• No results found

Verslag van de vergadering van de Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) over recombinant humaan parathyreoïd hormoon 1-84 (Natpar®)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verslag van de vergadering van de Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) over recombinant humaan parathyreoïd hormoon 1-84 (Natpar®)"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina 1 van 3

Volgnummer: 2021000114

WAR CG notulen Recombinant humaan

parathyreoïd hormoon 1-84 (Natpar®)

Recombinant humaan parathyreoïd hormoon 1-84 (Natpar®), eerste bespreking

26 oktober 2020

Beoordelingsformulier voorwaardelijke toelating

Bespreking van Natpar® als aanvullende behandeling van volwassen patiënten met chronische hypoparathyreoïdie in het kader van de voorwaardelijke toelating weesgeneesmiddelen, conditionals en

exceptionals. Het Zorginstituut toetst op vijf criteria of een geneesmiddel

in aanmerking komt voor voorwaardelijke toelating.

Het onderzoeksvoorstel is door partijen ingediend in het licht van een PICO en betreffen een placebo-gecontroleerde gerandomiseerde trial (RCT) en een lopend Europees onderzoek.

Hierin wordt de effectiviteit van Natpar® bepaald in volwassen patiënten met chronische hypoparathyreoïdie van wie de toestand onvoldoende onder controle kan worden gebracht met standaardtherapie. ZIN is van mening dat Natpar® voldoet aan de gestelde criteria voor de

voorwaardelijke toelating.

Bevindingen van de referenten op de onderzoeksvragen

 Een referent antwoordt bevestigend op de drie onderzoeksvragen.  Niet duidelijk is waarom het geneesmiddel door de EMA is

geregistreerd voor deze smallere indicatie (enkel patiënten die onvoldoende onder controle kan worden gebracht met

standaardtherapie) gezien de registratiestudies naar een bredere populatie hebben gekeken.

 Eens met het voldoen van het geneesmiddel aan de criteria voor voorwaardelijke toelating.

 In de uitgevoerde registratiestudies is gekeken naar andere

patiëntenpopulaties, andere primaire uitkomstmaten en andere parameters.

 In deze studie wordt de juiste patiëntenpopulatie onderzocht.

 De vergelijking met een placebo is prima.

 Wenselijk is dat naast de cruciale primaire uitkomstmaten wordt gekeken naar secundaire uitkomstmaten zoals de calcium- en fosfaathuishouding, de nierfunctie en cardiovasculaire

aandoeningen. Relevant is dat hierover goede overeenstemming is met de beroepsgroep.

 Voorgesteld wordt vragen voor te leggen aan de registratiehouder en eventueel aan de experts. Hoe groot is het verschil in

effectiviteit in units voor de primaire uitkomstmaat van het dagboek zoals dat wordt weergegeven (op welk verschil in

uitkomsten is de studiee gepowered)? Is dat een klinisch relevant verschil?

 In de beoordeling worden de ongunstige effecten en stakers

meegenomen, in het dossier moet hieraan explicieter aandacht worden besteed.

(2)

Pagina 2 van 3 Zorginstituut Nederland Bedrijfsdiensten Automatisering Onze referentie 2021000114

 De EMA vraagt een andere studie dan de registratiehouder heeft uitgevoerd. Hoe verhoudt zich dit tot elkaar?

 De referenten kunnen zich vinden in de PICO, het middel is

waarschijnlijk een geschikte kandidaat voor voorwaardelijke toelating.

 Er kan aan de indienende partijen meer info worden gevraagd omtrent de therapietrouw van deze patiënten.

Discussie

 De EMA ziet waarschijnlijk de noodzaak niet van indiceren voor patiënten die goed te behandelen zijn. De beoordelaar kijkt het na.

 In de EPAR wordt uitgebreid ingegaan op de onzekerheden zoals

bijwerkingen, de inperking van de indicatie is dan logisch.

 De beoordelaar benadrukt dat Preotact® (dat enkele jaren geleden van de markt is gehaald) identiek is aan Natpar® (betreft beide recombinant human parathyreoïd hormoon wat identiek is aan het 84-aminozuur polypeptide). Dit zal nader worden toegelicht in het document.

 Het lijkt erop dat de score in week 26 in het dagboek de primaire uitkomstmaat is. Een WAR-lid vraagt zich af of enkel deze week 26 uitkomstmaat wordt bekeken of dat ook andere momenten worden geanalyseerd gezien dit dagboek door de patiënt elke dag wordt ingevuld.

(3)

Pagina 3 van 3

Zorginstituut Nederland Bedrijfsdiensten

Automatisering Onze referentie 2021000114 Recombinant humaan parathyreoïd hormoon 1-84 (Natpar®), tweede

bespreking 23 november 2020

FT-rapport

Tweede bespreking van Recombinant humaan parathyreoïd hormoon 1-84

(Natpar®) in het kader van voorwaardelijke toelating. Natpar is

geregistreerd voor de aanvullende behandeling van volwassen patiënten

met chronische hypoparathyreoïdie wier toestand onvoldoende onder

controle kan worden gebracht met standaardtherapie. Het Zorginstituut

en de WAR hadden nog enkele aanvullende vragen aan de indienende

partijen. De antwoorden op deze vragen zijn verwerkt in het

beoordelingsformulier.

Bevindingen van de referenten op de onderzoeksvragen

 De fabrikant heeft de vragen adequaat beantwoord.

 Referent is het eens met de verklaring van de indienende partijen

dat de ineffectiviteit van de standaardbehandeling door

therapieontrouw vaak wordt veroorzaakt door het niet kunnen

verdragen van de grote hoeveelheid calciumtabletten. De referent

verwacht dat Natpar leidt tot een lager gebruik van calcium.

 Het bepalen van de klinische relevantiegrens voor de HPT-SD

vragenlijst vindt plaats tijdens het VT-traject. Deze parameter is

niet de enige uitkomstmaat die de uiteindelijke pakketbeoordeling

zal bepalen.

 De referent concludeert dat Natpar een geschikte potentiële

kandidaat is voor de voorwaardelijke toelating.

 De tweede referent beantwoordt de vier vragen van het

Zorginstituut bevestigend en concludeert eveneens dat Natpar een

geschikte potentiële kandidaat is voor de voorwaardelijke

toelating..

 De aanvullingen uit de CBG-verslagen waren verhelderend.

 De vraag is wat de non-compliance risico’s van Natpar zijn.

 De onderbouwing van de HPT-SD vragenlijst blijft dun.

 Onduidelijk is waarom in de monitor niet de routinematige

labwaarden worden betrokken.

De beoordelaar verwerkt de opmerkingen van de referenten voor de

voorwaardelijke toelating. Voor de minister zal een brief worden

opgesteld dat Natpar een geschikte kandidaat kan zijn voor de

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3 The nutritional status of South African children younger than nine years has not changed much over the past 15 years as reflected by comparable rates reported by three

The aim of this study was to determine the prevalence, medicine prescribing patterns and maximum potential savings through generic substitution in direct treatment

The results, however, included far more than simply stating the basic factors of help negation behaviour, but also highlight concerns with regard to the

 To determine the unique factors that contribute mostly to non-adherence to TB treatment among pulmonary sputum positive TB patients according to the TBMAS survey in

3 depicts the results of the sensitivity experiment for the rural channel model for the median receiver (solid black line). The audio quality [ODG] is shown along the y-axis and

Many di¤erent aspects of the soft glassy materials have been studied including the e¤ect of aging on the rheo- logical properties [11-13,15], the microscopic dynamics of colloidal

Als de opdracht om goede redenen niet in percelen wordt opgedeeld en u kunt niet zelfstandig aan de eisen voldoen, zoek dan uit of het misschien uitkomst biedt om samen met een

The first one deals with the distributional assumptions for the random variables involved (the claim sizes and the number of claims (in the collective risk model case)), which