Het
Mioceen
vanhet Smitsbosch
Ton Lindemann¹
Maartenvanden Bosch²Taco Bor³
Sylvia Verschueren
4
enPepijn Morgenstern5
Het Smitsbosch
Opoudeenrecentekaarten wordt het SmitsboschKerkloobos
genoemd. Deofficiëlenaamis dusKerkloobos. Dezedubbele
naam wasredenvoorenige verwarringenzettede WTKG op
het verkeerde beenop haarzoektochtnaardezelocatie.Ditwas
ook dereden dat deWTKG, bij raadplegingvan‘DeGeologie
vanNederland.Handleidingvoordebezigtigersder
verzame-lingop hetPaviljoenteHaarlem’(anoniem maar
toegeschre-ven aanStaring)ennavraag,eertijdseerstzondersucces wes-telijkvanEibergen gezochtheeft. Doch hetmoestoostelijkvan
dezeplaats liggen.Eenaanwijzingdaarvoorgeeft Staringzelf
al in degenoemde tentoonstellingscatalogus vanhetPaviljoen.
Staringnoemtalseersteenkeleontsluitingentennoordoosten vanEibergen, in de buurtvanMallum,envervolgt zijn
opga-veninzuidelijke richtingvia ondermeerhetSmitsbosch, de
Koerboomende Giffelomuiteindelijk bijMiste uittekomen.
Het Smitsboschwasaangelegdin het kadervan een
bosbouw-projectin detijddatmenbegonnenwas omdewoestegrond
teontginnen (midden/eind 19eeeuw).Om inaanmerking te
komenvoorallerlei subsidiesmoestdaarbij aande
voorwaar-denvoorbosbouwvanAnthony Staring (vader vanWinand
Staring,degeoloog) voldaan worden.Sporenvandezevorm
vanbosbouw zijnin het bos nogterugtevindenenbetreffen
vooral de rechte slotenvoorafwatering (fig. 1).Het bosis
ei-Onzeverenigingheeft in dejaren zestigenzeventig veel
on-derzoek gedaan in de Achterhoekendaarbij veleboringen
gezetoplocaties diereedsgenoemd zijndoorStaring,maar weer eenbeetjein devergetelheid geraaktwaren.De
resulta-tenvandat onderzoekzijnonder anderegepubliceerdin het
welbekende‘Scripta Geologica29’(VandenBosch, Cadée
enJanssen, 1975).Tot de klinkendenamenin dietijd
be-hoordenonderandere DeGiffel,De Koerboomenhet Smits-bosch. Deze
genotenook internationaalgrootaanzienbijde geologen in dietijd. Dankzij voortvarend werkvan onze le-denvanheteerste uur, waaronder MaartenvandenBosch (zonder anderentekorttewillendoen), zijn vrijwelalle
lo-catiesookweerteruggevonden;op éénna:Het Smitsbosch.
In hetkadervan eennieuwproject voor onzewebsite,waarin
wealle bekende klassiekevindplaatsen genoemd door
Sta-ringendeDienstderRijksopsporing vanDelfstolfenin
Ne-derland willenbeschrijven, ontstond hernieuwde aandacht
omook de locatievanhet Smitsboschnabij Eibergen opte
sporen. Metbehulpvanoudegeologische,kadastraleen
to-pografische (militaire)kaartenkreeg Ton Lindemanneen
vermoedenwaarhet Smitsboschgezochtmoestworden. Het
grootsteprobleem hierbijwas dat het Smitsbosch als
zoda-nigop geen enkele kaartgenoemd wordt.
gendomgeweestvan de familieSmits,een
burge-meestersfamilievanEibergen. Vaderenzoon
wa-ren van 1879tot 1915burgemeester.Na het overlij-denvanburgemeester G.H. Smits in 1924 werd het
bosperceel aandegemeenteEibergen geschonken.
De herontdekking
In het hierbovengenoemde werkje wordtmelding
ge-maaktvan eentertiaire locatie achter hetSmitsbosch.
Opdegeologischekaartvan1857 wordt dit aangege-venmet“e”juistonder Holterhoek(fig. 5).Het
bos-perceel noordelijkvandeovale cirkelopde
topogra-fische kaart(fig.2)is het Smitsbosch. Het ovaalgeeft
deplaatsaan waarde miocene klei gedolven moet
zijn. Dezeplaats komtovereenmet depoelen (van
graafactiviteiten?) op de kaartvanrond 1850(fig. 3).
Ook meeroostelijk liggenin dewoestegrondvele
vandezepoelen, maarhierheeftStaringgeen Terti-airaangetroffen, voor zoverdatvandegeologische
kaartvan Staringuit 1857 te herleiden is.Blijkens
een topografischekaartvan 1902washier rond de
eeuwwisseling van de 19enaarde 20eeeuwnog
woeste grond. De poelen meer oostelijk vanhet
Smitsboschwarentoenal verdwenen door
ontgin-ning. Opdegeologische kaart uit 1929(fig.4)wordt
in dezeregiodeaanwezigheid vanhet Mioceen
aan-geduid als IV.
Bij eenbezoekvanTon LindemannenSylvia
Ver-schueren inoktober 2011aanhetmuseumDe
Sche-perteEibergen werd
navraaggedaanover de
loca-tievanhet Smitsboschende heer DeScheperheeft
het vermoedenvanTonbevestigd en waszelfs
be-reidomdeexactelocatieaantewijzen.
Daaropis op 5 mei 2012 de locatienabijhet
Smits-bosch dooreenteamvanvijfWTKG-ersbezocht,
inaanwezigheid vande heer De Scheper. Daar is
meteenhandbooreenproefboring gezet
onderlei-dingvanMaartenvan den Bosch.
Kleiwinning
Hetbezochte terreinligt juist ten zuidenvanhet
Smitsbosch waarin de 19eeeuwklei gewonnen
werdvoor het makenvan
pannenenbakstenen.
Hetperceel isnu bebost, maardegraafsporenin devorm vankuilenenondiepe poelenwaardeklei
2.Kaartfragment topografischekaart;blad 34G - 1995; 1:25:000. (Topografische Dienst)
4.Kaartfragment geologische kaart;kwartblad 34-IV
-1929;1:50:000. Verklaringvancodes:
19Beekafzettingen;113 Grondmorene vanhet
Riss-land-ijs; 114SmeltwaterafzettingenvanhetRiss-landijs;118 Jongplistocene dalopvullingoflaagterreas; IV Mioceen.
Een coderingondereenbreukstreep geeftaandat de
afzettingdichtaanhetoppervlakonder de
bovenlig-gendeafzettingvoorkomt. De codesenbeknopte
be-schrijvingzijnovergenomen vandekaartlegenda.
(RijksGeologischeDienst)
NB: Kaart2,3en4zijnhiergereduceerdtotongeveer dezelfde schaal.
3.Kaartfragmentmilitairetopografischekaart; blad 34 4rd 1830-1850;
uitgedolven is, zijnnogduidelijk aanwezig (fig. 6).
Kleiwinningtenbehoevevanbakstenenenpannen waseertijdsvooralseizoensarbeid.Meestal werd in aprilmethet delvenvandekleibegonnenenwerden inveldovensdestenen afgebakken. Eind septem-berstoptehet werk(Beskers enOverkamp, 2009).
Hetjaarerop werdeennieuwe kuil gegraven. De
kuilenhebbeneendieptetotongeveerviermeter
gehad endeklei dagzoomde oflagvlak ondereen deklaagvanhooguit eenmeter.
Geologie
Staring(1860,p.200-204)noemde
dezeleemfonna-ties “GrondenvanEibergen”enplaatste dezeinhet
Mioceen. DezemeningwasStaring tocgcdaanop
ba-sisvande fossielinhoud dievrijwelhetzelfde is als
gevondenindeoevers vande Elbe(Grondenvande
BenedenElbe). Volgens Staringbestaan de Gronden
vanEibergenuiteengrauwblauwe, metzeerkleine kwarts of
zandkorrelsgemengdeleem. Debovenlaagis bruinen
gedach-tig,watStaring toeschrijftaanverwering. De leemvalt,door
aanregenenvorstblootgesteldtezijn,uiteen in kleine
schilfer-tjes.hi de kleizijnalleen fossiele haaientanden0
Cosmopolito-dus hastalisenCosmopolitodus escheri) gevonden, welke
bij-eengebrachtdoorStaringnunogaanwezig zijninNCB
Natu-ralis, (fig.8,pag.76).De vondstomstandigheden zijnonbekend.
De leemvanEibergen (tegenwoordigbeter bekend als de
Af-zetting van Eibergen) isjuistkarakteristiek door hetvrijwel
ontbrekenvankleinesoortenhaaientandenenhet is derhalve
niet vreemd datStaringslechtstweesoorten Cosmopolitodus
vond. De conservatievande tanden 2en4 infiguur8 is
type-rendvoordemeestetanden dieaanwezig zijnin de collectie vanNCBNaturalis:eendofgroenig kroonoppervlak,
afgeron-de snijrandenen eenafgeronde wortel,indienaanwezig. Een
enkeletand,zoals 3 infiguur 8,heefteenwatmeerglanzende
kroon dan deoverigetanden.
De oudste onsbekendeprofielbeschrijving vanhet
Smits-bosch is verricht door Dr. H.vanCapelle (1894,p. 11).Dit
profielkomt echter nietovereenmet watwijaantroffen. De
veldoven stondechter inonmiddellijke nabijheidvandeplaats
waarwijdeboring geplaatsthebben.MogelijkheeftVan
Ca-pelleeenprofielgegevenvan eenontsluitingmeeroostelijk. Dan komt ook het EllewickerFeld in Duitsland in zicht. Daar
komt deafzettingvanWoold in beeld. Of zelfsnog wat
zui-delijker, bijvoorbeeld “Ticheloven”. Hetwasindietijd im-mersookgebruikelijk dat ineenveldoven ook kleivan
el-ders verwerkt werd. DeAfzettingvanZenderen kan worden
uitgesloten,dat is geen materiaalomstenenvantebakken.
Als het deAfzettingvanZenderenzouzijn, warenzonder
meerook degroteschubbenvanMiothunnus deldenius
ge-vonden. Dat iszeerkarakteristiekvoor dezeafzetting.
Bo-vendien bevat deAfzetting vanZenderen veelfijne fauna.
5.Kaartfragment geologischekaart;blad 161e editie -1857;1:200.000,
De “e” geeftdeplaatsaan waarStaringhet Tertiairaangetroffenheeft. (TopografischBureau vanhet MinisterievanOorlog)
zoalsLingula en veel visresten waaronder diverse kleine
soortenElasmobranchen. DatzouStaringzekergezien
heb-ben! VanCapelle beschrijft hetprofielals:
0,0- 1,2m Rood,veel glimmer englinsterende
kwarts-stukjes bevattendlemig keizand, waarin
ne-vensde gewonezuidelijke gesteenten,talrijke
granieten envuurstenen(o.a. gele bryozoën-vuursteen) liggen ingesloten.
1,2- 1,7m Zwakzandigleem. Behalveenige
roestkleu-rige plekjes is het leemgelijkmatig
donker-bruin gekleurd ensluit verscheidene holle
pijpvormigeenuit,doorijzeroxidehydraat aan
elkaargebakken zandkorrelssamengestelde,
brokjes in,welke dooromkorsting van
plan-tenwortelsontstaan zijn.
1,7- ?m Door amorfzwavelijzer donkergrijs,somszelfs
zwartgekleurde zandige leem. Geen verwe-ringssporen meer door infiltratievan
regen-water.Weinigkalkhoudend.
In dit leemzijnmeermalenoverblijfselenvan
weekdierenenhaaiengevonden.
Van Baren(1920) noemtnog deaanwezigheid van
glau-coniet in de leemvanEibergen.
Hetprofiel
Boring 34G. 1-122teEibergen aan de Kerkloolaan
(Si-nalaan) tenbehoeve van onderzoeknaarde locatie van
W.C.H.Staring’s genoemde “Smitsbosch” door de
Werk-groepvoor TertiaireenKwartaireGeologie, 5 mei 2012.
Geboord door TacoBor, handboring 10 cm, na2,00 m7
cm diameter.Beschrijving eninterpretatie door Maarten
van den Bosch. Boorlocatieop de“Sinalaan”, 30 meter
uit het hartvande Kerkloolaan. RD-coördinaten
243.655-456.310,maaiveldca. 25,00meterboven N.A.P.
Kwartair
0,00-0,10m humuslaag, fijnzandig,donkerbruin.
0,10- 0,20m zand,fijntotmatig fijn, bruingrijs,aande
toproestig (geroerd).
0,20- 0,25 m zand,als boven,licht roestbruin(geroerd).
0,25 -0,35m keileem,sterk fijnzandig, bruingrijs,
roest-vlekken(geroerd).
0,35 -0,85m zand, matig fijn,metkluitenzwartehumus
enkluiten keileem(geroerd).
0,85- 1,25m keileem, vet, lichtgrijs met roestvlekken, stug, met lichtgrijze zandnestjes, naar on-derovergaande in donkerbmingrijs (is ver-plaatst Tertiair).
7. Deboringwordtuitgevoerd. (Foto Sylvia Verschueren)
8. De twee soorten haaientanden gevondenin het Smitsbosch
bij-eengebrachtdoorStaringenaanwezigin Naturalis. Tanden opware
grootte.1; origineeletiketvan
Cos-mopolitodusescheri;
Cosmopolitodushastalis (2);3a; Cosmopolitodus
escheri,
3b: detailvankartelrand;4:
zonder wortel, (coll. NCB Naturalis;2:RGM 25914;3: RGM
Afzetting vanEibergen
1.25- 1,50m klei,sterksiltig,donkergrijsbruin,met
roest-vlekken (boomwortelomkorstingen), stug,
kalkvrij.
1.50- 1,75m klei, matig siltig, zwartachtig bruin,nog
en-kele roestvlekken als boven,zeerstug,iets
fijne groeneglauconiet, weinig fijne glim-mer,kalkvrij.
1.75
-2,00m klei,matig siltig,zwart,zeer stugen bladde-rig, rijkaanorganisch materiaal,spoorfijne glauconiet, weinig fijne glimmer, kalkvrij. 2.00-2,25
m klei, matig siltig, zwart, zeer stug en wat
brokkelig, rijkaanorganisch materiaal,iets
fijnegroeneglauconiet, vrijveelfijne glim-mer,kalkvrij,en;
klei, sterk siltig, donkergroenzwart, stug,
matig weinig matig fijne groeneglauconiet, vrijveel fijne glimmer, kalkvrij.
2.25 -2,50m klei, sterk siltig, zeer donker groen, stug, iets matig fijnegroeneglauconiet, veel
fij-neglimmer, kalkvrij.
2.50-2,75m klei, matig siltig,zwart, veelorganisch ma-teriaal,zeer stug, ietsfijne
groene
glauco-niet,veelfijne glimmer, kalkvrij.
2.75- 3,00m klei, vrijsterksiltig,donkergroenzwart,vrij
veelorganisch materiaal,stug, ietsfijne groe-neglauconiet, veelfijne glimmer, kalkvrij.
3.00- 3,25m klei, matig siltig, donkergroenzwart, vrij veelorganisch materiaal,zeerstug,iets ma-tig fijne glauconiet,veelfijne glimmer,
kalk-vrij,en;
klei, sterk siltig, donkergroengrijs, stug,
weinig matig fijne groeneglauconiet, veel
fijne glimmer, kalkvrij. 3.25- 3,50m klei,
matig siltig,donkerbruinzwart, vrijveel
organisch materiaal,zeerstug,spoorfijne groe-neglauconiet,veelfijne glimmer, kalkvrij.
3.50- 3,75 m klei, matig siltig,zwart,veelorganisch
ma-teriaal,zeer stug,weinig fijnetotmatig fijne glauconiet, veelfijne glimmer, kalkvrij,en;
klei,zeersterksiltig, donkergroen,stug, ma-tigveelfijnetotmatig fijne glauconiet, veel
fijne glimmer, kalkvrij.
3.75 - 4,00m klei, sterk siltig, donker groengrijs, stug,
matig weinig fijne tot matig fijne glauco-niet,veelfijne glimmer, kalkvrij.
4.00-4,25 m klei, vrijsterksiltig,donkergroengrijs,stug,
géén glauconiet, veelfijne glimmer, kalkvrij.
Eindeboring.
Opmerking lithostratigrafie
Het doorboordetrajectbevatenkele sterksiltigeen
groen-achtige laagjes metvrijveelglauconiet. Dat wijstop een hoger gedeeltevandeAfzettingvanEibergen, stratigrafisch
directbóvenhettypeprofielin demeestwestelijke groeve
vanF.O. W. inEibergen-Holterhoek. Afzettingvan
Zende-renkomt in de boorlocatie Smitsbosch nietvoor. De door
Staring bijeengebrachte haaientandensluitengoed bijdeze
lithostratigrafische positie aan.
Literatuur
Anoniem, 1853. DeGeologievanNederland.Handleiding voordebezigtigers derverzamelingop hetPaviljoente
Haarlem, Haarlem, 146 p.
Baren, J. van, 1920. De bodemvanNederland,I. De vor-mingen,ouder dan het Kwartair.Amsterdam, 448 p.
Beskers, R.,enL.Overkamp, 2009. Meddo III.
Winters-wijk, Werkgroep Meddo’sVerleden,304 p.
Bosch, M. van den,M.C. Cadéeen A.W.Jansen, 1975.
Lithostratigraphical andbiostratigraphical subdivision ofTertiary deposits (Oligocene-Pliocene) in the
Win-terswijk - Almeloregion (eastempart of the
Nether-lands).
-Scripta Geologica,29; 1-167.
Capelle,H.van,1894.Eenige mededeelingenoverde glaci-aleenpraeglaciale vormingenin Twenteende oosthoek
vanGelderland.-Verhandelingen derKoninklijke
Aka-demievanWetenschappen, Tweedesectie, III/9: 3-20.
Staring, W.C.H., 1860. De bodemvanNederlandII,
Haar-lem,480 p.
Vande webmasters
Dit artikelverschijntin deloopvandecember in kleuroponze
web-site onder ‘klassiekevindplaatsen’:www.wtkg.org/kv_inleiding.html
1
TonLindemann, Valkenkamp 407, 3607LXMaarssen,
e-mail: lindemann.ton@hccnet.nl
'MaartenvandenBosch, Vredenseweg 23, 7101 LK
Win-terswijk, e-mail:bo50700@concepts.nl ’TacoBor,Prinsenweer54,3363 JKSliedrecht,
e-mail:tacobor@xs4all.nl
4
Sylvia Verschueren, Valkenkamp 407,3607LXMaarssen,
e-mail:verschueren.sylvia@xs4all.nl
5
Pepijn Morgenstern, Gildslraat81, 3572 EL Utrecht,