• No results found

Een zomervakantie in de Crag van East Anglia (juli 2000)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Een zomervakantie in de Crag van East Anglia (juli 2000)"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Een zomervakantie

in de

Crag

van

East

Anglia (juli

2000)

Harry

Raad*

Indrukken

Ter

voorbereiding

van de fossielenreis heb iknaast het

genoemde excursieverslag

watliteratuurvanoudere da-tum

doorgenomen (zie

onderstaande

bronnen).

Dat

gaf

een

goed

beeldvande

gunstige omstandigheden

dieer

vroe-gerwarenvoorhet verzamelenvanfossielen. Decrag

lag

versontsloten in vele groeves. Nu

zijn

die

putten gedempt

of

overgroeid

en

zijn

nogslechts enkele

plekken

te be-zoeken. De kliffen

zijn

vanouds

geliefd,

maar ook hier

zijn

de

omstandigheden

numinder. Dangaathetom het

verdwijnen

van

fossielrijke afzettingen

door

erosie,

of het

conserveren vanklifwanden waardoor het materiaal niet

meerbeschikbaar komt. Je

loopt

dus zelden

pardoes

te-gen iets mooisaan. Uithet

verslag

van Biancavan Zon

blijkt

dat het

nuttig

isom een

goede gids

of

goede

detail-informatietehebben.Het lukte

mij

niet

altijd

omde

schelp-rijke plekken

van een locatietevinden. Soms vond ik de beschreven locatie zelfs

geheel

niet. Zo miste ik het

‘prach-tige

fossielmateriaal’vanSutton Rockhallenvond ik

bij

‘The ClifPvan

Gedgrave

Hall ook niet

bepaald

het

goede

plekje.

Ramsholt Cliff leverdeme

daarentegen

betere

re-sultaten dan het

aangehaalde excursieverslag.

De vondsten

zijn

inhet

algemeen

niet

overdadig,

zoals uit de

bijlage blijkt.

De

primitieve aanpak

van de

verzamel-tochtmoetde

belangrijkste

oorzaak

zijn.

De

beschrijving

van de

vindplaatsen

maakt desondanks

duidelijk

dater

toch steeds wat tebeleven is. Daarnaast heeft het in situ verzamelenvan

schelpen

extra

bekoring.

Dat ondervond in ieder

geval ondergetekende,

die diezelfdefossielen al-leenmaar vande Zeeuwse stranden kent.

Bawdsey

22

Juli

2000:

Bawdsey Quay

-Martello Tower East

Lane,

stranden

klif

aandeNoordzee

De

wandeling begint bij

de

monding

vande River Deben

en

gaat

noordwaartsover een

grindstrand langs

eenklif. Het klif varieert in

hoogte

van 3tot10 meter.Het strand kent

nabij

de

monding

eendeel met

kustverdedigings-werken in devorm van damwanden

palen,

het klif is daar

verdedigd

met een schild vanbeton. Dit staande schild

toonteen

gelaagdheid

door het

gefaseerd

stortenvanhet

beton,

waardoor het haast

natuurlijk

aandoet.

Grindrijk

beton wisselt afmet

grindarme lagen. Vermoedelijk

is de

specie

verarmd met

strandgrind,

wanter

zijn

ookwulken

enoesters tezien. Dit deelvanhet klif is

afgerasterd.

Verderop

begint

het

natuurlijke klif,

waarvan in eerste instantie het roodbruine erosiemateriaalaandevoet op-valt. De klifwand is

begroeid.

Aan devoet

zijn schelpen

te

vinden,

waarvaneendeel

vermoedelijk

recent is. Ik zie wulkenennoordhorensmeteenroestkleuren/of

gevuld

metroestbruine

specie, vermoedelijk

als

gevolg

van

in-sluiting

door het erosiematèriaal.

Verderop

kom ik een

onbegroeide

klifwand tegenmetde kenmerkende

sedimen-tatiepatronen

van de Red

Crag:

eenwisselend schuine

gelaagdheid

van

voormalige stranden,

bankenen

geulen.

Er bevinden zich veel

schelpfragmenten

in deze

afzettin-gen. Het is

ondoenlijk

om uit hetverkitte zand gave fos-sielentepeuteren,of

je

moetzeersecuurte werk gaan. Het

grovere

gruis/zand

is wel wegte

krabben,

maar er

zitten

pakketten

metdunne

ijzeroerlaagjes bij

die niette bewerken

zijn.

In de erosiewaaiers kunnen gave Macoma

obliqua

enNucella

lapillus

verzameld

worden,

naast

frag-mentenvan o.a.

Mya

arenaria,

Mytilus

edulisen

Neptunea

contraria. Pliocenesoorten

zijn

sterk

afgerold: verspeeld

materiaal in

jongere afzettingen.

De erosiewaaiers

zijn

mogelijk

door

menselijke

activiteitontstaan;op

geschikte

plekken

klimmenmensentoch

regelmatig

naarbovenen

trappen

het materiaal los. Aan de basis van het klif

zijn

soms

kleipakketten

te

vinden,

met

krimpscheuren

als

ge-volg

van eeneerste

bodemrijping.

Dezekleiis

blauw-grijs

vankleurenbevat geenfossielen.

Verder noordwaarts wordt deerosieminderen heeft het

begroeide

klifeenminder steil karakter. Je ziet dan nog

wel

onbegroeide

roestbruine

plekken,

maardie

nodigen

nietmeteen uitom naar

schelpen

tezoeken.Misschien gaat hethier ook wel om niet-mariene

glaciale

afzettin-gen.

Op

het

grindstrand liggen

veelrecente Wulkenen

regel-matig

Noordhorensen Pholades. Er is afentoeeen fos-sielte

vinden,

vooral

bij

de

monding

vandeRiver Deben:

Neptunea antiqua,

Turritella cf.

vanderfeeni

en Veneri-cardia aculeata. In de

monding lagen

veelrecente Stekel-horens

(

Ocenebra

)

in

vloedlijnen

vanlicht materiaal.

Ramsholt

23

juli

2000: Ramsholt

Cliff,

stroomopwaarts

langs

de River Deben

vanaf

hetrestaurant

bij

de kade

Hetklif

bij

hetrestaurantkenteen kleine

afgraving (of

een

erosieplek?),

diemet

prikkeldraad

is

versperd.

In de erosiewaaiervind ik slechtseen

afgerold exemplaar

Luci-nomaborealisen een

fragment

Dosinia sp. Viaeen

voet-pad

over een

dijkje

tussen de riviereneen

moeraslaagte

bereik ikeen

volgende bult,

waarhet

pad

van deoever

afwijkt

endusgeenkliftezien is. De

ruigte nodigt

niet uit Het

verslag

van de Hemelvaartexcursievan 21-23 mei

1998

(Van Zon, 1999)

was voor

mij

mede

aanleiding

om eens naar

Suffolk

toetegaan.Ikwas benieuwdnaarde

vindplaatsen

vanPlioceneenOud-Pleistocene moïlusken.

Vanaf

Harwich ben ikmetde

fiets

het

gebied ingetrokken,

hetgeen

een

plezierige

manier isomkennistemakenmet de streek.

Bij

elkaarverzameldeik circa

3,5

kilo

fossie-len,

zandenstenen.

Hierbij

een

verslag

van een

prach-tige

vakantiemeteenindrukvande

fossielenvindplaatsen.

(2)

hier iets teondernemen. Het

voetpad volgend langs

een

tweede

laagte

leidt

uiteindelijk

naar een

rivierstrandje langs

eenklifvan maximaal viermeter

hoog. Op

het

strandje

vallen de

kleppen

en

fragmenten

van

Arctica, Glycymeris

enDosina op. Hier kunnen ook de bekendezwarte

haaien-en

roggentanden/kauwplaten

verzameld worden. Aan de voetvan het klif bestaat het strandvoor eendeel uiteen

kleiafzetting.

In de

lage

klifwand

zijn

ook stukken met klei

aanwezig.

De klei in de wand is

gebarsten

en toont zowel bruine als

grijze

tinten. Er zitten geen fossielen in. Toch kanaande voetvanhet klif ookeen

plekje

gevon-den worgevon-denmetBalanusen

Pycnodonte

cochlear ineen

kleiig

deel. Het

lijkt

om erosiemateriaal tegaanof

ver-stoord sediment. Wel

liggen

hierzowaargavedoubletten

van

Pycnodonte. Op moeilijk

bereikbare delenvanhet klif

zie ik grotefossiele

schelpen.

Hetnaarbeneden

gevallen

materiaalleverto.a.Pecten

complanatus,

Chlamys

oper-cularis,

Nucella

lapillus, Neptunea

contrariaende reeds

genoemde

soorten vanhet strand op. De Pliocenesoorten

zijn

hier deels

gaaf

enniet

afgerold.

Het

strandje loopt bij

vloed

(bijna)

geheel

onder,

waarmee

je rekening

moet houden. Het vindenvan het

oeverpad stroomopwaarts

is

niet

eenvoudig

door de

aanwezigheid

van

rietmoeras,

slik

enschor.

Sutton

24

juli

2000: Sutton-Rock

Hall,

eengroeve

Deze

opduiking

vanCorallineenRed

Crag

wordt ookwel

aangegevenmetSutton KnollenPettistree Hall. De locatie

iseengroeveaande zuidoostrandvan een

bosje

tussen de

genoemde boerderij

ende River Deben. De groeve is

om-geven dooreen

afrastering.

Vanaf het

pad

zie

je

eenvier meter

hoge groevewand

metveel

gaten

van oeverzwalu-wen.De

wandeling

vanaf het hek naarde wandgaatdoor

een

hoge brandnetelruigte.

De wand zelf bevat

gelaagd

schelprijk zand,

of beter

gruisrijk

zand. Grote fossielen heb ik hier niet

gezien,

hoewelanderenover

lagen

met fraaie fossielen rapporteren. Hetzand is deels

gemakke-lijk

lostekrabben. Ik vond kleine

Spisula

en

Cyclocardia

en namwatvan hetmateriaal, deels erosiemateriaalaan

devoetvande

wand,

mee.In dit

gruis zijn

leuke Pliocene en/of Oud-Pleistocenesoorten te vinden. Naast

Cyclo-cardia’sen

Spisula triangulata zijn

dito.a.

Limopsis

ano-mala

(doubletten),

Goodallia

triangularis,

Crenella

pri-deaux,

Gouldiaminima, Astarte excurrens,

Parvicardi-umscabrumenCaecum mammilatum.

Langs

het

pad

datnaarde rivier

loopt zijn

wel

grote schel-pentevinden in de berm ende

akker,

zo

liggen

daareen

Glycymeris

en een

fragment

vanArctica.

Op

de akkerstaat helaas nog gersttewachten op deoogst.

Butley

-Chillesford

25

juli

2000:

Butley

- Neutral Farm

en

Chlllesford,

twee groeves

Bij Butley ligt

een

boerderij-groeve:

de Neutral Farm

pit.

De groeve

ligt

aanhet

weggetje

tegenovereen dubbele

boeren

woning,

net

voorbij

een

eenvoudige

toeristische

clustervankunstenhoreca. Vanaf de weg moet

je je

door

hoog opgaande beplantingen

enveelbrandnetelseenweg

banennaar een

groevewand

vancirca

vijf

meter

hoog,

die ook hier de

diep

roodbruine

afzettingen

laat zien. Hele

schelpen zijn

moeizaamtevinden of uit de wandte

peute-ren.Tussen de brandnetels op de bodemvande groeveen

in het

uitgegraven

materiaalvan de vossenholen

(?) zijn

aardige fossielen

te verzamelen. Hiergaathetvooralom

Oud-Pleistoceen materiaal,zoals Macoma

obliqua

en

Mytilus

edulis,enveel minderMacoma

praetenuis,

Arco-pagia

crassa,Nucella

lapillus

enYoldia lanceolata. Het kan

zijn

dat de

groevebodem

zeeffesten bevatvan

vorige

verzamelaars,

het is in ieder

geval

geen in situ materiaal. Een bezoekaande groeve

bij

dekerk vanChillesford le-verteen

goed

beeld opvande

voormalige ontsluiting.

De

grotendeels begroeide groevewand

ende

wetenschap

dat

er voorverzamelaars nietveel is te

halen, nodigt

niet uit

het terreinnaderte

bekijken. Overigens

iser aande

rech-terzijde,

vanaf de weg

gezien,

nogeen deel dat nog niet zeer

lang geleden

is

geëxploiteerd.

De

groevewand

is maximaaleentientalmeters

hoog.

Covehithe

26

juli

2000:Covehithe,stranden

klif

aandeNoordzee Covehithe iseen

buurtschap

op de randvan eenklif. Er is

actuele kliferosie. De weg

naar/langs

zee is al voor een

deelnaarbeneden

gestort

op het circa tien meter

lager

gelegen

strand. In 1980is deweg

afgesloten

voor

ver-keer. Het strand is tebereiken door het

Idifpad

links of rechtste nemen,ente

lopen

totaan

“thebroads”,

die circa

tweekilometeruit elkaar

liggen.

In deklifwand zie

je

rood-bruine zand-en

grindafzettingen,

en aande

basis,

dus

op het niveauvanhet

hoge strand, ligt

een

kleiafzetting. Op

eendeelvanhet

hoge

strand is deze

weinig erosiegevoelige

kleiafzetting

ooktevinden. Verder bestaathet strand

voor-namelijk

uit

grind

enzand. In de

grindrijke

sedimenten

van deklifwand

zijn

geen marienefossielen te

vinden,

evenmin in dekleivloer.

Op

het strand

liggen gebleekte

Macoma

obliqua

en

fragmenten

vanArctica,sterk

afge-rold. Recente

schelpen

ontbreken hier nagenoeg.

Sudbourne

-

Gedgrave

27juli

2000:

Crag

Farm-

boerderij

groeveten oostenvan

Sudbourneen

Gedgrave

-

klif

aan

Butley

River

De locatie

Crag

Farm is

gemakkelijk

te

vinden,

denaam

is

langs

de

oostelijke

kustroute

(Sudbourne Marshes)

aan-gegeven

bij

een

zijweg.

Deze

zijweg

biedt na eenpaar

honderdmeteraan delinkerkant

(noordzijde)

al zicht op

eengroeve, die viaeenonverhard

pad

istebereiken. De groeve isaande

rechterzijde,

vanaf de

ingang gezien,

nog

recentelijk geëxploiteerd.

De

groevewand

vancirca 6

meter

hoogte

vertoont daarverse

schraapsporen

van een

graafmachine.

Hetovergrote deel is

vermoedelijk lange

tijd

nietmeerbewerkt. De

groevebodem

is doorvee be-zochtentoonteen

begroeiing

van

voornamelijk

stikstof-minnende

pioniersoorten.

De verweerde

groevewand

heeft

(3)

vooral skelettenvan

mosdiertjes. Schelpen zijn

erniet in

te vinden/herkennen. De

afzettingen

zijn

sterk

verkit,

steenachtig.

Toch

zijn

erwel wat brossere

delen,

gecon-stateerdaanwat

losliggende

brokken

bij

de inrit. Hoewel het hieromCoralline

Crag

gaat,is de kleureveneensbruin totroodbruin. Devers

aangesneden

delen

zijn

lichtbruin.

Hetklifvan

Gedgrave ligt

ten noordenvan het

pad

naar

eenvoetveer.Er

ligt

een

slikkig strandje

met wat

vissers-bootjes.

Overal

zijn

sporenvande oesterhandelaante tref-fen,zowel op het

strandje

als op het

pad

er naartoe,vanaf

Gedgrave

Hall.

Langs

het

strandje ligt

een

laag

klifvan

circa driemeter

hoogte, begroeid

met

ruigte,

struikenen

bomen.

Op sommige plekken

is door

mijn

voorgangers

duidelijk

naarfossielen

gezocht.

Er is

bijvoorbeeld

een

putin de klifwand gegraven.

Vergeleken

met de eerder bezochte kliffen is hier

weinig

tezoeken. Er

zijn

zeer

weinig schelpen

tezien enik verbeeldmedat de oester-kwekerser voorde grap weleens een

oesterklep

aan

toe-gevoegd

hebben. Eenverweerde

Glycymeris

en eenAstarte heb ikmaarlaten

liggen.

Sizewell-

Thorpeness

28

juli

2000:Sizewell-

Thorpeness, klif

enstrand De

wandeling

overhet

grindstrand

vanSizewell-

Thorpe-nessleverteenaantal fossielenopdie

overigens

niet uit het klif komen. De heuvels

langs

het strand worden

wei-nig geërodeerd,

de

helling

is meestal

tamelijk flauw,

zon-derrecente

afkalving. Op plekken

waarde

afzettingen

wel

zijn

te

zien, blijkt

hetom

grindrijk

zand te gaan,

vermoe-delijk

van

glaciale

herkomst. De

gebleekte

en

afgerolde

fragmenten

van Yoldia lanceolata vormdeneen interes-sant

aspect

ophet

grindstrand.

Er

liggen verspreid

ook brokken

Crag

meteendivers karakter. Soms zittenzevol

met

schelpresten/afdrukken.

Er

zijn

brosse

stukken,

maar

ook taaie

kleiplaten

en

platen

met

wormgangen

(

Tasselia

).

Dezebrokken wordendoor de

golven hoog

op het

grind-strandgeworpen.Ik kanmevoorstellen dat deherkomst iets te maken heeftmetde

aanleg

vande

koelwatervoor-zieningen

vande kerncentralevanSizewell,even

noorde-lijk

van dit

strandtraject.

Een enkel

losliggend

Plioceen fossiel kan de zelfde herkomst

hebben,

waaronderwat oestersen een

fragment

vanPecten

complanatus. Bij

een

rechtsgewonden

fossiele Noordhoren

gis

ik nognaarde

soortnaam: de bolle

windingen zijn regelmatig grof

ge-ribd,

maar een

despecta

durf ikernog niet inte herken-nen.

Geraadpleegdebronnen:

Cambridge, P.G.,

p.m. A review and

guide

tothe

Neogene

and Lower Pleistocene

deposits

of East

Anglia.

In:

Colloque

pour 1’etude du

Neogene Nordique.

March-april

1970. Univ. East

Anglia,

Norwich.

Castell,

C.P. & L.R.Cox,1993. British Caenozoic fossils. HMSO,London

Chatwin, C.P., 1961. British

regional geology.

East

Anglia

and

adjoining

areas.

HMSO,

London.

Fossielenatlas,

1954-1984; De fossiele

schelpen

van de

Nederlandsestrandenen

zeegaten.

Serie verschenen in Basteria.

Ordnance survey, 1996.

Landranger

156:

Saxmundham,

Aldeburgh

& Southwold. 1:50.000

Ordnance survey, 1999.

Landranger

169:

Ipswich

& The

Naze,

Clacton-on-Sea.1:50.000

Zon,

Bianca van, 1999. Hemelvaartexcursie naar East

Anglia, Engeland,

21-23 mei 1998.

Afzettingen

WTKG

20(1):

18-24

Wood, S.V.,

1872-1874. The

Crag Mollusca,

Vol. III: Univalves and bivalves.

Paleontograph. Soc.,

London.

Zievoor de

voorlopige lijst

van de vondstenvan

Harry

Raad in Suffolk

pagina

8 en9.

(4)

Voorlopige lijst

van vondsten in Suffolk

(Eng.)

22-28

juli

2000 door H. Raad

SUT-g

RAM-k BAW-k

BUT-g

BAW-s COV-s SIZ-s

Corallineen Red Crag Nucella

lapillus

Turritella incrassata

Glycymeris

variabilis

Aequipecten opercularis

Pteromeris corbis Arctica islandica Macoma

obliqua

Venericardia aculeata Ostrea edulis

Calyptraea

chinensis Astarte omalii

Digitaria digitaria

Lucinoma borealis Dosina casina

Ringicula

ventricosa Nucella tetragona

Cyclocardia

scalaris Pteromeris corbis Red Crag Acila cobboldiae

Mytilus

edulis Astarte

obliquata

Cardium

angustatum

Neptunea

contraria Macoma

praetenuis

Divers (?)

Neptunea antiqua

Nassarius reticosus

Tridonta.montagui

Cerastoderma edule hostiei

Mya

arenaria

Spisula

solida Cerastoderma

glaucum

Cyrtodaria

angusta Clausinellaimbricata Turritella

vanderfeeni

Pycnodonte

cochlear Ensis

complanatus

Triphora

adversa

Glycymeris

obovata

Chlamys

multistriata Pecten

complanatus

Astarte incerta

Laevicardium

decorticatum ~~ _ 3 23 1 x -5 5 9 2 - - -1 1 - - -4 4 7 4 - -- - 1 -- - - -•, 1 1? x 6

12'

- 2 ~ ~ 31 ~ ' - - 7 3 2? _

1

4 - - 1 - -- - - -x -x_ - 1 - 1 - - --

y

- i - - -- i - - - -- 2 - - - - -5 -: -

-’ -'

* I - - -8 __ - -: -13 - - -- -

Ï

-- 1 4 15 - -7 7 3 - - -- 3 II ~ ~ ~~ ~ -- 2 1 1 2 -- - 1 - - -- -~ -~~ -

r

- -_ 1 - 4 - -' " 2 - - - -I

J

- - -- 15 7 - - 1 - - 42 22 -__ - -- - - 1 -_ _ _ 2 1 - -' ~ 1 - - -- - -

J?

- -: 19 - - -1 - - -_ 1 - - -- 2 - - -- 1 - -- -2 - - - -

1_

- 2

- - - -- 1 - 1 -

-BAW=Bawdsey BÜT=Butley COV=Covehithe RAM =Ramsholt SIZ=Sizewell-Thorpeness SUT=Sutton(Knoll)

Corallineen Red Crag

SUT-g

RAM-k BAW-k

BUT-g

BAW-s COV-s SIZ-s

Nucella

lapillus

- 3 23 1 X - -Turritella incrassata 5 5 9 2 -

-Glycymeris

variabilis - 1 1 --

-Aequipecten opercularis

4 4 7 4 - - -Pteromeris corbis - - 1 -- - - -Arcticaislandica -- 1 1? X 6 12 Macoma

obliqua

- 2 31 - - 7 3 Venericardia aculeata 2? 4 - - 1 - -Ostrea edulis - - - - X - X

Calyptraea

chinensis - 1 - 1 - - -Astarte omalii - 11 - 1 - - -Digitaria

digitaria

- 1 - - - - -Lucinoma borealis - 2 - - - - -Dosina casina - 5

-Ringicula

ventricosa - 1 - - - - -Nucella tetragona - 1 - - - - -Cyclocardia scalaris 8 - - - -Pteromeris corbis 13 - - - -Red Crag Acila cobholdiae - - 1 - - -

-Mytilus

edulis - 1 4 15 -- -Astarte

obliquata

7 7 3 - - -Cardium angustatum - - 3 11 -

-Neptunea

contraria - 2 1 1 2 -Macoma

praetenuis

- - - 1 - - -Divers (?)

Neptunea antiqua

- - - 1 Nassarius reticosus - - 1 - 4 - -Tridonta.

montagui

- - 2 - - -

-Cerastoderma edule hostiei - 1 1 - - -

-My

aarenaria - - 15 7 - - 1

Spisula

solida - - 42 22 - - -Cerastoderma

glaucum

- - - - 7 -

-Cyrtodaria

angusta - 2 2 - - - -Clausinella imbricata - - 1 - -Turritella

vanderfeeni

- -- - 1? -

-Pycnodonte

cochlear - 19 - - -Ensis

complanatus

- 1 - - - -

-Triphora

adversa - 1 - - - -

-Glycymeris

obovata - 2 - - - -

-Chlamys

multistriata - 1 - - - - -Pectcn

complanatus

- 2 - - - - 1 Astarte incerta - 2 - - - - -Laevicardium decorticatum - 1 - 1 - -

(5)

-SUT-g

RAM-k BAW-k

BUT-g

BAW-s COV-s SIZ-s Timocleaovata

Spisula elliptica

Hiatella arctica Corbula

gibba

Odostomiaunidentata

Goodallia waeli

pseudopygmaea

Astarte

fusca

Epitonium

clathratullum

Epitonium

clathrus

Epitonium frondicullum

Odostomia conoidea Heteranomia

squamula

Goodallia

triangulata

Cyclocardia chamaeformis

Parvicardium scabrum Gouldia minima Astarteexcurrens Parvilucina scaldensis Caecum mammillatum Acteonlevidensis Crenella

prideaux

Limopsis

anomala

Spisula triangulata

Yoldialanceolata Felaniella

trigonula

Arcopagia

crassa Indet.

Mytilidae

Natica LSE Nassarius . Astarte -Jh Laevicardium

sp.

Cerastoderma:s

P-Venerupis

IPc Colusisp. Nucula! Sp. Dosinia sp. TellinaLËE;

Glycymeris

LS P-Abra IE: Cerithium 'IPi GibbulaIË1 Psammobia sp. Lima: sp. 19 5 -z : : - 9 -- - -

-_4

1

- - - -10 3 -

-.

- 1? - - - -I 1 2 1 - - -2 - - -: -3 : : : : : _

_2

- - - - -1 - -- -1 - -15 - - - - -15 - - -- -2 - - -

-_3

- -: : - -3 - - - -5 -1 __ - - -_- -_

-1

-

'

~ ~ - -10 - - -5 - -- - 1 -:

H_

-- - 1 - --_ -- 1 - - -4 - - - - -~ - 3 2 - - -- - 1 - - -- - 1 - - -- - 2 - - - -~ 2 - -1 - - - - -1 - - -- 1 - - - - -5 x - 2 -- ■ - 2 -I -- - -: -_ 4 - - - - -1 --- -- - - --_

g=groeve k=klif s=strand x=aanwezig ?=aff.

SUT-g

RAM-k BAW-k

BUT-g

BAW-s COV-s SIZ-s

Iimocleaovata 19 5 - -- -

-Spisula elliptica

- 9 - - - - -Hiatella arctica 4 1 - - - - -Corbula

gibba

10 3 - - - - -Odostomia unidentata ' - 1? - - - -

-Goodallia wadi

pseudopygrmea

- 1 - - - -

-Astartefusca

- 2 - - - - -Epitoniumdathratullum 3 - - -

-Epitonium

dathrus 2 - - - -- -Epitonium

frondicullum

1 -- - - - -Odostomia conoidea 1 - - -- - -Heteranomia

squamula

15 - - - -- -Goodallia

triangulata

15 - - -

-Cyclocardia chamaeformis

2 - - -- - -Parvicardium scabrum 3 - - - -Gouldia minima 3 - - - -Astarteexcurrens 1 - - - -Parvilucina scaldensis 1 - - - -Caecum mammillatum 5 - - - - -Acteonlevidensis 1 - - - -Crenella

prideaux

1 - - -

-Limopsis

anomala 10 - - -

-Spisula triangulata

5 - - -- - -Yoldia lanceolata - -- 1 - - 11 Felaniella

trigonula

- - - 1 - -

-Arcopagia

crassa - - - 1 - - -Indet.

Mytilidae

4 - - - -Natica sp. - 3 4 2 - - -Nassarius sp. - - 1 - - - -Astarte sp. - - 1 - - - -Laevicardium sp. - - 2 - - - -Cerastoderma sp. - - 2 - - -

-Venerupis

sp. - 1 - - - - -Colas sp. - 1 - - - - -Nucula sp. 1 - - - -Dosiniasp. - 1 - - - - -Tellina sp. 1 -- -- -

-Glycymeris

sp. 5 X - 2 - - -Ahrasp. - -- 2 - - -Cerithium sp. 1 -- -- - -Gibbulasp. 4 - - - -Psammobia sp. 1 - - - -Lima sp. 1 - - -

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Maar de student met een plusprogramma is niet langer een schriftgeleerde pur sang, maar heeft zich ook verdiept in de grondslagen van het recht, in de manier hoe men met bewijzen

Initially the discussion will deal with the conclusions reached from inquiring into the legal framework of local government in water service delivery, water supply

The framework uses an ML model called Decision Tree (DT) to classify normal and anomaly instances from the specific numerical data in network packets. The framework is

1 However, during this study more focus was given to Re(I) tri- and dicarbonyl complexes and their luminescent properties for its use as diagnostic and therapeutic

Voor welke andere opgaven zou onze invulling van eigentijds openbaar bestuur van nut kunnen zijn.. Ik zie de volgende kenmerken voor

Het Zorginstituut herberekent met inachtneming van het op grond van artikel 40 bepaalde aantal verzekerden van achttien jaar en ouder het normatieve bedrag kosten van

In de verzekerdenraming 2014 zijn de verzekerden woonachtig in het buitenland evenredig verdeeld over de afslagklasse en de positieve klasse op basis van de relatieve prevalenties