• No results found

Informatie over de KNDB-opleidingen Damtrainer 2 Damtrainer 3

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Informatie over de KNDB-opleidingen Damtrainer 2 Damtrainer 3"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Informatie over

de KNDB-opleidingen

Damtrainer 2 en

Damtrainer 3

(2)

Inleiding

Sinds 2009 kent de KNDB nieuwe opleidingen voor Damtrainer 2 (vergelijkbaar met het oude Damleider A) en Damtrainer 3 (was vroeger Damleider B).

Wat is er nieuw aan deze opleidingen?

• De opleidingen zijn competentiegericht

Het beginpunt van elke opleiding ligt steeds bij twee vragen:

“wat zijn de vaardigheden, de kennis, de attitude, de persoonlijke eigenschappen (samen: de ‘competenties’) waarover een succesvolle damtrainer hoort te beschikken?”

en

“welke van die competenties heb ik - als nieuw startende deelnemer- op dit moment eigenlijk al, door mijn opleiding, mijn werkervaring, mijn activiteiten in de damwereld?”

Die tweede vraag beantwoord je voor jezelf door een persoonlijke competentiescan in te vullen. En vervolgens weet je dan hoe jouw individuele opleidingsprogramma eruit gaat zien: toegespitst op die kennis en vaardigheden waar je nog geen ervaring mee hebt opgedaan en waar je dus nog aan moet werken, en zonder de

‘ballast’ van onderwerpen waar je al in thuis bent.

• De opleidingen zijn praktijkgericht

Je leert het meeste van zelf doen, in de wekelijkse praktijk binnen je eigen vereniging of bij een damschool bij jou in de buurt. Voor de deelnemers aan de nieuwe opleidingen betekent het dat ze, naast de gezamenlijke

cursusbijeenkomsten (workshops), vooral ook in hun eigen damomgeving bezig zijn, ieder met een eigen individueel programma van praktijkopdrachten, en ieder in zijn eigen tempo.

Zelf in de praktijk bezig zijn, zelf – in samenspraak met je praktijkbegeleider -

meedenken over wat er goed of fout ging en wat er misschien beter zou kunnen: zo leer je het trainersvak en krijg je inzicht in je eigen functioneren.

• De opleidingen zijn ingericht volgens een algemeen model

Alle sportbonden in Nederland gebruiken hetzelfde model voor de opleidingen voor de functie van ‘sportleider’ (de algemene term) op verschillende niveaus:

(3)

Algemeen model voor de functie van ‘Sportleider’

vijf (competentie)niveaus

Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5

waarborgt de veiligheid

begeleidt (beginnende)

sporters

stimuleert de prestatie- ontwikkeling van

sporters

stimuleert de prestatie- ontwikkeling van

sporters

begeleidt de ontwikkeling van

topsporters

assisteert bij sportactiviteiten

geeft (deel)trainingen

en lessen

geeft trainingen en lessen

geeft trainingen en lessen

geeft trainingen aan topsporters

assisteert bij wedstrijden

begeleidt wedstrijden

is coach bij wedstrijden

is coach bij wedstrijden

is coach bij topsportevenement

en assisteert bij

activiteiten

organiseert activiteiten geeft leiding aan

assisterend sportkader

stimuleert de doorgroei van

sportkader verricht beleids- en managementtaken

verricht beleids- en managementtaken doet onderzoek op

zijn vakgebied

‘burgerschap en persoonlijke ontwikkeling’

‘burgerschap en persoonlijke ontwikkeling’

‘burgerschap en persoonlijke ontwikkeling’

‘burgerschap en persoonlijke ontwikkeling’

‘burgerschap en persoonlijke ontwikkeling’

Binnen de dambond hebben we dit schema uitgewerkt voor de niveaus 2 en 3, met de opleidingen voor Damtrainer 2 en Damtrainer 3 die in 2009 zijn gestart. Deze folder gaat daarover.

Verder is de KNDB in 2010 gestart met een nieuwe opleiding voor de niveau 1-functie

‘Dambegeleider’; daarover is een aparte folder bij het bondsbureau verkrijgbaar.

In de komende jaren zal wellicht ook een niveau 4-opleiding worden ontwikkeld.

(4)

De competenties van een Damtrainer 2 en een Damtrainer 3

Uitwerking

Competenties van de Damtrainer 2 Competenties van de Damtrainer 3

Begeleiden van dammers:

Je bent in staat om op een adequate,

respectvolle en verantwoorde manier dammers te begeleiden bij hun sportbeoefening.

Stimuleren van de sportieve ontwikkeling van dammers:

Je bent in staat om op een adequate manier een optimale begeleiding te bieden die

bijdraagt aan de ontwikkeling van dammers in een vereniging of regio.

Geven van trainingen:

Je bent in staat om op een adequate manier, onder leiding van een damtrainer 3 en/of op basis van door gekwalificeerde damtrainers opgestelde trainingsprogramma’s, (delen van) trainingen te verzorgen op het niveau van de opleidingen 1 ('Van der Wal'), 2 ('Wiersma ') en 3 ('Sijbrands').

Geven van trainingen:

Je bent in staat om op een adequate manier trainingen zodanig te plannen, uit te voeren en te evalueren dat ze leiden tot het realiseren van doelstellingen op basis van een

trainingsplan. De damtrainer 3 geeft trainingen op het niveau van de opleidingen 4

('Roozenburg'), 5 ('Springer') en 6 ('Hoogland').

Begeleiden bij wedstrijden:

Je bent in staat om op een adequate manier wedstrijden te begeleiden.

Coachen van wedstrijden:

Je bent in staat om op een adequate manier bij wedstrijden dammers te coachen, gericht op het leveren van de nagestreefde prestatie en conform de reglementen.

Assisteren bij activiteiten:

Je bent in staat om op een adequate manier, onder verantwoordelijkheid van een

gekwalificeerde trainer, bij de organisatie van damactiviteiten te assisteren.

Organiseren van activiteiten:

Je bent in staat om op een adequate manier activiteiten te organiseren.

Aansturen van kader:

Je bent in staat om op een adequate manier damtrainers 2 aan te sturen en mee te werken aan hun ontwikkeling.

Burgerschap en persoonlijke ontwikkeling:

Je bent sociaal, moreel, milieubewust, maatschappelijk actief.

Ook ben je in staat om op een adequate manier hulp te zoeken en daartoe deskundigen en/of kennisbronnen te raadplegen.

Burgerschap en persoonlijke ontwikkeling:

Je bent je bewust van je voorbeeldfunctie.

Ook ben je je ervan bewust dat je functioneren altijd verder kan verbeteren en weet je hoe je daartoe deskundigen en/of kennisbronnen kunt raadplegen.

(5)

De onderdelen van de opleiding

De opleidingen bestaan uit drie soorten activiteiten.

Praktijkopdrachten De belangrijkste component: ‘al doende leert men’! Je voert opdrachten uit in een bestaande praktijksituatie (regionale) damschool, jeugdafdeling van vereniging).

Je wordt hierbij begeleid door de praktijkbegeleider: de gekwalificeerde en ervaren leider van de

damschool/jeugdafdeling, die ervoor zorgt dat je de opdrachten kunt uitvoeren, die je feedback geeft en die je helpt bij problemen of knelpunten.

Bijeenkomsten, damsport-specifiek Door de KNDB georganiseerde workshops over onderwerpen als:

o het opleidingsmateriaal van de KNDB, en hoe daarmee te werken

o het coachen van dammers bij wedstrijden en toernooien

o het spel- en wedstrijdreglement

o het organiseren van een toernooi of ander damevenement

Bijeenkomsten, sport-generiek Door de KNDB of andere organisaties georganiseerde workshops voor cursisten die uit verschillende sporten afkomstig kunnen zijn, over onderwerpen als:

o didactisch handelen

o omgaan met kinderen en ouders

o omgaan met ‘vals spel’ en ongewenst gedrag (zoals doping)

o gesprekstechnieken en effectief communiceren o leiding geven (alleen voor Damtrainer 3)

(6)

Globaal overzicht praktijkopdrachten Damtrainer 2

1. Geven van (delen van) trainingen/lessen

1.1 Trainingsvoorbereiding Plan een (deel van een) training/les.

1.2 Spel- en

organisatievormen

Leid een spelvorm tijdens de training/les en zorg voor een efficiënte organisatie.

1.3 Techniek Plan, geef en evalueer het onderdeel van de training/les dat gericht is op het aanleren en/of verbeteren van een technische vaardigheid.

1.4 Beginners en Jeugd Plan, geef en evalueer een (deel van een) training/les aan beginnende en/of jeugdige dammers, houd daarbij rekening met individuele verschillen tussen dammers.

1.5 Reeks trainingen/lessen in het kader van een

trainingsplan

Plan, geef en evalueer een reeks van samenhangende (delen van) trainingen/lessen die passen binnen een gegeven

trainingsplan.

2. Begeleiden bij wedstrijden en toernooien

2.1 Voorbereiding Bereid dammers (en hun ouders) voor op de wedstrijd.

2.2 Voorbespreking Plan, houd en evalueer een voorbespreking voor een bepaalde wedstrijd of toernooi.

2.3 Nabespreking wedstrijd Houd met jouw dammers een nabespreking na afloop.

2.4 Regelgeving Zorg ervoor dat de regelgeving met betrekking tot de wedstrijd of het toernooi wordt nageleefd.

3. Assisteren bij activiteiten

3.1 Draaiboek Bestudeer een draaiboek voor de organisatie voor een activiteit.

3.2 Voorbereiding Bereid je voor op je taken en verantwoordelijkheden bij de uitvoering van de activiteit.

3.3 Damactiviteit Assisteer bij de organisatie van een activiteit op damgebied 3.4 Evaluatie activiteit Evalueer jouw bijdrage aan de organisatie van een activiteit

(7)

Globaal overzicht praktijkopdrachten Damtrainer 3

1. Geven van trainingen/lessen

1.1 Trainingsvoorbereiding Plan een volledige training/les.

1.2 Spel- en

organisatievormen

Leid een spelvorm tijdens de training/les en zorg voor een efficiënte organisatie.

1.3 Techniek Plan, geef en evalueer het onderdeel van de training/les dat gericht is op het aanleren en/of verbeteren van een technische vaardigheid.

1.4 Beginners en Jeugd Plan, geef en evalueer een volledige training/les aan beginnende en/of jeugdige dammers.

1.5 Gevorderden Plan, geef en evalueer een volledige training/les aan

gevorderde dammers, houd daarbij rekening met individuele verschillen tussen dammers.

1.6 Reeks trainingen/lessen in het kader van een

trainingsplan

Stel een trainingsplan op voor jouw eigen dammers, en plan, geef en evalueer een reeks van samenhangende

trainingen/lessen die passen binnen dit trainingsplan.

2. Coachen van wedstrijden en toernooien

2.1 Voorbereiding Bereid dammers (en hun ouders) voor op de wedstrijd.

2.2 Voorbespreking Plan, houd en evalueer een voorbespreking voor een bepaalde wedstrijd of toernooi.

2.3 Nabespreking wedstrijd Houd met jouw dammers een nabespreking na afloop van de wedstrijd.

2.4 Regelgeving Zorg ervoor dat de regelgeving met betrekking tot de wedstrijd of het toernooi wordt nageleefd.

3. Organiseren van activiteiten

3.1 Draaiboek Maak een draaiboek voor de organisatie van een activiteit.

3.2 Voorbereiding Bereid je medewerkers voor op hun taken en

verantwoordelijkheden bij de uitvoering van de activiteit.

3.3 Damactiviteit Organiseer een activiteit op damgebied 3.4 Evaluatie activiteit Evalueer de organisatie van een activiteit

4. Aansturen van kader

4.1 Voorbespreking Houd een voorbespreking met een damtrainer 2 (in opleiding) die onder jouw verantwoordelijkheid (een deel van) een training/les gaat verzorgen.

4.2 Aanwijzingen Geef aanwijzingen aan een damtrainer 1 of 2 (in opleiding) die jou assisteert.

4.3 Feedback Geef de damtrainer 1 of 2 (in opleiding) feedback op de wijze waarop deze heeft gefunctioneerd.

(8)

Praktische informatie

Wanneer?

De KNDB organiseert jaarlijks ondersteunende - niet verplichte, maar wel zeer aanbevolen - workshops voor de nieuwe opleidingen. Op basis van de

aanmeldingen wordt bekeken waar en wanneer deze workshops aangeboden worden. Na het uitvoeren van de competentiescan wordt per cursist een individueel opleidingsprogramma opgesteld: welke (praktijk)opdrachten waar en wanneer uitgevoerd moeten worden. De Proeve van Bekwaamheid (het ‘eindexamen’ van de opleiding) wordt in overleg met de cursist vastgesteld.

Omdat de praktijkopdrachten een belangrijk onderdeel van de opleiding zijn, houden we in de tijdplanning altijd rekening met het (jeugd)damseizoen: je moet immers een aantal weken achtereen bij een actieve jeugdafdeling of damschool terecht kunnen.

Waar?

Voor de deelnemers streven we naar maatwerk. De praktijkopdrachten worden zo mogelijk in je eigen regio uitgevoerd. Voor de bijeenkomsten zoeken we een enigszins centrale locatie in het land, rekening houdend met de herkomst van de deelnemers. De workshops worden soms op diverse data en op verschillende plaatsen in Nederland aangeboden.

Voor wie?

Om deel te nemen aan de Damtrainer 2 - opleiding moet je:

• 15 jaar of ouder zijn

• qua eigen speelsterkte een KNDB-ratingniveau van ongeveer 900 of hoger hebben

Om deel te nemen aan de Damtrainer 3 - opleiding moet je:

• 16 jaar of ouder zijn

• enige ervaring als jeugddamleider hebben

• qua eigen speelsterkte een KNDB-ratingniveau van ongeveer 1100 of hoger hebben.

Afronding

Van alle voltooide onderdelen van de opleiding verzamel je de rapportages en

‘bewijsstukken’ in een persoonlijk dossier (‘portfolio’). Nadat je alle onderdelen van de opleiding hebt afgerond ben je klaar voor de ‘Proeve van Bekwaamheid’ (PvB): je levert je portfolio in en laat in een ‘praktijkproef’ zien dat je als Damtrainer 2 of 3 kunt functioneren. Als de examencommissie (‘PvB-beoordelaars’) het allemaal voldoende vindt, krijg je je diploma.

Wat kost het?

De opleiding ZELF - deelname aan de workshops en dergelijke - is voor de deelnemers GRATIS. Wel moet je zelf je reiskosten betalen.

De kosten van het studiemateriaal (o.a. twee uitgebreide syllabi) bedragen 20 euro.

Aan de Proeve van Bekwaamheid aan het eind van de opleiding is een examengeld van 25 euro verbonden.

Aanmelden?

Via het bondsbureau van de KNDB: stuur een mailtje naar bondsbureau@kndb.nl of meld je telefonisch aan: 0318-581288.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The elastic constants are obtained, then the secondary results such as bulk modulus, shear modulus, Young’s modulus, Poisson’s ratio, anisotropy factor, and Debye temperature

The elastic constants are obtained, then the secondary results such as bulk modulus, shear modulus, Young’s modulus, Poisson’s ratio, anisotropy factor, and Debye temperature

Iedere middag gaan we samen met groep 3-4 thematisch werken Hierbij is de methode van ‘Blink wereld’ een hulpmiddel waarmee we de thema’s voor beide klassen ontwerpen en

allerbelangrijkste is misschien wel dat je het leuk vindt om met mensen om te gaan. Voor veel mensen is een kijkje in de spiegel van de kapper pure verwennerij. Maar je hebt

In 2015 bevindt de top 6 van musea met het hoogste aantal bezoekers zich in Amsterdam (samen goed voor ruim 23 procent van het totale aantal museumbezoekers in Nederland in

De kinderen leren dus echt samen lezen en de groep blijft echt een groep.... De

Het rechtvaardigend geloof is, volgens de Catechismus, Vraag 21 „niet alleen een zeker weten of kennis, waardoor ik alles voor waarachtig houd, hetgeen God ons in

Key