• No results found

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden - Downloaden Download PDF

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Kosten en baten van arbeidsomstandigheden - Downloaden Download PDF"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden

Beleid op gebied van arbeidsomstandigheden heeft onmiskenbaar een economische impact. Op het

niveau van bedrijven beïnvloeden maatregelen productieprocessen, de wijze waarop men werkt. Dik­

wijls zijn investeringen of kosten gemoeid met maatregelen. Ook de effecten van slechte arbeidsom­

standigheden, uitval door ziekte of ongeval of een suboptimale productie hebben direct economi­

sche gevolgen.Op macro-niveau is de hoogte van uitval uit het arbeidsproces te zien als een verlies

aan potentiële productie (opportunity costs). Deze improductiviteit verlaagt het bruto binnenlands

product

(bbp)

en heeft een verlagend effect op de weivaart.Daarnaast zijn er indirecte effecten te on­

derkennen. Om ervoor te zorgen dat de productie ongestoord kan blijven verlopen is het vaak nodig

het uitgevallen personeel te vervangen, bijvoorbeeld door het inhuren van tijdelijke medewerkers of

door een buffer in het personeelsbestand in te bouwen. Hiervoor wordt een beroep gedaan op de ar­

beidsreserve. Deze indirecte effecten zijn het duidelijkst zichtbaar bij langdurig verzuim en bij ar-

beidsongeschiktheid.lndividuele personen lijden schade als gevolg van ziekte en ongevallen in de

vorm van onder andere extra medische kosten en verminderde (toekomstige) inkomens. Ook in het

economisch gedrag van individuen spelen arbeidsomstandigheden een rol. Een directe relatie is finan­

ciële compensatie voor gevaarlijk of onregelmatig werk. Verder mag verondersteld worden dat de be­

roepskeuze mede beïnvloed wordt door de werkomstandigheden. Dit kan tot fricties op de arbeids­

markt leiden.Systemen van sociale zekerheid zorgen voor een herverdeling van financiële middelen.

In beginsel draagt de transfer van gelden niet bij tot het nationaal product. De verdeling van kosten

en baten is echter een kernpunt in discussies over economische aspecten van arbeidsomstandighe­

den.

Achtergrond

De economische aspecten van arbeidsomstan­ digheden staan momenteel sterk in de belang­ stelling. Zowel op Europees en nationaal ni­ veau, als op het niveau van bedrijven en bedrijfstakken vinden kosten-baten studies plaats.

In enkele Europese landen is het gebruik om voorgenomen wetgeving, ook op het ter­ rein van veiligheid en gezondheid op het werk, vooraf op de economische gevolgen te bekij­ ken. In Nederland is dit in ontwikkeling. Een eerste studie is uitgevoerd in het kader van de

discussie rond de invoering van een nieuwe til- norm, waarbij door werkgevers werd gewezen op mogelijke schade voor de concurrentieposi­ tie van bedrijven. Te verwachten is dat in de toekomst economische evaluaties van inter­ venties op het terrein van veiligheid en gezond­ heid een grotere rol zullen gaan spelen.

Dergelijke evaluaties zullen de kwaliteit van de besluitvorming en de onderliggende argu­ mentatie verbeteren. Hiervoor is het echter noodzakelijk een helder beeld te hebben van wat onder de kosten en baten van arbeidsom­ standigheden kan worden begrepen en op wel­ ke wijze een schatting gemaakt kan worden. * Jos C.M. Mossink is als senior-adviseur verbonden aan n iatn ote Amsterdam. Zijn onderzoekswerk ligt op het ge­

bied van kosten en baten van arbeidsomstandigheden, zowel op macro- als op bedrijfsniveau. Hij coördineert het onderzoeksprogramma van n ia tn oop dit terrein.

(2)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden De begrippen kosten en baten moeten ruim

worden opgevat en mogen niet beperkt worden tot alleen die zaken die gemakkelijk in geld zijn uit te drukken. In economische evaluaties speelt een groot aantal aspecten een rol. Niet alleen de aard en omvang van kosten en baten is van belang, maar ook de verdeling daarvan over bedrijfsleven, werknemers of collectieve middelen.

Doel van dit artikel is een beeld te geven van de stand van zaken bij kosten/baten- evaluaties met betrekking tot de arbeidsom­ standigheden en hun bruikbaarheid voor het beleid op dit terrein. Aan de orde komen in dit verband enige theoretische achtergronden, de totale maatschappelijke kosten van arbeidsom­ standigheden en een praktische uitwerking op bedrijfsniveau. Een van de kernpunten is de vraag in hoeverre financiële prikkels en markt­ werking zullen leiden tot betere arbeidsom­ standigheden. Aan die vraag is het laatste deel van dit artikel gewijd.

Kosten/baten-evaluaties: theorie en

praktijk

Doel en toepassing

Kosten/baten-evaluaties kunnen verschil­ lende doelen dienen. In alle gevallen echter vormen de evaluaties onderdeel van besluit­ vormingsprocessen. Kosten/baten-evaluaties kunnen de besluitvorming kwalitatief verbete­ ren door rationele argumenten (van doorgaans economische aard) aan te dragen en antwoord te geven op vragen die essentieel zijn in de be­ sluitvorming (op elk niveau), zoals:

- wegen de opbrengsten van nieuw beleid, richtlijnen of maatregelen tegen de kosten

op?

— hoe zijn de kosten en de baten van maatrege­ len en/of beleid verdeeld over belangheb­ bende partijen?

- hoe kunnen (in beginsel schaarse) middelen het meest effectief worden ingezet?

— zijn maatregelen en /of veranderingen in be­ leid betaalbaar?

Hiervan afgeleid kan de vraag gesteld worden of bestaande stelsels voldoende economische prikkels bieden om met marktwerking betere arbeidsomstandigheden te realiseren. De ver­ deling van kosten en baten over actoren

(bedrijven, overheid, collectieve en private ver­ zekeringen en individuen) is een belangrijk onderdeel bij de beantwoording van deze vraag. Men kan zich afvragen wie voordeel hebben bij een preventiefbeleid op bedrijfs­ niveau.

Methodologische invulling

De middelen voor het verbeteren van arbeids­ omstandigheden zijn schaars. Men zal daarom zoeken naar mogelijkheden deze middelen zo effectief en efficiënt mogelijk in te zetten. De allocatie van middelen is in wezen een optima- liseringsvraagstuk, waarmee men het totale maatschappelijke nut tracht te maximaliseren.

Het vinden van een goede maat voor het to ­ tale nut is een probleem op zich. Men kan bij­ voorbeeld zoeken naar een optimum in wel­ vaart of gezondheid voor de gehele samenle­ ving. Eén van de mogelijkheden is om te trachten het totale nut uit te drukken in geld, bijvoorbeeld door de maatschappelijke preven­ tieve en correctieve kosten van arbeidsomstan­ digheden te berekenen. De keuze van het opti- malisatiecriterium is essentieel bij het uitvoe­ ren van een kosten/baten-evaluatie en voor de discussie en/of besluitvorming waarvan de evaluatie deel uitmaakt. Belangrijk is het ook een aantal randvoorwaarden, zoals een sociaal aanvaardbare verdeling van welvaart (of kosten) niet uit het oog te verliezen.

Preventieve kosten betreffen alle uitgaven en investeringen die tot doel hebben arbeids­ omstandigheden te verbeteren. Correctieve kosten kunnen in eerste instantie benaderd worden met de schade die ontstaat als gevolg van werkgebonden uitval uit het productiepro­ ces. Het uitdrukken van het totale nut in geld is aantrekkelijk omdat hiermee een waarde­ ringsgrondslag wordt verkregen, waarmee ook ongelijksoortige kosten en baten met elkaar kunnen worden vergeleken. Er zijn echter kos­ ten en baten die zich niet of nauwelijks in geld laten uitdrukken.

De eerste stap in het uitvoeren van kosten/ baten-evaluaties is het benoemen van de kos­ ten en de baten. In verschillende studies wor­ den de volgende kosten en baten in evaluaties genoemd (zie bijvoorbeeld Aaltonen, 1996; De Koning et al., 1996; Davies et al., 1995):

(3)

Tabel 1 Overzicht van kosten en baten van arbeidsomstandigheden

kosten als gevolg van werk- gebonden ziekte en ongevallen

mogelijke opbrengsten van verbete­ ringen in arbeidsomstandigheden individueel niveau

(inclusief familie)

psychologische gevolgeneffecten op vrije tijd en sociaal levengevolgen van ziekte en invaliditeit (lijden) economische gevolgen (inkomens­ verlies, medische kosten, extra kosten)

betere gezondheid, hogere gezonde levensverwachtinggrotere inkomens­ zekerheid, hogere welvaartbetere ontplooiingsmogelijkheden

bedrijfs-en bedrijfstak niveau

Productiviteitsverlies, kwaliteits­ verliesextra overhead kosten (begeleiding)kosten voor vervanging extra training, opleidingtoename

werkdruktoename premiesaanspra- kelijkheidsrisico's

minder verstoring door verzuim- reductie van verzuimkosten (inclusief overhead)lagere premiesverbetering van motivatiereductie aansprakelijk­ heidsrisico's

macro-niveau productiviteitsverliezenmedische kostenhandhavingskostenkosten van infrastructuur, opleidingen

toename nationale productieverbe- terde nationale concurrentiepositie- reductie medische kostenhogere welvaart

Praktijk

De vraag rijst nu in hoeverre al deze kosten en baten in de praktijk kunnen worden meege­ nomen. Men kan kosten/baten-evaluaties uit­ voeren op elk van de in Tabel 1 aangegeven ni­ veaus. Met de evaluatie van voorgenomen regelgeving is in enkele Europese landen, met name in Groot Brittannië, ervaring opgedaan. In Nederland is dit in ontwikkeling.

In Nederland is een discussie ontstaan rond het invoeren van een norm voor handmatig til­ len. Door werkgevers is betoogd dat deze norm zal leiden tot een hoog kostenniveau voor werkgevers, met mogelijk nadelige invloed op de concurrentiepositie. Een kosten/baten- evaluatie geeft de mogelijkheid aan deze dis­ cussie kwantitatieve argumenten toe te voegen. De Nederlandse studie richt zich echter uit­ sluitend op de kosten voor bedrijven. Hierin zijn de kosten die bedrijven moeten maken om aan de voorgenomen normen te voldoen afge­ wogen tegen de opbrengsten (minder verzuim en arbeidsongeschiktheid en enige productivi- teitswinst). Het betreffende onderzoek (Van Polanen Petel, 1996) heeft uitgewezen dat voor enkele branches de baten groter zijn dan de kosten, doch voor de meeste branches is het omgekeerde het geval. De totale kosten voor

bedrijven zijn, gekapitaliseerd over een pe­ riode van 15 jaar iets meer dan 200 miljoen gul­ den. De uitkomsten van de evaluatie zijn vrij sterk afhankelijk van aannames over de mate van werkgebondenheid van (in dit geval) rug­ klachten en de effectiviteit en kosten van maat­ regelen. Opgemerkt moet worden dat met name over het laatste relatief weinig bekend is.

De studie betreft echter slechts een klein deel van de aspecten die onderdeel zouden moeten vormen van een kosten/baten-evalua- tie. De kosten zijn bijvoorbeeld niet afgezet te­ gen de baten voor anderen, zoals lagere medi­ sche kosten. Belangrijker nog is de vraag of ba­ ten als een betere gezondheid voor mensen die veel handmatig tillen niet meer waard zijn dan ongeveer 200 miljoen gulden.

Kanttekeningen

Zoals het bovenstaande voorbeeld duidelijk maakt stuit het opstellen van kosten/baten- evaluaties in de praktijk op bepaalde proble­ men. Een centraal probleem is dat het niet mogelijk is alle benoembare baten uit te druk­ ken in geld. Om toch een waarde toe te kun­ nen kennen worden indirecte schattingsme­ thoden toegepast (bijvoorbeeld de 'willingness

(4)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden to pay'-methode of men tracht preferenties te

vinden door onderlinge vergelijking]. Toepas­ sing van dergelijke schattingen, bijvoorbeeld om de waarde van een goede gezondheid te be­ palen, geven echter geen eenduidige resulta­ ten. Daarnaast ontbreken voor veel posten exacte gegevens over kosten. Ook deze dienen (soms zeer indirect) geschat te worden. Een ge­ volg is dat de uitkomsten brede foutenmarges hebben.

Het resultaat van een kosten/baten-evalua- tie wordt beïnvloed door de aard van de posten die in de berekeningen worden meegenomen. In de praktijk besluit men dikwijls moeilijk kwantificeerbare posten buiten beschouwing te laten. Voor andere posten (bijvoorbeeld de hoogte van het ziekteverzuim of het aantal be­ drijfsongevallen) bestaan twijfels over de be­ trouwbaarheid van de statistische data. Een steeds terugkerende vraag is daarnaast hoeveel van de gezondheidsschade (en het hieruit voortvloeiende verzuim) aan omstandigheden in het werk geweten kan worden. Opvattingen en schattingen hierover lopen sterk uiteen (Koningsveld &. Mossink, 1997) De waarde van een kosten/baten-evaluatie wordt hierdoor be­ perkt en het gebruik ervan in besluitvormings­ processen bemoeilijkt.

In verschillende Europese landen zijn me­ thoden voor kosten/baten-analyses ontwik­ keld. In alle gevallen blijven moeilijk kwantifi­ ceerbare opbrengsten, zoals aan betere produc­

tiviteit, niet te worden meegenomen. Het probleem van de beschikbaarheid van vol­ doende betrouwbare gegevens speelt in vrijwel alle Europese landen. In Duitsland en België zijn statistieken redelijk betrouwbaar, mede omdat de beroepsziekten aldaar nauwkeurig omschreven zijn.

Berekening van maatschappelijke kosten

van arbeidsomstandigheden

In de discussie over kosten en baten van ar­ beidsomstandigheden op macro-niveau speelt de omvang een belangrijke rol. In deze para­ graaf wordt ingegaan op de wijze waarop deze kosten worden bepaald.

doel en methode

De berekening van maatschappelijke kosten van arbeidsomstandigheden kan verschillende doelen dienen:

- het verkrijgen van inzicht in de preventieve en correctieve kosten, bijvoorbeeld om de omvang te kunnen relateren aan andere maatschappelijke vraagstukken;

- optimalisatie van de inzet van middelen, in­ zicht in de bestanddelen van de totale kosten kan gericht beleid ondersteunen.

Het becijferen van de totale maatschappelijke kosten geeft een globaal inzicht in de schade

Tabel 2 Operationalisatie van preventieve en correctieve kosten van arbeidsomstandigheden bij het schatten van de totale maatschappelijk kosten in Nederland, onderverdeeld naar drager van de kosten

preventieve kosten correctieve kosten

individuen medische kosten

bedrijven aansluiting bij Arbodienst productieverlies kosten van arbo- en materiële schade van

verzuimbeleid ongevallen overheid collectieve middelen en fondsen beleidsvoorbereiding handhaving W AO uitkeringen

(private) verzekeringen medische consumptie als

gevolg van ziekte

(5)

die het gevolg is van blootstelling aan veilig­ heids- en gezondheidsrisico's op het werk. Hiermee wordt een eerste indicatie gekregen van de economische betekenis van goede ar­ beidsomstandigheden. Onder de totale maat­ schappelijk kosten worden in dit verband alle kosten verstaan die verbonden zijn aan ziekte of ongevallen die gerelateerd kunnen worden aan het werk, alsmede de kosten die zijn ver­ bonden aan preventie (op nationaal en bedrijfs­ niveau).

Voor de Nederlandse situatie is dit geoperatio­ naliseerd als weergegeven in Tabel 1 (Konings­ veld & Mossink, 1997).

In de berekeningen kunnen gemakkelijk dub­ beltellingen ontstaan. De compensatie van in­ komensverliezen (waouitkeringen) en premies

voor de wao betreffen in feite dezelfde geld­

stroom en mogen in de maatschappelijk kos­ ten slechts éénmaal worden meegerekend.

Europees perspectief

In verschillende Europese landen zijn bereke­ ningen van maatschappelijke kosten uit­ gevoerd (Baum &. Niehus, 1993; Davies & Teasdale, 1994; Davies et al., 1995; Lunde- Jensen, 1994, 1996). Deze kosten liggen voor een aantal noordelijke landen tussen

1%

en 4% van het bruto binnenlands product, met 10% (Noorwegen) als uitschieter (Andreoni, 1986; De Koning et al., 1996). Een ruwe schatting op basis van verzuimpercentages en het totaal van

wao-uitkeringen geeft aan dat de cijfers voor

Nederland in dezelfde orde van grootte liggen. Dit kan ook worden afgeleid uit internationale vergelijking van verzuimcijfers en arbeidsuit- val (Ministerie szw, 1996).

De gebruikte berekeningsmethoden ver­ schillen echter van land tot land. Hierdoor zijn de resultaten moeilijk vergelijkbaar. Een deel van de oorzaken van deze verschillen is gele­ gen in de verschillen in wetgeving, stelsels van sociale zekerheid en de beschikbare statisti­ sche gegevens. Daarnaast bestaan er verschil­ len in schattings- en berekeningsmethoden (Davies et al., 1995).

In een aantal landen (zoals Duitsland) kan men de uitkeringen die gedaan zijn voor be­ roepsziekten relatief gemakkelijk traceren om­ dat nauwkeurig is vastgelegd wat beroepsziek­ ten zijn en hiervoor ook aparte registraties en

fondsen bestaan. In Nederland is dit niet m o­ gelijk, zodat een schatting gemaakt moet wor­ den van de mate, waarin ziekte of arbeidsonge­ schiktheid geweten kan worden aan het werk. Voor de Nederlandse situatie zijn schattingen van totale kosten afhankelijk van aannames omtrent de mate, waarin ziekte en arbeidson­ geschiktheid aan factoren in het werk geweten kunnen worden. Klachten aan bewegingsappa­ raat en psychische klachten worden in Neder­ land voor een belangrijk deel aan het werk ge­ weten. Deze dragen ook in sterke mate bij tot de totale maatschappelijke kosten. In andere Eu-staten worden deze niet of slechts gedeelte­ lijk aangemerkt als beroepsziekte omdat deze lang niet altijd als officiële beroepsziekte zijn aangemerkt. Hierdoor ontstaan aanmerkelijke verschillen in de totale kosten.

Preventieve en correctieve kosten

Het schatten van de kosten van ziekte en onge­ vallen als gevolg van omstandigheden in het werk geeft een indicatie van mogelijke bespa­ ringen op deze kosten. Tussen de omvang van de schade (correctieve kosten) en de preven­ tieve kosten kan echter niet zonder meer een direct verband worden gelegd. In de eerste plaats is niet op voorhand aan te geven of de correctieve kosten ook vermijdbaar zijn. In de tweede plaats is zeer weinig bekend over de (kosten) effectiviteit van preventief beleid of preventieve maatregelen.

Op basis van historische gegevens stellen Coenen en Meffert (1996) dat een groei in uit­ gaven voor preventie in Duitsland geleid heeft tot een lagere groei in uitkeringen heeft geleid, dan op grond van het aantal werkenden ver­ wacht mag worden (zie Figuur 1). De absolute omvang van de kosten van preventie (ca. 1 mil­ jard dmin 1993) zijn hierbij minder dan wat de

uitkeringen zouden zijn geweest zonder pre­ ventie. Hoewel een causaal verband niet kan worden bewezen, achten Coenen en Meffert het waarschijnlijk dat zowel preventie als reïn­ tegratie een bijdrage geleverd hebben.

Kosten en baten voor bedrijven

Bedrijven vormen een belangrijke actor bij de verbetering van arbeidsomstandigheden. In deze paragraaf wordt voor het Nederlandse be­ drijfsleven ingegaan op kosten van verzuim en

(6)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden share o f oosts in % E 3 f i n a n c i a l c o m p a n s a t i o n E 3 r v h a b i l i t a t i o n E S p r v v a n t i o n

1

960

1

993

Figuur 1 Kosten van uitkeringen, reïntegratie en preventie in Duitsland (bron:Coenen en Meffert,1996)

de mogelijkheden om baten van verbeteringen te bepalen.

Kosten van uitval

Werkgebonden uitval brengt voor bedrijven kosten met zich mee. Door Knotter et al. (1995) is een model uitgewerkt waarmee bedrijven zelf een schatting kunnen maken van de kos­ ten die met verzuim- en verzuimbeleid gemoeid zijn. De kosten van verzuim worden geschat door uren maal uurloon als benade­ ringsmethode te kiezen. De kosten van het be­ leid bestaan uit de tijdsbesteding van het be­ drijf en de kosten van vooral advisering en opleidingen. Door Kompier et al. (1996) is een aantal cases verzameld rond succesvol ver­ zuimbeleid. De verkregen baten (reductie van de kosten als gevolg van verzuim) zijn samen­ gevat in Tabel 3.

Uit Tabel 3 is af te leiden dat een gericht ver­ zuimbeleid aanmerkelijke baten kan geven. Bij de resultaten moeten echter enkele kantteke­ ningen worden geplaatst:

- In alle gevallen is het verzuim boven het lan­ delijk gemiddelde, waardoor een reductie re­ latief gemakkelijk te realiseren is.

- Nadere analyse van de cases laat zien dat de terugverdientijd in enkele gevallen vrij groot is (enkele projecten hebben een looptijd van een aantal jaren). Indien men rekening houdt met de rentabiliteit van vermogen over een langere periode vallen de resultaten wat minder positief uit.

Schatten van verzuimkosten

De vraag is gerechtvaardigd of de schatting

van de verzuimkosten als tijd maal loon accu­ raat is. Er zijn hier drie zienswijzen. De eerste is dat is dat de lonen een goede afspiegeling vormen voor de geleverde prestatie. Zouden be­ drijven geen hinder ondervinden van afwezig­ heid, dan hebben zij te veel mensen in dienst en zouden zij op de personeelskosten kunnen besparen. De rekenwijze geeft daarom gemid­ deld een goede benadering van de kosten van productiviteitsverliezen.

Men kan, als tweede zienswijze, ook aanvoe­ ren dat de kosten van verzuim hoger zijn dan het aantal verloren gegane uren maal het loon. Elk verzuim geval gaat gepaard met een toe­ name in de besturingslast in de organisatie. Er ontstaan extra kosten in de vorm van meer overhead (zoals het zoeken van vervanging, re­ gistratie en verzuimbegeleiding). Ook het in ­ schakelen van uitzendkrachten leidt tot verho­ ging van de kosten.

De derde zienswijze is dat bedrijven zullen trachten de gevolgen (inclusief de financiële) van een verzuimgeval te minimaliseren. De kosten van verzuim kunnen in dat geval lager zijn dan het product van uren en tarief. Er zijn voor bedrijven verschillende strategieën moge- lijk en elk hiervan heeft specifieke consequen­ ties voor de verzuimkosten.

Navraag bij bedrijven (De Roos et al., 1997) leert dat in het grootste deel van de bedrijven collega's het werk opvangen (zieTabel 4). Bij het kiezen van de strategie speelt de hoeveelheid onderhanden werk de grootste rol. Extern ver­ vangen (bijvoorbeeld het inhuren van uitzend­ krachten) speelt een rol bij langer durend ver­ zuim en als het verzuim in zekere mate

(7)

Tabel 3 Baten bij een aantal cases van succesvol verzuimbeleid Bedrijf of instelling effecten op verzuim en WAO intrede aantal betrokken personen gemaakte kosten (kfl) opbrengsten uit verzuimdaling (kfl) netto resultaat Afdeling ministerie

gedaald (van 7.3 % naar 6.8%); afname aantal klachten

45 15 17.6 2.6

Huis van bewaring

daling van 14% naar 10% (eerst boven en nu op landelijk niveau) 7351 5052 3 30 Koninklijke Theodorus Niemeyer

daling van verzuim van ca 10% (1986) naar 5% (1995) afname aantal WAO-intredes

1740 2080 340

Nederlandse Aardolie Maatschappij

halvering van verzuim vanwege rugklachten

650 240 2498 2258

Waterland-ziekenhuis

forse daling tot onder niveau van sector (van 8.9% in 1991 naar 5.8% in 1994)

11713 16324 466

Verzorgings­ tehuizen

daling van 8.1% (1992) naar 6.6%, eerst boven sector niveau, nu erop

5697 5355 6

KPN daling van 7.5% naar 5% 100.000 6 125000

Thuiszorg daling van ca. 15% (1990) tot 10.9% (1994)

26 1007 74

1. Inde kosten zijn ook investeringen opgenomen die ook over een langere termijn afgeschreven kunnen worden. 2. Bij de berekening is gecorrigeerd voor een daling van het verzuim in de gehele sector.

3. Van investeringen worden alleen de afschrijvingskosten gedurende de looptijd van het project meegerekend. 4. Na correctie voor de verzuimdaling in de gehele branche.

5. Cumulatieve besparing. De besparing is bepaald rekening houdend met de vergoeding van de bvg(deze bedraagt 70 % van de loonkosten van de verzuimde dagen minus de wachtdagen).

6. Zeer veel betrokkenen, kosten zijn niet te schatten.

7. Schatting, geen correctie voor landelijk dalende trend van verzuim in de sector. voorspelbaar is. Het resultaat is dat de werkelij­

ke kosten van verzuim lager zijn dan het pro­ duct van verzuimde uren en loonkosten, vooral voor kortdurend verzuim.

Baten van verbetering van arbeidsomstandigheden

Door reductie van het ziekteverzuim kunnen bedrijven besparen op de kosten. Doch steeds meer wordt er op gewezen dat goede arbeids­ omstandigheden de concurrentiekracht van

ondernemingen kunnen verbeteren (Thiehoff, 1993; Dhondt, 1996]. De argumentatie is hier­ bij onder meer dat een hogere kwaliteit gele­ verd kan worden, medewerkers een grotere b ij­ drage leveren aan innovatie en het oplossen van problemen. Voor sommige industrieën en met name in kapitaalsintensieve als de (petro)- chemie, is een productiviteitsverbetering veel belangrijker dan een reductie van de verzuim- kosten. Een aantal voorbeelden van hoe verbe­ tering van arbeidsomstandigheden samen gaat

(8)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden

Tabel 4 Mogelijke strategieën bij het omgaan met verzuim in bedrijven en het effect daarvan op de verzuim- kosten

maatregel verwacht effect op kosten percentage van bedrijven

dat de maatregel doorgaans toepast

Extern vervangen (bijvoorbeeld uitzendkracht)

extra overhead (werving, inwerken) hogere personeelslasten

mogelijk lagere productiviteit

1 3 %

Intern vervangen extra overhead (organisatie) mogelijk lagere productiviteit

17%

Collega’s nemen over weinig extra kosten 58%

Niets, werk wordt later ingehaald

weinig extra kosten 0%

Geen actie weinig extra kosten 3%

Anders, onbekend 2%

Weet niet onbekend 2%

met hogere productiviteit is samengebracht doorKorbijn (1996).

Berekeningsmethoden

Met de economische onderbouwing van maat­ regelen en investeringen op bedrijfsniveau is in verscheidene case-studies ervaring opge­ daan. De case-studies hebben betrekking op toepassing van evaluatiemethodieken. Het meest uitgebreide onderbouwing met case-stu- dies is uitgewerkt door Oxenburgh (1991). Met name in Duitsland zijn uitvoerige en gedetail­ leerde instrumenten ontwikkeld die de besluit­ vorming bij investeringen kunnen ondersteu­ nen (Sengotta, 1994, Zangemeister, 1993). Ook in Nederland zijn berekeningsmethoden ont­ wikkeld en getest (De Haan & Terra, 1988; Mossink, 1996a, b, c ; Rensink, 1996). Een m o­ del dat ten grondslag ligt aan kosten/baten- evaluaties is afgebeeld in Figuur 2 (Mossink,

1996 a, b).

Alle berekeningsmethoden zijn gebaseerd op gangbare bedrijfseconomische werkwijzen bij het onderhouwen van investeringsbeslissin­ gen. Verschillen zijn er in de wijze waarop met baten wordt omgegaan die niet (of zeer moei­ lijk) in geld zijn uit te drukken. Een veel toege­

paste werkwijze is het toepassen van keuze- technieken, waarbij men de waarde van de ba­ ten rangordent en een gewicht aan specifieke baten kan toekennen.

Evenals bij kosten/baten-evaluaties op macro niveau is een cruciaal element het verband dat kan worden gelegd tussen maatregelen en be­ leid enerzijds en de te verwachten effecten op productiviteit, gezondheid en verzuim ander­ zijds. De gerapporteerde case-studies zijn te specifiek om als referentie te kunnen dienen bij ex ante kosten/baten-studies. Ook statis­ tisch materiaal dat voor schattingen kan wor­ den toegepast is niet voorhanden. Om toch in­ zicht te krijgen in te verwachten baten van investeringen of nieuw bedrijfsbeleid bieden bijvoorbeeld productiviteitsstudies perspectief (Koningsveld & Mossink, 1996).

Kosten, baten en marktwerking

Het gedrag van individuele bedrijven (of van bedrijfstakorganisaties als hun belangenverte­ genwoordigers) is van cruciaal belang. Initiatie­ ven voor een betere veiligheid en gezondheid

(9)

4

In dit model zijn de volgende relaties van belang: 1. De kosten van beleidsvoering of investeringen. 2. De effecten hiervan op de productie.

3. De effecten van de investeringen of beleid op de omstandigheden in het werk. 4. De directe effecten op verzuim.

5. De effecten van betere arbeidsomstandigheden op de productie.

6. De effecten van betere arbeidsomstandigheden op het ziekteverzuim en het verloop. 7. De effecten van verzuimde medewerkers op het verloop van de productie.

8. De opbrengsten van een verbeterde productie. 9. De kosten van verzuim, verloop en WAO-uitval.

Figuur 2 Modelmatige samenhang tussen factoren die van invloed zijn op de kosten en baten van investerin­ gen en/of beleid in arbeidsomstandigheden

op het werk zijn vooral kansrijk als deze het concurrentievermogen van bedrijven niet schaden. Rationeel opererende bedrijven zul­ len trachten een minimum te vinden in het to ­ taal van de kosten (dit is de som van de kosten van preventieve maatregelen en de schade). Voorbeelden van schade z ijn : verzuim, produc- tiviteitsverliezen en schade door ongevallen. Doorgaans representeert men dit in de vorm van een curve (zie Figuur 3).

Financiële prikkels, werkend op bedrijfs­ niveau, versterken de marktwerking door de ligging van een van curven (a of b) te verleggen. Als de correctieve kosten toenemen, zal het minimum van de kosten verschuiven in de richting van betere arbeidsomstandigheden. In Nederland is dit geoperationaliseerd door de loondoorbetaling ten laste te brengen van bedrijven. In sommige andere (ook Europese) landen is de premie voor arbeidsongeschikt­ heidsverzekeringen afhankelijk het aantal ongevallen en beroepsziekten. Uiteindelijk moeten deze prikkels leiden tot een meer pre­ ventief beleid binnen bedrijven.

Door de Europese Stichting to verbetering

van de levens- en werkomstandigheden is een model opgesteld dat voorziet in verscheidene economische prikkels (Baileyet al., 1995): - variabele premie, bestaande uit een deel dat

is bestemd voor het afdekken van collectieve risico's (solidariteitsdeel), een deel dat afhan­ kelijk is van de bedrijfsgrootte en de branche en een relatief groot deel dat afhangt van vei­ ligheids en gezondheidsrisico's in het werk; - bonussen voor gedane inspanningen) zoals

innovatieve oplossingen voor problemen) in de vorm van een premieverlaging;

- investeringsondersteuning in de vorm van leningen of mogelijk

giften,-- ondersteuning van kleine bedrijven door bij­ voorbeeld consulenten;

- een certificering die door bedrijven in hun marketing inspanningen kan worden ge­ bruikt.

In Frankrijk is een experiment gestart met als doel dit systeem te testen.

Voor de marktwerking is van essentieel belang wie profijt hebben van preventief beleid dat binnen bedrijven wordt gevoerd. De

(10)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden

Figuur 3 Totale kosten als functie van kwaliteit van de arbeid. Door de curves van preventieve en correctieve kosten te verleggen verschuift de (economisch) optimale kwaliteit van de arbeid

gen of kosten worden door bedrijven gedragen, doch de baten komen (naast het bedrijf zelf) ook ten gunste van individuen (en hun fami­ lie), private en collectieve verzekeringen en an­ dere bedrijven (zie Figuur 4).

Tegelijk moet worden opgemerkt dat ook kos­ ten van slechte arbeidsomstandigheden naar

anderen worden afgewenteld. Bedrijven of be­ drijfstakken met een hoge uitval naar de wao

veroorzaken meer uitgaven uit de collectieve fondsen en schade bij individuele personen in de vorm van onder meer inkomensverliezen. Door werknemers met een slechte gezondheid af te stoten kunnen zij ook kosten veroorzaken bij andere bedrijven.

p riv a te a n d e r e

v e r z e k e r in g e n 1 b e d rijv e n

Figuur 4 Partijen die profiteren van de baten van preventief beleid binnen bedrijven (Krüger,1995)

(11)

Een civiel-rechtelijke procedure kan hier be­ werkstelligen dat de schade door de veroor­ zaker (in dit geval bedrijven) vergoed wordt. In Angelsaksische landen is dit een bestaande praktijk. Verwacht wordt dat dit in Nederland zal gaan toenemen (Faure & Hartlief, 1995). het risico geconfronteerd te worden met een scha­ declaim verhoogt de correctieve kosten voor bedrijven. Zo ontstaat een financiële prikkel naar betere arbeidsomstandigheden.

Door te wijzen op de economische voordelen die verbetering van arbeidsomstandigheden voor bedrijven opleveren, tracht men preven­ tieve actie te stimuleren (zie bijvoorbeeld Hop­ kins, 1995).

Toepassing van kosten/baten-evaluaties op bedrijfsniveau leert dat met name die maatre­ gelen of beleidsopties renderen die:

- leiden tot een aanmerkelijke verzuimdaling (voor veel personen) en vooral als de loon­ kosten hoog zijn;

- leiden tot een stijging van de productiviteit of een hogere toegevoegde waarde per ar­ beidsuur;

- met goedkope en effectieve maatregelen een goed effect bereiken;

- verbeteringen van arbeidsomstandigheden inbedden in investeringen die om andere rede­ nen reeds zijn gepland (er zijn dan beperkte meerkosten en de effectiviteit kan groot zijn). Over het algemeen is het hierdoor voordeliger te investeren in hoog productieve of dure ar­ beid. Marktwerking zou er derhalve toe kun­ nen leiden dat de prikkel om arbeidsomstan­ digheden te verbeteren voor werk met een lage toegevoegde waarde relatief gering is, omdat de mogelijkheden de investeringen terug te ver­ dienen geringer zijn. Het zou tevens kunnen betekenen dat de kosten van invoering van Eu­ ropese regelgeving voor arbeidsomstandighe­ den relatief hoog kunnen zijn in die landen en /o f branches waar relatief veel arbeid met een lage toegevoegde waarde voorkomt.

Naarmate arbeidsomstandigheden een breder geaccepteerd onderdeel worden van de bedrijfs­ voering, mag verwacht worden dat ook bij het vormgeven van beleid en bij investeringen ar­ beidsomstandigheden als één van de aspecten routinematig wordt meegenomen. Het is in dat geval moeilijker te spreken van kosten voor

arbeidsomstandigheden. Bovendien zal meer aandacht voor arbeidsomstandigheden moge­ lijk ook leiden tot verschuivingen in het markt- aanbod van productiemiddelen. Machines en meubilair zullen dan voldoen aan ergonomi­ sche- en veiligheidseisen, zonder dat dit tot een kostenverhoging hoeft te leiden. Specifieke producten voor het verbeteren van arbeidsom­ standigheden (bijvoorbeeld tilhulpmiddelen) zullen door een grotere vraag goedkoper wor­ den, er zullen meer aanbieders zijn en de varië­ teit in het productenaanbod neemt toe.

Conclusies en nabeschouwing

Arbeidsomstandigheden hebben tal van eco­ nomische aspecten en ook de omvang hiervan (enige procenten van het bruto binnenlands product) is groot genoeg om aandacht te (blij­ ven) besteden aan arbeidsomstandigheden. Dit geldt voor het macro niveau, bedrijven en individuen. De methoden voor het maken van betrouwbare kosten/baten-evaluaties zijn nog onvoldoende ontwikkeld. Het ontbreekt met name aan kostengegevens van maatregelen, ge­ gevens over de effectiviteit van beleid en maat­ regelen, kwantitatief inzicht over de relatie tus­ sen arbeidsomstandigheden en productiviteit. Hierdoor is de nauwkeurigheid niet erg groot en moeten kosten/baten-evaluaties met om­ zichtigheid in de besluitvorming gehanteerd worden. In Europa is in de noordelijke lidsta­ ten ervaring opgedaan met kosten/baten-eva­ luaties. Hoewel in wezen overal vergelijkbare technieken worden toegepast, maken verschil­ len in systemen van sociale zekerheid en be­ schikbaarheid van data dat de vergelijkbaarheid beperkt is.

Een belangrijke vraag is in hoeverre een vrije marktwerking kan leiden tot een hogere kwali­ teit van de arbeid en, in het verlengde hiervan, welke maatregelen of prikkels de marktwer­ king in de gewenste richting kunnen sturen. Kosten-baten afwegingen maken hiervan een essentieel deel uit. Momenteel is de werking van incentive-systemen nog niet volledig door­ grond. De economische evaluaties richten zich uitsluitend op directe kosten en baten. Econo­ mische doorwerking en ook gedragsverande­ ringen van verschillende actoren laat men bui­ ten beschouwing. Voor een goed begrip van de marktwerking zijn deze essentieel.

(12)

Kosten en baten van arbeidsomstandigheden

Literatuur

Aaltonen, M.A. (1996], C o n sequ en ce a n d C ost an alysis

o f O ccu pation al A cciden ts in th e Furniture Industry,

Helsinki, Finnish Institute of Occupational Health. Andreoni, D. (1986), T he cost o f o ccu p a tio n a l accid en ts

a n d diseases. Occupational safety and Health series

nr. 54. Geneva, no.

Bailey, S., K. Jorgensen, C. Koch, W. Krtiger en H. Litske (1995) , A n innovative in cen tive m o d e l fo r im p rov e­

m en t o f th e w orkin g en v iron m en t in Europe. Dublin,

European Foundation for the Improvement of Living and Working Conditions.

Baum, H. en K. Niehaus (1993), V olksw irtsch aftlich e Re-

sourcen verluste dutch A rbeits- und W egeunfalle.

Dortmund, Bundesanstalt für Arheitsschutz. Coenen, W. en K. Meffert (1996), The preventive Approa­

ches of the Statutory Accident Insurance System and their Effectiveness. In tern ation al Journ al o f O ccupa­

tion al Safety a n d E rgonom ics 2 (1), 1996,47-59.

Davies, N. en P. Teasdale (1994) T he costs to th e British

eco n o m y o f w ork a ccid en ts a n d w ork related i ll h e ­ alth. hseBooks.

Davies, N., P. Marshall, M. McCrea, M. Beatson en P. Lunde-Jensen (1995), E con om ic evaluation o f th e legi­

slation o f the European Union on h ea lth a n d safety at w ork. Report to the ec.

Dhondt, S. en F. Vaas (1996), Inn ovatie en arbeid. Den

Haag, vuGA.

Faure, M.G., T. Hartlief (1995), Verzekering en d e g ro ei­

en d e a an sp ra kelijkh eid slast. Deventer, Kluwer.

Haan, J. de en N. Terra (1988), B aten d e k osten 1 Amster­

d am , NIA.

Hopkins, A. (1995), M aking Safety Work. St Leonards

NSW, Allen and Unwin.

Knotter, M., M. de Feyter en H. Kruidenier (1995), Wat

k o s t verzu im beleid. Den Haag,vuGA.

Kompier, M.A.J., R.W.M. Gründemann, P. Vink en P.G.W. Smulders (1996), A an d e slag! Tien p raktijk­

v o orb eeld en van su ccesv ol verzu im m an agem en t.

Alphen aan den Rijn, Samsom Bedrijfsinformatie. Koning, J. de, M.A. Spierings en C.Th. Zandvliet

(1996) , E con om isch e a sp ecten van a rb eid som sta n d ig ­

h ed en . Den Haag, vuga.

Koningsveld, E.A.P. en J.C.M. Mossink (1996), Costs

a n d ben efits o f w ork im provem en t. P roceedin gs o f th e 5th C onference on H um an Factors in O rganizati­ o n a l Design a n d M anagem ent. Breckenridge Colora­

do, 1-4 augustus.

Koningsveld, E.A.P. en J.C.M. Mossink. Kerncijfers

m aa tsch a p p elijk e k osten van a rb eid so m sta n d ig h e­ den. Amsterdam, n ia t n o.Verschijnt medio 1997. Korbijn, A. (1996), G ezon d e produ ctiviteit, innoveren

voor betere a rb eid som sta n d ig h ed en . Den Haag, Dei­

wel.

Krüger, W (1995), O ek on om isch e A nreizsystem e. Werk­

stattgespräch A rbeit als Wettgewerbsfaktor', Bundes­

anstalt für Arbeitsschutz, Dortmund, 5 Octoher. Lunde-Jensen, P. (1996), T he costs o fw o r k related d isea ­

ses an d w o rk a ccid en ts in D enm ark. Kopenhagen:

Arbejdstilsynet.

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (1996), De N ederlan dse verzorgingsstaat in in tern a­

tion aal en eco n o m isch p erspectief, Den Haag.

Mossink. J.C.M., Kosten en baten van Arbobeleid (I; 1996a). A rbom agazin e, 12 (5), a 10-13.

Mossink, J.C.M. (1996b), Arbeidsomstandigheden en er­ gonomie: kosten of investeringen? Tijdschrift v oor

ergon om ie, december, 200-205.

Mossink, J.C.M., E.A.P. Koningsveld en T. Wiersma (1996c), Kosten en baten van arbobeleid II: de bereke­ ningen. A rbom agazin e, 12 (6) p. 12 -17.

Oxenburgh, M. (1991), Increasing p rodu ctivity a n d pro-

fit through h ea lth a n d safety. North Ryde nsw, cchIn­ ternational.

Polanen Petel,VC.Avan, J. de Voogd, E.F. van Bokhoven, J.H. Gravesteijn-Ligthelm en P.A. Donker van Heel (1996), Kosten en baten van tilm aatregelen voor b e ­

drijven. Den Haag, vuga.

Rensink, H.J.T., Ergonomie in het ontwerpproces (1996). In Korbijn, A. (red) G ezo n d e productiviteit. Den Haag, Delwel; 85-101.

Roos, F. de, G. Geräts en C.G.L van Deursen (1997). B ete­

k en is van verzuim voor bedrijven, een verkenning.

Amsterdam, n ia tn o, (in druk).

Sengotta, M. en M. Schweres (1994), E ntw icklu n g un d

Evaluation ein es V erfahrens d er erw eiterden Wirt­ schaftlichkeitsrechn u n g zu r B ew ertun g kom p lex er A rbeitssystem e. Dortmund, Bundesanstalt für Arbei­

tsschutz.

Thiehoff, R. (1993), Arheitsschutz und W irtschaftlich­ keit, Arbeitsschutz als Teil effektiver Unternehm ens­ führung. A m tlich e M itteilungen d er B u n desan stalt

fü r A rbeitsschutz. Nr. 2 - april, 7-9.

Zangemeister, C. (1993), E rw eiterden W irtschaftlich­

keits-A n alyse (ewa). Dortmund, Bundesanstalt für Ar­ beitsschutz.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In addition to the soft power of international law, the human rights lobby, and the media, these Coast Salish communities look to the strengths of the elders and the leaders who

In all cases, the effect of a shock lasts no longer than three or four years, but more often than not lasts about two Manitoba and Quebec, the short-run impact of a positive

Foster’s thesis on the relation between cosmology, ontology, and methodology; Given M.B Foster’s argument, this thesis will characterize our traditional ontology, as: ‘Atomic’

While his New Deal legislation of 1935 appeared to be his first attempt to change his approach to Canada’s relief and unemployment situation, Whitton’s 1932 report marks a

collaborators, who discussed responses to oppression/events through connections to community and their own sense of dignity or measuring trust in those connections. At the same time

For this test, we used uniform prior probability distributions over all the model parameters (investigated depth, number of interfaces and logaritmic value of the

On top of the rather static replication policies that make sure that the data are well distributed across the grid to make them available for analysis by users, dynamic data

Refining CEP detection rules to achieve a higher level of situational awareness re- quires using an expressive pattern specification to identify emerging situations based on