n t e
Bestuursdienst %jroningen
Afdeling Bestuursadvisering \ ^ I steller M.Kramer \ J Onderwerp Beantwoording vraag betreffende bestemmingsplan Oostelyk£,Eiiigweg,
Kardinge
De leden van de raad van de gemeente Groningen te
GRONINGEN
Telefoon ( 0 5 0 ) 3 6 7 7 6 6 7 Bijlage(n) Datum 2 0 FEB 2012 Uw brief van
Ons kenmerk B D 1 2 . 2 9 6 2 7 8 5 Uw kenmerk
Geachte heer, mevrouw,
Tijdens de raadscommissie Beheer en Verkeer hebben wij u toegezegd voor de raadsvergadering van 22 februari terug te komen op uw vragen bij het voorstel 'Vaststelling bestemmingsplan Oostelijke Ringweg, Kardinge' (GR12.2919350).
De eerste vraag die door u is gesteld, is ofde brandweer bij het vooroverleg heeft aangegeven extra voorzieningen te moeten treffen bij calamiteiten of worden hierover afspraken gemaakt met de brandweer? En wie is
verantwoordelijk, gemeente of provincie?
Het antwoord hierop luidt als volgt. De brandweer heeft in het vooroverleg opgemerkt dat er in de omgeving van de ringweg weinig
bluswatervoorzieningen aanwezig zijn. Dit is slechts een opmerking, geen bezwaar tegen de plannen of een verzoek om aanvullende maatregelen.
Langs provinciale- en rijksiwegen zijn nooit brandkranen aanwezig omdat deze maar zeer zeiden (alleen bij calamiteiten) gebruikt worden. Het
waterbedrijf legt hier dan ook geen waterleidingen aan. De brandweer houdt in zijn scenario's dan ook rekening met een verhoogde operationele inzet als er iets op de ringweg gebeurt. De gemeente/provincie hoeven dus geen aanvullende maatregelen te treffen.
Daamaast heeft u een vraag gesteld over de Ransuil. Bij Kardinge worden veel bomen gekapt, ook wordt er een haag weggehaald die niet wordt teruggeplant omdat we een open karakter willen behouden. Wel planten we veel bomen terug. In een haag komen andere diersoorten voor dan in bomen. In het bestemmingsplan staat aangegeven dat de huidige beplanting geschikt is voor de ransuil. Is de nieuwe beplanting dat ook wel, aangezien de ransuil is een beschermde diersoort is.
SE.4.C
Bladzijde Ondenwerp
. e n t e
Beantwoording vraag betreffende
bestemmingsplan Oostelijke Ringweg, Kardinge
In antwoord hierop het volgende. Bureau Bakker heeft voor de provincie (op grond van ontwerp en benodigde kap) onderzoek gedaan naar beschermde natuurwaarden. De ransuil is genoemd als potentiele gebruiker van oude kraaien of ekstemesten (in de te kappen hogere bomen). Echter, bij vervolgonderzoek is vastgesteld dat ze op deze locatie niet voorkomen.
Door de werkzaamheden aan de ringweg, moet er flink gekapt worden.
Daarmee verdwijnt ook (tijdelijk) het potentiele broedbiotoop van de ransuil.
De ransuil zal moeten wachten totdat de bomen weer hoog genoeg zijn, zodat kraaien en eksters opnieuw nesten bouwen die hij vervolgens kan gebruiken.
Anderzijds lijkt het aaimemelijker dat hij (de potentiele ransuil) zijn nestplaatsen zoekt in het dicht bijzijnde (oudere) groen dat blijft staan: de hoge populieren in de Hunzeboordzone, de Boterdiepzone en rond de Kardinge-bult.
Desalniettemin worden de ecologische waarden door het ontwerp en het beheer vele malen hoger dan de huidige waarden: er komen meer biotopen, meer inheemse soorten en meer faunavoorzieningen. Zonder de kap is de reconstructie van de ringweg en het realiseren van deze ecologische voorzieningen onmogelijk.
Wij vertrouwen erop u zo voldoende te hebben geinformeerd.
it vriendelijke groet,
pmeester en wethouders van Groningen,
rgemeester,
dr. J.P. (Peter) Rehwinkel I.A. (Maarten) Ruys