The handle http://hdl.handle.net/1887/18623 holds various files of this Leiden University dissertation.
Author: Helm, Alfred Charles van der
Title: A token of individuality : Questiones libri porphirii by Thomas Manlevelt Issue Date: 2012-03-22
Samenvatting
De Questiones libri Porpirii, toegeschreven aan Thomas Manlevelt, voe- ren het Ockhamisme tot zijn uiterste grenzen.
De logische traktaten van Thomas Manlevelt, van wie wij weinig meer weten dan dat hij rond vermoedelijk in Parijs werkzaam was, vonden gretig aftrek in de veertiende- en vijftiende-eeuwse academische wereld. Handschriften daarvan zijn er dan ook nog in groten getale. Van het hier uitgegeven commentaar in de vorm van questiones op de Isagoge van Porphyrius is echter maar één handschrift bekend.
Voor deze editie betekent dit dat ik alle tekstuele onduidelijkheden, verschrijvingen, herhalingen en omissies moest oplossen zonder andere handschriften er op na te kunnen slaan.
Een later bovenaan het handschrift toegevoegde opmerking schrijft dit commentaar aan Thomas Manlevelt toe. De tekst zelf geeft geen enkele aanleiding om deze toeschrijving in twijfel te trekken. Integendeel: de onalledaagse verwijzing naar het hertogdom Brabant in een van de ques- tiones strookt wonderwel met de weinige biografische gegevens die over Manlevelt bekend zijn. Volgens de provisorische biografie die Lorenz van hem heeft opgesteld, moet Manlevelt eind jaren dertig van de veertiende eeuw vanuit Parijs naar pre-universitair Leuven zijn getrokken. Ook gaat de tekst bijvoorbeeld uit van de suppositieleer die uit de traktaten van Manlevelt bekend is. Zonder veel voorbehoud durf ik deze tekst daarom aan Thomas Manlevelt toe te schrijven. Daarbij dateer ik de tekst rond de jaren dertig tot veertig van de veertiende eeuw, en beschouw hem als afkomstig uit Leuven, waar Manlevelt enigszins in de periferie van de academische wereld werkte, wat weer de beperkte verbreiding van dit geschrift zou verklaren.
De inleiding tot deze editie plaatst dit commentaar op de Isagoge in een historisch, filosofisch en geografisch kader. Hoofdstuk biedt een eerste kennismaking met de filosoof Thomas Manlevelt, aan de hand van een eerder door Andrews onder de aandacht gebracht staaltje extreem Ockhamisme. Manlevelt ontkent namelijk niet alleen, in het voetspoor van Ockham, het bestaan van alle Aristotelische categorieën op substantie en kwaliteit na. Ook het bestaan van substantie ontkent hij, zodat in de werkelijkheid alleen nog individuele instanties van de
samenvatting
categorie kwaliteit overblijven. Op deze zelfde radicaal-Ockhamistische wijze gaat Manlevelt in het hier uitgegeven commentaar op de Isagoge ons denken te lijf. Ook van ons denken lijkt uiteindelijk niets anders te resteren dan een stoet van individueel elkaar opeenvolgende instanties van de vijf Porphyriaanse universalia, elk voor zich niets meer dan een accidentje van de menselijke geest. Helaas is Manlevelts commentaar op Aristoteles’ De anima, waarnaar hij regelmatig verwijst, tot nu toe niet teruggevonden.
Hoofdstuk gaat nader in op leven en werk van Thomas Manlevelt.
Deze editie zou het voorbehoud moeten wegnemen waarmee de toe- schrijving aan Manlevelt van het hier uitgegeven commentaar op de Isa- goge, alsook het in handschrift daarop naadloos aansluitende commen- taar op de Categorieën tot nu toe gepaard ging. Zelfs dient Manlevelts bibliografie nog uitgebreid met twee nog onbekende werken van zijn hand: commentaren op Aristoteles’ De anima en Physica. Zoals gezegd past de hier uitgegeven tekst keurig binnen het biografische raamwerk dat Lorenz van Manlevelt heeft opgesteld. Ik ga ervan uit dat Thomas Manlevelt inderdaad rond zijn academische hoogtijdagen in Parijs heeft beleefd, waarna hij zijn carrière in Leuven heeft voortgezet. Dit commentaar op de Isagoge stamt dan uit zijn Leuvense periode. Hoe- wel zijn bijnaam ‘Anglicus’ luidt, meen ik uit de beschikbare gegevens te mogen opmaken dat hij wel Engels van filosofische overtuiging, maar niet van geboorte was.
Hoofdstuk biedt verdere argumenten voor de toeschrijving van deze tekst aan Thomas Manlevelt, onder meer op grond van intertekstuele verwijzingen in de tekst zelf. Ook ga ik in op de Franciscaanse context waarbinnen dit werk past, zonder overigens daarmee te willen implice- ren dat Manlevelt zelf een theoloog was.
In hoofdstuk schets ik de historische achtergrond van deze Questio- nes libri Porhirii. De tekst zelf plaats ik in de lange traditie van commenta- ren op de Isagoge. De auteur geef ik een plaats binnen de Ockhamistische beweging in de vroege veertiende eeuw, en ik bezie in hoeverre hij in ver- band kan worden gebracht met de Ockhamistische ontwikkelingen op de universiteiten van Oxford en Parijs.
Hoofdstuk is gewijd aan vorm en inhoud van de hier uitgegeven tekst. De uiterst gestructureerde vorm van het traditionele commentaar in de vorm van questiones geeft de auteur alle ruimte om zijn hoogst ori- ginele ideeën te berde te brengen. Daarbij gaat hij zonder meer uit van de juistheid van de nominalistische, of preciezer Ockhamistische opvatting omtrent de status van de universalia (genus, species, differentia, proprium,
samenvatting
accidens): in de echte wereld bestaan geen algemeenheden maar alleen individuele dingen, algemeenheid is voorbehouden aan de begrippen waarmee wij in ons denken aan deze dingen in de buitenwereld refe- reren. In zijn commentaar staat Manlevelt stil bij de individualiteit die niet alleen bestaat in de buitenwereld, maar ook in onze eigen denkwe- reld. Het individuele en het accidentele: dat is wat Manlevelt steeds weer benadrukt. Want daaruit bestaat ons hele denken: individuele gedachten, die – hoe algemeen ook van strekking – als accidenten aan onze geest toekomen. Zelfs het meest algemene van de vijf universalia, het genus, is niet meer dan een accident van onze geest. En deze accidenten wisselen elkaar in een voortdurende opeenvolging af. Als ik denk: eens mens is een levend wezen, dan heb ik eerst het idee van mens in mijn hoofd en vervolgens het idee van levend wezen. En zelfs deze twee brokjes ken- nis kan ik niet beide tegelijk even intensief ter beschikking hebben. Het hoeft geen betoog dat deze rücksichtsloze doorvoering van het Ockha- mistische programma uiteindelijk zal tornen aan de mogelijkheid van de totstandkoming van de menselijke kennis.
Een beschrijving van het handschrift waarop deze editie is gebaseerd biedt hoofdstuk van de inleiding. Hoofdstuk geeft een korte verant- woording van de wijze van uitgeven.
De teksteditie beoogt allereerst een bijdrage te leveren aan de kennis van de filosofische ontwikkelingen vanuit logisch-semantische invals- hoek, eerste helft van de veertiende eeuw. Daarbij verrijken deze Ques- tiones libri Porphirii ons beeld van het continentale Ockhamisme. Velen biedt deze uitgave bovendien een eerste uitgebreide kennismaking met een denker, wiens ideeën van meer dan alleen historisch belang zijn.