UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)
Hepatitis C infection: the quest for new treatment strategies
Weegink, C.J.
Publication date
2004
Link to publication
Citation for published version (APA):
Weegink, C. J. (2004). Hepatitis C infection: the quest for new treatment strategies. s.l.
General rights
It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).
Disclaimer/Complaints regulations
If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.
Vele jaren geleden werd ik gebeld door Henk Reesink. Of ik zin had om naar Hong Kong te gaan. Om daar een hepatitis B -studie te coördineren. Ik was toen eerste hulp arts in het OLVG en mijn jongste kind was een paar maanden oud. Ik heb er een nachtje over geslapen. Het is niet Hong Kong geworden. Maar Henk, ik ben je dankbaar voor al dat soort suggesties. Ik heb er verschillende onvergetelijk werkperiodes aan overgehouden. En, uiteindelijk, dit proefschrift over hepatitis C, dat er zonder jou niet was gekomen. Niet alleen heb je mij op het idee gebracht, maar je hebt mij ook achter mijn vodden gezeten. Ik ben bang dat ik het anders niet gered zou hebben.
Want promoveren is net zoals het ondergaan van een behandeling van een chronische hepatitis C -infectie, vooral een kwestie van doorknokken. Ik heb enkele malen de neiging gehad het bijltje erbij neer te leggen. Omdat je niet meer weet waarom je er ooit aan begonnen bent en je de zin er niet meer van inziet.
Ik herinner mij in het bijzonder de avond dat ik met mijn kinderen aan het vieren was dat mama er deze dag definitief mee gestopt was. Taart, champagne, luide muziek... totdat Michiel (mijn man) thuiskwam. Het feest was snel voorbij.
Ik heb na die avond nog meermalen steun nodig gehad om verder te gaan en de draad weer op te vatten.
De strijd, die het schrijven van een proefschrift betekent, kan nu eenmaal niet gevoerd worden zonder hulptroepen. In de eerste plaats zijn dat natuurlijk de patiënten, zonder hun medewerking was er geen onderzoek mogelijk geweest. Zij waren voor mij de voornaamste inspiratiebron.
Roel Sentjens, wat kon je mij door je enthousiasme lekker opjutten! Ik denk er nog vaak aan terug.
Aan de gestructureerde wijsheid van Monique van Leerdam kon ik mij laven. De gesprekken met David van Westerloo, waren voor mij onmisbaar.
Marjolein Damen, je wetenschappelijke gestrengheid en onverbiddelijkheid had ik soms nodig.
Huub Gelderblom was good company in de afrondingsfase van mijn proefschrift. Een solidaire collega.
Marcel Beid heeft er voor gezorgd dat ik, als gewone 'mensendokter', tenslotte toch ook iets van het hepatitis C-virus ben gaan snappen, door mij met engelengeduld steeds opnieuw daarover uitleg te geven.
Marcel Dijkgraaf was een voortreffelijke gids in de mysterieuze wereld van de statistiek. Hij bracht mij de elementaire principes bij en zorgde voor de statistische structuur.
Rob Chamuleau heeft me menigmaal voor wetenschappelijk afdwalen behoed. Telkens weer stelde hij de juiste vragen.
Fibo ten Kate nam me in de vroege ochtenduren mee in de wonderschone wereld van de microscopie. Door hem kan ik nu echt naar een leverbiopt kijken.
Guido Tijtgat, ik ben je honderdste promovendus. Dat is een hele eer, die mij zomaar te beurt valt. Wat versta jij de kunst goed om iemand tot prestaties aan te zetten.
De collega's van de assistentenkamers. Heerlijk om af en toe even stoom te hebben kunnen afblazen.
Dankwoord Door de perfecte organisatie op de polikliniek leverziekten waar Ruth Culbard en Martine Peters de scepter zwaaien, kon ik de afgelopen maanden ongestoord door blijven schrijven. En af en toe ook even van de goede sfeer meegenieten.
Mijn buitenlidmaatschap van de Bundelstock heeft helaas wel te lijden gehad van het werken aan dit proefschrift. Maar dat komt heus wel weer goed.
Tyche en Tjebbe, jullie werden er wel eens gek van. Dat gezucht en gefoeter van je moeder aan de computer. Het is voorbij.