• No results found

Masteropleiding Advanced Nursing Practice. Leermeestertraining

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Masteropleiding Advanced Nursing Practice. Leermeestertraining"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Masteropleiding Advanced Nursing Practice Leermeestertraining 2016 - 2017

20 september 2016

15 november 2016

(2)

Drs. Monique de Bruijn, docent / onderzoeker

Wim Breeman, MSc, M-ANP, Verpleegkundig Specialist Acute Zorg

Inleiding

Jaarlijks verzorgt de Masteropleiding Advanced Nursing Practice ( MANP) een leermeestertraining voor medisch en verpleegkundig leermeesters. Doelen van deze leermeestertraining zijn de leermeesters te trainen in het begeleiden en beoordelen van Verpleegkundig Specialisten. In dit draaiboek is opgenomen hoe de

leermeestertrainingen organisatorisch en inhoudelijk worden vormgegeven. Dit draaiboek kan als leidraad dienen voor een ieder die betrokken is bij de organisatie en inhoud van de leermeestertrainingen.

In hoofdstuk 1 wordt de voorbereiding weergegeven. Hierna volgt het draaiboek van respectievelijk leermeesterbijeenkomst 1 en 2. In de bijlage is het

trainingsprogramma opgenomen zoals dit van te voren wordt verstuurd naar de deelnemers.

(3)

Voorbereiding

Algemeen

De leermeestertraining bestaat uit twee trainingsavonden van elk 2,5 uren. Voor het programma moet ieder jaar opnieuw accreditatie worden aangevraagd bij de KNMG- GAIA. Kosten 178 Euro per jaar: www.pe-online.org.edu. Gebruikersnaam hogesc1, inlogcode VOLAGE. De accreditatie voor huisartsen moet apart worden aangevraagd bij Lieske Hené 030-2823882.

Voor de VS via: www.verpleegkundigspecialismen.nl Contactpersoon: Paola Verouden.

Leermeestertraining 1

Aanvragen op locatie

 de symposiumzaal

 flip-over met voldoende vellen

 beamer

 verlengsnoer

 attributen meespeeltheater (nog nader in te vullen)

 1 extra zaal voor 15 deelnemers: dicht in de buurt van de symposiumzaal

 voor de symposiumzaal tafels en stoelen geplaatst (voor 10 n.p.ers: de informatiemarkt)

 op de tafels leggen de afgestudeerden materialen neer. Eventuele posters hangen ze aan de muur.

 de afgestudeerde VS’en presenteren wat zij gedaan hebben tijdens hun opleiding in de beroepspraktijk (wat zij bereikt hebben na 2 jaar) aan de deelnemers van de training (en aan de deelnemers leermeesterbijeenkomst van daarvoor).

Mee te nemen AV naar training

 laptop voor trainer met mogelijkheden om DVD af te spelen

 DVD´s voor oefeningen Leermeestertraining 2

Aanvragen op locatie

 1 zaal voor 30 deelnemers

 opstelling tafels & stoelen: U vorm/ hoefijzer

 losse tafels om kleine groepjes van te kunnen maken

 bord / white-board

 flip-over met voldoende vellen

 beamer

(4)

 verlengsnoer

 1 zaal voor 15 deelnemers Mee te nemen naar training

 laptop voor trainer met mogelijkheden om DVD af te spelen

 DVD´s voor oefeningen

 Beroepsproducten + beoordelingscriteria/mastertheses

Klaarleggen op tafels van cursisten

 badges met naam en functie

 dikke stiften

 schrijfmap Hogeschool Rotterdam met hierin opgenomen:

-pen -schrijfblok

-presentaties die gegeven worden -evaluatieformulier (voor LMT 2)

Secretariële ondersteuning

 Bij voorkeur Lara Fontijn (Bureau Externe Betrekkingen); voor de ontvangst van de leermeesters, logistiek en catering.

(5)

Draaiboek Leermeestertraining 1 Masteropleiding

Advanced Nursing Practice

20 september 2016: 18:00 – 22:00

Monique de Bruijn-Smolders, Docent MANP en onderzoeker Wim Breeman, M-ANP, Verpleegkundig Specialist Acute Zorg

(6)

1. Ontvangst 18.00 – 18.30

Doel

Deelnemers kunnen globaal aangeven hoe het eindniveau van Verpleegkundig Specialists in hun beroepspraktijk eruit ziet.

Informatiemarkt

Deelnemers aan de leermeestertraining worden kort ontvangen door de trainers en wordt geïnformeerd over de informatiemarkt. Deelnemers kunnen een broodje eten en iets te drinken nemen. Vervolgens kunnen ze rondlopen en aanschuiven bij een of meer zojuist afgestudeerde Verpleegkundig Specialisten naar voorkeur. Deelnemers kunnen luisteren naar hun presentatie en in gesprek gaan. De afgestudeerde

Verpleegkundig Specialisten hebben allerlei materialen aan de hand waarvan zij ook kunnen laten zien welke producten zij hebben gemaakt in de afgelopen twee jaar voor hun beroepspraktijk. Er bevindt zich minimaal een Verpleegkundig Specialist per aandachtsgebied waarin de deelnemers zich ook dagelijks bewegen. Om 18:30 uur nemen de trainers de deelnemers mee naar de trainingsruimte.

De informatiemarkt is toegankelijk zowel voor deelnemers aan de leermeesterbijeenkomst

Die voorafgaat aan de leermeestertraining als voor de deelnemers aan de

leermeestertraining. Tijdens deze informatiemarkt kunnen de deelnemers dan ook met nog meer leermeesters converseren als dan er deelnemen aan de training.

2. Introductie 18.30 – 19.15

2.1 Kennismaking 18.30 – 18.45

 Kort voorstellen door trainers

 Check of tutoyeren OK is

 Voorstelronde deelnemers:

o Beoogde informatie:

 naam

 functie

 medisch of verpleegkundig leermeester?

 ziekenhuis, afdeling, zorginstelling of huisartsenpraktijk?

 leerwens/verwoording van knelpunt bij begeleiden VS o werkvorm

 Een rondje maken kan, maar ga niet ´t rijtje af´, de boel sukkelt in. Spring heen en weer.

 Probeer leerbehoeften van deelnemers met elkaar te verbinden.

Voorkomt idee dat ieder z´n zegje heeft gedaan.

(7)

2.2 Doel, programma & opzet training 18.45 - 19.15

Powerpointpresentatie waarom, doelstelling en programmaoverzicht van deze training

Probeer relaties te leggen met leerwensen van deelnemers.

Ervaringen uit de praktijk

Presentatie ervaren Medisch en ervaren Verpleegkundig Leermeester (Dr. Jaap Brienen, Huisarts & Chulja Pek, MANP, VS intensieve Zorg) Kernboodschap:

Programma-onderdelen Leermeestertraining 1 en 2

 Eindniveau Verpleegkundig Specialist

 Beginniveau Verpleegkundig Specialist -Begeleiding

-Beoordeling

Programmaonderdelen per Leermeestertraining

Leermeestertraining 1 (vetgedrukte onderdelen)

 Eindniveau Verpleegkundig Specialist

 Beginniveau Verpleegkundig Specialist -Begeleiding

-Beoordeling

Leermeestertraining 2 (vetgedrukte onderdeel)

 Eindniveau Verpleegkundig Specialist

 Beginniveau Verpleegkundig Specialist -Begeleiding

-Beoordeling

Training is praktisch gericht; informatie over begeleiding van een VS i.o., welke knelpunten zijn eerder ervaren door leermeesters en door Verpleegkundig Specialisten, welke vragen heeft u / waar bent u tegen aan gelopen?

Praktische informatie meegeven:

 pauzes zijn ingepland, geef aan indien behoefte aan extra pauze.

 koffie binnen handbereik

het toilet bevindt zich…..

 mobiele telefoons en piepers uit, s.v.p.

 sheets zijn te vinden in de cursusmap

(8)

2.3 De begeleider: positieve en negatieve punten zoals zelf ervaren 19.00 - 19.15

Doel

Deelnemers zijn zich bewust van een aantal kenmerken van begeleiden die lerenden belangrijk vinden.

Oefening: 5 minuten

Opdracht A Instructie

 Denk terug aan de eigen tijd als co-assistent, arts-assistent of Verpleegkundig Specialist in opleiding. Wie was voor jou de meest belangrijkste

begeleider/opleider? Opleider-nummer-1.

 Beschrijf in steekwoorden deze man / vrouw als opleider. Waarom is deze zo belangrijk voor u geweest? Schrijf dit op in 2 minuten.

Opdracht B Instructie

 Denk nu aan de begeleider waar je de minst prettige herinneringen aan heeft.

 Waarom heb je geen positieve herinneringen aan deze opleider?

 Schrijf dit op in 2 minuten

Plenaire bespreking: 10 minuten

 laat een aantal deelnemers hun meest en minst favoriete begeleider

beschrijven. Gebruik deze verhalen en aanvullingen van overige deelnemers voor het:

o inventariseren kenmerken ‘goede’ begeleider o inventariseren kenmerken ‘slechte’ begeleider o kenmerken opschrijven op flip-over of bord.

(9)

3. Beginniveau 19.15 - 19.30

Doel

Deelnemers kunnen zich voorstellen op welk beginniveau Verpleegkundig Specialist zich bevinden bij aanvang van de opleiding.

Presentatie

Terugkoppeling maken met de informatiemarkt: wat ook alweer dat eindniveau voor de Verpleegkundig Specialist? Vervolgens doorgaan op beginniveau. Aan de hand van een powerpoint worden vervolgens in enkele dia’s gegevens van de huidige groep Verpleegkundig Specialisten weergegeven (in ieder geval: leeftijd,

vooropleidingen, vorige functies)

Meegegeven wordt wat de studenten precies met elkaar verbindt: wat zoeken zij allemaal in deze opleiding/nieuwe functie? Hoe is hun achtergrond in het algemeen?

In vergelijking met andere leerjaren: veel studenten zijn “gevraagd” door hun leermeester: waarom zijn deze studenten gevraagd: vragen aan de deelnemers.

HBO-niveau vereist, een aantal hadden dit niet officieel: intake assessment gehad.

Deelnemers vragen wie zelf de Verpleegkundig Specialist in opleiding “gevraagd”

heeft, waarom precies? (Deze gegevens naast de opgevraagde gegevens leggen).

4. Begeleiden 19.30 – 21.30

4.1 Oefenen met acteurs

Doelen

Deelnemers worden zich bewust dat het hele onderwijs bestaat uit een samenhangend geheel van:

 Bedenken wat je wilt bereiken (leerdoel)

 Voorbereiden onderwijs (hoe ga je het leren)

 Uitvoeren onderwijs

 Checken of de leerdoelen bereikt zijn

 Weer beginnen met nieuwe of bijgestelde leerdoelen Leerdoelen scènes:

Scene 1 Scene 2 Scene 3

(10)

1. Deelnemers kunnen aangeven wat de functie is van het formuleren van doelen voor lerende en begeleidende.

2. Bewustwording dat het idee ‘van meekijken kun je veel leren’ niet altijd houdbaar is. Van belang is dat opleider, liefst vooraf observatiepunten of aandachtspunten aangeeft voor de aios, zodat deze weet waar hij zijn aandacht op kan richten.

3. Deelnemers realiseren zich dat er 2 partijen betrokken zijn bij het leren, docent en lerende, die elkaar in een zeker evenwicht houden. Voor leren moeten er dingen gedaan worden, leeractiviteiten verricht worden. Dit kan de docent doen, of de lerende. Les: Hoe meer de docent doet, hoe minder de lerende, en andersom.

Trudy van der Wiel en Marieke Gobel, twee drama actrices, die ook soortgelijke voorstellingen in de opleiding Geneeskunde verzorgen, bieden het meespeeltheater aan. Begonnen wordt met het spelen van drie scenes waarin knelpunten in het begeleiden van Verpleegkundig Specialisten naar voren komen. Plenair wordt in het kort teruggekomen op elke scene: wat ging er mis? Daarna kiezen de leermeesters die scene uit die ze het meest aanspreekt. Deze scene wordt nog een keer gespeeld door de actrices. Vervolgens gaan de actrices beiden aan de slag met de helft van de groep. De leermeesters die willen oefenen zowel de rol van student als die van leermeester. De acteurs praten de leermeesters die een rol gaan spelen van tevoren in en lopen rond indien de rollen gespeeld worden. Afhankelijk van de tijd wordt nog een andere scene voorgespeeld door de acteurs en wordt hierna weer in twee groepjes hier verder mee geoefend.

Globale inhoud van de drie te spelen scenes:

Scène 1

Karakter leermeester

Leermeester gaat uit van eigen referentiekader. Leermeester gaat uit van een bepaald kennisniveau bij de student; dat dit er is. Dat wat de leermeester denkt dat de student moet leren, ook voor de student geldt. En dat de student datgene oppikt van de begeleiding waarvan de leermeester denkt dat zou moeten.

Karakter student

Niet-assertief. Heeft geen leerdoelen geformuleerd. Begrijpt weinig van wat de

leermeester aanleert; mist de nodige voorkennis, stelt geen vragen en praat mee. De student durft niet te laten weten dat hij bepaalde kennis mist, of niet begrijpt waar de begeleiding toe dient / wat er precies geleerd wordt; bang dat ie “af gaat”.

Bijvoorbeeld: een leermeester doet een onderzoek van de knie. Heeft het over aantal latijnse benamingen zoals malleolus en doet allerlei tests. De student knikt ja en amen, praat mee en doet precies na wat de leermeester heeft

gedaan. De leermeester vraagt of de student het nu “onder de knie heeft”. Dit is het geval. Zodra de student alleen is pakt deze een boek, zoekt op wat de

malleolus nu eigenlijk is.

(11)

Scène 2

Karakter leermeester

Leermeester is iemand die werkt zoals de praktijk dit vraagt. Gelooft niet zozeer in theorie en wetenschappelijke inzichten, zolang niet direct zichtbaar is dat deze in de praktijk werken. “Je voelt soms op je klompen aan of iets werkt of niet”.

Karakter student

De student is iemand die werkt “volgens het boekje”. Wil graag voldoen aan de eisen van de opleiding, theorie en wetenschappelijke inzichten.

Bijvoorbeeld: De student doet een anamnese volgens een KPB. De leermeester grijpt in, waar de patiënt bij is. Lacht en zegt: dat is zeker wat je op school geleerd hebt? Ik zal je even laten zien hoe het in de praktijk gaat. Wijkt geheel af van de KPB en legt uit: wat ze je daar op school leren, daar moet je wel een beetje flexibel mee omgaan. De praktijk werkt anders dan hoe het gaat in de schoolboeken. Vervolgens zet de leermeester een krabbel door de gehele KPB zonder naar het velletje te kijken.

Meegeven dat een KPB staat voor 1 ECTS: 28 studiebelastingsuren. Wat dit inhoudt qua begeleiding en goedkeuring.

Scène 3

Karakter leermeester

Beschermt de student niet, laissez faire houding. Gaat er vanuit dat student enkel leert door “op zijn bek te gaan”. Zo heb ik dat ook moeten doen.

Karakter student

De student heeft net bij de leermeester een lichamelijk onderzoek geoefend. De student spreekt af met de leermeester tot een bepaald bloedonderzoek waarvoor de opdracht naar de secretaresse zal gaan (door de student). De oud-

hoofdverpleegkundige klopt aan de deur. Duwt een po in de hand van de student die vervolgens hiermee snel naar de betreffende patiënt gaat. Daarna loopt de student naar de secretaresse en geeft opdracht voor de bloedaanvraag. Deze weigert dit te doen door eerste liefelijk, maar later vooral dwingend de student met succes er toe te bewegen dat de student dit gewoonweg zelf gaat uitvoeren (en voortaan ook). (de secretaresse wordt gespeeld door de actrice die ook de leermeester speelde, door een ander jasje aan te trekken, dan wel een pruik op te doen).

4.2 Als “huiswerk” meegeven (bijeenkomst 2 hiermee starten).

Doelen

-Deelnemers kunnen aangeven wat de functie is van het opstellen van een persoonlijk ontwikkelplan voor de lerende en voor de begeleider

-Deelnemers zijn in staat een of meer doelen voor de VS.io in hun beroepspraktijk te formuleren

(12)

Powerpointpresentatie

Voorbeelden persoonlijk ontwikkelplannen laten zien Oefening

Deelnemers beantwoorden voor zichzelf onderstaande vragen (10 minuten) en komen hier plenair op terug (10 minuten):

 formuleer een leerdoel waarvan je wilt dat de VS i.o. dit schooljaar in uw beroepspraktijk behaalt?

 hoe kan u uw begeleiding het beste inrichten om de VS i.o. die u begeleidt dit leerdoel te laten behalen?

 ga de komende weken starten met werken aan dit leerdoel. Evalueer in hoeverre uw begeleiding in deze de juiste is in relatie tot uw student.

Eyeopeners opvragen: wat zou je vanaf nu als begeleider van een VS i.o. zeker blijven doen of juist anders gaan doen?

5. Afsluiting

 samenvatting inhoud deel 1 m.b.v. opleidingscyclus

 programma deel 2 aankondigen en relatie leggen met dag 1

Meegeven: er kan altijd contact worden opgenomen met de coördinator M ANP of de SLC-coach van de student. Ook kan de deelnemer in contact worden gebracht met andere leermeesters.

(13)

Draaiboek Leermeestertraining 2 Masteropleiding

Advanced Nursing Practice

15 november 2016 18:30 – 22:00

Monique de Bruijn-Smolders, Docent MANP en onderzoeker Wim Breeman, M-ANP, Verpleegkundig Specialist Acute Zorg

(14)

0. Ontvangst 18.00 – 18.30

Broodje en drankje.

Tijdens de ontvangst staat het hoofdmenu van de film op (daar zie je alle filmpjes in stukjes opkomen (zonder geluid).

1. Introductie 18.30 - 18.45

Terugblik dag 1

Doel

 Activeren voorkennis/ activiteiten vorige bijeenkomst

 Koppelen onderdelen training dag 1 en 2

 Introduceren programma dag 2 Bespreken

Leermeestertraining 2 (vetgedrukte onderdeel)

 Eindniveau Verpleegkundig Specialist

 Beginniveau Verpleegkundig Specialist -Begeleiding

-Beoordeling

Vorige keer opdracht meegegeven, ook hier komen we in deze training op terug.

Het ging om de volgende opdracht:

• formuleer een leerdoel waarvan je wilt dat jouw VS i.o. dit behaalt, dit

schooljaar, in jouw praktijk. Een leerdoel waaraan je nu al met de student kunt gaan werken (zie ook profielen Verpleegkundig Specialist).

• hoe richt je je begeleiding in en waarom precies, om de VS i.o.. dit leerdoel te laten behalen?

• begeleid de student de komende weken tijdens werken aan dit leerdoel.

• evalueer in hoeverre je begeleiding de juiste is in relatie tot jouw student.

• bespreek je evaluatie op de volgende training.

Vandaag het vervolg hierop:

 hoe controleer ik of de VS’s nu kunnen en weten wat ik heb beoogd met mijn onderwijs?

(15)

2. Beoordelen 18.45 – 20.45

2.1 Waarnemingen versus interpretaties 18.30-19.15

Doel

De deelnemers kunnen op een systematische manier het handelen van hun VS registreren.

Starten met trailer

Scéne 1: KPB buikonderzoek : 7 minuten

 Licht oefening toe:

Deel formulieren feedback uit.

(opzet: wat gaat goed, wat kan beter, welke feedback zou u geven?).

Deelnemers kijken naar “foute KPB-beoordeling” en vullen het formulier in Nabespreking – 10 minuten

 10 minuten nabespreken vragen:

o wat ging goed?

Proberen alle deelnemers minimaal een keer aan het woord te krijgen.

Willekeurig aanwijzen: niet het rijtje afgaan. Als iets wordt benoemd bijv aan de groep vragen: wie vind dit ook, of juist niet? Waarop baseert u dit; waarom vindt u dit goed? (proberen waarnemen en interpreteren uit elkaar te trekken.

noteer de reacties op flap

omcirkel met 2 kleuren waarnemingen versus interpretaties / waardeoordelen

Laat de groep het verschil benoemen.

Doel is te komen tot de conclusie dat iedereen iets anders belangrijk (goed) vindt; eigen stokpaardjes.

o Wat kan beter?

(zie hetzelfde als bij “wat ging goed?”).

o Welke feedback zou u geven?

(zie hetzelfde als bij “wat ging goed?”).

Als het gaat over waarnemen versus interpreteren kunnen de valkuilen van het beoordelen aangestipt worden: zie tabel hieronder.

(16)

Presentatie valkuilen assessor

Centrale tendentie

Geen extreem hoge of lage scores geven maar voornamelijk het midden van de beoordelingsschaal gebruiken

Contaminatie-effect

Het gebruiken van een beoordeling voor een ander doeleinde dan waarvoor de beoordeling eigenlijk bedoeld is (bv: een docent die een goede indruk wil maken door zijn studenten hoge of juist lage cijfers te geven)

Doelredenering

Naar een eindresultaat toe redeneren om te komen tot een positieve of negatieve beoordeling

Eerste indruk

Een eerste indruk laten meewegen bij latere waarnemingen Generaliseren

Op grond van slechts een enkele “gedraging” een algemeen oordeel geven Halo-effect

Vanwege de positieve beoordeling van (aspecten van) een enkele competentie ook de (aspecten van) andere competenties positief beoordelen

Horn-effect

Vanwege de negatieve beoordeling van (aspecten van) een enkele competentie ook (aspecten van) andere competenties negatief beoordelen

Nabijheid

Personen waarmee men meer contact heeft, positiever beoordelen Projectie

Het eigen gedrag tot norm verheffen Recentheid

Een recente gebeurtenis te sterk laten meewegen Relatie

Iets ten onrechte positief beoordelen om de relatie niet te verstoren Selectieve waarneming

Zien of horen wat men wil zien of horen Sequentie-effect

De resultaten van de ene beoordeling gevolgen laten hebben voor een andere beoordeling (bv. Na enkele goede studenten een matige student als slecht beoordelen)

(17)

Toegeeflijkheid

Eerder hoger dan lager beoordelen Strengheid en mildheid

Consequent streng of mild beoordelen Vooroordelen of stereotiepen

Ervan uitgaan dat bepaalde eigenschappen of kenmerken van personen bij elkaar horen

Vroegere oordelen

Vroegere oordelen een rol laten spelen

Scène 2 Foute KPB-beoordeling 7 minuten

Zelfde scene (“foute KPB-beoordeling) nog eens laten zien en nu laten beoordelen met een KPB-formulier Houdings- en bewegingsapparaat. Als het goed is, is er nu wel overeenstemming in de beoordeling.

Nabespreking (5 minuten) Flappendialoog.

Scène 3 Goede KPB-beoordeling 7 minuten

Goede KPB-beoordeling nog eens laten zien.

Korte nabespreking. Indien gewenst kunnen Caroline en Maaike (VS’en in de scenes) nog feedback geven op vragen van de deelnemers over deze “goede KPB- beoordeling”.

(18)

2.2 Constructieve feedback geven 19.15 – 20:00

Doel

De deelnemers kunnen de VS feedback geven die constructief is en hem/haar helpt om de gestelde leerdoelen te behalen.

Scène 4 “Foute” tussentijdse evaluatie o wat ging goed?

Proberen alle deelnemers minimaal een keer aan het woord te krijgen.

Willekeurig aanwijzen: niet het rijtje afgaan. Als iets wordt benoemd bijv aan de groep vragen: wie vindt dit ook, of juist niet?

o Wat kan beter?

(zie hetzelfde als bij “wat ging goed?”).

 Laat cursisten hun observaties noteren

 Laat hen zinnen formuleren hoe deze als feedback terug te koppelen. Dus wat zou je zeggen tegen de Verpleegkundig Specialist i.o.?

 Welk effect heeft dat op de VS i.o. ? Wat kan de VS i.o.. ervan leren?

 Probeer als trainer al de richtlijnen voor feedback geven te relateren aan de uitspraken van de deelnemers.

 Presenteer deze op sheet.

Alleen indien gewenst, of als er tijd over is nog op het einde doen van de avond:

Eventueel nog oefenen in vier groepjes (2 groepjes kunnen naar het andere lokaal). Deelnemers spelen afwisselend de student dan wel de leermeester.

o Welke feedback zou u geven?

Scène 5 “Goede” tussentijdse evaluatie

Deze nog aan de deelnemers laten zien. Nog even plenair op terugkomen. Caroline en Maaike kunnen nog op feedback terugkomen van deelnemers op dit filmpje.

(19)

Koffie met cake

2.3 Beoordelen beroepsproducten 20.00 - 20.30

Doel

Deelnemers zijn op de hoogte van wat er van hen verwacht wordt door de masteropleiding ANP met betrekking tot het geven van feedback op beroepsproducten.

16 Beroepsproducten liggen klaar (4 x 4 van een zelfde soort). (ongeveer 2 A4 uit ieder beroepsproduct). Hierbij zitten beoordelingsformulieren voor de leermeester (feedbackformulier) en voor de docent.

Oefening

 Plenaire presentatie: algemene principes van beoordelen opleiding VS (beoordelingscriteria leermeester versus beoordelingscriteria docent) (5 minuten)

 Beoordelen in duo’s m.b.v. (gedeelten uit) beroepsproducten van afstudeergroep 2014

(15 minuten: 1 leermeester met beoordelingscriteria leermeester / 1 leermeester met beoordelingscriteria docent)

 (Overleg tussen leermeester in rol van leermeester en leermeester in rol van docent 5 minuten) Zie instructie op A4

 Plenaire bespreking (10 minuten) in vorm van groepspresentatie/flappendialoog

 Trainer vraagt mondeling naar uitwerking en vraagt vooral door.

2.4 Beoordelen vorderingen Verpleegkundig Specialist 20.30 – 21:00

Doel

Deelnemers weten hoe zij kunnen controleren of hun onderwijs het doel heeft behaald zoals beoogd: deelnemers kunnen aan de hand van een of meer eerder geformuleerde leerdoelen (zie vorige training) evaluatiecriteria en te verzamelen bewijzen koppelen.

Presentatie

Portfolio tweedejaars laten zien/natschool Opdracht (15 minuten); in tweetallen.

Vorige keer opdracht meegegeven, ook hier komen we in deze training op terug.

Het ging om de volgende opdracht:

• formuleer een leerdoel waarvan je wilt dat jouw VS i.o.. dit behaalt, dit

schooljaar, in jouw praktijk. Een leerdoel waaraan je nu al met de student kunt gaan werken (zie ook profielen Verpleegkundig Specialist).

• hoe richt je je begeleiding in en waarom precies, om de VS i.o.. dit leerdoel te laten behalen?

• begeleid de student de komende weken tijdens werken aan dit leerdoel.

• evalueer in hoeverre je begeleiding de juiste is in relatie tot jouw student.

(20)

• bespreek je evaluatie op de volgende training.

Vandaag het vervolg hierop:

 Bespreek je evaluatie met een andere leermeester. Besluit of en in hoeverre je je begeleiding de komende tijd met betrekking tot leerdoel gaat aanpassen en waarom.

 Voeg evaluatiecriteria toe: voeg een lijstje met bewijzen toe waarvan jij wilt dat de student deze verzamelt in relatie tot dit leerdoel.

Plenaire nabespreking (10 minuten)

 Flappendialoog

Afsluiting 21:30 – 21:45 (met 15 min uitloop)

 evaluatieformulier training laten invullen

 reflectie door cursisten

o noteren belangrijkste eye-opener: wat blijft de deelnemer zeker doen zoals hij/zij al deed, wat gaat de deelnemer vanaf nu zeker anders doen (met betrekking tot begeleiden dan wel beoordelen?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

besteed aan de achtergronden van de verschillende stoornissen. Een bewegingsagoog heeft dus veel kennis over autisme, waardoor een bewegingsagoog beter weet wat je wel en juist

Afspraken die worden gemaakt met betrekking tot de reikwijdte van de voorschrijfbevoegdheid van de PA/VS en schriftelijk zijn vastgelegd moeten bekend worden gemaakt aan

Tot het gebied van deskundigheid van de verpleegkundig specialist acute zorg wordt gerekend ‘Het zelfstandig verrichten van handelingen betrekking hebbend op de

Door gezamenlijk een visie op deze inzet te formuleren, ga je naar een meer gerichte inzet en ontwikkeling van de verpleegkundig specialist (voor een goede patiëntenzorg). Start

Uit dit onderzoek werd geconcludeerd dat niet zozeer MetS zorgt voor verminderde kwaliteit van leven, maar andere factoren zoals overgewicht, depressie, ziektelast hebben

Zowel huisartsen als diëtisten gaan ervan uit dat het finan- ciële aspect een mogelijke drempel is voor patiënten om naar een diëtist te gaan, maar uit de enquêtes van de pa

Het doel van dit onderzoek is om inzicht te verkrijgen in het ervaren effect van de inzet van de Verpleegkundig Specialist op de kwaliteit van zorg vanuit het perspectief van

De samenvatting (van behoeften, meerwaarde, doelen en verwachtingen, huidige en gewenste rolvervulling, barrières) dient als extra ondersteuning bij het uitwerken van de