• No results found

7.18 MOTORKETTINGZAAG

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "7.18 MOTORKETTINGZAAG"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

7.18 MOTORKETTINGZAAG

De motorkettingzaag is in beginsel bedoeld voor het vellen van bomen, maar wordt in de bouw ook steeds vaker toegepast. Het werken met de kettingzaag is risicovol. Zo kan men in aanraking komen met de ronddraaiende ketting en is de kettingzaag gevoelig voor ongewilde terugslag, waarbij de machine de gebruiker kan raken. Ook kunnen rondvliegende houtspaanders oogletsel veroorzaken. Daarnaast zijn de gezondheidsrisico’s van blootstelling aan hoge geluidsniveaus, mechanische trillingen en gevaarlijke stoffen (uitlaatgassen en houtstof) aanwezig. De kettingzaag wordt tevens vaker in openbare gebieden gehanteerd waardoor derden blootgesteld kunnen worden aan de werkzaamheden tijdens het zagen met de motor- kettingzaag. Dit maakt de kettingzaag tot een arbeidsmiddel waarbij een hoge alertheid op het gebied van veilig gebruik noodzakelijk is.

Normen en regels

Productvoorschriften motorkettingzaag

• Een motorkettingzaag valt onder de werkingssfeer van het Warenwetbesluit machines en moet daar- om zijn voorzien van een CE-markering en een EG- verklaring van overeenstemming.

• Bij de motorkettingzaag dient door de leverancier een in een voor de gebruiker begrijpelijke taal opgestelde gebruikershandleiding, onderhouds- instructie, technische specificaties en een lijst met onderdelen meegeleverd te worden.

• De meeste in de bouw gebruikte motorkettingzagen worden aangedreven door een benzine- (of een gecombineerd oliemengsel), accu- of een elektro- motor. Een elektrisch en op accu aangedreven zaag moet voldoen aan de voorschriften voor elek- trisch handgereedschap.

• Om het trillingsniveau van de motor ten opzichte

van de handvatten terug te brengen, moeten anti-vibratierubbers of trillingsdempers zijn aangebracht.

De nieuwere modellen worden hiermee uitgerust.

• Ook worden de huidige modellen uitgerust met een geluiddemper om schadelijk lawaai zoveel mogelijk te dempen.

• De ketting moet als veiligheidsketting zijn uitgevoerd, voorzien van veiligheidsschakels. Het gebruik van zo’n veiligheidsketting vermindert de kans op het terugslaan van de machine.

• De handgreep van de geleidende hand dient voorzien te zijn van een handbescherming en een hendel voor vrijgave van de kettingrem. Deze kettingrem moet de ketting binnen 0,15 seconden stoppen als de veiligheidshendel losgelaten wordt.

• Aandrijvingsbediening mag alleen mogelijk zijn als de gebruiker het handvat dusdanig omsluit, dat de beveiligingspal wordt ingedrukt (vasthoudknop).

• Het handvat van de bedienende hand moet aan de onderzijde voorzien zijn van een verbreding, zodat de hand beschermd wordt tegen een gebroken of losrakende ketting.

• Tevens moet een kettingvanger (een nok onder het koppelingshuis) er voor zorgen dat de ketting bij breuk of losraken wordt opgevangen.

• Een op de machine aangebrachte signalering moet de noodzaak van het gebruik van goede gehoor- bescherming benadrukken.

• In plaats van tweetaktbenzine moet een aromaatvrije brandstof worden gebruikt, zodat de uitstoot van kankerverwekkende uitlaatgassen aan de bron wordt aangepakt.

Deskundigheid gebruiker

Een gebruiker dient minimaal 18 jaar oud te zijn en voldoende te zijn geïnstrueerd. De wijze van instructie en toetsing is niet formeel vastgelegd, maar het feit dat de bosbouwsector pas mensen met een kettingzaag laat werken na minimaal een basiscursus geeft enige indicatie van een noodzakelijk opleidingsniveau. In

(2)

een instructie moeten minimaal het starten van de kettingzaag, zaagtechnieken, veiligheidsmaatregelen en het gebruik van de persoonlijke beschermingsmiddelen en het dagelijks onderhoud van de kettingzaag zowel in theorie als in de praktijk worden behandeld. Het doornemen van de gebruiksaanwijzing van de betreffende kettingzaag is hierbij essentieel, omdat de techniek van de kettingzaag kan variëren. In het verleden gangbare procedures en instructies houden geen rekening met nieuwe technieken en verande- rende gebruiksvoorschriften en normen.

Persoonlijke beschermingsmiddelen

De gebruiker van een motorkettingzaag dient minimaal gebruik te maken van de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen:

• een veiligheidshelm als het risico van vallende voorwerpen en stoten van het hoofd aanwezig is;

• gelaatsbescherming en/of veiligheidsbril in verband met rondvliegende spaanders, zaagsel, etc.;

• goede gehoorbescherming, zoals oorkappen of otoplastieken met voldoende dempende eigen- schappen, waardoor een reductie van het geluidsniveau tot circa 80 dB(A) moet worden bereikt;

• een veiligheidsbroek of -overall, die is voorzien van beschermende lagen vanaf de lies tot aan de onderkant van de pijpen, bij voorkeur met een beschermende aramide vezellaag 1. De broek mag niet als ‘overbroek’ worden gedragen, maar moet goed op het lichaam aansluiten; dit om te voorkomen dat de beschermende lagen door het verdraaien van de pijpen niet op de juiste plaats blijven zitten en te wijde onderdelen door de ketting worden gepakt. Bij werken langs de weg dient de zaagbroek ook reflecterende (signalisatie)onderdelen te bevatten (zie Abomafoon 9.03 Veiligheidskleding);

• veiligheidsschoeisel, voorzien van stalen neuzen en goed geprofileerde, slipvaste zolen en bij voor- keur voorzien van een beschermende aramide vezellaag;

• handschoenen van soepel leer, bij voorkeur voorzien van snijprotectie in de vorm van een aramide vezellaag. Deze handschoenen geven een bescherming tegen het trillen, kleine verwondingen, regen, vuil en kou.

Voor eventuele aanvullingen zie de gebruikershandleiding van de kettingzaag.

Praktische invulling

Gebruik

• Lees voor het gebruik van de kettingzaag de gebruiksaanwijzing van de fabrikant om duidelijkheid te verkrijgen in het veilig kunnen werken en gebruiken van de kettingzaag. Kijk hierbij ook regelmatig naar nieuwe technische ontwikkelingen, waardoor extra instructie aanvullend en noodzakelijk kan zijn. Let erop dat elk type of merk kan afwijken en zijn eigen specifieke gebruiksaanwijzing heeft.

• Indien er na het doornemen van de gebruikershandleiding nog onduidelijkheden zijn, dan is het raadzaam contact te zoeken met de fabrikant van de kettingzaag. Deze beschikt over de parate kennis over de te gebruiken kettingzaag.

• Voor het starten van de zaag moet worden gecontroleerd of de geleidergroef schoon is, het zaagblad en de ketting geen breuk vertonen en de ketting geen beschadigde schakels heeft (inspectie door de ketting eenmaal met de hand rond te draaien). Controleer of het neuswiel van het zaagblad soepel draait en of de smeeropening van het neuswiel open is. Maak schoon en smeer indien nodig.

• Controleer ook de spanning van de ketting. Dit is belangrijk om breuk van de ketting te voorkomen.

Bij breuk van de ketting kan onnodig ernstig letsel ontstaan. Algemeen geldt dat de ketting zo hard mogelijk gestrekt moet worden, maar niet harder dan dat men ze manueel rond kan draaien.

Controleer de ketting bij elke tankbeurt of aanvulling van smeerolie.

1) Voor zaagkleding geldt de norm NEN-EN-ISO 11913. Deze norm kent een indeling in verschillende klassen:

• klasse 0: kettingsnelheid tot 16 m/s

• klasse 1: kettingsnelheid tot 20 m/s

• klasse 2: kettingsnelheid tot 24 m/s

• klasse 3: kettingsnelheid tot 28 m/s

Bij beenbescherming van de zaagbroek/zaaglegging worden drie types aangeduid:

• type A: bescherming 180 graden + 5 cm linker buitenzijde en rechter binnenzijde

• type B: bescherming als type A, echter 5 cm extra aan linker binnenzijde

• type C: bescherming rondom, zijnde 360 graden.

(3)

• Ook moet worden nagekeken of de handgreep van het startkoord onbeschadigd is en de ketting geschikt is voor de te zagen houtsoort. Zaag alleen hout en geen andere materialen. Los hout borgen tegen wegschuiven, omvallen en bewegen om letsel te voorkomen. Voorkom het klemmen van het hout waardoor het zaagblad kan vastlopen. Zie de gebruiksaanwijzing van de fabrikant omtrent de te hanteren zaagtechniek.

• Start de kettingzaag op de grond, waarbij één hand de geleidebeugel vasthoudt en één voet de hand- greep tegen de grond drukt. De kettingrem moet geactiveerd zijn wanneer de motorzaag wordt gestart. Laat het startkoord (motorkettingzaag op brandstof) bij het starten niet terugschieten, maar geleid het bij het terugkomen. De minimale afstand tussen omstanders en de werkplek bedraagt 3 m.

• Controleer ook de smering van de ketting voor aanvang van het werk. Houd de motorzaag boven een lichtgekleurd vlak (bijvoorbeeld een papiervel) en draai de gashendel helemaal open. Als de ketting- olie op het vlak zichtbaar wordt, is de ketting goed gesmeerd en kan het werk beginnen.

• Start de brandstof aangedreven motorkettingzaag nooit binnenshuis in verband met inademing van schadelijke uitlaatgassen. Werk nooit in afgesloten of slecht geventileerde ruimtes met deze zagen, ook niet met apparaten voorzien van katalysator. Gebruik in een binnenruimte de elektrische ketting- zaag of de kettingzaag met accu.

• Zorg ook bij het werken in greppels, slenken of plaatsen met weinig ruimte steeds voor voldoende luchtventilatie.

• Verwijder eventueel los en dun materiaal, zoals plastic en karton, rond het te zagen materiaal.

• Dit kan gegrepen worden door de ronddraaiende ketting en terugslag van de kettingzaag veroor- zaken.

• Gevaarlijke situaties kunnen voorkomen als objecten ongecontroleerd vallen en de houtspanning ongecontroleerd vrijkomt in de nabijheid van de zager. Bepaal vooraf de zaagtechniek en zaagsnede.

• Gebruik een motorkettingzaag alleen op een voldoende vlakke en stabiele werkplek zoals op vlak maaiveld, hoogwerker of een geborgde en obstakelvrije steiger, dus niet op een ladder of een hellend vlak.

• Bij het lopen met een zaag over korte afstanden moet de kettingrem (als parkeerrem) zijn inge- schakeld. Bij transport over ook korte afstanden moet de zaag voorzien zijn van een beschermhoes.

• Bij inzet van een elektrische zaagmachine is het van belang om de spanningskabel goed achter de persoon te laten geleiden, zodat men tijdens het zagen niet in aanraking komt met de spanningskabel.

Bij verplaatsing stoppen met zagen en kabel verplaatsen. Daarna pas weer starten met zagen.

• Zorg voor goed zicht op het te bewerken hout. Met name het gebruik van goede bouwverlichting is op donkere locaties van essentieel belang. Het zagen van nat hout of droog hout maakt nogal een verschil en hiermee dient rekening mee te worden gehouden.

• Voorkom gevaar voor derden en aanrijdgevaar bij werken in openbare gebieden, zoals langs de weg of in woonwijken. Dit kan door het afschermen van de werkplek, het aanbrengen van markeringen en het veilig inrichten van de eigen werklocatie.

• Maak aanvullende afspraken bij het alleen werken. Onder alleen werken wordt verstaan: het verrichten van werkzaamheden buiten de directe gehoorsafstand en/of het gezichtsveld van collega’s of leidinggevenden (zie Abomafoon 6.33 Maatregelen bij alleen werken).

Fysieke belasting

• Organiseer het werk zo dat regelmatig van houding kan worden gewisseld en het tempo zelf kan worden bepaald. Pauzes inpassen moet mogelijk zijn.

• Verdeel fysiek belastende werkzaamheden over meer personen.

• Beperk de tilhoogte. Til zoveel mogelijk tussen heup- en ellebooghoogte; zet moeilijk te verplaatsen materialen op een verhoging (50-75 cm).

• Beperk de reikafstand tot 40 cm.

• Zaag maximaal tot schouderhoogte met de kettingzaag.

Onderhoud en inspectie

• Als men met de hand bij de ketting moet komen, dient men altijd de motor uit te schakelen en de zaag op de kettingrem te zetten. Aanraken van de ketting met handschoenen voorzien van snij- protectie.

• Periodiek onderhoud: het slijpen van de ketting, het verzorgen van de smering van de onderdelen (bij voorkeur plantaardige kettingolie gebruiken in verband met bodemvervuiling door rondvliegende olie),

(4)

controle van de remwerking en de kettingspanning, alsmede de afstelling van de gasklepregel- schroef.

• Zorg voor voldoende smering van de ketting tijdens het zagen van het hout. Houd het reservoir met smeerolie voldoende gevuld. Dit voorkomt het vastlopen van de ketting, het ‘verbranden’ van het hout en onnodige slijtage. Het bijvullen van brandstof en smeerolie moet op een daarvoor ingerichte werk- plek (bij voorkeur boven een lekbak) plaatsvinden in verband met het risico van lekken van vloei- stoffen tijdens het bijvullen. Zorg verder voor een goede opslag van schadelijke vloeistoffen.

• Een elektrische kettingzaag moet minstens eenmaal per jaar op goede en veilige werking worden geïnspecteerd door een hiervoor bevoegd persoon (NEN 3140).

• Ook een door brandstof aangedreven kettingzaag moet eenmaal per jaar worden geïnspecteerd door een deskundige. Zorg hierbij dat het starten en proefdraaien niet in een besloten ruimte geschiedt.

Verwijzing

• Arbobesluit art. 7.2, 7.3 en hoofdstuk 8.

• Warenwetbesluit machines.

• Arbocatalogus agrarische en groene sectoren.

• NEN-EN-ISO 11681-1 en 2 Bosbouwmachines - Veiligheidseisen en beproevingen van draagbare kettingzagen.

• NEN-EN-ISO 12100 Veiligheid van machines - Basisbegrippen voor ontwerp - Risicobeoordeling en risicoreductie.

• NEN-EN-ISO 11913 Beschermende kleding voor gebruikers van kettingzagen.

• Abomafoons:

o 7.01 Warenwetbesluit machines en CE-markering.

o 9.01 Persoonlijke beschermingsmiddelen.

Datum: Februari 2021

Wijzigingen ten opzichte van vorige uitgave

• Tekst aangevuld en geactualiseerd.

• Toolbox toegevoegd.

Uitgave: Aboma bv

Heeft u naar aanleiding van deze informatie vragen, opmerkingen of verbetersuggesties, geef het aan ons door via Abomafoon@aboma.nl

Wij helpen u graag!

Maxwellstraat 49 a Postbus 141 6710 BC Ede tel. 0318 69 19 20 www.aboma.nl

(5)

Controlelijst Motorkettingzaag

Project / locatie: Ingevuld door: Datum:

Aandachtspunten

Opmerkingen / maatregelen Actiegereedd.d.

v=akkoord; x=tekortkoming; -=nietvantoepassing

01 Documenten

Gebruiksaanwijzing van fabrikant aanwezig en doorgenomen (bij onduidelijkheden fabrikant raad- plegen)

02 Werkplek

vlakke en stabiele ondergrond; werkplek afgezet;

EHBO-middelen en (ABC-)brandblusser aanwezig;

maatregelen tegen morsen en lekken van schade- lijke stoffen genomen; maatregelen met betrekking tot alleen werken genomen; in openbaar gebied verkeersmaatregelen genomen; in binnenruimten alleen elektrische kettingzaag of kettingzaag met accu i.v.m. inademen schadelijke gassen

03 Bediening

functioneren bedieningsorganen; vasthoud- bediening; bedieningsorganen niet blokkeerbaar;

spanningskabel weggeleiden

04 Staat van onderhoud

constructie; smering; ketting voldoende op spanning en niet los (controleren tijdens bijvullen vloeistoffen); jaarlijkse inspectie uitgevoerd

05 Fysieke belasting

te zagen materiaal/object op maximaal schouder- hoogte; reikafstand maximaal 40 cm; voldoende pauzes; taakroulatie

06 Persoonlijke beschermingsmiddelen

goedgekeurde veiligheidshelm; gelaatsscherm en/

of veiligheidsbril; gehoorbescherming (oorkappen of otoplastieken); handschoenen met zaagbescher- ming; broek met zaagbescherming; schoenen met zaagbescherming, antislipzool en stalen neus Toelichting / nadere bijzonderheden:

(6)

Toolbox Motorkettingzaag

Overige aandachtspunten

• Gebruiksaanwijzing van fabrikant aanwezig en doorgenomen.

• Gebruiker minstens 18 jaar en voldoende geïnstrueerd (bij voorkeur met basiscursus kettingzaag).

• Werkplek afzetten voor voorbijgangers en verkeer.

• Zorg voor een vlakke, obstakelvrije en stabiele werkplek.

• Werkplek voldoende verlicht en voldoende geventileerd.

• Bij het werken op hoogte een hoogwerker of werkbordes gebruiken; geen ladder of trap.

• Vooraf de zaagtechniek en zaagsnede bepalen.

• Motorkettingzaag voor start gebruik gecontroleerd en jaarlijks geïnspecteerd.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om te weten wat de hulpverleners nodig hebben gaan wij door middel van onderzoek antwoord geven op de vraag: Wat heeft een hulpverlener bij het Leger des Heils op een jeugdgroep

Voor alle medewerkers met een canonieke benoeming, zowel pastores of als teamleden van een pastorale eenheid, zijn functionerings- en welzijnsgesprekken voorzien.. Die vinden

Hoe mensen, gesandwicht tussen zorg voor ouders en zorg voor kinderen en kleinkinderen, hun geloof beleven en hun gezin gelovig gestalte trachten te geven, vaak tegen de stroom

Voor- al bij het voorstel tot renteverlen- ging gaan mensen al heel gauw akkoord met wat je aangeboden wordt en is het verstandig om een duidelijk overzicht te heb- ben

Op beide 26 rocailles opsteken, door een wasparel, een metallic kraal, een wasparel en een knijpkraal steken; de draden weer delen en 24 rocailles oprijgen..

1 Geslepen glaskraal kristal, 1 kraal in oranje, 2 geslepen glaskralen kristal, 1 kraal in oranje, 2 geslepen glaskralen kristal oprijgen en de draad door de 1ste kraal in oranje

sieradenslang zwart Ø 8 mm, hanger rond zilver, tussen- ring zilver, sierkralen-mix - antiek - metaal groot, ro- cailles grijs-zwart, rocailles blauw.

Steeds meer mensen laten met een ketting zien: reanimeer mij alsjeblieft niet.. 12 oktober