• No results found

Opdracht woordenschat Tekst A, B en C. Tekst A: Budget zonder beperkingen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Opdracht woordenschat Tekst A, B en C. Tekst A: Budget zonder beperkingen"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Opdracht woordenschat Tekst A, B en C

Opdracht Voor deze opdracht ga je op zoek naar de betekenis van woorden uit de onderstaande leesteksten, leestekst A, B en C. Lees de tekst goed door, noteer woorden waarvan jij de betekenis niet kent en zoek de betekenis op. Vervolgens oefen je deze woorden, zodat je de betekenis kent. Ben je niet zeker of de betekenis juist is? Controleer dan even bij je docent Nederlands of je betekenis klopt.

Let op: nadat je alle moeilijke woorden hebt opgezocht, zorg je er zelf voor dat je deze ook onthoudt en er een woordenlijst van maakt. Op 26 november krijg je een toets over de betekenis van de woorden, dan moet je ze goed kennen! De woordenlijst voeg je toe aan je verslag van taalportfolio 2.

Je docent Nederlands kiest willekeurige woorden uit deze tekst en vraagt naar de betekenis daarvan op de toets. Zorg er dus voor dat je zeker weet dat je de woorden uit onderstaande tekst kent met de betekenis.

Tekst A: Budget zonder beperkingen

Beleggen, de nieuwste Iphone en een snelle auto. Was dit beeld voorheen voorbehouden aan yuppen en telgen uit gefortuneerde families, anno 2019 is het moeiteloos van toepassing op de doorsnee Nederlandse jongere. Die verdient steeds meer met zijn bijbaantje, heeft nauwelijks vaste lasten en leent bovendien dikwijls extra geld.

Zijn financiële situatie noemt hij 'lekker ruim'. Barend Boen (20) heeft 550 euro per maand te besteden en heeft nagenoeg geen vaste lasten. Hij woont bij zijn ouders, die zijn studie betalen en geen kostgeld vragen. ''Ik hou ervan riant te leven. Per maand heb ik zeker 450 euro voor mezelf nodig'', meent de student fiscale economie, die uitgaan en kleding als belangrijkste kostenposten noemt.

Later verwacht hij een goede baan met bijpassend salaris. Sparen doet hij daarom alleen voor zijn zomervakantie. ''Die kost ongeveer 1350 euro.'' Verder oppotten heeft geen zin, vindt hij.

''Wat ik nu in een week verdien, verdien ik later ik een dag. Nu hoef ik niet op het geld te letten. Maar daar werk ik ook hard voor.''

Jongeren hebben vaker dan ooit een bijbaantje. Van de bovenbouwleerlingen in het

voorgezet onderwijs werkt 65 procent. Onder studenten is dit percentage 85. Het levert hun

(2)

steeds meer geld op. Gemiddeld heeft een 18-jarige jongen nu 320 euro te besteden. Dit bedrag stijgt flink naarmate jongeren ouder worden. Dat moment wordt echter steeds langer uitgesteld. Uit cijfers van het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) blijkt, dat 60 procent van de jongeren van 18 tot 25 jaar nog thuis woont en profiteert van de bijbehorende financiële voordelen.

Rogier Agatz (24) werkt sinds twee jaar fulltime, maar woont bij zijn ouders. Wel betaalt hij maandelijks 135 euro kostgeld. Dat dit slechts een fractie is van zijn inkomen van 2500 euro bruto, beseft hij. ''Ik heb inderdaad nauwelijks kosten en hou per maand veel geld over. Ik geef wel wat uit aan uitgaan en kleding, maar doe geen gekke dingen. Ik kan best iets groots voor mezelf kopen, maar ik heb eigenlijk alles al.'' Wel heeft de jonge websitebouwer inmiddels een appartement gekocht.

Rogier heeft geen weelderig uitgavenpatroon. Bij een aantal van zijn vrienden en collega's van dezelfde leeftijd is dat echter anders. ''Drie van hen, die bij elkaar in een studentenhuis

wonen, hebben ieder een bruto salaris van 2700 euro en maken dat bedrag elke maand tot de laatste cent op aan bier, stappen en auto's. ''Laatst hadden ze geen zin om af te wassen.

Toen hebben ze hun complete bestek in de gracht gegooid en een nieuwe set gekocht.'' Het is duidelijk dat de prioriteiten in het bestedingspatroon van jongeren veranderen. De Nederlandse jongere geeft veruit het grootste deel van zijn geld uit aan alcohol. Ook kleding en uitgaan staan in de uitgaven top drie. ''Het gunstige economische klimaat is één van de verklaringen van hun hang naar luxe'', zegt Yolanda te Poel, sociologe/psychologe, verbonden aan de afdeling Jeugdstudies van de Universiteit Leiden.

''Pluk de dag is het motto van veel jongeren. Hun generatie heeft nooit iets anders gezien dan onbeperkte consumptie. Ze hebben voor zichzelf de zekerheid dat het morgen weer goed zal gaan. Angst voor een recessie is er niet. Hierdoor ontbreekt een rem op de bestedingen.'' Tevens zijn er nu meer goed betaalde baantjes voor jongeren beschikbaar. Te Poel: ''Dat is een nieuw verschijnsel. De studerende jeugd neemt met parttime baantjes steeds vaker de plaats in van laaggeschoolden. De jongeren zijn goed opgeleid en sociaal vaardig. Dit maakt hen bij werkgevers zeer geliefd.''

Volgens Te Poel is het gedrag van jongeren geen spilzucht, maar dient het een duidelijk doel.

''Dure spullen zijn in onze maatschappij een teken van succes. Dat leren kinderen al jong.

Dure merkproducten zijn vaak belangrijk om bij een groep te horen. Binnen die groep willen jongeren wel weer opvallen. Dit verklaart de populariteit van exclusieve kleding en opvallend luxueus gedrag.''

Al met al ontstaat een beeld dat niet eerder op jongeren van toepassing was. Is de jeugd decadent? ''De jeugd is verwend'', meent Marcel Warnaar, onderzoeker van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). ''Jongeren hebben veel geld en besteden dat bijna volledig aan leuke dingen. Als ze zelfstandig gaan wonen, ontstaan problemen. Het luxe bestedingspatroon is nauwelijks mogelijk zonder schulden te maken. Maar ja, als je op je 20ste al een auto hebt gekocht, wil je die niet meer kwijt.''

(3)

Dus is veel geld nodig. Het Nibud berekende recent dat 20 procent van de werkende jongeren schulden heeft. De gemiddelde schuld bedroeg 1427 euro. Ook andere manieren om de portemonnee te spekken zijn populair. ''De interesse voor beleggen neemt onder jongeren sterk toe'', zegt Annelies van der Voort van ABN-Amro. ''Tussen de tien en vijftien procent van de houders van een studentenrekening doet het inmiddels.''

Het bijbaantje blijft veruit de belangrijkste geldbron. Veel andere toepassingen dan meer financiële armslag heeft hun baantje echter niet. Uit onderzoek van de Stichting voor Economische Onderzoek (SEO) blijkt dat het nut voor later voor jongeren slechts de derde reden is om te gaan werken. Het vertrouwen in de toekomst is - ook zonder veel werkervaring - rotsvast. ''Driekwart van alle studenten verwacht na hun opleiding een goede baan te

vinden'', zegt Marko van Leeuwen van de SEO. ''Ook over hun salaris zijn ze optimistisch. Hun werkelijke loon blijkt echter gemiddeld 20 procent lager te liggen. Pure overschatting.''

Bron: Algemeen Dagblad, Stefan Raatgever, 5 januari 2019

Tekst B: 'Narcist vreselijk voor anderen, maar heeft zelf minder stress'

Narcisten kunnen met hun gedrag hun omgeving woedend maken, maar ze zijn zelf veel minder snel gestrest of depressief, blijkt uit onderzoek. Toch is narcisme geen prettige persoonlijkheidstrek.

Narcisme wordt gekenmerkt door een obsessie met het eigen uiterlijk, de eigen persoonlijkheid, egoïsme, dominantie, ambitie en gebrek aan inlevingsvermogen.

Waar narcisme in het algemeen wordt gezien als iets negatiefs, wilden onderzoekers van de Queen's University in Belfast weten of narcisme ook voordelen heeft. Dat meldt de BBC.

(4)

Minder stress

Uit het onderzoek van Queen's University blijkt dat narcisten minder gevoelig zijn voor

negatieve gedachten over zichzelf. Ze hebben een lager stressniveau en ervaren het leven zelf minder snel als stressvol. Ook hebben ze veel zelfvertrouwen en een groot gevoel van

eigenbelang.

Dit zijn volgens de onderzoekers eigenschappen die bijvoorbeeld op de werkvloer en in het sociale leven goed van pas kunnen komen. De conclusie van het onderzoek is dan ook dat 'niet alle dimensies van narcisme goed zijn, maar dat sommige aspecten wel een positief effect kunnen hebben op iemands eigen welzijn'.

Angst en verslaving

Dat narcisten zich heel goed kunnen voelen over zichzelf, wordt beaamd door

ontwikkelingspsycholoog Eddie Brummelman. "Narcisten zijn in het eerste contact vaak heel charmant, waardoor ze in een groep vaak snel als leider gekozen worden. Ze zijn minder bezig met aardig gevonden te worden, ze vinden het vooral belangrijk dat anderen hen speciaal en bijzonder vinden."

Die eigenschappen kunnen inderdaad van pas komen, maar Brummelman benadrukt dat narcisme geen prettige persoonlijkheidstrek is. "Extreem narcisme gaat vaak gepaard met angst, depressie en verslaving."

Kwetsbaar

Brummelman doet onderzoek naar narcisme en zelfwaardering. "Narcisten hunkeren naar de erkenning en bewondering van anderen. Zolang die er is, voelen ze zich goed en tevreden.

Maar als die wegvalt, gaan ze zich slechter voelen. Narcisten kunnen vaak slecht tegen kritiek.

Dan schamen ze zich voor zichzelf en worden ze snel boos."

Narcisten zijn volgens Brummelman dus extreem afhankelijk van de waardering en bewondering van anderen. "Dat maakt ze heel kwetsbaar."

Iedereen is een beetje narcistisch

Narcisme is volgens Brummelman een persoonlijkheidstrek. "Net zoiets als verlegenheid.

Iedereen is in zekere mate verlegen. En iedereen heeft tot op zekere hoogte wel narcistische trekjes, dus voelt zich wel eens beter dan anderen of is bezig met de waardering van

anderen."

Maar als iemand extreem veel narcistische trekken heeft, wordt gesproken van een stoornis.

Volgens een Amerikaanse studie ontwikkelt zo'n zes procent van de bevolking ooit in zijn of haar leven een narcismestoornis.

Geen medicijn

(5)

Er bestaat geen medicijn tegen narcisme, maar er is volgens Brummelman wel kans dat de stoornis wegebt. "Als narcisten een intieme relatie aangaan, zoals een vriendschap sluiten of een levenspartner vinden, krijgen ze soms minder narcistische trekjes."

Dat heeft twee oorzaken: "Aan de ene kant gaat de narcist de ander als gelijkwaardig zien in een hechte vriendschap of relatie, waardoor hij zichzelf al minder op een voetstuk zet.

Daarnaast hebben narcisten de hele dag het gevoel dat ze moeten bewijzen hoe fantastisch ze zijn. Als narcisten ervaren hoe het is om geaccepteerd te worden hoe ze zijn, wordt de druk om zich te bewijzen ook weggehaald. Al is dat geen eenvoudig proces, omdat narcisten zichzelf niet graag veranderen."

Bron: rtlnieuws.nl

Tekst C: Insectensterfte door landbouw

Biodiversiteit Grootschalig Duits onderzoek, deze week gepubliceerd in Nature, toont massale teruggang insecten in landbouwgebieden aan.

In graslanden én in bossen gaat het slecht met insecten en andere geleedpotigen, schrijven Duitse biologen deze week in Nature. Uit onderzoek onder 2.675 soorten geleedpotigen blijkt dat er sprake is van een grootschalige achteruitgang in biomassa, aantallen en

soortenrijkdom. Op lokale schaal lijkt er geen verband aanwezig met de intensiteit van landgebruik, maar op grotere schaal wel: in gebieden waarin een groter percentage uit landbouwpercelen bestaat, is de afname sterker.

Dat het slecht gaat met insecten en andere geleedpotigen (zoals spinnen) bleek de afgelopen jaren keer op keer uit onderzoek. Vaak ook werd al een verband geopperd met landgebruik – bijvoorbeeld bij het onderzoek rond het Duitse Krefeld, in 2017. Daarin toonde Caspar

(6)

Hallmann van de Radboud Universiteit Nijmegen met collega’s aan dat de biomassa van vliegende insecten in minder dan drie decennia met ruim 75 procent is afgenomen.

In het huidige onderzoek wilden de Duitse biologen de relatie tussen landgebruik en

insectenachteruitgang meer in detail bestuderen. Tussen 2008 en 2017 inventariseerden ze de biodiversiteit op 150 graslandlocaties en 140 boslocaties. In het grasland nam de

hoeveelheid geleedpotigen over de jaren met 67 procent af. Het aantal individuen nam af met 78 procent, en het aantal soorten met 34 procent. In de bossen nam de biomassa met 41 procent af, en het aantal soorten met 36 procent. Alleen in het aantal individuen was in de bossen geen significante afname te zien.

Al met al is de achteruitgang van geleedpotigen dus niet beperkt tot open grasland (en dus tot potentieel landbouwgebied). Wel bleek dat in de graslanden de afname sterker was in

gebieden met veel landbouwareaal. Of dat bijvoorbeeld door het gebrek aan geschikte bloemplanten voor bestuivers komt of door het gebrek aan pesticiden valt uit dit onderzoek niet op te maken – daarvoor is er te weinig informatie voorhanden over onder andere de

bestrijdingsmiddelen die op de onderzochte locaties zijn gebruikt. Evenmin is duidelijk in hoeverre

veranderingen in klimaat meespelen.

De auteurs benadrukken het belang van nationaal en internationaal beleid. Gezien de invloed van

grootschalige landinrichting op geleedpotigen ligt de oplossing van het probleem dus níét zozeer lokaal.

Alleen het aanbrengen van kleinschalige wijzigingen, zoals het inzaaien van bloemrijke bermen rond bioboerderijen, is verre van afdoende.

Loopkevers en nachtvlinders

In een bijbehorend opinieartikel in Nature prijst de Britse bioloog William Kunin de gedegen aanpak van

de Duitse onderzoekers: „De eerdere Krefeld-studie deed veel stof opwaaien, maar had ook beperkingen: hoewel de onderzoekers de biomassa bestudeerden, identificeerden ze de precieze soorten niet, waardoor de aantallen niet konden worden vastgesteld.” Met het huidige onderzoek is de cirkel volgens hem rond. „Zulk langjarig onderzoek is niet goedkoop (...) Maar vanwege de grote sommen geld die gemoeid gaan met agro- milieumaatregelen is het belangrijk om de effectiviteit ervan te toetsen.”

Eelke Jongejans, bioloog van de Radboud Universiteit en betrokken bij het eerdere Krefeld- onderzoek, noemt het huidige artikel een waardevolle aanvulling op de al bekende gegevens.

„Ze hebben grootscheeps en systematisch onderzoek verricht in drie regio’s. Hun bevindingen stroken met die uit ons eigen onderzoek en met die van vergelijkbare studies.”

Juist vanwege hun rol in bestuiving en in de voedselketen (bijvoorbeeld als voedsel voor vogels en vleermuizen) staan insecten in toenemende mate in de belangstelling. Ook in

(7)

Nederland wordt langlopend onderzoek verricht naar de achteruitgang in bepaalde insectengroepen. Zo is in natuurgebieden rond het Drentse Wijster het aantal loopkevers sinds 1996 afgenomen met 72 procent. En in natuurgebied De Kaaistoep, bij Tilburg, is het aantal nachtvlinders sinds 1994 gedaald met 54 procent. Met automatische insectencamera’s (een samenwerkingsproject tussen onder andere EIS Kenniscentrum Insecten, Naturalis en de Radboud Universiteit) hopen biologen in de toekomst door meerjarig onderzoek een nog nauwkeuriger beeld van de insectenstand in Nederland te krijgen.

Bron: nrc.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Na 52 weken had- den de infiltraties voor alle uitkomstmaten significant minder effect dan kinesitherapie en voor twee van de drie uitkomsten (globale verbetering en

Dara denkt: Echte Piraten sind sicher für eine Story gut.. Und Elmore Leonard weiß: Texanische Milliardäre auf Weltumsegelung sind

"Harmful first of all to addicts themselves." The alternative, he asserts, is to call addiction what it is: a really bad habit caused by a constellation of variables and

Now they're in danger of alternating between replacing the bow tie (and they're frequently worn by guys in bow ties) as a crude signifier of a simplistic interest in style, and as

[r]

Instead of creating headlines such as "The Asbo generation" why don't you get straight to the point and just admit that modern Britain is a selfish, nasty society filled

• Er wordt radicaal bezuinigd op de geesteswetenschappen 1 • De maatschappelijke waarde ervan wordt niet onderkend / Deze. zouden financieel/bedrijfseconomisch niet interessant zijn

De computer wint van de besten bij intuïtieve spellen (zoals schaken en go)./ Het lukt steeds beter om computers intuïtieve beslissingen te laten nemen.. / Computers zijn steeds