verkennen hoe een flexibele programmering en financie-ring binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma vorm kan krijgen. · Het is essentieel om een passend toetsings- en ontwerpinstrumentarium te

ontwikkelen voor waterkeringen, waarin ruimte komt om flexibel in te spe-len op gebiedsspecifieke kenmerken en omstandigheden. Daarbij moeten voorlanden, overhoogte en oversterkte en slimme combinaties kunnen worden meegenomen. Ook zullen compartimenteringskeringen en primaire keringen als één samenhangend stelsel moeten worden beschouwd, zodat een integrale investeringsafweging mogelijk is.

· Om de synergie tussen waterveiligheidsmaatregelen en gebiedsontwikke-ling op de langere termijn te bevorderen, moeten we vandaag beginnen. Wij starten een pilot in de Krimpenerwaard om te bezien of het huidige ruimtelijke en financiële instrumentarium daarvoor toereikend is. Gezien de aard van dit project is het Rijk daarbij een onmisbare partner.

· Voor buitendijkse gebieden nemen de regionale partners de verantwoorde-lijkheid voor het ontwikkelen van een strategische adaptatieagenda. Het Rijk is ook betrokken wanneer de adaptatieagenda Rijksbelangen raakt. Denk aan hoge milieurisico’s, cultuurhistorische waarden, grote maat-schappelijke ontwrichting of het bedijken van buitendijks gebied.

· De maatregelen die nodig zijn om de opgaven te realiseren hebben aan-zienlijke consequenties voor burgers en bedrijven in het gebied. Daarbij is het zorgelijk dat het waterbewustzijn van mensen laag is en de materie complex en moeilijk uitlegbaar. Wij gaan daar in onze regio mee aan de slag en vragen u te bezien welke mogelijkheden er zijn, bijvoorbeeld bin-nen het initiatief ‘Ons Water’, om hieraan aandacht te besteden. Laten wij er gezamenlijk voor zorgen dat heel Nederland weer bekend wordt met de noodzaak, de urgentie, maar ook met de kansen van een robuust water-veiligheidsbeleid en een goede zoetwatervoorziening!

In de regio Rijnmond-Drechtsteden hebben wij besloten de samenwerking voort te zetten, ook met onze collega’s in het rivierengebied en de zuidwestelijke delta. Elke partij neem daarbij zijn eigen verantwoordelijkheid. Wij zijn het aan onszelf

(3)

Deltaprogramma Rijnmond Drechtsteden Datum 16 juni 2014 Ons kenmerk 2014/102 Pagina 3 van 3

verplicht om verder te kijken en te handelen dan ons eigen plangebied, planter-mijn of onze eigen verantwoordelijkheden. Wanneer het gaat om maatregelen met een bovenregionaal effect of waar een rijksbijdrage nodig is, willen wij graag aan-sluiten bij het MIRT. Daarnaast achten wij het van belang dat de Deltacommissaris nationaal van betekenis blijft om de voortgang te monitoren en partijen te blijven verbinden.

Een uitgebreide toelichting op onze visie leest u in bijgevoegd advies. Een afschrift van deze brief is verstuurd aan de minister van Infrastructuur en Milieu. De on-derbouwing hiervan is te vinden in de eindproducten van deelprogramma Rijn-mond-Drechtsteden. We zien uit naar een goede borging en opvolging van deze resultaten op nationaal en op regionaal niveau. Het werk aan de delta is immers nooit af!

Hoogachtend,

Ing. A. Aboutaleb

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The modulation of miR393a and differential expression of its target genes in both the 2015 GH and 2016 field data sets suggest that this miRNA and its targets play a role in

The aim of this study was to explore and describe how educators deal with the challenges of teaching foundation phase learners with Fetal Alcohol Spectrum

In this study, I will investigate teaching-learning processes seeking an understanding of the way in which young, developing pianists approach learning a new work, with

It is not clear, however, how unrelated women representing three different generational members of the same community experience relational interactions in a joint intergenerational

While considering the reactive nature of sensitive topics such as alternative sexualities, the paper details that the active role of teachers with an awareness of their emotional

From the above it is clear that several important aspects must be taken into consideration when critically evaluating the term ‗bona fide inadvertent error‘. Firstly, the definition

Key concepts: The right to strike, freedom of association, trade union rivalry, collective bargaining, duty to bargain, duty to bargaining in good faith, duration of