• No results found

DR BELEGERING VAX PARIJS, VOORNAMELIJK BETREFFENDE HET ARTILLERISMH GEDEELTE ( ",

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DR BELEGERING VAX PARIJS, VOORNAMELIJK BETREFFENDE HET ARTILLERISMH GEDEELTE ( ","

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

DR BELEGERING VAX PARIJS, VOORNAMELIJK BETREFFENDE HET ARTILLERISMH GEDEELTE

(

",

(Hierbij behooren Plaat 5 e» 6.)

Van de gebeurtenissen uit den laatsten oorlog zijn er geene, die, ons inziens, zoo zeer de aandacht der kleinere natiën verdienen, als de belegeringen van Parijs en van Belfort.

Hoe toch zal een klein volk er aan kunnen denken den strijd tegen een machtigen nabuur op te nemen zonder dat het veldleger een zeker steun- punt kan vinden in vestingwerken of versterkte positiën, vooral wanneer dat leger daarenboven in oefening en samenwerking verre bij dat van den tegen- stander ten achteren staat. Zijn die steunpunten echter voorhanden, dan wordt de verdediging gemakkelijker, getuige zoowel Belfort als Parijs, welke vestingen, hoewel volgens de nieuwere beginselen der versterkingskunst aan- gelegd en voorzien van getrokken geschut in grooten getale, echter onder hare verdedigers slechts weinig geoefende soldaten telden en toch een geruimen tijd den aanval der zegevierende Duitsche troepen konden weerstaan.

Eene levendige en zeer leerzame schets van de belegering van Belfort zullen de lezers van de Milit. Spectator nog niet vergeten hebben (2), het zal hun dus zeker ook belangstelling kunnen inboezemen met de belegering van Parijs bekend te worden. Intusschen doet zich hierbij eene groote moeilijkheid op;

de belegering van Parijs is een van de grootste drama's, die de wereldge- schiedenis heeft moeten aanschouwen; het was een strijd van 250.000 uit- stekende soldaten tegen een vesting van 55 kilometer in omtrek , die verde- digd werd door meer dan een half millioen gewapende mannen, en in haren schoot schatten van materieel en alle mogelijke hulpmiddelen had opgeno- men , en waarbij oneindig veel verschillende krachten in werking zijn getre- den. Hoe zal een enkel persoon vooralsnog dien reuzenstrijd in zijn geheel

(1) De Redactie acht het van belang op te merken, dat de in deze beschrijving voorkomende opgaven getrokken zijn uit officieele Fransche en Duitsche rapporten.

(*) Zie Mil. Speet, jaargang 1872, bljdz 280—294, 343—367, 395—415 en 480—502.

III.

S. 18. D. N'. 5. 1.

(2)

kunnen overzien en eene volledige schets daarvan kuuuen geven ? Voor ons zou ten minste die taak te zwaar zijn.

Eenigszins gemakkelijker wordt het wanneer men zich tot eene enkele rich- ting wil bepalen, en voor ons had het veel aanlokkelijks de belegering van Parijs uit een artilleristisch oogpunt te beschouwen en na te gaan welke onder- vindingen men bij de eerste belegering van eene vesting met gedetacheerde forten, in artilleristisch opzicht had gemaakt. Wij stellen dus voorop dat de lezers van Spectator met den algemeenen gang van de belegering van Parijs bekend zijn , en kunnen dit zooveel te eer doen , omdat die reeds in het overzicht van den Fransch-Duitschen krijg in 1870 en 1871 (zie bl. 3'29—342 en 459—479 van den vorigen jaargang) te vinden is. Intusschcu is het moei- lijk den artilleristischen aanval geheel op zich zelf te beschouwen; daartoe bestaat er een te nauw verband tusschen de verschillende gebeurtenissen, die rondom de wereldstad in het laatst van 1870 plaats hadden, en indien wij ons desniettegenstaande hoofdzakelijk willen bepalen tot het geven eener beschrij- ving van de aanvallen op het oost-, noord- en zuidfront van Parijs, is het alleen omdat plaatsgebrek ons daartoe noopt.

Wanneer men de belegering van Parijs nader onderzoekt, valt het al spoedig in het oog, dat die zich in twee bepaalde perioden laat verdeeleri, en wel voor en na het verwerpen van den wapenstilstand op den oden November.

In de eerste periode vallen de verschillende werkzaamheden der verdedigers tot het in staat van verdediging brengen der bestaande werken en de pogingen van generaal TKOCHU tot het vormen van een veldleger; in de tweede periode daarentegen, toen de krijg a outrance de leus was geworden, en Parijs aan het overige Frankrijk zou toonen wat het vermocht tegen den gehaten vijand, zien wij de verschillende pogingen van den opperbevelhebber tot het doorbreken der cerneeringslijn.

Ten einde nader bekend te worden met de Fransche stellingen voor dat de Duitschers den directen aanval op Parijs begonnen, en vooral ook met de bestem- ming der velschillende batterijen, die allengs in menigte buiten de fortenrij verrezen en die natuurlijk van invloed waren op de plaatsing der aanvalsbat- terijen, is het wel noodzakelijk de operatiën van TROCHU in November en December wat nader toe te lichten; ons eerste hoofdstuk zal derhalve gewijd zijn aan de Fransche werkzaamheden gedurende de 1de periode der belegering waartoe wij de volgende geschriften hoofdzakelijk hebben geraadpleegd: Cri- tlque du siége de Paris par un officier de Marine; La marine au siége de Paria par Baron DE LA RoNCiÈRE LE NOUBY ; General VINOY, Le siége de Paris;

TROCHU , Une page d'Mstoire contemporaine; VIOLET LE Duc, enz.

1. DE VERRICHTINGEN DER FRANSCHEN GEDURENDE DE 2DE PERIODE DER BELEGERING.

Het is bekend genoeg, hoe TROCHU in het begin van November de hoop koesterde, met het gevormde leger de cerneeringslijn ten N. W. van Parijs te

(3)

kunnen doorbreken door tweemalen de Seine te passeeren , Corraeil te be- reiken en van daar met een dagmarsch Pontoise, om zoodoende langs de Seine naar Rouaan te komen. Ter volvoering van dit plan was het schiereiland Gennevilliers, dat den 19den September verlaten was geworden, weder in bezit genomen, en verrezen achtereenvolgens eene menigte werken en ge- schutstellingcn. Langs den linker Seineoever van Villeneuve la Garenne tot Bezons werd achter den dijk een loopgraaf aangelegd; bij de spoorwegbrug over Argenteuil werd eene batterij opgeworpen ter bestrijking van de baan;

andere batterijen ontstonden bij Charlebourg en Folie Nanterre; de redoute Gennevilliers werd voleindigd; bij Villeneuve la Garenne werd de brug van St. Denis over de Seine beschermd door een bruggenhoofd, en eindelijk had men de reeds vroeger opgeworpen batterij van St. Ouen, ter bestrijking van het voorterrein, bewapend met 8 marinekauonnen van 19cm en 8 van 16cm.

Het is vooralsnog onbegrijpelijk hoe generaal TROCHU wezenlijk in ernst er aan heeft kunnen denken Parijs in deze richting te verlaten; niet alleen dat generaal VINOY van dit plan zegt, dat het onmogelijk uitgevoerd kon wor- den, maar hoe kon TROCHU, zelfs indien het plan gelukt ware, hopen in deze richting een resultaat te verkrijgen, daar hij toch moest weten dat een leger tot ontzet der hoofdstad, bij de Loire gevormd werd. Reeds dadelijk na het verwerpen van den wapenstilstand liet dit leger van zich hooren. Generaal D'AURELLES sloeg de Beieren bij Coulmiers, en THOCHU wordt nu ook genood- zaakt zijn eerste plan te veranderen en toebereidselen te maken tot een po- ging in zuidelijke lichting.

Bij eene nadere studie van het terrein ten zuiden van Parijs, zal men spoedig ontdekken dat het gedeelte begrensd ten oosten door de Seine, ten westen door de Bièvre-beek, zeer gunstig is voor offensieve bewegingen; het plateau van Villejuif beheerscht hier geheel het vlakke voorterrein en reeds in October had generaal FRIPIER het voorstel gedaan om van het plateau uit met de spade naar voren te werken en zoodoende in het bezit van het be- langrijke punt Choisy-le-Roi te komen. De Duitschers die eerst Villejuif bezet hadden, werden dan ook reeds den 23sten September daaruit verdreven, en de Franschen voleindigden uu ook in korten tijd de belangrijke werken Hautes Bruyères en Moulin Saquet met tusschenliggende batterijen en verbonden deze onderling door loopgraven. Het bekende huis Millaud op den straatweg naar Toulouse, alsmede het dorp Cachan werden in October ook nog door de Fran- schen genomen en van hier uit bedreigden zij Bagneux steeds in de rechter flank.

In het begin van November namen de Franschen dus hier eene zeer gunstige positie in, te meer omdat zij bij het doorbreken der insluitingslijn het spoedigst in verbinding met het leger dat tot ontzet zou opdagen, konden komen.

TROCHU maakte echter van deze gunstige omstandigheden geen gebruik en de aanwijzing van GAMBETTA volgende, dat het Loire-leger den 6den De- cember bij Foutainebleau zou zijn, besloot hij eindelijk met zijne hoofdkrachten de insluitingslinie tusschen Seine en Manie te doorbreken, welke operatie den

(4)

l

29sten November plaats zou vinden. Hier waren echter de omstandigheden voor een uitval minder gunstig; niet alleen toch moest het leger eerst de Marne in het gezicht van den vijand overtrekken, maar daarna moest het de steile hellingen der plateau's van Villiers en Chennevières beklimmen en had dan uitgestrekte bosschen, die voor de Duitsche troepen een uitmuntenden steun konden zijn, in het front. Het was dus noodzakelijk den uitval door den aanleg van vele batterijen voor te bereiden, en wij zullen nu nader zien welke maatregelen getroffen werden, om den eenigen grooteu uitval, die wezenlijk met ernst door het Parijsche leger ondernomen is geworden, te ondersteunen.

Om een aanval op Montmesly mogelijk te maken, van welk gewichtig punt een aanval op de linker flank der Duitsche stelling bij Onnesson kon geschie- den , werden loopgraven aan beide zijden van den weg naai' Bazel voor het dorp Créteil opgeworpen, tegelijk met twee geschutstellingen. De overgang van de Marne zou op het schiereiland Joinville geschieden , hetwelk dus van te voren onder een sterk kruisvuur genomen moest worden. Hiertoe werden de volgende werken aangelegd. De schans St. Maur, 220m lang, 70ra breed, 2000 pas van de brug bij Champigny op den hoogeri Marne-oever, met het doel het Marue-dal, het schiereiland Varennes en de Duitsche veldwachten in Champigny te kunnen bestrijken; ter verdediging van het schiereiland Va- rennes werd daarenboven een sterke frontlijn aangelegd van de brug bij Cham- pigny naar Belle-Chasse, la Varenne, St. Martin en de Marue-brug bij Créteil met 5 emplacementen voor veldgeschut; langs de Marne tot aan de schans bij St. Maur was een gecreneleercle parkmuur, met veldgeschut daarachter op het plateau. Hoeveel stukken geschut er in het laatst van November op het schiereiland geplaatst waren, kan niet met zekerheid worden vermeld; bij de capitulatie vonden de Duitschers aldaar:

6 voorlaadmarinekanonnen van 16Cm, 5 getr. kanonnen van 24'S (15cm), 13 » » » 12<ffi kort (12*»),

7 » » » 7" (achterlaad), 4 » » » 12<ffi (glad geschut), 4 » » » 8<ffi » » te zamen 39 stukken.

De redoute Faisanderie bestreek het schiereiland Joinville in het front; het aantal stukken werd hier vermeerderd; eene batterij werd aangelegd ten westen van Nogent en bewapend met 2 kanonnen van 16cm. Het fort van dienzelfden naam ontving 2 kanonnen van 19cm en 3 van 16cm, voornamelijk om het plateau van Villiers en den weg van Coeilly naar Chennevières te kunnen bestrijken.

Het uitvalsplan naar het oosten noodzaakte generaal TnocHU om Mont d'Avron te bezetten en te versterken. Hij had volgens eigen zeggen twee maanden den aandrang zijner omgeving weerstaan om het plateau in bezit te

l

(5)

273

nemen, omdat het voor 8/4 van den omtrek beheerscht werd door grootere hoogten op half kanonschotsafstand, en er slechts weinig aarddekking ge- vonden werd. Een blik op de kaart zal spoedig aantoonen dat TROCHU zich niet geheel nauwkeurig uitdrukt, want Mont d'Avron wordt door geen grootere hoogten beheerscht, en al zou het onder eene bepaalde belegering een fout geweest mogen zijn hier batterijen te plaatsen, hetgeen wij overigens niet toegeven, zoo moest TROCHU toch weten, dat de Duitschers hoegenaamd geen schot op Parijs konden lossen, terwijl hij daarentegen van af Mont d'Avron in hooge mate de verbinding der Duitschers over de Marne kon ver- ontrusten , zooals wij dat later zullen zien. Thans echter was het klaarblijkelijk dat eene artilleriestelling op het genoemde plateau een aanval op Brie en Villiers in hooge mate kon ondersteunen en den 25sten November werd dan ook het bevel tot den aanleg daarvan gegeven. Kolonel STOFFEL werd be- noemd tot chef der artillerie, luit.-kolonel DEVÈZE tot chef der genie, terwijl admiraal SAISSET , onder direct kommando van TROCHU , het opperbevel kreeg over de troepen, bestaande uit 3000 mariniers en de divisie n'HuGNES (5 mobiele gardebataljons, het 137ste linie-regiment, het 7de bataljon natio- nale garde en 3 batterijen). Admiraal SAISSET had reeds in October een plan voor de bevestiging van het plateau gemaakt en hij wist dus dadelijk het ge- schut dat hem bovendien toegedeeld werd, zijne plaats aan te wijzen. Dit geschut bestond uit:

6 getr. kanonnen van 24 'S, 6 » » » 12<ffi,

eene veldbatterij 12cSers (van de divisie BELLEMARE),

» » kanonnen van 7k;

deze stukken werden met bijhoorende munitie voorloopig naar Fort Rosuy gedirigeerd.

Den 28sten November des avonds waren alle toebereidselen gereed en tegen 8 ure beklommen de 3000 mariniers gevolgd door het 137ste regiment en voorzien van schanswerktuig, het plateau. Dadelijk werd aan de volgende batterijen begonnen.

Batterijen der mariniers.

N". \ : 3 offic., 6 getr. kan. v. 12 <ffi ,

» 2:2 » 2 » » » 24 18 en 2 v. 16cm

» 3:2 » 4 » » » 24 <B,

« / . o „ C « ~ « A O <ïï*

» 'X . O » O » » )) 1 Z Tb ,

twee batterijen der nation. garde met 12 kanonnen v. 7k, marinebatterij N°. 5, 3 offic., 6 getr. kanonnen van 12 <8!, twee batterijen der nation. garde met 12 kanonnen v. 7k.

Op den zuidoostrand van het plateau tegen hot Marnedal , Villiers , Noisy Ie Grand, de brug van Gournay, Chelles en Montfermeil , te zamen 32 stukken

Op den noordoüstrand van het plateau tegen Livry, Raincy, brug bij Poudrette , te zamen 18 stukken

Als reserve dienden twee bespannen veldbatterij en, zoodat er in het geheel 62 kanonnen met 100 schoten per vuurmond op het plateau bijeengebracht werden. De hiergenoemde batterijen waren allen den 29sten gereed; wel was het profiel der borstwering zeer zwak (3m a 3m,5), maar tegenover veldgeschut

(6)

was meer niet noodig. Ten einde de batterijen verder n o;,' beier te dekken, werd de divisie BELLEMARE naar Rosny gedirigeerd, terwijl een geblindeerde spoorwegwagen voorzien van 2 kanonnen van 16cm op den spoorweg naar Mulhouse werd voortgeschoven.

Tot zoover de toebereidselen op den rechter Seine-oever. Ten einde eene demonstratie op den linker oever tegen Choisy-le-Roi en l'Hay te onder- steunen , werden de navolgende werken aangelegd: eene redoute nabij Port a l'Anglais, bezet door eene batterij van 12"", vlak aan de Seine; van daar ging eene loopgraaf naar den spoorweg van Orlcans en hierachter bevonden zich 3 batterijen bewapend met 9 getr. kanonnen van 22cm ; ten westen der baan werd de loopgraaf voortgezet en hierachter ontstond de redoute la Pépi- nière. Vervolgens steeg de loopgraaf het plateau van Villejuif op, ten zuiden van Moulin Saquet en Hautes Bruyères ; ook op den spoorweg naar Orlcans bevond zich een gepantserde wagen en op de Seine waren cenige kanonneer- booten der Seine-flotille gestationneerd, met het doel de linker flank te onder- steunen en allen tegenstand in Choisy-le-Roi te breken.

Nadat de uitval op deze wijze voorbereid was geworden, zou hij den 29sten November plaats vinden, ondersteund door het vuur van alle forten, de genoemde batterijen en kanonneerbooten, en gedekt door demonstratiöu in alle mogelijke richtingen. Het ligt buiten ons bestek eene volledige beschrij- ving van al de bloedige gevechten te geven, die ten gevolge van TKOCHU'S besluit naar het zuidoosten uit te breken, in de dagen van 29 Nov.—2 Dec.

plaats vonden; het is bekend genoeg hoe de krachtige pogingen van het Parij- sche leger mislukten en hoe daarmede ook de laatste hoop van TROCHU ver- dween iets tegen het cerneeringsleger te kunnen uitrichten.

Er bleef echter nog steeds een uitweg open, en wel zulk een die den slechten toestand der troepen, den grooten rijkdom aan geschut, materieel, arbeidskracht en het gebrek der Duitschers aan vestinggeschut in aanmerking nemende, het eerst voor de hand schijnt gelegen te hebben, namelijk de voornaamste stellingen van het cerneeringsleger te gaan belegeren en daardoor de Duitschers te noodzaken zich onder de kanonnen van de vesting te ont- wikkelen. In plaats van hiertoe het terrein tusschen Seine en Bièvre te kiezen, dat zooals wij gezien hebben groote voordeelen aanbood, besloot TROCHU in de vlakte van St. Denis voort te dringen, volgens eigen opgaaf omdat die niet in het front werd gedomineerd. Intusschen werd zulk een aanval van af het Raincy-plateau in de rechter flank bedreigd, doch zoolang Mont d'Avron bezet bleef, werden de Duitschers hier en echec gehouden.

Daarom werd Mont d'Avron niet alleen na den strijd van 30 Nov.—2 Decem- ber, in welken het geschut van dien berg de Duitschers zooveel verlies toe- bracht, bezet gehouden, maar ook nog meer versterkt, zoodat allengs 74 stukken (TROCHU zegt 60 en VJNOY noemt 36, admiraal LA RONOIÈRE geeft daarentegen het aantal op 74 aan, hetwelk ook later in officieele stukken ver- meld is) in batterij werden gebracht, die den 27sten December het geschut-

(7)

vuur der Duitsehers zonden beantwoorden; wij zullen daarom deze batterijen wat nader bespreken.

In den oostelijken hoek van het plateau bevond zich de dubbele batterij (l—2) gewapend met 6 getr. kanonnen van 12 t£, 2 van 24'S en 2 van 16cm gericht op Raincy en het terrein ten zuiden van Gagny. Deze stukken stonden achter eene borstwering van 3m,5 dikte zonder bekleeding (zie Fig. 1);

er was slechts eene travers op den linker vleugel en eene in het hoekpunt der batterij. De vleugeltravers diende tot onderkomen der manschappen, maar was daartoe zeer zwak, daar zij alleen was samengesteld uit onder een stompen hoek tegen elkander staande balken met een balk in het kruis (zie Fig. 2).

De balken waren overdekt met halve rondhouten en Om,63 aarde. Langs den zuidoostelijken rand van het plateau lagen 4 batterijen door loopgraven ouderling en met (l—2) verbonden. Eerst kwamen de twee marinebatterijen (3 en 4), die haar vuur naar Neuilly, Noisy-le-Grand en het plateau van Villiers richtten. In de eene was een bliudeering, die van ter zijde door 6m, van boven door lm aarde gedekt was. Meer westelijk lagen 2 batterijen der natio- nale garde met 12 kanonnen van 7k gewapend, die echter meestal teruggetrokken waren. Op het noorderuitcinde van het plateau, ten westen van den parkmuur van Beau-Séjour, lag de marinebatterij N". 5 en daarnaast waren wederom G ka- nonnen der nationale garde opgesteld; doch daar het vuur uit deze stukken te zwak scheen om de plateau's van Raincy en Montfermeil te bestrijken, liet kolonel STOFFEL den 18den December drie nieuwe batterijen, ieder van 10 stukken, met het vuur in die richting aanleggen, waartoe op nieuw 10 ka- nonnen van 7k, eenige van 24®, 3 kanonnen van 16cm en 7 mitrailleuses gere- kwireerd werden. Vermoedelijk was de bewapening van het plateau aldus:

5 getr. kanonnen van 16cm, 17 » » » 24 <B, 18 » » » 12 <tB, 28 » » » 7",

6 mitrailleuses, te zamen 74 stukken.

De ligging der drie nieuwe batterijen was als volgt: Eene batterij naast (l—2) op den noordoostrand van het plateau tegen Gagny ; eene aan het zuideinde van den oostel'ijken parkmuur van Beau-Séjour, waardoor zoowel deze als de helling van het plateau geflankeerd werden, en eindelijk eene batterij meer teruggetrokken naast den weg naar Rosny, evenzeer haar vuur richtende op Gagny en ^bestemd om den terugtocht te dekken.

Om de batterijen tegen een coup-de-main te verzekeren, werd eene dubbele loopgraaf op de helling van het plateau gemaakt. De parkmuur van Beau- Séjour werd gecreneleerd, en voor Rosny werd eene retraite-stelling in een boog over den berg aangelegd. Overigens werden de borstweringen niet ver-

(8)

ï

sterkt, en zooals wij later zullen aantoouen , was de ligging der batterijen alles behalve gunstig.

Wij keeren nu naar de werkzaamheden in de vlakte van St. Denis terug.

Het doel was om met het Fort d'Aubervilliers en het Ourcq-kanaal als basis, uaar Ie Bourget te sappeeren, dit punt te nemen en van daar langs den straat- weg van Lille, Pont Iblon te bereiken. Hiertoe was als eerste steun de lijn Drancy—Graulai—Bondy noodzakelijk, en om deze punten hadden dan ook reeds sedert langen tijd kleine gevechten plaats met dit resultaat, dat Bondy in de handen der Franschen gebleven was niettegenstaande het verbod van TROCHU hiertegen. In het begin van December echter kwam het bevel om eene loopgraaf zoowel van Bobigny als van Bondy naar den spoorweg van Straatsburg en langs dezen verder naar den voet van Mont d'Avron te graven, en tevens de volgende batterijen aan te leggen.

N 1:

2:

3:

4:

5:

6:

7:

8:

9:

2 » » 3 » » 6 » » 2 mitrailleuses

3 getr. kanonnen van 24 fS bij het station van Bondy tegen Raincy.

6 » » » 12 'S bij het kerkhof van Bondy tegen Raincy en Poudrette.

» 12 'S veldstukken) ten westen van Bondy.

2 mitrailleuses j tegen Poudrette.

2 getr. kanonnen van 12 tB veldstukken tegen Nonneville.

3 » » » 24'S bij Cravatmolen tegen Nonneville, Groslay en Aulnay.

» 16™ in Bondy tegen Nonneville en Aulnay.

» 24 'S tegen Aulnay en Groslay.

» 12'S! veldgeschut) bij Drancy en den weg naar ' Metz , tegen Depotoir.

6 kanonnen van 7k naar omstandigheden.

» 10: 3 kanonnen van 16cm, volgens het plan van luit. LAVISON opgesteld en beweegbaar gemaakt, en onder zijn kommando, bij la Taunerie tegen Groslay.

» 11: 8 mortieren van 32cm bij Courneuve.

Behalve deze batterijen, die voornamelijk ten doel hadden een aanval uit Raincy en het bosch van Bondy te keeren, werd ook het aantal marine- kanonnen in de oostforten vermeerderd om de vlakte van St. Denis overal te kunnen bestrijken. Nadat de genoemde werken ten uitvoer waren gebracht, besloot generaal TROCHU den aanval op Ie Bourget te bespoedigen en dit dorp in open strijd te nemen, hetgeen aanleiding gaf tot den bekenden uitval op den 21 sten December, die even als alle vorige, mislukte, voornamelijk omdat de Duitschers , zooals gewoonlijk , op den aanval waren voorbereid en daarom Ie Bourget met niet minder dan 4 bataljons en eene kompagnie gardeschutters bezet hadden.

Er schoot dus geen andere uitweg over dan Ie Bourget te belegeren, en als een soort eerste paralel werd eene loopgraaf' aangelegd ter lengte van 10,000™ van Courneuve naar Drancy Graulai—Bondy, terwijl tevens in Drancy

(9)

277

batterijen werden aangelegd, om liet terrein tusschen Ie Blanc—Mesnil en Ie Bourget, zoowel als tusschen Aulnay les Bondy en Bondy te bestrijken.

Tegen Ie Bourget werd eene batterij bij Graulai aangelegd, welke plaats tevens voor eene hardnekkige verdediging werd ingericht (zig. Fig. 4), even als het huis l'Alouette, alwaar ook eene dubbele batterij tegen Ie Bourget werd opge- worpen. Van uit Graulai begon men met het graven van eene parallel naai- den spoorweg van Soissons, om van daar het dorp in de flank te kunnen nemen, en eindelijk werd nog een loopgraaf tusschen Drancy en Bondy, 1000 pas achter de eerste gelegd.

Maar terwijl de geheele opmerkzaamheid op Ie Bourget gevestigd was, gaf men geen acht op het aanleggen der Duitsche batterijen bij Raincy, Gagny en Noisy-le-Grand, die zoo spoedig een einde maakten aan de voor het inslui- tingsleger gevaarlijke werkzaam heden der Fransche ingenieurs. Mont d'Avron werd voor het eerst beschoten den 27sten December, verlaten den 29sten en hierdoor verloren de werken in de vlakte van St. Denis een voornaam steun- punt, weshalve zij voortaan slechts met enkele bataljons bezet en de meeste kanonnen teruggetrokken werden, met uitzondering van 3 kanonnen van 24'S bij Cravat en 6 van 12 'VS bij den weg naai' Drancy, welke vnurmonden een aanval uit het bosch van Bondy moesten tegenwerken.

Zoo kort als mogelijk was hebben wij hierboven geschetst welke doeleinden TROCHU bij de verdediging van Parijs zocht te bereiken en welke kolossale werken de ingenieurs en artilleristen daarbij hadden uit te voeren. Deze werkzaamheid in overweging nemende, valt het gewis te beklagen, dat TROCHU eerst zoo laat tot de overtuiging kwam , dat het zijne taak moest zijn met het ongeoefende leger, door do hulp van de artillerie en de genie, langzamer- hand eene positie in de insluitingslijn te verkrijgen, van waar hij, indien de gelegenheid daartoe gunstig was, een uitval kon wagen. Zooals wij nader zien zullen werden de Duitschers juist door dat voortdringen genoodzaakt den artilleristischen aanval op Parijs te beginnen, maar toen waren zij reeds in staat in betrekkelijk korten tijd het benoodigde materieel, de munitie enz.

voor de wereldstad te brengen en zoodoende aan den voortgang der Fran- schen een einde te maken.

II. ARTILLERIEAANVAL OP DE OOST- EN NOORDFRONTEN VAN PARIJS.

Reeds dadelijk nadat de Duitsche legers voor Parijs waren aangekomen werd het vraagstuk, in hoeverre de overgave der stad door een bombardement zou kunnen verhaast worden, in het hoofdkwartier te Ferrières behandeld. De opperste krijgsleiding had reeds vroeger de wenschelijkheid van zulk een bom- bardement bij het Ministerie van Oorlog laten doorschemeren, maar generaal VON HINDERSIN, generaal inspecteur der artillerie, was steeds daartegen op- gekomen , omdat een bombardement naar zijn oordeel tot niets kon voeren, daar de Franschen een zeer groote artilleriekracht bezaten en er geen mid-

(10)

delen vooralsnog bestonden om de noodige vuurmonden met munitie enz. voor Parijs te kunnen brengen. Intusschen besloot het ministerie desniettegen- staande den wensch van het opperkommando in zoo verre te gemoet te komen, dat 8 korte getr. kanonnen van 15™ van het garde artillerie-regiment naar Nancy werden gezonden, alwaar zij den '20sten September aankwamen. Men zag evenwel spoedig in dat de moeilijkheden om zoowel deze als meerdere stukken naar Parijs te kunnen vervoeren, te groot waren, zoolang men geen spoorwegverbinding daarheen had en dat dus alleen daarom reeds van een bombardement moest worden afgezien. Maar zelfs indien het zou gelukken een spoorwegverbinding tot stand te brengen, zou die allereerst door de troepen in beslag worden genomen, daar hunne verpleging uiterst moeilijk was, want in een omtrek van 5 mijlen rondom Parijs werden geen levens- middelen gevonden. Had men ten slotte gelegenheid tot het vervoer van een belegeringspark over te gaan , dan moest dit toch nog van Nanteuil sur Manie 11 mijlen van Parijs met paarden verder gebracht worden.

Het bombardement werd derhalve voorloopig opgegeven ; was men er geheel zeker van geweest dat de voorraad proviand van Parijs slechts 10 weken zou reiken, zooals de best onderrichte agenten verzekerden — TROCHU zelf heeft gezegd , dat hij niet geloofde Parijs langer dan 60 dagen te kunnen verde- digen — dan had men in het hoofdkwartier dadelijk van een artillerieaanval afgezien ; maar — en hier blijkt weder duidelijk hoe het Pruisisch bestuur niets aan het toeval overlaat — daar men deze berekening niet durfde ver- trouwen , werd besloten alle voorbereidingen tot de verzending van een bele- geringspark te maken en zoo noodig tot den aanval over te gaan.

Nadat generaal v. KLEIST den 30sten September het terrein rondom Parijs verkend had, werd het volgende plan van aanval vastgesteld: De forten Issy en Vanves trachten te nemen en Montrouge tot zwijgen te brengen, voor- namelijk door batterijen op het plateau van Chatillon. Evenwel zou een aanval op het schiereiland Gennevilliers beproefd worden tusschen Mont Valérien en St. Dénis door batterijen aan te leggen bij Asnières, en van daar de wereld- stad worden gebombardeerd. Zooals wij later zullen zien werd met de uit- voering van dit plan dadelijk een aanvang gemaakt.

De omstandigheden noodzaakten de Pruisen echter op een geheel ander punt aanvallenderwijze te werk te gaan. Om den uitval naar het Zuidoosten voor te bereiden , waren namelijk op den Mont d'Avron sterke batterijen aangelegd geworden en deze batterijen waren voor het insluitingsleger zeer lastig; zij flankeerden de stelling der Saksers bij Raincy en Noisy-le-Grand, de stelling der Wurtembergers bij Villiers. Verder beschoten zij de belangrijke dorpen Malnou, Chelles, Montfermeil en Clichy, zoodat het verblijf aldaar moeilijk werd, en eindelijk hadden zij vooral tot de groote verliezen in de gevechten van 30 Nov.—2 Dec. bijgedragen.

Reeds den 4den December kreeg daarom het Maas-leger bevel een artillerie- aanval tegen Mont d'Avron te beginnen. Ten gevolge hiervan werd de

(11)

270

aanval op het Noordwestfront opgegeven en het bevel over den aanval op Mont d'Avron aan kol. BAKTSCH overgedragen. Intusschen zetten de Fransche batterijen haar werkzaam vuur voort; den 5den December werd de brug over de Marne bij Chelles neergeschoten; de granaten bereikten den weg van Champs naar St. Germain op 7000m afstand; de spoorwegverbinding tusschen Chelles en Lagny werd gestremd ; Noisy-le-Grand werd plat geschoten en de verbin- ding over de Marne werd hoogst moeilijk.

Om den aanval te kunnen beginnen en tegelijk het overwicht op de Fran- sche batterijen te verkrijgen, werd bepaald dat do navolgende stukken zouden worden gcrekwireerd:

30 getr. kanonnen van 15cm (12 stalen, de overigen van ijzer en brons),

10 » » » 15om K.

36 » » » 12cm

te zamen 76 vuurmonden.

Van de/e bevonden zich 26 bij la Fère en Soissons, van waar zij per spoor naar Sévran zouden vervoerd worden; de overige moesten uit Pruisische ves- tingen komen, en daar de spoorweg tusscheu Nauteuil en Chelles den 23sten November geopend was geworden, konden zij tot het station Vaires, {• mijl ten westen van Lagny, per spoor gebracht worden. Het artilleriepark onder het bevel van majoor HOFFMANN werd daarom hier nabij Brou gevestigd, op een afstand van een mijl van Mont d'Avron.

De 10 stalen kanonnen van 15™ en de 16 van 12cm van Soissons en la Fère kwamen den 14den December met een voorraad van 250 schoten per stuk te Sevrans aan, en ter zclfder tijd de navolgende 4 vestingkompagniën: de 1ste en 9de van het garde-regimeut, N". 4 van het 2de en N". 9 van het 3de regi- ment. Uit Keulen kwamen van 15—17 Dec. de eerste vuurmonden, 4 kanon- nen van 15cm, 20 van 12cra en 2 kompagniën aan; uit Spandau 10 kanonnen van 15cm en 2 komp. op den 20sten Dec.; uit Saarlouis 9 kanonnen van 15cm

en eene komp. op den 26sten Dec., zoodat er niettegenstaande alle toebereid- selen reeds lang waren gemaakt en een spoorweglijn tot aan het park toe beschikbaar was, 22 dagen verliepen eer alle kanonnen voor Parijs konden verschijnen en het vuur kon geopend worden.

Er kwamen echter ook andere moeilijkheden opdagen. Ten gevolge van de vernieling der Marnebrug moest bij Vaires een pontonbrug gemaakt worden sterk genoeg om er met kanonnen van 15cm te kunnen overtrekken; aan beide zijden van den oever moesten goede wegen naar de brug aangelegd worden en evenzoo een weg naar het plateau van Montfermeil. Zoowel hiertoe als tot de vervaardiging van bekleedingsmiddelen en den aanleg van loopgraven, ontbrak arbeidskracht, want na de bloedige gevechten bij Villiers hadden de troepen nog geen versterking gekregen en zij werden zeer vermoeid door de herhaalde alarmeeringen der Franscheri. Het materieel dat echter door de troepen ver-

(12)

vaiinligd werd, kwam naar het hoofddepót nabij Maison rouge voor de bat- terijen op den rechter oever van de Marne, en naar Noisy-le-Grand voor die op den linker oever; een tusschendepót werd bij Montfermeil gevestigd. Om dit transport te kunnen doen, werd een wagenpark van 600 boerenwagens of liever karren opgericht; dat de paarden hierbij niet ontzien werden, kan daaruit blijken, dat er den Sisten December slechts 350 bespannen karren over waren; alleen de kanonnen werden door troepenpaarden vervoerd.

By het kiezen van de plaats voor de verschillende batterijen had men vooral twee doeleinden voor oogen: ten eerste Mont d'Avron zoo goed mogelijk te kunnen omvatten, ten einde de Fransche batterijen onder een verdelgend kruisvuur te brengen; ten tweede te verhinderen dat de vijand een brug over de Marne kon slaan, om zoodoende het plateau van Villiers in de flank te kunnen aanvallen. Na nauwkeurig onderzoek besloot men de batterijen in de volgende vier hoofdgroepen te verdeelen :

I. Op het plateau van Raincy, waarvan de zuidelijke rand evenwijdig met Mont d'Avron liep op een afstand van 3000 pas: 4batterijen, gewapend met 6 kanonnen van 15cm, 10 van 15cm K. en 6 van 12cm.

II. Op het plateau ten Z.O. van Gagny, 3500 pas van Mont d'Avron, welks batterijen op den Z.O. rand van hier geënfileerd konden worden: 4 bat- terijen met 6 kanonnen van 15cm en 18 van 12cm.

III. Tusschen Noisy-le-Grand en Goumay op de helling van het plateau:

2 batterijen, te zamen bevattende 6 kanonnen van 15cm en 6 van 12cln om het Marnedal en het dal van Villemomble te bestrijken, en zoo mogelijk de batterijen op den noorderrand van Mont d'Avron te kunnen enfileeren. De afstand tot dit punt bedroeg echter 7000 pas.

IV. Op het plateau van Noisy-le-Grand ten Z.W. van dit dorp: 3 batte- ryen met 12 kanonnen van 15cm en 6 van 12cm, om de batterijen van Mont d'Avron, gelegen op den Z.O. rand op een afstand van 5500 pas, direct te kunnen bestrijden.

Daar de uitval van den 21 sten December het insluitingsleger noodzaakte de batterijen III zoo spoedig mogelijk te bewapenen, en de brug bij Vaires nog geen kanonnen van 15cm kon dragen, werden beide batterijen slechts van kanonnen van 12cm voorzien. De bewapening, het doel en de afstanden tot het doel waren dus voor de gezamenlijke batterijen als volgt:

(13)

Batterij N".

'28-1

Doel en afstand tot het doel in passen (1).

l Rosny 6000 pas, Avron 3100, Villemomble 2000 , Red.

Boissière 5800 6 Oostzijde Avron 3300 , Rosny 5200

3 idem Villemomble 2 1 0 0 , Rosny 8400...

4 Avron 3400, Villemomble '2500 , Rosny 6300 5 Avron 3800—4200, Villemomble 3600, Ilosny 7300

Avron idem Rosny 7300 , Nogent 8800 6 7 Avron idem Neuilly 4700

8 Avron idem 9 Neuilly 4000 10 Avron 6500.

11 Avron 5300, Rosny 7800, Kontenay 6500, Neuilly 2300.. 6 12 Avron 5400 , Rosny 7900, Neuilly 2400, Nogent C O O O . . . 6 13 Avron 5500 , Neuilly 2500 6

te zamen

Bewapening.

Getr. kanonnen van

18cm.

30

«m K.

10

(1) Deze afstanden worden in de Pruisische rapporten gevonden; zij zijn echter in de werkelijk- heid iets minder en dus waarschijnlijk naar de opzethoogten opgegeven.

(Wordt vervolgd.)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

stelling uit, dat het in dit geval vanzelfsprekend is, dat de internationale ruil voordeel moet brengen, zoodat een nader onderzoek van de theorie op dit punt achterwege

Als langharige ex-Maagdenhuisbezetter kwam hij in 1972 niet in aanmerking voor een vakan- tiebaantje, negen jaar later wel voor de functie van algemeen geestelijk verzorger binnen de

Tussen een door begrazing en betreding ontstane korte vegetatie en een niet begraasde en betreden lange gesloten vegetatie kon echter geen significant verschil worden aangetoond

Op de ontwerp-instemmingsbesluiten zijn in totaal 31 zienswijzen binnengekomen (waarvan 29 uniek) en 7 reacties

Maar de arnhemsche neef had nog niet uitgesproken Hij zag Machteld met eerbiedige hoogachting aan, en terwijl hij van de bank opstond, plaatste hij zich naast haar stoel, terwijl

The main research question was posed as ‘how does using digital technology with traditional media affect the process of art making in the art classroom?’ With the aim of answering

Het reglement toch laat iedereen vrijheid tot het bedrijf van boekhandelaar, drukker en uitgever; het openbaren van gedachten en gevoelens, over welk onderwerp ook, ontmoet er

De kaderrichtlijn Water richt zich op de bescherming van water in alle wateren en stelt zich ten doel dat alle Europese wateren in het jaar 2015 een ‘goede toestand’ hebben bereikt