• No results found

Resultaten van het onderzoek naar de tijdsinvloed op de intreeweerstanden van plastiek drainbuizen met omhullingsmateriaal

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Resultaten van het onderzoek naar de tijdsinvloed op de intreeweerstanden van plastiek drainbuizen met omhullingsmateriaal"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NN31545.0284

u w i i i u u i v u u K CULTUURTECHNIEK EN WATERHUISHOUDING

NOTA 284, d . d . 8 j a n u a r i 1965

Resultaten van het onderzoek n a a r de tijdsinvloed

op de i n t r e e w e e r standen van p l a s t i e k drainbuizen

m e t omhulling s m a t e r i a a l

F . Homma en J. Wesseling

Droeven*•;".*'.. .. ,..

» * T > 7 " >

6700 AJE

^ ' ^ i - . - . - r .

Nota's van het Instituut zijn in principe interne

communicatiemid-delen, dus geen officiële publikaties.

Hun inhoud varieert sterk en kan zowel betrekking hebben op een

eenvoudige weergave van cijferreeksen, als op een concluderende

discussie van onderzoeksresultaten. In de meeste gevallen zullen

de conclusies echter van voorlopige aard zijn omdat het

onder-zoek nog niet is afgesloten.

Aan gebruikers buiten het Instituut wordt verzocht ze niet in

pu-blikaties te vermelden.

Bepaalde nota's komen niet voor verspreiding buiten het Instituut

in aanmerking.

(2)

1

-In nota 251 is melding gemaakt van een toename met de tijd van de intree-weerstand van plastiek drainbuizen met omhullingsmateriaal. Om een inzicht te verkrijgen in de wijze waarop en de mate waarin deze toename plaatsvindt over

een langer tijdsverloop zijn twee plastiek 'Wavin' drainbuizen van k cm diameter, voorzien van k rijen perforaties en een omhulling van êên laag glasvlies in met-selzand geplaatst. Daar de doorlaatfactor van de grond in de meetopstelling door inklinken en ijzerafzetting afneemt met de tijd, moest van grof zand worden uit-gegaan om zeker te zijn dat de grond ook aan het eind van de metingen nog een

voldoend grote doorlaatfactor zou hebben. De metingen zijn op dezelfde manier en met dezelfde meetopstelling uitgevoerd als in "bovenvermelde nota uitvoerig is omschreven.

Om enigszins het verschil tussen de gebruikte meetmethoden en de omstandig-heden in de praktijk te kunnen vergelijken zijn voor dit onderzoek twee meetop-stellingen gebruikt, en wel:

a. In een opstelling werd een constant drukverschil gehandhaafd tussen het peil in de bak en dat in de drainbuis.

b. In de tweede opstelling werd dit drukverschil gevarieerd, waardoor de doorstromende hoeveelheid water zeer verschillend en bij tussenponen ge-heel onderbroken was.

In figuur 1 zijn weerstanden, berekend uit het verschil in stijghoogte op 3,5 cm uit het midden van de buis en de stijghoogte in de buis, weergegeven. Voor beide lijnen geldt een relatief sterke toename van de weerstand gedurende de eerste 2\ maand, waarna een zekere daling optreedt bij continue afvoer. De op-stelling met wisselende afvoer toont echter steeds een vrijwel constante weer-stand die vooral aan het begin na elke keer stopzetten van de afvoer sterk af-neemt.

Daar echter bleek dat de doorlaatfactor van de grond eveneens met de tijd afnam is de weerstandstoename dus gedeeltelijk het gevolg van een vergroting van d de radiale weerstand. De doorlaatfactor van het materiaal in de bak liep terug van 1,5 cm/sec. aan het begin van de meting tot 0,35 cm per sec. aan het eind

van de waarnemingsreeksen voor de opstelling met wisselende afvoer. Voor de bak met continue afvoer bedroegen deze waarden respectievelijk 0,65 cm/sec. en 0,28 cm/sec.

Uit de doorlaatfactor van het zand zijn voor beide bakken de radiale weer-standen nodig voor de stroming tussen 1§ cm van de buis en de wand van de buis

berekend en eveneens in de figuur opgenomen. Bij deze berekening is dus geen

(3)

2

-rekening gehouden met een eventueel naar het midden van de bak toe afnemende doorlaatfactor van de grond, welke veroorzaakt zou kunnen zijn door een grotere ijzerafzetting dichtbij de buis. Corrigeert men de W, _ voor de met de tijd toe-nemende weerstand in de stroming over de laatste 1g cm grond rond de buis, dan veranderen de lijnen weliswaar iets, doch in wezen blijft hetzelfde beeld be-staan»

Uit de metingen blijkt dat wel met een toename van de intreeweerstand in de praktijk rekening moet worden gehouden, maar dat deze toch niet zo groot zal zijn als uit vroegere metingen (zie fig. 3 nota 251) werd verwacht. Bedacht moet namelijk worden dat ook in de praktijk de weerstand van de grondlaag rondom de buis toe zal nemen door zetting en neerslaan van ijzer en slibdelen. Een

prak-tische maat voor de toename van de weerstand met de tijd valt moeilijk uit de gevonden waarden te destilleren, omdat de juiste oorzaak niet vaststaat.

De enigszins vreemde vorm van de kromme voor de weerstand bij een continue afvoer kan verklaard worden door aan te nemen dat na ca. 2 maanden een zo grote ijzerafzetting heeft plaats gevonden, dat uitvlokken en afvoer van ijzer via de drain plaatsvindt. Na verloop van tijd zal zich op een iets lagere waarde van de concentratie van de ijzerafzetting een evenwicht instellen tussen afzetting en uitvlokking van de ijzerverbindingen. Dat bij de onderbroken toevoer niet zo'n hoge weerstand optreedt zou dan het gevolg zijn van het feit dat de ijzerverbin-dingen gelegenheid krijgen op te drogen bij een droogstaande drain en grond of op te lossen als de gehele bak 'in rust' onder water is gezet om dan bij de eerst-volgende werking van de drain uit de grond en het omhullingsmateriaal te worden afgevoerd. Analyses van het afgevoerde water op het ijzergehalte werden helaas niet uitgevoerd.

Conclusies

Jk Bij een steeds wisselende afvoer is de toename van de radiale weerstand even belangrijk als die van de intreeweerstand zelf. De intreeweerstanden in de proe-ven namen toe van 2,5 - 12,5 sec/cm en de radiale weerstand over de laatste

ij cm grond van 0,5 - 2,5 sec/cm. In de praktijk moet echter rekening worden ge-houden met een veel grotere afstand van de drain waarbinnen de radiale weerstand zich doet gelden. Hierdoor zal de radiale weerstand in dezelfde orde van grote komen te liggen als de intreeweerstand. Voor uitvoering van de drainage in de praktijk zal het daarom gewenst zijn te zoeken naar een zodanig omhullingsmate-riaal dat de afname van de doorlatendheid ook met de tijd zo klein mogelijk blijft.

(4)

3

-2, Bij continue afvoerende drains, zoals in kvolçehieden, zal vooral

bij een hoog ijzergehalte in het water rekening moeten vorden gehouden met een zeer sterke stijging van de intree- en radiale weerstand»

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• dat de provincies waar Nike zijn producten laat produceren (bijna) allemaal provincies zijn met speciale economische zones / met open.

bron 1 vrij naar: Robert Stiphout; Elsevier, 25 februari 2006 bron 2 vrij naar: CBS, Bevolkingstrends 2006, 3e kwartaal 2006 bron 3 vrij naar: Havenbedrijf Rotterdam nv, 10

− Argument a: zonder Betuweroute gaan er relatief gezien meer goederen over de weg, met Betuweroute blijft dat aandeel hetzelfde maar gaan er meer goederen per spoor, wat

• Je kunt deze uitspraken niet zonder meer als een ‘koude oorlog‘ stemming voor beide blokken beschouwen, want hoewel de mening van Stalin wel voor het Sovjetblok geldt, is

Voorbeelden van juiste sociaaleconomische kenmerken van de zittende bewoners zijn:. −

Werkzaamheden, werkwijzen WP1: De betrokkenheid van de ondernemers in de sector wordt bevorderd door de discussie over teeltomstandigheden bij verschillen technische systemen

Op zich zelf kunnen beide metingen zeer nauwkeurig worden uitgevoerd, echter de meting kan nogal wat (onbekende) systema- tische fouten bevatten. Zo kan de drijver

De aanleiding tot het meten bepaalt tevens de benodigde mate van detail van de meetresulta- ten. Indien kan worden volstaan met een interpretatie van de ruwe