• No results found

16 juni: De Vaderdagborrel – met inhoud!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "16 juni: De Vaderdagborrel – met inhoud! "

Copied!
27
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Stageverslag

Eindverslag van de stage in de master Neerlandistiek Hannah Mars, s2338432

5 juli 2017

Vakcode: LNX000M10

Stageplaats: Emancipator, Amsterdam Stageperiode: 10 april – 30 juni 2017 Begeleider bij de stageorganisatie: Jens van Tricht Begeleider vanuit de opleiding: dr. Sandra van Voorst

(2)
(3)

Inhoudsopgave

1. Inleiding 4

2. De organisatie: Emancipator 4

3. De stage 5

3.1 Plan 5

3.1.1 Stageplan 5

3.1.2 Leerdoelen 6

3.2 Uitvoering van de stage 7

3.2.1 Ter introductie 7

3.2.2 Publicatie: inhoud 7

3.2.3 Publicatie: lay-out 8

3.2.4 Bijeenkomst: ‘De Vaderdagborrel – met inhoud!’ 9

3.2.5 Overige werkzaamheden 10

3.2.6 Problemen en oplossingen 10

3.3 Afwijkingen uitvoering t.o.v. plan 11

4. Evaluatie en reflectie 12

4.1 Uitvoering stageopdracht 12

4.2 Leerdoelen 13

4.2.1 Algemene leerdoelen van de masterstage 13

4.2.2 Persoonlijke leerdoelen 14

4.2.3 Overige opgedane kennis en vaardigheden 15

4.3 Toepasbaarheid van kennis en vaardigheden uit de opleiding 15

4.4 Nut van de stage voor verdere loopbaan 15

4.5 Begeleiding 16

4.5.1 Begeleiding vanuit Emancipator 16

4.5.2 Begeleiding vanuit de opleiding 16

5. Conclusie 17

6. Bijlagen

Bijlage I. Stageplan Bijlage II. Logboek

Bijlage III. Beoordeling stagegever Bijlage IV. Verslag bijeenkomst Bijlage V. Publicatie

(4)
(5)

1. Inleiding

Bij het zoeken naar een geschikte stageplaats vond ik het ten eerste belangrijk dat ik me in mijn stage zou kunnen inzetten voor een onderwerp dat ik persoonlijk niet alleen leuk maar ook belangrijk vind. Een stage bij een reclame- of marketingbureau of als tekstschrijver of communi- catiemanager bij ‘zomaar aan bedrijf’ zag ik niet zitten. Daarnaast vond ik het belangrijk dat de stageorganisatie in het midden van het land gevestigd was, aangezien ik daar na mijn studie een baan wil vinden en het me dus nuttig leek om daar alvast een netwerk op te bouwen. Ik ben in eerste instantie gaan zoeken naar stageplaatsen bij uitgeverijen en redacties van kranten en tijdschriften, maar realiseerde me al snel dat ik eigenlijk het liefst iets wilde doen met feminisme en emancipatie. Ik kwam terecht op de website van Emancipator: een kleine organisatie met grote idealen. Zij houden zich bezig met de emancipatie van mannen, waaronder het bevorderen van betrokken vaderschap. Omdat ik eerder in mijn opleiding projecten had gedaan over vaders en vaderschap (ik schreef bijvoorbeeld een scriptie voor de bachelor Wijsbegeerte van de geestes- wetenschappen over de ouderlijke rolverdeling bij dieren en vroege mensen, en wat dat zegt over de ‘ideale’ rolverdeling bij huidige mensen, en organiseerde voor het Master’s Honours College een symposium over vaderschapsverlof) sprak dat me erg aan.

Ik heb dus Emancipator opgebeld met de vraag of ze een stageplaats voor me hadden.

Emancipator had een plan voor een project waar ze zelf nog niet aan toekwamen maar dat precies paste bij mijn achtergrond en stagewensen. Mijn stageopdract bestond uit het maken van een publicatie met een overzicht van initatieven en organisaties in Nederland die zich inzetten voor vaders of vaderschap, en het organiseren van een bijeenkomst ter lancering van die publicatie.

Meer over mijn precieze stageopdracht is te vinden hoofdstuk 3 van dit verslag. Dit project heb ik grotendeels zelfstandig uitgevoerd. Ik vond het heel fijn dat Emancipator me die vrijheid heeft gegeven en me dit project heeft toevertrouwd. Ik heb mijn stage met veel plezier vervuld en ben heel blij dat ook vanuit Emancipator enthousiast is gereageerd op het resultaat.

In dit document doe ik verslag van mijn stage. In hoofdstuk 2 beschrijf ik de organisatie waar ik stage heb gelopen: haar missie, bezigheden en inrichting. In hoofdstuk 3 behandel ik de eigenlijke stage: daar ga ik in op het stageplan, de uitvoering van dat plan en de verschillen daartussen. In hoofdstuk 4 reflecteer ik op mijn stageproces. Ik ga daar in op de stageopdracht en of ik die heb vervuld, de leerdoelen die ik me in mijn stageplan gesteld heb, de toepasbaarheid van kennis en vaardigheden die ik heb opgedaan in de opleiding Neerlandistiek, het nut van de stage voor mijn verdere loopbaan, en de begeleiding die ik heb gehad vanuit de organisatie en vanuit de opleiding. In hoofdstuk 5 trek ik een conclusie. Hoofdstuk 6 bestaat uit vijf bijlagen: (I) mijn stageplan zoals ik dat aan het begin van de stage heb geformuleerd, (II) mijn logboek, (III) de beoordeling van mijn begeleider bij de organisatie, (IV) een verslagje van de bijeenkomst die ik organiseerde en (V) ten slotte (alleen in de papieren versie) de publicatie die ik heb gemaakt.

2. De organisatie: Emancipator

Ik heb stage gelopen bij stichting Emancipator, de Nederlandse organisatie voor mannen en emancipatie. Mannenemancipatie gaat om de bijdrage die mannen kunnen leveren aan sociale rechtvaardigheid in het algemeen en vrouwenemancipatie in het bijzonder, en om de verbete- ringen voor mannen die daaruit voortvloeien. Emancipator gelooft dat vrouwen- en mannen- emancipatie hand in hand zouden moeten gaan en ziet mannenemancipatie als een proces van inclusie: in plaats van mannen te reduceren tot eenduidige categorie wil de organisatie uitgaan van diversiteit en tegelijk streven naar verbinding.

(6)

Door het bevorderen van mannenemancipatie zet Emancipator zich in voor rechtvaardige genderverhoudingen. Grote problemen in de wereld – oorlog, financiële en milieucrises, criminali- teit, armoede – hangen samen met de rol van jongens en mannen in de samenleving en de manier waarop mannelijkheid wordt ingevuld: de verwachtingen die de maatschappij heeft van mannen.

Nu de traditioneel mannelijke rol van kostwinner verdwijnt is onduidelijk wat daarvoor in de plaats komt – wat betekent het om man te zijn? Hoewel mannen maatschappelijke privileges hebben, heeft mannelijkheid ook een prijs: mannen leven minder lang, lijden vaker aan depressies en verslavingen en zijn vaker sociaal-emotioneel geïsoleerd. Mannenemancipatie is dus nodig, ter aanvulling op en versterking van vrouwenemancipatie maar ook op zichzelf: (de huidige invulling van) mannelijkheid is deel van het probleem, mannen zijn deel van de oplossing.

De twee voornaamste speerpunten van Emancipator zijn het opheffen van de associatie van mannelijkheid met geweld en het versterken van de associatie met zorg. Emancipator probeert professionals die zich inzetten voor jongens en mannen met elkaar te verbinden en streeft naar een gemeenschappelijke visie op mannenemancipatie. Want hoewel er in beleid, programma’s en projecten steeds meer aandacht is voor (de emancipatie van) jongens en mannen, is dat speelveld erg gefragmenteerd. Emancipator probeert die verbinding te bereiken door een kennis- en expertisecentrum te zijn, trainingen, expertmeetings en conferenties te organiseren rond thema’s gerelateerd aan emancipatie, en organisaties en bedrijven te adviseren en te begeleiden. Daarnaast probeert Emancipator politiek beleid te beïnvloeden door te lobbyen, informatie over mannenemancipatie te verspreiden en zich te mengen in maatschappelijke discussies.

Emancipator is in 2013 opgericht door Jens van Tricht. Daarnaast zijn er momenteel twee werknemers vast in dienst: een office manager en een trainer, die op scholen en ROC’s workshops geeft aan jongens en jongemannen over mannelijkheid. Daarnaast is er een wisselend aantal stagiairs betrokken bij de organisatie. Emancipator is voor haar financiering afhankelijk van subsidie en giften. Aangezien de organisatie zo klein is, zijn er geen verschillende afdelingen onderscheiden, maar er lopen wel altijd verscheidene projecten. Mijn stageopdracht is gerela- teerd aan het speerpunt arbeid en zorg, specifiek het stimuleren van betrokken vaderschap. Ik word tijdens mijn stage begeleid door Jens.

3. De stage

3.1 Plan 3.1.1 Stageplan

Het stageplan, zoals opgenomen in bijlage I, bestaat uit drie onderdelen. Hoofdopdracht is het samenstellen en schrijven van een publicatie. Al langere tijd speelde bij Emancipator het idee om een lijst te maken van initiatieven en organisaties in Nederland die zich inzetten voor vaders of vaderschap. Zo’n lijst kan een manier zijn om het gefragmenteerde speelveld van vaderorganisa- ties te verbinden. Emancipator wil zich graag profileren als ‘spin in het web’ en verbinder van mannenemancipatieorganisaties. Bovendien worden organisaties op die manier op de hoogte gebracht van elkaars bestaan en kan Emancipator voor bijeenkomsten, publicaties en andere doelen putten uit die lijst. Het maken van die lijst was de stageopdracht van mijn voorganger, Anna. Zij heeft een inventarisatie gemaakt van die organisaties en hen een vragenlijst voorgelegd om relevante informatie te verzamelen die ook in die lijst opgenomen zou moeten worden, en uiteindelijk de lijst samengesteld. Daarnaast heeft ze twee van de organisaties geïnterviewd.

Mijn stageopdracht is een voortzetting en uitwerking van die ‘longlist’. Ik maak een publicatie waarin de resultaten van Anna’s inventarisatie aan de buitenwereld gepresenteerd worden: een overzicht van initiatieven en organisaties in Nederland die zich (voornamelijk) bezighouden met vaders en vaderschap (‘vaderinitiatieven’). De publicatie moet gaan bestaan uit een aantal ‘profielen’ van vaderinitiatieven, een interview met twee van hen, en daarnaast korte

(7)

artikelen van en over een aantal gerelateerde organisaties en initatieven, en natuurlijk een uitgebreide inleiding van Emancipator zelf. De publicatie zou in eerste instantie online worden verspreid. In het stageplan is opgemerkt dat ook de lay-out van de publicatie tot mijn taken zou kunnen behoren.

Daarnaast is in het stageplan opgenomen dat ik, als daar nog tijd voor blijkt, een bijeen- komst zou kunnen organiseren waar de publicatie zou worden gelanceerd. Details hiervan zijn niet vastgelegd in het stageplan aangezien nog niet duidelijk is hoe veel tijd ik nodig zal hebben voor het maken van de publicatie. Derde onderdeel van het stageplan is praktische ondersteuning van de organisatie, bijvoorbeeld door onderhoud van de website, bijdragen aan de nieuwsbrief of gewoon afwassen en de planten water geven. Verder is in het stageplan vastgelegd dat ik twee van mijn drie wekelijkse werkdagen gebruik voor de hoofdopdracht, dus het maken van de publicatie en het organiseren van de bijeenkomst, en één voor praktische taken.

3.1.2 Leerdoelen

In deze paragraaf geef ik een korte opsomming van de leerdoelen van de masterstage en de persoonlijke leerdoelen die ik in het stageplan heb geformuleerd. In paragraaf 4.2 bespreek ik of, in hoeverre en hoe mijn stage heeft bijgedragen aan het behalen van deze leerdoelen.

A. Algemene leerdoelen van de masterstage

In de stagehandleiding worden de volgende leerdoelen genoemd.

1. Kennismaken met de praktijk van een externe organisatie, een instituut of een bedrijf waar kennis, inzicht en vaardigheden relevant zijn op het gebied van de opleiding Neerlan- distiek; de student is in staat om adequaat te functioneren in deze organisatie.

2. De tijdens de opleiding verworven kennis, inzichten en vaardigheden toepassen in een specifieke en zo mogelijk afgeronde taak; de student is in staat om de in het stageplan omschreven specifieke output (product(en) en/of dienst(en)) te genereren.

3. De eigen werkzaamheden weergeven in een kritisch verslag; de student is getuige het stageverslag in staat goed gestructureerd verslag te leggen van de stage waarbij het verloop van de stage juist en volledig beschreven wordt. Het verslag is toegankelijk ge- schreven, is goed verzorgd en geeft blijk van analytisch vermogen.

4. De student is in staat om met voldoende diepgang te reflecteren op:

a. het eigen handelen en de eigen competenties b. het realiseren van de persoonlijke leeruitkomsten

c. de toepasbaarheid van de in de opleiding verworven kennis, vaardigheden en attitudes tijdens de stage

d. het nut van de stage voor het maken van adequate loopbaankeuzes in de toekomst.

B. Persoonlijke leerdoelen

In het stageplan heb ik de volgende persoonlijke leerdoelen geformuleerd.

1. Ervaring opdoen met het zelfstandig schrijven en redigeren van korte teksten voor een specifieke doelgroep en met een specifiek doel;

2. Ervaring opdoen met het zelfstandig organiseren van een bijeenkomst (aard en doel van die bijeenkomst moeten nog worden vastgesteld);

3. Kennismaken met de organisatie, de dagelijkse gang van zaken aldaar en de praktische zaken die daarbij komen kijken;

(8)

4. Zelfstandig een project tot een goed einde brengen: bedenken wat er op lange en korte termijn moet gebeuren, de mensen en kennis die ik daarvoor nodig heb vinden en benaderen;

5. Kennismaken met en me oriënteren op dit werkveld, uit interesse en t.b.v. toekomstige loopbaankeuzes.

3.2 Uitvoering van de stage 3.2.1 Ter introductie

Mijn daadwerkelijke bezigheden wijken (uiteraard) enigszins af van het stageplan. Ze kunnen worden onderverdeeld in vier categorieën: inhoud van de publicatie, lay-out van de publicatie, organisatie van de bijeenkomst, en overige bezigheden. Daarvan heb ik aan de eerste drie ongeveer even veel tijd besteed. In deze paragraaf beschrijf ik per categorie mijn bezigheden (paragraaf 3.2.2-5). Dit is dus een meer gedetailleerde, praktische uitwerking van de nog enigszins vage opdracht die ik in paragraaf 3.1 en in het stageplan heb beschreven. In paragraaf 3.2.6 ga ik in op problemen waar ik tegenaan ben gelopen en hoe ik die heb opgelost.

Emancipator is een kleine organisatie, die voor verschillende projecten intensief samen- werkt met andere organisaties in verscheidene relevante werkvelden. Voor dit project ben ik de samenwerking aangegaan met Rutgers, Doetank PEER en Sardes, die zich ook inzetten voor vergroting van vaderbetrokkenheid en uitbreiding van het vaderschapsverlof. Met name Rutgers is intensief betrokken bij de lobby bij politieke partijen om flinke uitbreiding van het vaderschaps- verlof op te nemen in de partijprogramma’s (eerder dit jaar) en te bespreken in de formatie (nu).

Voor Rutgers is de publicatie waar ik aan werk dus ook interessant, aangezien die een beeld geeft van de hoeveelheid en variëteit van vaderinitiatieven: het in de politiek nogal eens gebruikte argument dat vaders ‘geen behoefte hebben’ aan uitbreiding van het vaderschapsverlof wordt tegengesproken door de publicatie. Rutgers stelt daarom de middelen beschikbaar om de publicatie te laten drukken. Daarnaast zijn Rutgers, Doetank PEER en Sardes betrokken bij de organisatie van de bijeenkomst, aangezien zij een breed netwerk hebben van organisaties en personen die professioneel dan wel persoonlijk betrokken zijn bij dit onderwerp.

Het precieze tijdspad van mijn bezigheden en de uren die ik heb gemaakt zijn te vinden in bijlage II.

3.2.2 Publicatie: inhoud

Aangezien de profielen van de vaderinitiatieven het belangrijkste onderdeel van de publicatie is, ben ik daarmee begonnen. Het voornaamste doel van de publicatie, en daaraan gerelateerd de bijeenkomst, is niet alleen om al die vaderinitiatieven met elkaar kennis te laten maken, maar ook en allicht juist om hen kennis te laten maken met Emancipator. Daarnaast speelt mee dat Emancipator zich ervan bewust is dat niet al die vaderinitiatieven vanuit hetzelfde feministische uitgangspunt vertrekken. Door de publicatie en de bijeenkomst wil Emancipator dus óók, enerzijds, de visie op (mannen)emancipatie van de vaderinitiatieven inventariseren en, anderzijds, hen daarin beïnvloeden en laten nadenken over hun visie in de hoop hen te doen bewegen in de richting van een meer feministische denkwijze. In de profielen van de vaderinitiatieven is dus een belangrijke plaats ingeruimd voor hun visie op emancipatie.

Ten eerste heb ik de vaderinitiatieven op de lijst zoals ik die van Anna heb ontvangen (de

‘longlist’), geschift op relevantie en bruikbaarheid: welke initiatieven moeten al dan niet worden opgenomen in de publicatie? Zo heb ik uit de longlist een ‘shortlist’ gedestilleerd, die ik heb voorgelegd aan mijn stagebegeleider. Van de initiatieven op de shortlist heb ik een profiel geschreven, waar mogelijk gebaseerd op de informatie die die initiatieven zelf hebben gegeven in antwoord op de vragenlijst van Anna. Van initiatieven die niet hebben gereageerd op die vragenlijst, heb ik zo veel mogelijk informatie verzameld via andere kanalen. De uiteindelijke tekst

(9)

van de profielen heb ik opnieuw voorgelegd aan mijn stagebegeleider. De profielen beslaan pagina 8-19, 24-31 en 36-37 van de publicatie (zie bijlage V).

Een van de eerste stappen in het proces was uiteraard ook het vaststellen van de verdere inhoud van de publicatie en het vinden van schrijvers bij de verschillende stukken, voor zover ik dat niet zelf ben en voor zover de combinatie van tekst en schrijver niet vanzelfsprekend is. Ik heb een deadline vastgesteld voor de bijdragen en de beoogde schrijvers benaderd. Voor zover ze daar behoefte aan hadden heb ik de schrijvers handvatten gegeven voor de inhoud, insteek of opbouw van hun tekst. Aangeleverde teksten heb ik geredigeerd en opnieuw voorgelegd aan de schrijvers, eventuele opmerkingen heb ik weer verwerkt.

Lastig geval was de tekst van prof. dr. Renske Keizer. Zij is hoogleraar vaderschap aan de UvA en haar bijdrage was dus onontbeerlijk in deze publicatie. Zij had zelf echter geen tijd om een tekst te schrijven en ik heb dus de inleiding van haar oratie in aangepaste vorm opgenomen (pagina 42-45). Daarvoor had ik echter wel toestemming nodig, zowel van haarzelf als van het tijdschrift waarin de tekst oorspronkelijk is verschenen. Dat had nogal wat voeten in de aarde (zie ook paragraaf 3.2.6).

Verder heb ik de twee interviews die Anna heeft gehouden ten eerste getranscribeerd en ten tweede verwerkt tot artikels (pagina 20-23 en 32-35). Die artikels heb ik voorgelegd aan de geïnterviewden. Van één van hen heb ik een aantal opmerkingen teruggekregen, die ik heb verwerkt. De andere geïnterviewde heeft niet gereageerd. Andere teksten die nog geschreven moesten worden waren de inleiding (pagina 3), de introductie van de profielen (pagina 8), en

‘verder lezen’ (pagina 46-47). Daarnaast moest een titel worden bedacht en het colofon worden vastgesteld. Alle teksten heb ik voorgelegd aan mijn stagebegeleider.

3.2.3 Publicatie: lay-out

Bij het schrijven van het stageplan was nog niet duidelijk wie de lay-out van de publicatie zou gaan verzorgen. Omdat Emancipator daar niet de mensen of de middelen voor heeft, heb ik dat uiteindelijk zelf gedaan. In eerste instantie zou de publicatie enkel online gepubliceerd worden, maar met financiële steun van Rutgers wordt hij uiteindelijk toch geprint. In de lay-out moet dus rekening gehouden worden met de printbaarheid. Dat betekent onder meer dat het aantal pagina’s deelbaar door vier moet zijn. In overleg met mijn stagebegeleider is vastgesteld dat de publicatie gedrukt wordt op a5-formaat en dat ik de huisstijl van Emancipator aanhoud zoals die is vastgelegd in het huisstijldocument.

Voordat ik kon beginnen met de lay-out heb ik een lay-outprogramma uitgezocht dat geschikt is voor dit soort documenten, en geleerd hoe dat programma in de basis werkt. Veel details van de software heb ik pas tijdens het daadwerklijke lay-outen geleerd, waardoor dat relatief veel tijd kostte. De lay-out werd daarnaast enigszins vertraagd doordat ik de teksten waarmee ik bezig was, vaak nog moest inkorten omdat ze te lang bleken. Ook het kaartje op pagina 9 kostte veel tijd.

Al vroeg in het lay-outproces heb ik een drukker gezocht en een offerte aangevraagd, en uitgezocht hoe lang de levertijd is – en wanneer ik het definitieve document dus zou moeten aanleveren om de publicatie op tijd voor de bijeenkomst gedrukt en wel in huis te hebben. Zodra de lay-out klaar was heb ik een eerste versie van het document voorgelegd aan mijn stagebegeleider en aan de contactpersoon bij Rutgers, en hun opmerkingen verwerkt. Vervolgens heb ik een laatste spellingcheck gedaan, het document persklaar gemaakt en het geheel opgestuurd naar de drukker.

De pdf van de publicatie heb ik de ochtend van de bijeenkomst (zie 3.2.4) op de website van Emancipator gezet (zie www.emancipator.nl/wp-content/uploads/2017/06/Meer-dan-papa dag.-Een-inventarisatie-van-vaderinitiatieven-in-Nederland.pdf). Vanuit Rutgers is er een sociale media-plan opgesteld, zodat de lancering van de publicatie niet alleen op de bijeenkomst gebeurt maar ook online. De organisaties die betrokken zijn bij de publicatie, hebben een e-mail gekregen met het verzoek de link in hun netwerk te delen, wat velen ook doen.

Na de bijeenkomst heb ik van een van de initiatieven de vraag gekregen of de pdf nog kon worden aangepast: er bleken dingen niet te kloppen in een van de profielen. Ik heb dus de pdf

(10)

aangepast en de nieuwe versie op de website gezet, zodanig dat de link die eerst naar de eerste versie verwees, nu naar de tweede versie verwijst.

3.2.4 Bijeenkomst: ‘De Vaderdagborrel – met inhoud!’

Voor de bijeenkomst heb ik ten eerste, in overleg met mijn stagebegeleider, een datum vastgesteld: de vrijdag vóór vaderdag, dus 16 juni. Mijn stagebegeleider heeft me aangeraden om voor de bijeenkomst de samenwerking aan te gaan met aan Emancipator gerelateerde organisaties: Rutgers, kenniscentrum seksualiteit, en Doetank PEER, een doetank voor no- nonsense happy activism die zich inzet voor gelijkheid. Ook Sardes, onderzoeks- en adviesbureau in de educatieve sector dat zich ook bezighoudt met vaderschap, wordt bij de organisatie betrokken. In overleg met hen heb ik de insteek en het doel van de bijeenkomst geformuleerd. We werken verder onder de titel ‘De Vaderdagborrel – met inhoud!’ Er is een middagprogramma met een aantal interactieve sessies en daarna een borrel. Praktische zaken die verder moeten worden geregeld zijn de invulling van de middag en de planning tijdens de weken voorafgaand aan de bijeenkomst. We stellen het precieze programma vast en ik zoek en reserveer een zaal en een café waar we kunnen borrelen. Ook maak ik een begroting, waarin ook de offerte van de drukker wordt meegenomen.

Ik maak een lijst van mensen die moeten worden uitgenodigd: de initiatieven die in de publicatie zijn opgenomen, de organisaties die zijn verbonden aan het Platform Vaderschap en de campagne Vader zoekt verlof, en de organisaties en vaders die betrokken zijn bij de Denktank mannelijke opvoeders. Ik combineer dus een aantal lijsten met contactgegevens tot één grote maillijst, en haal de dubbele namen eruit. Uiteindelijk sturen de mensen van Rutgers, PEER en Sardes waarmee ik samenwerk, zelf een persoonlijke uitnodiging naar hun ‘eigen’ achterban, om de kans te vergroten dat ontvangers op de uitnodiging ingaan. Ik schrijf een concepttekst voor de uitnodiging en leg die voor aan mijn stagebegeleider en aan Rutgers en PEER. Zodra de tekst goedgekeurd is, worden de uitnodigingen verstuurd. Twee weken voor de bijeenkomst verstuur ik een reminder met het verzoek of mensen uiterlijk een week van tevoren willen aangeven of ze aanwezig zijn. Zowel de verhuurder van de zaal als het café wil namelijk van tevoren weten hoeveel mensen we verwachten.

Voor de inhoud van de interactieve sessies doet Rutgers een suggestie: zij hebben een aantal werkvormen klaarliggen die normaliter gebruikt worden in het ontwikkelingswerk. Ik pas de werkvormen zodanig aan dat ze bruikbaar zijn in onze context. In de laatste week stel ik het definitieve programma vast en maak een draaiboek met daarin een rolverdeling: wie is host, wie houdt wanneer welk praatje, wie leidt de sessies? Ook maak ik een gastenlijst, op basis van wie heeft aangegeven te komen. De laatste dagen voor de bijeenkomst besteed ik aan last minute praktische zaken, zoals het regelen van naamkaartjes en benodigdheden voor de sessies, en contact met de zaalverhuur.

Op de dag zelf hou ik contact met de zaalverhuur, zet stoelen en beamer klaar, verwelkom mensen en geef ze hun naamkaartje, coördineer de rest van de organisatie, hou de tijd in de gaten, en maak foto’s. Al snel blijkt dat de gastenlijst en de naamkaartjes niet kloppen: mensen die hebben aangegeven te komen, kunnen er toch niet bij zijn, terwijl er ook een aantal mensen aanwezig is dat dat van tevoren niet had aangekondigd. Er moeten dus nieuwe naamkaartjes gemaakt worden.

Na afloop van de bijeenkomst schrijf ik er een verslagje over, dat ik op de website van Emancipator plaats (zie www.emancipator.nl/2017-06devaderdagborrel en bijlage IV). Ook de foto’s komen daar te staan nadat ik ze bewerkt heb. Ik stuur alle facturen naar Rutgers. De mensen die aanwezig waren bij de bijeenkomst krijgen een mail met de link naar de pdf en het verzoek die in hun achterban te delen, en de contactgegevens van iedereen. De mailadressen van de aanwezigen voeg ik bovendien toe aan de maillijst van Emancipator. De initiatieven die wel in de publicatie zijn opgenomen maar die niet aanwezig zijn geweest bij de bijeenkomst, stuur ik eveneens de link naar de publicatie.

(11)

3.2.5 Overige werkzaamheden

Naast dit alles heb ik me beziggehouden met een aantal kleine zaken. Zo heb ik me ingelezen en ingewerkt in Wordpress, het systeem waarop de website van Emancipator draait, en in MailChimp, de service waarmee de nieuwsbrief van Emancipator wordt verstuurd. Mijn kennis van Wordpress heb ik ook in de praktijk gebracht: ik heb het verslag van de bijeenkomst en een aantal foto’s op de website geplaatst, en de pdf van de publicatie op de website gezet.

Drie weken voor het einde van mijn stage was er sprake van dat Emancipator zich op 1 juli, dus een dag na het officiële einde van mijn stageperiode, zou presenteren op een buurtfeest in de wijk waar het kantoor gevestigd is. Het plan was om een kraam te huren en daar een grote

‘opblaasfallus’ bij te plaatsen, als metafoor voor het normatieve beeld van mannelijkheid dat in onze maatschappij heerst en als aanleiding voor een gesprek met een van de ‘peer educators’ die ook namens Emancipator workshops geven op scholen en ROC’s. Ik ging dat organiseren en aansturen, maar helaas bleek dat de organisatie van het buurtfeest uit angst voor de reactie van bezoekers niet akkoord ging met het plaatsen van de fallus. Aangezien daarmee de aanleiding en relevantie van onze aanwezigheid op het feest wegviel, hebben we uiteindelijk besloten om dit niet door te laten gaan.

Een ander ‘overig’ ding waarmee ik me heb beziggehouden is de organisatie van een afsluitende borrel en etentje met de organisatie, op 26 juni. Daartoe heb ik in de week daaraan voorafgaand geïnventariseerd wie erbij kon en wilde zijn en of ik al dan niet een vegetarische maaltijd voor ze moest reserveren. Daarvoor heb ik dus rondgemaild en gebeld met het res- taurant.

3.2.6 Problemen en oplossingen

Het eerste probleem dat ik tegenkwam was de staat van de documenten waarmee ik aan de slag moest. Zoals ik eerder vermeldde werkte ik verder met de resultaten van het stageonderzoek van mijn voorganger, Anna. Haar stage bestond uit het inventariseren van initiatieven en organisaties en Nederland die ook maar iets doen met vaderschap, en hen een vragenlijst voorleggen met vragen over de achtergrond, precieze bezigheden en vooral ook visie op emancipatie van de betreffende organisatie. Op basis van de aldus verzamelde gegevens zou ik dan kunnen bepalen welke organisaties en initiatieven al dan niet relevant genoeg waren om op te nemen in de publicatie, en van de initiatieven die zouden worden opgenomen zou ik de profielen baseren op de gegeven antwoorden.

Al deze gegevens zou Anna verzamelen in één groot excelbestand, de ‘longlist’. Probleem was nu dat Anna een paar weken ziek was geweest en eigenlijk te weinig te tijd had om haar opdracht goed af te ronden. Dat resulteerde er, ten eerste, in dat er geen tijd meer was om organisaties die de vragenlijst nog niet hadden ingevuld, daar nogmaals aan te herinneren, waardoor uiteindelijk van lang niet alle (relevante) organisaties alle noodzakelijke informatie bekend was. Tweede gevolg was dat de longlist nogal een bende was. Het bestand met antwoorden op de vragenlijst was er nog niet in geïntegreerd, en van ongeveer de helft van de opgenomen organisaties was ook de meest basale informatie niet opgenomen in de lijst. In de eerste weken van mijn stage heeft het me dus veel tijd gekost om dit nog op te lossen, voordat ik daadwerkelijk kon beginnen aan mijn eigen stageopdracht. Vervolgens bleken veel organisaties of initiatieven niet meer te bestaan, (en/)of niet te reageren op pogingen contact op te nemen. De profielen van sommige organisaties zijn dus minder compleet dan die van anderen en ik heb veel informatie zelf moeten opzoeken op websites, die niet altijd even toegankelijk waren. Ik heb dus vooral ook mijn online zoekvaardigheden flink geoefend.

Een tweede probleem dat zich voordeed betrof de tekst van prof. dr. Renske Keizer. Zij had geen tijd om zelf een bijdrage te schrijven en ik heb dus de inleiding van haar oratie bewerkt. Ik had van haar toestemming om de aldus ontstane tekst te gebruiken, maar aangezien de oratie was verschenen in het Tijdschrift Sociologie, had ik ook toestemming nodig van de redactie. Ik heb, bij gebrek aan een telefoonnummer, per e-mail contact met hen opgenomen maar kreeg daar ook na herhaaldelijke herinneringen geen reactie op. Dit plaatste me voor een dilemma: prof. dr. Keizer

(12)

is gezien haar positie als hoogleraar vaderschap onmisbaar in een publicatie over het onderwerp, maar ik kon haar tekst niet plaatsen zonder toestemming van het tijdschrift, dat immers het auteursrecht heeft. Bovendien naderde de deadline voor de lay-out en ik kon het me dus niet veroorloven om nog langer te wachten op een reactie van de redactie. Uiteindelijk heb ik de tekst wel alvast in de publicatie opgenomen, met het idee dat ik het er op het laatste moment nog uit zou kunnen halen als ik uiteindelijk geen toestemming zou krijgen – de tekst beslaat precies vier pagina’s dus dat zou ook geen problemen opleveren (in dergelijke te drukken documenten moet het aantal pagina’s deelbaar zijn door vier). Op het laatste moment kreeg ik echter toch nog reactie dat het geen probleem was om de tekst te gebruiken, en ik kon de pagina’s dus laten staan.

Gerelateerd aan de bijeenkomst was een probleem dat genodigden zich niet altijd realiseerden dat het noodzakelijk was om zich aan- of juist af te melden. Op het laatste moment bleken mensen toch nog te komen, of juist niet, wat lastig was aangezien de zaalverhuurder wilde weten hoe veel mensen er exact aanwezig zouden zijn en het ook voor het borrelarrangement relevant was om te weten hoe veel mensen er zouden komen. Daarnaast had ik van tevoren naam- kaartjes gemaakt voor iedereen die zich had aangemeld, maar bijna de helft is daarvan uiteindelijk niet gebruikt terwijl er ook nog een aantal op het laatste moment gemaakt moesten worden. Voor de zaalverhuur bleek het precieze aantal deelnemers uiteindelijk niet van groot belang, maar in de communicatie met het café en voor de naamkaartjes vereiste dit dus wat last minute geregel.

Het enige probleem waarvoor geen bevredigende oplossing is gevonden, is dat de organi- satie van het buurtfeest op 1 juli geen toestemming wilde geven voor het gebruik van de

‘opblaasfallus’. Ook nadat we uitgebreid hebben uitgelegd waar de fallus voor Emancipator symbool voor staat en hoe essentieel die was voor het verkondigen van onze boodschap op het feest, en zelfs nadat een van de medewerkers in de vergadering van de organisatie een workshop heeft gegeven over mannelijkheid, om het belang van de symboliek te laten zien, ging de organi- satie niet akkoord, uit angst voor de reactie van buurtbewoners: veel etnische variëteit, veel jonge kinderen. Dat betekende helaas dat de aanwezigheid van Emancipator op het buurtfeest geen duidelijke aanleiding meer had, en we hebben het hele project dus moeten afblazen.

3.3 Afwijkingen uitvoering t.o.v. plan

De precieze uitvoering van mijn stageopdracht zoals beschreven in 3.2 verschilt uiteraard enigszins van de opdracht omschreven in het stageplan zoals beschreven in 3.1. Belangrijkste punt is dat de omschrijving van de opdracht in het stageplan nog vaag was en niet inging op details.

Veel van die details zijn ‘onderweg’ pas duidelijk geworden. De grootste verschillen tussen plan en uitvoering zijn dan ook juist veroorzaakt door het gebrek aan details en uitwerking in het plan:

pas toen ik begon aan de stage ben ik echt goed gaan nadenken over de opdracht en wat daarvoor nodig was. Het opvallendste en meest ingrijpende verschil tussen plan en uitvoering is dat ik me niet alleen met de inhoud van de publicatie heb beziggehouden maar ook de gehele lay-out heb gedaan. In het stageplan was er nog sprake van dat ik dat “eventueel” ook zou kunnen doen. Dit geldt ook voor de organisatie van de bijeenkomst: in het stageplan stond dat ik dat zou kunnen doen als ik nog tijd over had en de publicatie op tijd, dus vóór vaderdag, klaar was. Uiteindelijk bleek ik genoeg tijd te hebben om inderdaad een bijeenkomst te organiseren. Al met al heb ik dus uiteindelijk vooral méér gedaan dan in het stageplan stond beschreven. De hoofdopdracht, het maken van de publicatie, kostte me minder tijd dan ik van tevoren had verwacht, hoewel het, doordat mijn voorganger haar werk niet helemaal had afgemaakt, ook meer werk was dan gepland.

Een onderdeel uit het stageplan waar ik minder tijd aan heb besteed dan gepland, is de categorie ‘overige werkzaamheden’. In het stageplan staat dat ik per week één van de drie stagedagen zou besteden aan overige werkzaamheden ter ondersteuning van de organisatie:

“Hand- en spandiensten bij wat er ad hoc nodig is, maar bijvoorbeeld ook hulp bij het maken van de nieuwsbrief of andere dingen.” Uiteindelijk heb ik hier minder tijd aan besteed dan dat, hoogstens een halve dag per week. Ik heb inderdaad geholpen bij het maken van de nieuwsbrief

(13)

maar minder intensief dan ik van tevoren met mijn stagebegeleider had besproken. Dat komt vooral doordat de nieuwsbrief maandelijks wordt uitgestuurd, en hij is zo net vóór, halverwege en net na mijn stageperiode verschenen. Ik heb dus alleen kunnen helpen bij het maken van de tweede nieuwsbrief. Overige “hand- en spandiensten” waren bijvoorbeeld boodschappen doen, lunch klaarzetten en afwassen, organisatie van de borrel en het eten ter afsluiting van het jaar, en kleine aanpassingen doen aan de website.

4. Evaluatie en reflectie

4.1 Uitvoering stageopdracht

Ik heb bij het uitvoeren van de stageopdracht veel vrijheid gekregen en ben grotendeels zelfstandig aan het werk geweest. Dat vond ik heel fijn, en ik heb ook gemerkt dat dat me goed ligt.

Ik ben heel blij dat mijn stagegever me de kans heeft gegeven om te laten zien dat ik kan omgaan met die vrijheid. Ik heb aan het begin van mijn stage een planning gemaakt en een aantal deadlines gesteld – voor de teksten die ik zelf zou schrijven, voor de teksten die ik van anderen moest krijgen, voor de complete tekst, voor de layout, en voor de definitieve versie van de publicatie – en zo mijn stageperiode ingedeeld in een aantal blokken waarin ik me steeds hoofdzakelijk kon richten op één onderdeel.

Ik ben goed in staat gebleken om teksten te schrijven, te redigeren en geschikt te maken voor publicatie in deze vorm. Voor deze stage had ik al enige ervaring met lay-out maar vooral van posters, en deze vorm en ook deze software waren nieuw voor me. Dat heb ik snel opgepakt en ik heb ook de lay-out tot een goed einde gebracht. Ik vond het ook leuk om daarmee bezig te zijn en te zien hoe zoiets onder mijn handen vormkrijgt. Hoewel het maken van de publicatie echt mijn eigen project was, had ik wel input nodig van anderen en ik werkte natuurlijk ook gewoon binnen (en namens) Emancipator.

Voor het organiseren van de bijeenkomst was ik in veel grotere mate genoodzaakt om samen te werken: het ontbrak me aan het netwerk en de ervaring om dat in mijn eentje te kunnen doen. Desondanks was ik ook van dit onderdeel van mijn stageopdracht ‘eigenaar’: ik coördineer- de de bijeenkomsten en de organisatie in het algemeen, en heb zelf ook de meeste taken uitgevoerd.

Hoewel ik goed kan samenwerken vind ik het vaak lastig om mensen te benaderen die ik niet ken. In dit geval werd dat nog versterkt omdat ik geen goed beeld van de relatie tussen Emancipator en de organisaties waar ik mee te maken had. Ik vond het daardoor moeilijk om in te schatten hoe ik me, als vertegenwoordiger van Emancipator, precies tot hen kon verhouden en het heeft me wat tijd gekost voordat ik daar helemaal vertrouwd in was. Ik denk dat ik op een goede manier contact heb gezocht en gehad met de samenwerkende organisaties. In samenwerkingen ben ik to the point en kan ik goed het proces in goede banen leiden, zien wat er op lange en korte termijn moet gebeuren en taken delegeren. De organisaties waar ik mee te maken had, waren tevreden over hoe ik dit heb aangepakt.

Ik heb mijn stageopdracht naar grote tevredenheid van alle partijen ruimschoots vervuld en heb daarmee een grote bijdrage geleverd aan meerdere organisaties. De publicatie – die er niet zou zijn geweest zonder mijn stage – kan door Emancipator én door de vaderinitiatieven zelf worden gebruikt om zichzelf te presenteren, en zal bovendien door Rutgers worden gebruikt in de politieke lobby voor uitbreiding van het vaderschapsverlof. Hetzelfde geldt voor de bijeenkomst:

zonder mijn stage en de publicatie was die er niet geweest, en ik denk dat de bijeenkomst heeft bijgedragen aan versterking van het vaderschapsnetwerk en bovendien aan de positionering van Emancipator als verbinder van dat netwerk. Door mijn bijdrage heeft Emancipator zich kunnen profileren op dit onderwerp.

(14)

Feedback die ik heb gekregen was uitermate positief, zowel op de publicatie als op de bijeenkomst als in het algemeen op mijn werkhouding. Emancipator is zelfs zo tevreden over me dat ze me willen houden en ik heb dus laten zien dat ik in staat ben om te functioneren in deze en vergelijkbare organisaties en werksituaties.

Het grootste verschil tussen wat ik van mijn stage verwacht had en de realiteit, was de situatie op kantoor. Toen ik in februari voor het eerst langskwam waren er een stuk of tien stagiairs aan het werk, maar toen ik, in april, daadwerkelijk begon met mijn stage waren dat er nog maar twee. De sfeer was dus heel anders dan ik had verwacht. Dat was echter niet vervelend. Verder heeft mijn hoofdzakelijke stageopdracht me minder tijd gekost dan ik had verwacht: ik had veel tijd over voor de organisatie van de bijeenkomst. Dat was natuurlijk fijn. In het algemeen vond ik het vooral heel fijn om zelfstandig bezig te zijn met mijn eigen project, en het heeft me goedgedaan om te merken dat ik zo’n project zelf kan ‘dragen’.

4.2 Leerdoelen

Zowel de algemene leerdoelen van de masterstage als mijn persoonlijke leerdoelen, zoals omschreven in paragraaf 3.1 en bijlage I, heb ik, naar mijn mening, ruimschoots behaald. Daar- naast heb ik een aantal andere vaardigheden opgedaan, die ik omschrijf in paragraaf 4.2.3.

4.2.1 Algemene leerdoelen van de masterstage

Leerdoel 1. Kennismaken met de praktijk van een externe organisatie, een instituut of een bedrijf waar kennis, inzicht en vaardigheden relevant zijn op het gebied van de opleiding Neerlandistiek;

de student is in staat om adequaat te functioneren in deze organisatie.

Mijn stage heeft me in staat gesteld om kennis te maken met Emancipator als organisatie, en het werkveld waarin die organisatie opereert. Bij deze organisatie en in dit werkveld zijn kennis, inzicht en vaardigheden relevant die ik heb opgedaan in de opleiding Neerlandistiek (en andere gevolgde opleidingen) (zie daarover verder leerdoel 2). Ik heb laten zien dat ik in staat ben om te functioneren in deze organisatie: ik heb mijn opdracht grotendeels zelfstandig en naar grote tevredenheid van de organisatie tot een goed einde gebracht; zelfs in zoverre dat de organisate me graag wil houden.

Leerdoel 2. De tijdens de opleiding verworven kennis, inzichten en vaardigheden toepassen in een specifieke en zo mogelijk afgeronde taak; de student is in staat om de in het stageplan omschreven specifieke output (product(en) en/of dienst(en)) te genereren.

Tijdens mijn stage heb ik kennis, inzichten en vaardigheden toegepast die ik heb opgedaan tijdens mijn opleiding Neerlandistiek. Een concreet voorbeeld daarvan is natuurlijk het schrijven en redigeren van teksten voor een specifieke doelgroep, maar ook (lange termijn-)planningen maken, deadlines stellen en halen, samenwerken, communiceren en delegeren zijn vaardigheden uit de opleiding die me goed van pas zijn gekomen tijdens mijn stage en die eraan hebben bijgedragen dat ik mijn stageopdracht goed heb kunnen vervullen. Kennis en inzichten uit de opleiding die ik heb toegepast hebben vooral betrekking op de doelgroepgerichtheid van teksten en de doelgroepafhankelijkheid van het slagen van een tekst.

Leerdoel 3. De eigen werkzaamheden weergeven in een kritisch verslag; de student is getuige het stageverslag in staat goed gestructureerd verslag te leggen van de stage waarbij het verloop van de stage juist en volledig beschreven wordt. Het verslag is toegankelijk geschreven, is goed verzorgd en geeft blijk van analytisch vermogen.

(15)

Ik heb het verloop van mijn stage gedetailleerd toegelicht en uitgewerkt in een gestructu- reerd verslag, waarin ik heb laten zien in staat te zijn om kritisch te reflecteren op mijn bezigheden en de resultaten daarvan.

Leerdoel 4. De student is in staat om met voldoende diepgang te reflecteren op a) het eigen handelen en de eigen competenties, b) het realiseren van de persoonlijke leeruitkomsten, c) de toepasbaarheid van de in de opleiding verworven kennis, vaardigheden en attitudes tijdens de stage en e) het nut van de stage voor het maken van adequate loopbaankeuzes in de toekomst.

In dit verslag laat ik zien te kunnen reflecteren op mijn eigen handelen en competenties (paragraaf 4.1), het behalen van mijn leerdoelen (paragraaf 4.2), mijn gebruik van in de opleiding opgedane kennis, vaardigheden en attitudes (paragraaf 4.3) en het nut van de stage voor mijn verdere loopbaan (paragraaf 4.4).

4.2.2 Persoonlijke leerdoelen

Leerdoel 1. Ervaring opdoen met het zelfstandig schrijven en redigeren van korte teksten voor een specifieke doelgroep en met een specifiek doel.

Ik heb het grootste deel van de teksten in de publicatie geschreven en de teksten die ik niet heb geschreven heb ik geredigeerd. Daarbij heb ik rekening gehouden met de doelgroep en het doel van de publicatie.

Leerdoel 2. Ervaring opdoen met het zelfstandig organiseren van een bijeenkomst (aard en doel van die bijeenkomst moeten nog worden vastgesteld).

Ik heb de organisatie van de bijeenkomst gecoördineerd en aangestuurd. Ik heb samengewerkt met mensen van verschillende organisaties en gebruik kunnen maken van hun netwerk en ervaring maar heb de meeste taken zelf uitgevoerd en ben steeds eigenaar gebleven van ook dit onderdeel van mijn stageopdracht.

Leerdoel 3. Kennismaken met de organisatie, de dagelijkse gang van zaken aldaar en de praktische zaken die daarbij komen kijken.

Ik heb uitgebreid kennisgemaakt met de dagelijkse praktijk bij Emancipator en daar ook aan bijgedragen door praktische ondersteuning te bieden bij wat er dan ook nodig was.

Tijdens mijn stage heb ik zelfstandig meegedraaid in de organisatie en ik heb daar goed mijn draai weten te vinden, ook in relatie met de andere medewerkers en stagiairs.

Leerdoel 4. Zelfstandig een project tot een goed einde brengen: bedenken wat er op lange en korte termijn moet gebeuren, de mensen en kennis die ik daarvoor nodig heb vinden en benaderen.

Ik heb de stageopdracht zelfstandig en naar tevredenheid uitgevoerd en heb daarbij laten zien dat ik in staat ben om zowel op lange als op korte termijn een planning te maken en die waar nodig aan te passen, om te signaleren welke kennis en ervaring ik nodig maar niet zelf in huis heb en om op zoek te gaan naar een manier om dat op te lossen. Ik heb om hulp gevraagd wanneer ik die nodig had en heb goed gecommuniceerd en samengewerkt.

Leerdoel 5. Kennismaken met en me oriënteren op dit werkveld, uit interesse en t.b.v.

toekomstige loopbaankeuzes.

(16)

Mijn stageopdracht heeft me ruimschoots in de gelegenheid gesteld om kennis te maken met het werkveld buiten Emancipator zelf. Tijdens mijn werk aan de publicatie heb ik een goed beeld gekregen van het veld en heb ik ook contact gehad met veel spelers in dat veld, en vooral door het organiseren van de bijeenkomst en bij de bijeenkomst zelf heb ik organisaties en personen leren kennen die in dat veld een belangrijke plaats innemen.

Door mijn stageopdracht heb ik dus ook een netwerk kunnen opbouwen.

4.2.3 Overige opgedane kennis en vaardigheden

Overige kennis en vaardigheden die ik in mijn stage heb opgedaan zijn enerzijds praktisch van aard, anderzijds meer algemene ervaringen. In de eerste categorie valt omgaan met MailChimp en Wordpress: dat zijn dingen waar ik in de toekomst zeker nog wat aan heb. Meer in het algemeen is het denk ik waardevol dat ik nu ervaring heb met binnenkomen in een organisatie en daar mijn draai vinden. Ik heb ook geleerd dat ik me snel kan aanpassen aan een nieuwe werksfeer en -omgeving en dat ik me een opdracht, zoals deze stageopdracht, snel eigen kan maken.

Daarnaast heb ik me meermalen heen moeten zetten over mijn (torenhoge) drempel om mensen op te bellen die ik nog niet ken en die mij niet kennen. Dat begon al voor mijn eigenlijke stage: in december belde ik naar het kantoor van Emancipator om, zoals me op de website werd aangeraden, te informeren naar stagemogelijkheden. Ik werd prompt doorverbonden met “de directeur”, en het was een grote beloning van mijn overwinning op mijn bel-angst dat die enthousiast was en direct een project voor me had. Ook tijdens mijn stage heb ik regelmatig mensen en organisaties moeten bellen om te overleggen over het een of ander. Dat klinkt nogal triviaal maar voor mij was het steeds weer een overwinning. Dit blijft iets waar ik mee moet oefenen, en mijn stage heeft hier zeker een grote bijdrage aan geleverd.

4.3 Toepasbaarheid van kennis en vaardigheden uit de opleiding

Mijn stageopdracht had inhoudelijk geen directe link met de opleiding Neerlandistiek: ik heb me niet expliciet beziggehouden met taal- of letterkunde of taalverwerving. Niettemin zijn vaardig- heden die ik heb opgedaan in de opleiding essentieel geweest voor het tot een goed einde brengen van deze stage. Het schrijven van teksten voor een specifieke doelgroep en met een specifiek doel, het redigeren van teksten rekening houdend met die doelgroep en dat doel én met de wensen van de schrijver en de stijl van de oorspronkelijke tekst, en, vooral, kritisch reflecteren op en bewust stilstaan bij al die facetten van een tekst of publicatie, zijn vaardigheden bij het opdoen waarvan mijn opleiding Neerlandistiek een grote rol heeft gespeeld.

Overige vaardigheden waar ik tijdens mijn stage profijt van heb gehad en die ik tijdens mijn opleiding heb opgedaan, maar die allicht meer algemeen van toepassing zijn in het universi- tair onderwijs, zijn zelfstandig werken, samenwerken en communiceren, deadlines stellen en halen en, vooral, eigenaar zijn van een project en dat tot een goed einde brengen. Al met al denk ik dus dat mijn opleiding me goed heeft voorbereid op de beroepspraktijk in het algemeen en op deze stageopdracht in het bijzonder, en ook dat mijn stage me nog beter heeft voorbereid op die beroepspraktijk.

4.4 Nut van de stage voor verdere loopbaan

Zoals ik heb laten zien heeft mijn stage me veel waardevolle kennis en ervaring gebracht die me in mijn verdere loopbaan van pas zal komen. Ik heb ervaring opgedaan met het zelfstandig uitvoeren van een project, me een plaats verwerven in een organisatie en samenwerken met andere organisaties, een bijeenkomst organiseren voor verschillende doelgroepen en samen met verschillende organisaties, contacten leggen en een netwerk opbouwen. Bovendien heb ik nu kennis van dit werkveld en de organisaties die daar een grote rol spelen.

(17)

Bovendien ben ik me er nu (nog meer) van bewust dat ik het erg belangrijk vind om in mijn professionele carrière iets bij te dragen aan “de wereld”. Oftewel: ik heb maar weer eens gemerkt hoe idealistisch ik ben. Dat neem ik zeker mee bij toekomstige keuzes in mijn loopbaan.

Deze stage heeft me daar bovendien zowel direct (door uitzicht op een mogelijke baan) als indirect (door kennis van en een netwerk in het werkveld) een ingang toe geboden, en daar ben ik dankbaar voor.

4.5 Begeleiding

4.5.1 Begeleiding vanuit Emancipator

De begeleiding van mijn stage was minder intensief dan in het stageplan omschreven: daar werd gesproken van een uur per week. Dat bleek niet nodig, aangezien de opdracht voldoende vastomlijnd was om me daar mijn eigen weg in te laten vinden. De begeleiding van de stagegeven- de organisatie heb ik als zeer prettig ervaren. Ik werd hoofdzakelijk begeleid door Jens, directeur en oprichter van Emancipator (zie ook hoofdstuk 2). Hoewel Jens tijdens het grootste deel van mijn stage op het randje van overspannenheid balanceerde en daarom maar halve dagen werkte, heeft hij mij en mijn stageproject steeds de prioriteit gegeven. Hij was niet veel op kantoor en vaak druk met andere dingen en nam dus niet vaak het initiatief tot overleg, maar als ik ergens vragen over had of input nodig had kon ik hem altijd bereiken. Jens heeft me steeds bijgestaan met tips en advies. Daarbij had hij ook steeds aandacht voor wat ik zelf wilde doen en bereiken met mijn stage, waar ik bij mezelf aan wilde werken en of en hoe ik mijn weg vond binnen de organisatie.

Hij maakte steeds duidelijk dat hij tevreden was over wat ik maakte en hoe ik dat aanpakte, en gaf me ook veel ruimte om daar mijn eigen draai aan te geven. Ook als ik het niet met hem eens was hebben we het daar goed over gehad en was hij bereid om zijn mening te herzien – en andersom.

Al met al ben ik dus erg tevreden over de begeleiding van mijn stage vanuit Emancipator.

Daarbij moet ik wel opmerken dat er veel zelfstandigheid wordt verwacht van stagiairs. Ik kan daar zelf goed mee omgaan en heb ook genoten van die vrijheid, maar ik kan me voorstellen dat het niet voor alle stagiairs even goed werkt. Voor potentiële volgende stagiairs bij deze organisatie is dat dus een belangrijk punt om bij stil te staan.

Ook op persoonlijk vlak heeft Jens, overigens net als de rest van Emancipator, ervoor gezorgd dat ik me erg welkom voelde in de “Emancipator-familie”. De sfeer op kantoor was altijd warm en informeel. Iedere maandagochtend wordt er gezamenlijk “ingecheckt”: iedereen krijgt een paar minuten om te delen hoe je aan de week begint, wat er speelt, hoe je het weekend hebt ervaren, enzovoort. Dit was voor mij ook een heel goede manier om andere medewerkers en stagiair(e)s te leren kennen en maakte dat ik me welkom en gehoord voelde. Die sfeer is denk ik kenmerkend voor de organisatie en dat vond ik heel fijn.

4.5.2 Begeleiding vanuit de opleiding

Ook de begeleiding vanuit de opleiding, van Sandra van Voorst, heb ik als goed ervaren. Ik heb daar vooral veel aan gehad in december, toen ik een stage moest kiezen. Ik had toen zowel bij Emancipator als bij Atlas Contact een stageplaats aangeboden gekregen. Ik was erg gevleid dat Atlas Contact me goed genoeg vond om me te willen hebben maar mijn voorkeur lag toch bij Emancipator omdat ik die organisatie interessanter en haar werk belangrijker vond. Ik twijfelde alleen of mijn stage bij Emancipator voldoende gerelateerd was aan mijn opleiding om goedge keurd te worden, en wilde daarom niet het risico nemen om Atlas Contact te weigeren. Daar heb ik toen midden in de kerstvakantie over kunnen bellen met mijn begeleider, en dat vond ik ontzettend fijn.

Ook daarna, tijdens de stage, was ik erg tevreden over de begeleiding. Ik had wel beter contact kunnen houden met mijn begeleider en haar beter op de hoogte kunnen houden van mijn voortgang. Ik had in mijn planning iedere twee weken een punt “stagebegeleider op de hoogte stellen” ingevoegd, maar in de praktijk is helaas gebleken dat het er lang niet altijd van gekomen

(18)

is om ook daadwerkelijk een mailtje te sturen. Dat is er denk ik vooral aan te wijten dat ik het idee had niet zo veel te melden te hebben: ik was gewoon lekker aan het werk en zag er niet de meerwaarde van om steeds te mailen dat het goed ging. Daarbij speelde ook mee dat ik vaak geen of pas laat een reactie kreeg op zo’n “alles gaat goed”-mailtje, wat me ook het gevoel gaf dat die mailtjes ook vanuit de opleiding niet als heel urgent werden gezien. Achteraf gezien was het wel goed geweest om te blijven mailen en daarin ook meer details over mijn voortgang te mailen. Dit had ik dit dus beter kunnen aanpakken, want hierdoor is ook de tussenevaluatie halverwege de stage erbij ingeschoten. Dit is dus een leerpunt voor een volgende, vergelijkbare situatie.

Desalniettemin had ik wel steeds het gevoel dat ik, als het nodig was geweest, gebruik had kunnen maken van intensievere begeleiding vanuit de opleiding. Toen ik berichtte over de mogelijk op handen zijnde overspannenheid van Jens werd daar direct goed op gereageerd, en mijn begeleider was enthousiast over mijn uitnodiging voor de bijeenkomst. Al met al ben ik dus erg tevreden over de begeleiding vanuit de opleiding.

5. Conclusie

Al met al ben ik erg tevreden over het verloop en de resultaten van mijn stage. Ook Emancipator is enthousiast over mijn stage. Ik was de eerste student van de RUG die stage heeft gelopen bij Emancipator maar zou het andere studenten zeker aanraden – hoewel met de waarschuwing dat een stage bij Emancipator veel zelfstandigheid vraagt. Dat kan natuurlijk ook juist een aanbeveling zijn: de organisatie biedt veel ruimte om je stage zelf naar eigen wensen en inzicht in te richten.

6. Bijlagen

De volgende bijlages zijn bijgevoegd:

Bijlage I. Stageplan Bijlage II. Logboek

Bijlage III. Beoordeling stagegever Bijlage IV. Verslag bijeenkomst Bijlage V. Publicatie

(19)

Bijlage I. Stageplan

Dit is het stageplan zoals geformuleerd en goedgekeurd in februari 2017.

(20)
(21)

Bijlage II. Logboek

(22)
(23)

Bijlage III. Beoordeling stagegever

(24)
(25)

Bijlage IV. Verslag bijeenkomst

Dit verslagje verscheen op de website van Emancipator: www.emancipator.nl/2017- 06devaderdagborrel. Daar zijn ook nog meer foto’s te vinden van de bijeenkomst.

16 juni: De Vaderdagborrel – met inhoud!

Op vrijdag 16 juni organiseerde Emancipator in samenwerking met Rutgers, Doetank PEER en Sardes de Vaderdagborrel – met inhoud! Daar lanceerde Emancipator de publicatie ‘Méér dan papadag‘, een inventarisatie van initiatieven in Nederland die zich inzetten voor vaders en vaderschap. Behalve vertegenwoordigers van die initiatieven, waaronder stichting Koningshart, Mankracht Groningen en Pappacoach, waren de betrokken vaders van de Denktank Mannelijke Opvoeders uitgenodigd en was een heel scala aan gerelateerde organisaties aanwezig: van de Bernard van Leer Foundation tot Vader zoekt Verlof, en van het Kinderopvangfonds tot stichting Prematurendag. Ook het Platform Ouderschap en het Platform Vaderschap waren aanwezig. De middag was bedoeld om elkaar te leren kennen, te inspireren en samen vooruit te kijken. Want hoewel er steeds meer aandacht is voor vaders en het belang van vaderschap zijn we er nog lang niet, en door elkaar en elkaars initiatief te empoweren hoopten we samen de beweging te versterken.

De eerste interactieve sessie ging over het belang van aandacht te hebben voor álle factoren die vaderbetrokkenheid bepalen: je kan nog zo hard je best doen om vaders te betrekken bij de opvoeding van hun kinderen, je zult nooit blijvende verandering bewerkstelligen als, bijvoorbeeld, de politiek of werkgevers niet meewerken. In de tweede sessie gingen we praktisch aan de slag. Iedereen bedacht voor zichzelf drie personen, instanties of politieke organisaties die hij of zij zou willen betrekken bij de

‘vaderbeweging’ of die zich meer bewust zouden moeten worden van dit onderwerp. Vervolgens bedachten we in groepjes concrete manieren om hen te betrekken, en het netwerk van vaderbewuste instanties verder uit te breiden.

Na dit alles hebben Emancipator, Rutgers, Doetank PEER en Sardes iets verteld over hun bezigheden en de huidige politieke situatie rond vaderschapsverlof, en na afloop werd er gezellig nageborreld bij Café Hofman.

Samen met Rutgers heeft Emancipator deze week de publicatie aangeboden aan de politieke partijen, om zichtbaar te maken dat er veel vaders zijn die behoefte hebben aan uitbreiding van het vaderschapsverlof, en in de hoop hen te inspireren tot meer vadervriendelijk beleid.

(26)
(27)

Bijlage V. Publicatie

Dit is de publicatie die ik heb gemaakt. Hij is ook online te vinden op de website van Emancipator, onder de volgende link: www.emancipator.nl/wp-content/uploads/2017/06/Meer-dan-papadag.- Een-inventarisatie-van-vaderinitiatieven-in-Nederland.pdf. (NB. Dit is een nieuwere versie dan die gedrukt is, er is een aantal dingen in gewijzigd.) Het is een groot bestand, dus het laden kan even duren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Graaf, boomverzorger in de eigen bomenploeg van de gemeente Dronten, heeft twaalf exempla- ren van de Dendro Tree Wear aangeschaft voor boombescherming tijdens gemeentelijke

Deze moeder is trots op wat haar kind heeft bereikt en zij weet maar al te goed dat niet alle ouders dit over hun kinderen kunnen zeggen.. Niet uit kranten, maar uit eerste hand

Zodra ik voel dat het niet lang meer kan duren, zodra ik voel dat mijn lever niet lang meer zal functioneren, kan ik terecht bij Wim Distelmans in het ziekenhuis van Jette.. Dat is

Zelfs op mijn leeftijd.’ Elia (90) vertelt honderduit: over haar leven en haar beenamputatie na een ongeval, over haar loopbaan in het beroepsonderwijs, over het onvermijdelijke

Hij heeft de woestijn opgezocht en haar stilte beluisterd met zijn hart. Toen wist hij wie

Je mag niet knuffelen of seks hebben Kom niet dicht bij andere mensen Neem altijd 2 grote stappen afstand. Andere bewoners mogen in het huis blijven

© 2011 Thank you Music / worshiptogether.com Songs / sixsteps Music / Sweater Weather Music / Valley of Songs Music (adm.

Mijn email van 02 april 2020 heb ik afgesloten met u succes te wensen in uw werk als waarnemend burgemeester.. Dat is U inzake Breelaan 3 en 3A in Bergen helaas