• No results found

7,3. Werkstuk door een scholier 1419 woorden 9 december keer beoordeeld. Botkanker (oftewel: beentumoren)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "7,3. Werkstuk door een scholier 1419 woorden 9 december keer beoordeeld. Botkanker (oftewel: beentumoren)"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Werkstuk door een scholier 1419 woorden

9 december 2002

7,3

166 keer beoordeeld

Vak Biologie

Botkanker

(oftewel: beentumoren)

Inleiding

Een kwaadaardige (of maligne) primaire beentumor (=botkanker) is kanker uitgaande van beenweefsel (bot). De meest voorkomende kwaadaardige beentumoren zijn Osteosarcoom en Ewing's sarcoom. Ze komen het meest voor bij kinderen en jonge volwassenen.

Andere voorbeelden van kwaadaardige beentumoren zijn Chondrosarcoom en Fibrosarcoom. Het chondrosarcoom is de vaakst voorkomende primaire beentumor bij volwassenen. Kwaadaardige beentumoren wordt vrijwel altijd behandeld door een team van verschillende medische specialisten.

Verschijnselen en diagnose

Meestal is de eerste klacht van iemand met botkanker veel pijn. Dit wordt veroorzaakt door de uitbreiding van de tumor of door verzwakking van beenweefsel door de tumor. Soms bestaat er ook koorts, zwelling van de ledemaat of valneiging.

Alleen een arts kan met zekerheid vaststellen of een patiënt een gezwel van een been heeft. Voor het stellen van een diagnose zal een arts eerst uitvoerig met de patiënt en diens familie spreken. Daarna zal een uitgebreid lichamelijk onderzoek plaats vinden. Ook worden meerdere onderzoeken met behulp van apparatuur uitgevoerd. Daartoe behoren een uitgebreid bloedonderzoek en röntgenfoto's. Met behulp van deze onderzoeken kan worden vastgesteld in hoeverre de beentumor zich uitgebreid heeft naar andere weefsels.

Röntgenfoto’s worden zowel van het gebied van de tumor als van de longen gemaakt; dit laatste om te bezien of er ook uitzaaiingen zijn van de tumor in de long. Dat kan dus ook. In plaats van een uitzaaiing van longkanker naar het bot een uitzaaiing van het bot naar de longen!

Voorbeelden van andere onderzoeken zijn:

· Botscan: hierbij wordt een kleine hoeveelheid radioactief materiaal in een bloedvat gespoten. Dit hecht zich vooral aan beencellen. Zo kan men het hele lichaam onderzoeken en bekijken waar er afwijkingen van het bot zijn.

· MRI: hiermee kan de radioloog aangeven hoe groot het gezwel is en in hoeverre het gezwel buiten het been of in het merg groeit van een bot.

Uiteindelijk wordt een stukje weefsel via een kleine operatie uit het gezwel gehaald. Dit heet een biopsie.

Een patholoog onderzoekt het weefsel en kan mede aan de hand van de hierboven genoemde andere onderzoeken een diagnose stellen Deze ingreep moet bij voorkeur worden uitgevoerd door een

orthopedisch of chirurgische specialist voor tumoren, die vrijwel uitsluitend patiënten met gezwellen

(2)

behandelt. Deze specialisten werken in centra, vooral in de Academische Ziekenhuizen van Leiden, Amsterdam, Nijmegen en Groningen.

Op grond van al deze onderzoeken kan een behandelingsplan worden opgesteld. Behandeling vindt bij voorkeur in één van bovengenoemde centra plaats.

Nederland kent een overkoepelend orgaan dat zich bezig houdt met de diagnosestelling en advisering bij behandeling van tumoren: de Nederlandse Commissie voor Beentumoren. Moeilijke patiënten worden daar besproken. Veel specialisten, die werken in bovengenoemde Academische centra zijn lid van deze

commissie.

Soorten botkanker

Osteosarcoom

Dit is een maligne tumor, waarin botvorming plaats vindt (osteoïd) door de tumorcellen zelf, onafhankelijk van de aanwezigheid van kraakbeencellen of bindweefsel. De voorkeursleeftijd bij deze tumor ligt tussen de 10 en 30 jaar. De tumor komt vooral voor aan het eind van lange pijpbeenderen (onderbeen en bovenbeen/knie). Indien er metastasen (uitzaaiingen) optreden, dan vooral in de longen, maar ook in andere delen van het skelet. Er worden meerdere types onderscheiden, die ten dele een eigen behandeling behoeven en die ook een verschillende prognose hebben.

Ewing's sarcoom

Dit is een maligne tumor van het skelet, waarvan het weefsel zich kenmerkt door opeengepakte kleine ronde cellen. Kenmerkend voor de tumor is een specifieke afwijking aan de chromosomen van de tumorcel (opslag van erfelijke informatie). De tumor komt vooral op jonge leeftijd voor: 90% van de patiënten is jonger dan 25 jaar. De tumor komt 2 keer zo vaak voor in lange pijpbeenderen (bijvoorbeeld bovenarm, bovenbeen) als in platte beenderen (bijvoorbeeld schouderblad). Metastasen komen vooral in de longen voor. De prognose van patiënten met relatief kleine tumoren (kleiner dan 100 cc) is beter dan die met grotere tumoren.

Chondrosarcoom

Dit is een maligne tumor waarvan de cellen kraakbeen en geen bot vormen. Men spreekt van een centraal chondrosarcoom als de cellen in een skeletdeel liggen en van een excentrisch chondrosarcoom als de cellen aan de rand van een exostose liggen (zie bij benigne tumoren). Onder de leeftijd van 10 jaar komt het chondrosarcoom nauwelijks voor. Meestal betreft het patiënten met een hogere leeftijd en vooral boven de 50 jaar.

De tumor kan in ieder skeletdeel voorkomen. Metastasen worden vooral in de longen gevonden. De weinig kwaadaardige, laaggradige chondrosarcomen hebben over het algemeen een zeer goede prognose na behandeling, de zeer kwaadaardige, hooggradige helaas vaak niet.

Fibrosarcoom

De tumor bestaat uit in bundels gerangschikte bindweefselvezels, gelegen in beenweefsel. De tumor komt

(3)

voor bij patiënten met een leeftijd tussen de 20 en 70 jaar, gemiddeld 40 jaar. Vooral komt de tumor voor in de uiteinden van lange pijpbeenderen (bovenarm en bovenbeen). Metastasen worden vooral in de longen gezien.

Behandeling

De diagnosestelling, behandeling en controle bij patiënten met primair kwaadaardige beentumoren wordt uitgevoerd door een team van medisch specialisten. Daartoe behoren o.a.

· een orthopedisch en/of algemeen chirurg,

· een kinder- of medisch oncoloog (geneeskundig kankerspecialist),

· een radiotherapeut (bestralingsarts),

· een radioloog,

· een patholoog (weefselonderzoeker) en

· een revalidatiearts.

Hiertoe behoren ook gespecialiseerde verpleegkundigen, fysiotherapeuten en psychologen.

Behandelingsmogelijkheden zijn:

· chirurgie

· chemotherapie (celdodende medicijnen)

· radiotherapie (bestraling)

Ook combinaties van deze behandelingen zijn mogelijk.

Chirurgie

Wordt gebruikt om de tumor te verwijderen. De chirurg verwijdert de tumor met omgevend weefsel, in de hoop zo alle tumor te verwijderen, ook de kleinste uitlopers in gezond weefsel. Bevindt de tumor zich in een arm of been, of zelfs in het bekken, dan is het vaak mogelijk om de ledemaat te behouden. Het bot dat bij de operatie wordt verwijderd, wordt dan vervangen door een metalen prothese, bot afkomstig van een donor of een combinatie van beide (reconstructie). Soms moet een arm of een been verwijderd worden;

dat heet een amputatie. De patiënt krijgt dan vaak een uitwendige prothese. Chirurgie wordt ook gebruikt voor de verwijdering van uitzaaiingen (meestal in de longen).

Radiotherapie

Wordt gebruikt om de tumorcellen te vernietigen of de tumor kleiner te maken; dit laatste vaak met het doel om de tumor gemakkelijker te kunnen opereren.

Chemotherapie (celdodende medicijnen)

Wordt bij primaire beentumoren vrijwel altijd in samenhang met chirurgie gebruikt. Soms moet hier radiotherapie aan worden toegevoegd. Chemotherapiekuren worden zowel voor als na de operatie gegeven.

Kort samengevat:

· Beentumor Behandeling

Osteosarcoom chemotherapie, chirurgisch

Ewing's sarcoom chemotherapie (radiotherapie), chirurgisch

(4)

Chondrosarcoom chirurgisch (tumor is niet of nauwelijks gevoelig voor chemotherapie en radiotherapie) Fibrosarcoom chirurgisch, radiotherapie, chemotherapie

Nabehandeling

Zoals bij iedere vorm van kanker ziet de toekomst van een patiënt met kanker er het beste uit, als de tumor in een vroeg stadium wordt gevonden en goed behandeld kan worden. Als een tumor eenmaal uitgezaaid is, dus zich verspreid heeft over het lichaam, is de kans op een lange overleving voor de patiënt kleiner, dan wanneer dit niet het geval is.

Uitzaaiingen (metastasen) kunnen gevonden worden bij het begin van de behandeling, maar ook veel later, als de patiënt gecontroleerd wordt. Uitzaaiingen bij beentumoren komen vooral voor in de longen en andere beenderen van het skelet. De nacontrole richt zich dan ook vooral op deze lichaamsdelen en het gebied van de tumor zelf. In het kader daarvan worden op gezette tijden röntgenfoto's van het

operatiegebied en van de longen gemaakt. Ook wordt met regelmaat een botscan en bloedonderzoek verricht.

De meeste patiënten worden na behandeling, afhankelijk van de ernst en soort van de tumor, 5 tot 10 jaar gecontroleerd voor de tumor. Ook dit gebeurt vaak door een team van medisch specialisten. Heeft een patiënt een inwendige of uitwendige prothese dan is de controle daarvoor vaak levenslang.

Weten als patiënt dat je kanker hebt of hebt gehad is vaak angstaanjagend. Dat kan zich gedurende jaren uiten in een langdurig gevoel van vermoeidheid, zonder dat er sprake is van nog aanwezige tumor of metastasen.

Wanneer een ledemaat geamputeerd is kan een patiënt langdurig het gevoel hebben dat de arm of het been er nog is; dit kan zelfs gepaard gaan met een gevoel van pijn. We noemen dit fantoomgevoel of fantoompijn. Vaak gaat dit voorbij.

Veel patiënten die na verwijdering van een tumor een reconstructie van een ledemaat, of bij verwijdering van de tumor een amputatie hebben ondergaan, kunnen daarna een goed en actief leven leiden; intensief meedoen aan sport is echter vaak minder goed mogelijk.

Conclusie:

Als je botkanker hebt en je komt er pas laat achter is het moeilijk om te behandelen. Als het toch te

behandelen duurt het ontzettend lang. Je kunt je dan afvragen of je het nog wel wilt behandelen, want als de tumor zich zo ver heeft verspreidt, dan kan de behandeling ook weer bijverschijnselen gaan tonen, omdat er op zoveel plekken tegelijkertijd moet worden gehandeld. Kortom, als je een aantal verschijnselen hebt van een vorm van kanker, niet mee blijven zitten maar meteen naar een arts om het te laten

onderzoeken.

Bronnen:

internet:

kanker.pagina.nl

forum van kanker.pagina.nl www.kanker.nl

Overig:

(5)

foldertje over kanker wat we van school hebben gekregen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hoofdstuk 2 kosten, opbrengsten en winst Paragraaf 1 constante en variabele kosten1. Kosten: Alle noodzakelijke uitgaven die een ondernemer moet doen om goederen te

Zie wat onzichtbaar is Wat je gelooft is waar Open je ogen maar En dan zal ik bij je zijn Alles wat jij moet doen Is mij op mijn woord geloven Afscheid nemen bestaat niet. Ik kom als

In Het gouden ei wordt vooral gespeeld met het uitschakelen van het geweten, Rex Hofman houdt veel van zijn vriendin, maar gunt zich gedachten die daarmee in strijd zijn..

Fanny had het beter niet kunnen doen, omdat Güntha nu bozer is en Fanny de camera kwijt is 4a.. Het probleem van

Alleen zijn er een heleboel mensen die niet worden behandeld, omdat in de meeste gevallen er een heel weinig tekort aan actieve insuline of er een niet sterk genoeg insuline is..

Omdat de rente over een groter bedrag natuurlijk meer is betaal je in het begin veel rente en weinig aflossing, en aan het einde van de looptijd betaal je veel aflossing en

We spreken van een dominante cultuur als de kenmerken van deze cultuur geaccepteerd worden door de meeste mensen binnen en samenleving.. We spreken van een subcultuur wanneer binnen

Op het eerste moment wordt er te makkelijke gedacht over de ziekte Aids en dacht men dat ze wel even een vaccinatie zouden maken die de ziekte Aids de wereld uit zou kunnen