MULO-B examen Meetkunde 1955 Openbaar.
Opgave 1.
Van ABC is A 53 8';o AB10 en de hoogtelijn CD5. Bereken AC BC, en B.Opgave 2.
Van een cirkel is M het middelpunt en AB een middellijn. In A en B zijn de raaklijnen aan die cirkel getrokken.
C is een willekeurig punt van die cirkel. De raaklijn in C snijdt de beide vorige raaklijnen
respectievelijk in D en E.
Uit C is de loodlijn op de middellijn AB neergelaten. Het voetpunt van deze loodlijn is F. Bewijs CF DE CM AB
Opgave 3.
Construeer een koordenvierhoek ABCD als gegeven is: AB6,8 cm; AD5,5 cm; o
108
A