• No results found

Praktijkgericht onderzoek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Praktijkgericht onderzoek"

Copied!
25
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

HANZEHOGESCHOOL June 8, 2018 Opgesteld door: Elisa Water

Praktijkgericht onderzoek

Bewegingspatroon bij wenden en keren bij talentvolle teamsporters

(2)

1

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

Praktijkgericht onderzoek

Naam student: Elisa Water

E-mail: e.g.m.water@st.hanze.nl

Studentnummer: 294798

Datum: 08-06-2018

Opleiding: Sportkunde

Instituut voor sportstudies Zernikeplein 17

9747AS Groningen

Opdrachtgever: Topsport Talent School

Adres: Melisseweg 2, 9731BX Groningen

Werkveldbegeleider: Rob Nieboer

E-mail: r.nieboer@o2g2.nl

Eerste afstudeerbegeleider: Anne Benjaminse

E-mail: a.benjaminse@pl.hanze.nl

Tweede afstudeerbegeleider: Steven Doeven

E-mail: s.h.doeven@pl.hanze.nl

(3)

2

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

S a menvatting

De meeste blessures in Nederland komen voor in de leeftijd 15 tot 19 jaar, deze leeftijdsgroep is

verantwoordelijk voor ongeveer 800 000 blessures. Voor de Topsport Talent School is dit een interessant feit. De Topsport Talent School is een middelbare school in Groningen. Op deze school zitten

(veelbelovende) topsporters die hun sport graag serieus willen uitoefenen en hier op deze school de kans voor krijgen. Op deze school kunnen leerlingen ’s morgens en aan het einde van de middag te trainen.

Hierdoor worden de leerlingen in staat gesteld maximaal te presteren in hun school- en sportloopbaan.

Voor sporters op hoog niveau zijn blessures zeer vervelend omdat ze dan niet kunnen trainen en het risico lopen de aansluiting te missen bij de absolute top van Nederland, daarnaast heeft het ook effect op de schoolprestaties.

Eén van de meest voorkomende knieblessure is de voorste kruisband blessure. De sporten waarbij deze blessure het meest voorkomt zijn de sporten waarbij gedraaid wordt, zoals: voetbal, basketbal, handbal, hockey en volleybal. De blessure komt het vaakst voor in de leeftijd tussen 15 en 25 jaar, waarbij vrouwen het meeste kans hebben op de blessure. Er is een verband te zien tussen de flexie van de knie en de voorste kruisband blessure. Onderzoek heeft uitgewezen dat wanneer er met een vrijwel gestrekt been geland wordt er een grotere kans is op de blessure dan wanneer er flexie in de knie plaatsvindt. Daarnaast is er ook meer kans is op een voorste kruisband blessure wanneer een persoon een kleine range of motion heeft tijdens het landen. Hoe kleiner de range of motion, hoe groter de krachten zijn die op de knie neerkomen en hierdoor meer kans heeft op een blessure. Om meer te begrijpen wat er gebeurt tijdens het wenden en keren, wordt er gebruik gemaakt van de sidestep cutting test.

Uit dit onderzoek zal blijken of er verschil is tussen het bewegingspatroon van jongens en meisjes bij de sidestep cutting test.

In totaal hebben er 94 jongens en 40 meisjes, met een gemiddelde leeftijd van 14 jaar, de sidestep cutting test juist uitgevoerd. De test is door elke testpersoon drie keer juist uitgevoerd. Vervolgens zijn de bewegingen geanalyseerd door middel van de kniehoek tijdens het eerste contact, tijdens de maximale kniehoek en het bewegingsbereik.

Door middel van de t-test is het resultaat dat bij het eerste contact en het bewegingsbereik geen significant verschil is tussen de jongens en meisjes. Daarentegen laat deze test wel een significant verschil zien bij de maximale kniehoek. Dit kan ervoor zorgen dat de meisjes meer kans hebben op de voorste kruisbandblessure ten opzichte van de jongens, dit is ook uit eerdere onderzoeken naar voren gekomen.

Het is belangrijk om de blessuregevoeligheid van de leerlingen te monitoren om ervoor te zorgen de leerlingen zich kunnen blijven focussen op hun school- en sportloopbaan. Daarnaast zijn er verschillende aanbevelingen voor een verdere vervolgonderzoek.

(4)

3

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

V o orwoord

Voor u ligt het praktijkgericht onderzoek over de het bewegingspatroon bij wenden en keren bij talentvolle teamsporters. Dit onderzoek is geschreven als afstudeeronderzoek ter afsluiting van de opleiding

Sportkunde aan de Hanzehogeschool Groningen.

Tijdens dit onderzoek heb ik mij beziggehouden met het organiseren van de testweek, het analyseren van de testen en uiteindelijk het maken van de rapporten met alle uitslagen van de testen voor de leerlingen. Door deze rapporten hebben de leerlingen inzicht in hoe het staat met hun blessuregevoeligheid ten opzichte van de onderste ledematen.

De eerste periode van organiseren en analyseren heb ik als erg leuk ervaren, het schrijven van dit onderzoek vond ik wat lastiger en koste mij wat meer tijd dan van te voren bedacht.

Desondanks wil ik graag een aantal personen bedanken voor hun steun en feedback tijdens de gehele afstudeerperiode. Allereerst wil ik Anne Benjaminse bedanken voor de goede begeleiding en de snelle hulp als het nodig was.

Daarnaast wil ik ook mijn medestudenten bedanken, in het speciaal Pedro, Britt en Dana voor het

meehelpen van het analyseren van de vele filmpjes. Daarnaast wil ik ook mijn medestudenten van de COP bedanken voor hun inzet tijdens de testweek maar ook voor hun input tijdens de KWP bijeenkomsten, hier heb ik zeker wat van opgestoken.

Ik wens u veel leesplezier toe.

Elisa Water

Hoogezand, 8 juni 2018

(5)

4

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

I nh oudsopgave

SAMENVATTING ... 2

VOORWOORD ... 3

AANLEIDING ... 5

THEORETISCH KADER ... 6

ALGEMEEN ... 6

WENDEN EN KEREN ... 6

ONDERZOEK ... 7

DOEL VAN HET ONDERZOEK ... 8

METHODE ... 9

ALGEMEEN ... 9

ONDERZOEKSONTWERP EN DOELGROEP ... 9

MATERIAAL EN METHODEN ... 10

DATAVERWERKING EN DATA-ANALYSE ... 11

RESULTATEN ... 12

DISCUSSIE ... 13

VERGELIJKING RESULTATEN ... 13

PRAKTISCHE IMPLICATIES ... 13

KRITISCHE KANTTEKENINGEN ... 14

AANBEVELINGEN ... 14

CONCLUSIE ... 16

BIBLIOGRAFIE ... 17

BIJLAGE 1:PROTOCOL EN INSTRUCTIE SIDESTEP CUTTING ... 19

BIJLAGE 2:SCORELIJST ... 22

BIJLAGE 3:KINOVEA SCORING TUTORIAL ... 23

(6)

5

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

A a nleid ing

De meeste blessures in Nederland komen voor in de leeftijd 15 tot 19 jaar, deze leeftijdsgroep is

verantwoordelijk voor ongeveer 800 000 blessures. Voor de Topsport Talent School is dit een interessant feit. De Topsport Talent School is een middelbare school in Groningen. De school valt onder het H. N.

Werkmancollege, maar om de sporters meer ruimte te bieden is de afdeling een zelfstandige opleiding geworden. Op deze school zitten (veelbelovende) topsporters die hun sport graag serieus willen uitoefenen en hier op deze school de kans voor krijgen. Op deze school kunnen leerlingen ’s morgens en aan het einde van de middag te trainen. Hierdoor worden de leerlingen in staat gesteld maximaal te presteren in hun school- en sportloopbaan (Wie zijn wij, 2017).

Voor sporters op hoog niveau zijn blessures zeer vervelend omdat ze dan niet kunnen trainen en het risico lopen de aansluiting te missen bij de absolute top van Nederland, daarnaast heeft het ook effect op de schoolprestaties.

De leerlingen van deze school trainen allen bij een eigen team, echter niet elk team heeft de materialen en kennis om actief bezig te gaan met blessurepreventie, of om te kijken hoe blessuregevoelig de sporters zijn.

De vraag van de school is dan ook om alle leerlingen tweemaal per jaar te testen en te analyseren om te kijken hoe het staat met de blessuregevoeligheid. De testen die afgenomen worden zijn onder andere:

sidestep cutting; single leg hop for distance; single leg drop vertical jump; double leg drop vertical jump en de tuck jump.

(7)

6

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

T h e oretisch k a der

A l gemeen

Een sportblessure is een letsel dat ontstaat door een plotselinge gebeurtenis tijdens sportbeoefening of dat geleidelijk ontstaat ten gevolge van het sporten. Letsels die tijdens schoolsport en bij sportbeoefening onder werktijd ontstaan behoren ook tot de sportblessures. Letsel opgelopen tijdens het bekijken van

sportwedstrijden worden niet tot de sportblessures gerekend. (Volksgezondheidenzorg.info, sd).

Naar schatting zijn er 121.000 sporters in 2016 die behandeld zijn op de Spoedeisende Hulp-afdeling in Nederland aan een sportblessure, in 2016 leidde dit voor kosten van €150 miljoen aan medische kosten, en

€190 miljoen aan kosten door arbeidsverzuim. Dit maakt een totaal plaatje van ongeveer €340 miljoen aan sportblessures die in het ziekenhuis zijn behandeld. (Valkenberg & Stam, 2017)

In Nederland zijn er ongeveer 4,5 miljoen sportblessures in totaal, waarbij het merendeel van de blessures voorkomen bij teamsporten. Als deze blessures worden opgedeeld in verschillende leeftijdsgroepen valt het op dat de meeste blessures voorkomen in de leeftijd van 15 – 19 jaar, deze groep heeft ruim 800.000 blessures. In deze groep zijn ongeveer 430.000 mannen en 380.000 vrouwen die kampen met een blessure.

Tevens valt het op dat 36% van alle blessures bij de enkel en knie zitten, waarbij de knie 21% van de blessures bevat (VeiligheidNL, 2015). Bij een studie naar blessures bij teamsporten en individuele sporten komt duidelijk naar voren dat teamsporters meer kans hebben op blessures dan individuele sporters. Als er alleen naar de onderste ledematen gekeken wordt heeft ruim 61% van de individuele sporters hier blessures tegenover bijna 78% van de teamsporters (Theisen, et al., 2013).

W e nden e n k er en

Eén van de meest voorkomende knieblessure is de voorste kruisband blessure. Alleen al in Amerika komt deze blessure jaarlijks grofweg 80 000 keer voor (Griffin, Agel, & Albohm, 2000). In Amerika vindt er ongeveer 50 000 keer per jaar een reconstructie, dit is een operatie aan de voorste kruisband, plaats. Een reconstructie kost ongeveer 17.000 – 25.000, dit maakt een kostenplaatje van 850.000.000 dollar per jaar (Frank & Jackson, 1997) (de Loës, Dahlstedt, & Thomée, 2000). Dit komt bovenop het potentiële verlies aan sportparticipatie, verlaagde academische prestaties en een groter risico op osteoartritis. (Ruiz, Kelly, &

Nutton, 2002)

De sporten waarbij deze blessure het meest voorkomt zijn de sporten waarbij gedraaid wordt, zoals:

voetbal, basketbal, handbal, hockey en volleybal (Frank & Jackson, 1997) (Nessler, Denney, & Sampley, 2017). De blessure komt het vaakst voor in de leeftijd tussen 15 en 25 jaar (Griffin, Agel, & Albohm, 2000), waarbij vrouwen het meeste kans hebben op de blessure. De blessure wordt voor 70-80% van de tijd veroorzaakt door contactloze mechanismen (Allen, 2016). Met contactloze mechanismen wordt bedoeld dat de blessure ontstaat zonder aanraking van een ander persoon. Vrouwen hebben 3,5 keer meer kans op een voorste kruisband blessure die contactloos ontstaat dan mannen. (Voskanian, 2013).

Onderzoek heeft aangetoond dat deze verschillen tussen mannen en vrouwen kunnen voortvloeien uit het verschil waarop mannen en vrouwen neurologisch in elkaar zitten (Voskanian, 2013). De blessure die contactloos ontstaat komt meestal door het snel vertragen, verkeerd landen of het wenden en keren bij de

(8)

7

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

sporters, bijvoorbeeld door snel een tegenstander te passeren of ontwijken (Boden, Dean, Feagin Jr, &

Garrett Jr, 2000). De valgus van de knie beweging in combinatie met een tibia die naar binnen draait blijken de belangrijkste componenten van deze blessure (Iwasa, Myklebust, Engebretsen, & Krosshaug, 2010). Daarnaast is er uit onderzoek gebleken dat de kniepositie bij personen met een voorste kruisband blessure anders is vergeleken met een niet geblesseerde sporter, bij de geblesseerde sporters was de abductie van de knie 8 graden groter bij het landen dan de niet geblesseerde sporters (Hewett, Myer, Ford, Heidt, & Colosimo, 2005). Daarnaast is er ook een verband te zien tussen de flexie van de knie en de voorste kruisband blessure. Onderzoek heeft uitgewezen dat wanneer er met een vrijwel gestrekt been geland wordt er een grotere kans is op de blessure dan wanneer er flexie in de knie plaatsvindt (Boden, Torg, & Hewett, 2009) (Podraza & White, 2010). Daarnaast is er ook meer kans is op een voorste kruisband blessure wanneer een persoon een kleine range of motion heeft, dit is het verschil tussen het aantal graden in de knie bij het eerste contact en het aantal graden bij de maximale flexie van de knie, tijdens het landen. Hoe kleiner de range of motion, hoe groter de krachten zijn die op de knie neerkomen en hierdoor meer kans heeft op een blessure (Hewett, Myer, Ford, Heidt, & Colosimo, 2005).

Om meer te begrijpen wat er gebeurt tijdens het wenden en keren, kan er gebruik gemaakt worden van de sidestep cutting test. Dit is een test waarbij een situatie wordt nagemaakt waarbij de sporter moet wenden.

De sporter sprint ongeveer 9 meter vooruit en zet zijn voorkeursbeen in het vierkant neer (zie figuur 1), vervolgens maakt hij een hoek van 45 graden voordat de sporter zijn andere voet neerzet en rent nog ongeveer 4 meter door (Andrews, McLeod, Ward, & Howard, 1977).

O nder zoek

Er zijn al vele onderzoeken geweest over de sidestep cutting in combinatie met de voorste kruisband blessure. Het verschil tussen de geslachten bij de sidestep cutting is meerdere keren onderzocht waarbij naar voren kwam dat de vrouwen boven de 16 jaar een kleinere heup en knie flexie en een grotere knie valgus hebben (McLean, Lipfert, & van den Bogert, 2004). Ook is er al onderzoek gedaan naar het verschil tussen verschillende graden draaien, de knie valgus is groter als er een hoek van 110 graden gemaakt moet worden ten opzichte van een hoek van 45 graden. (Sigward, Cesar, & Havens, 2016) (Schreurs,

Benjaminse, & Lemmink, 2017).

Voor preventie van de voorste kruisband blessure zou het ideaal zijn dat er een programma is met oefeningen die de nadruk legt op plyometrische oefeningen, neuromusculaire training en op spierversterking, maar daarnaast ook voorlichting en feedback geeft over de lichaamshouding en

Figuur 1. Sidestep cutting beweging

(9)

8

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

landingsmethode. Dit programma kan in een warming-up worden gedaan en hoeft maar 20 minuten te duren. (Voskanian, 2013)

De techniek die gebruikt wordt bij het wenden en keren en ook bij de sidestep cutting is nog niet onderzocht op hoe deze zich ontwikkelt bij het ouder worden. Daarnaast is er ook nog geen verder onderzoek gedaan bij de sidestep cutting over de bewegingstechniek tussen de jongens en meisjes in de leeftijd tussen 12 en 17 jaar. Door middel van een longitudinaal onderzoek op de Topsport Talent School wordt de ontwikkeling van de techniek binnen de leeftijd van de middelbare school onderzocht. Dit onderzoek maakt deel uit van het grotere longitudinaal onderzoek naar bewegingstechniek bij meisjes en jongens.

D o el v a n h et o nderzoek

Het doel van dit onderzoek is dus om te kijken of er verschillen zijn tussen de bewegingspatronen van meisjes en jongens bij de sidestep cutting.

Dit onderzoek bevat de volgende aspecten:

- De resultaten van de sidestep cutting

- Eventuele verschillen tussen de jongens en meisjes - Aanbevelingen voor verder onderzoek

Onderzoeksvraag:

Wat zijn de verschillen tussen jongens en meisjes in het bewegingspatroon bij sidestep cutting?

(10)

9

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

M e thode

A l gemeen

Sinds het schooljaar 2016-2017 worden de leerlingen op de Topsport Talent School gemonitord. Er zijn twee metingen per jaar, de eerste meting op de school was september 2016. De testweek in september 2017 was de derde meting. Door de metingen twee keer per jaar te doen wordt er een grote database gevormd waar veel informatie uitgehaald kan worden. Om het onderzoek goed te laten verlopen is het van belang dat er een goede methode is.

O nder zoeksontwerp e n d oelgroep

Dit onderzoek betreft een cross-sectioneel ontwerp aangezien er een steekproef uit de complete populatie is genomen. Op de Topsport Talent School zitten 13 klassen waarbij er per klas 2 uur werd ingeroosterd om de testen af te ronden. Deze 13 klassen, van de eerste klas t/m de zesde klas, bevatten 330 scholieren.

Al deze scholieren hebben van te voren een consent formulier ingeleverd. Van deze 330 scholieren vallen 137 scholieren af die niet aanwezig/geblesseerd waren bij de testdagen. Dit onderzoek focust zich alleen op de teamsporters waardoor er nog 134 scholieren overblijven die allen de sidestep cutting goed hebben uitgevoerd en dus in de doelgroep vallen.

De leeftijd van de doelgroep varieert tussen de 10 jaar en 18 jaar.

In tabel 1 zijn de

antropometrische gegevens van de jongens en meisjes te lezen.

Hierbij missen de gegevens van negen testpersonen, deze personen hebben wel de sidestep cutting juist uitgevoerd maar geen antropometrische gegevens doorgegeven.

Antropometrie

Geslacht N Gemiddelde Standaard deviatie

Competitiejaren Jongen 87 7,40 1,60

Meisje 38 7,63 4,78

Gewicht Jongen 87 54,67 13,68

Meisje 38 57,18 9,77

Lengte Jongen 87 171,56 12,57

Meisje 38 168,96 7,19

Leeftijd Jongen 87 14,47 1,55

Meisje 38 14,55 1,31

Tabel 1: Antropometrie van de doelgroep

(11)

10

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

De doelgroep verspreidt zichzelf over zeven verschillende sporten, te zien in figuur 2. Hier valt gelijk op dat veruit de meeste scholieren de sport basketbal of voetbal beoefenen.

Daarnaast valt op dat de jongens in elke sport de overhand hebben op handbal na, handbal wordt meer door de meisjes beoefend.

M a teri aal e n m ethoden

Om de betrouwbaarheid en validiteit tijdens de testweek te garanderen is er een protocol en instructie gemaakt, zie bijlage 1. Deze is uitgeprint en bij de test neergelegd. Tevens is ervoor gezorgd dat de test alle dagen door dezelfde twee personen is afgenomen. Dit zorgt ervoor dat iedereen dezelfde uitleg krijgt en de test op dezelfde manier wordt uitgevoerd.

Om ervoor te zorgen dat iedereen hetzelfde komt aanlopen tijdens de test is er belijning aangebracht op de grond zoals hiernaast in afbeelding 1 te zien is. De leerlingen beginnen in het midden achter de gele lijn, vervolgens sprinten ze 5 meter naar het vierkantje naast de pilon, hierbij moeten ze binnen de belijning blijven. Hierbij is het de bedoeling dat het voorkeursbeen in het vierkant komt te staan, als het rechterbeen het voorkeursbeen is stappen ze in het vierkantje rechts van de pilon, bij links stappen ze in het linkervierkant naast de pilon. De pilon staan in het midden om ervoor te zorgen dat ze niet alvast hun voet draaien maar deze recht in het vierkantje hebben staan. Vervolgens maken ze

een sidestep door een hoek te maken van 45 graden met hun niet voorkeursbeen.

Figuur 2. Aantal personen per sport verdeeld in jongens en meisjes.

Afbeelding 1. Belijning sidestep cutting

(12)

11

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

Om de test na afloop goed te kunnen analyseren is er gebruik gemaakt van twee camera’s van het merk ZOOM Q4, één sagitaal ter hoogte van het vierkantje en de ander stond in de frontale positie ter hoogte van de pilon (afbeelding 1 is met frontale camera gemaakt). Deze camera’s waren ingesteld op 30 frames per seconde en een scherpte van 720 pixels. Om ervoor te zorgen dat er juist geanalyseerd wordt is er tape geplakt op de knie (laterale femorale epicondyle), de buitenste enkelknobbel (laterale malleolus) en op de heup (grote trochanter), daarnaast moesten de leerlingen zonder of met een strak shirt en met een strakke korte broek de test uitvoeren zodat de bewegingen goed op de camera te zien waren.

Voordat de leerlingen de test voor de camera deden hebben ze drie keer kunnen oefenen. Vervolgens werd er door de testleiders goed opgelet of ze met de juiste voet in het vierkant stonden. Als dit niet het geval was, werd de test opnieuw uitgevoerd totdat er drie goede pogingen op de camera stonden.

D a taverwerking e n d a ta-ana lyse

Om te kunnen beginnen met de dataverwerking is er eerst een scorelijst en een stappenplan voor Kinovea 0.8.15 gemaakt, zie bijlage 2 en 3. De inter-beoordelaarsbetrouwbaarheid is gecontroleerd bij 5 random geselecteerde testpersonen, hierbij was er een ICC van 90,2%. De kniehoeken werden gemeten zoals in afbeelding 2 te zien is. Alle scores werden vervolgens in de scorelijst, bijlage 2, gezet. De scores zijn per klas geordend zodat het later snel in de database en rapporten gezet kan worden. Vervolgens werden alle scores in de database gezet, in de database staan alle antropometrische gegevens en de scores van alle afgenomen testen.

Om de juiste resultaten te krijgen is er in SPSS de independent-samples t-test uitgevoerd om te kijken of er significant verschil is tussen de jongens en meisjes bij de hoek tijdens het IC (eerste contact), MAX (maximale kniehoek) en ROM

(bewegingsbereik) van de knie. Hierbij zijn jongens en meisjes als groep variabele ingevuld en IC (eerste contact), MAX (maximale kniehoek) en ROM (bewegingsbereik) als test variabele.

Afbeelding 2. Kniehoek meting tijdens eerste contact met de vloer en tijdens de maximale kniehoek in Kinovea

(13)

12

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

R e sultaten

In totaal hebben er 94 jongens en 40 meisjes, met een gemiddelde leeftijd van 14 jaar, de sidestep cutting test juist uitgevoerd. In tabel 2 zijn de resultaten hiervan te zien. De jongens hadden bij het eerste contact (IC) met de grond een kniehoek van 146,7 graden met een standaard deviatie van 6,7 graden, dit houdt in dat de norm ligt tussen 140 graden en 153,4. Bij de meisjes ligt het gemiddelde tijdens het eerste contact met de vloer op een kniehoek van 147,5 graden met een deviatie van 7,1 graden. Hoe lager het aantal graden is, hoe dieper de testpersonen door hun knieën gaan. Bij het eerste contact gaan jongens dus iets dieper door hun knieën dan de meisjes. Bij de maximale kniehoek (MAX) is er tussen het gemiddelde van de jongens en meisjes een groter verschil, van ± 4 graden, te zien. Bij de maximale kniehoek zitten de jongens dus veel dieper door hun knieën dan de meisjes. Bij het bewegingsbereik (ROM) is ook een verschil van ± 3 graden te zien tussen de jongens en meisjes. Hier is te zien dat de meisjes een kleine

bewegingsbereik hebben dan de jongens. Dit is ook terug te zien in de kniehoek tijdens het eerste contact en tijdens de maximale kniehoek.

Naast het gemiddelde en de standaard deviatie is ook het resultaat van de independent samples t-test te lezen in tabel 2. Deze test laat zien of er een significant verschil is tussen de resultaten van de kniehoeken van de jongens en meisjes. Als de uitslag van deze test onder de 0,005 is, is er een significant verschil. Bij het eerste contact en bewegingsbereik laat de t-test een getal zien van boven de 0,005 waardoor er geen significant verschil is. Bij de maximale kniehoek daarentegen is het getal onder de 0,005 waardoor daar wel een significant verschil is.

Resultaten

Geslacht N Gemiddelde kniehoek Standaard Deviatie T-test

IC Jongen 94 146,71 6,74

0,521

Meisje 40 147,54 7,06

MAX Jongen 94 118,91 6,80

0,004

Meisje 40 122,67 6,47

ROM Jongen 94 27,82 9,77

0,097

Meisje 40 24,87 8,28

Tabel 2. Resultaten van de test

(14)

13

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

D i scussie

V e r gel ijking r esultaten

Voor dit onderzoek over de sidestep cutting zijn er 134 personen getest op de Topsport Talent School.

Deze testpersonen zijn allen teamsporters en de leeftijd verschilt tussen 10 en 18 jaar. Als er gekeken wordt naar de resultaten is er te zien dat de meisjes een meer gestrekte been hebben tijdens het landen en minder flexie in de knie laat zien bij de maximale kniebuiging en het bewegingsbereik dan de jongens, maar alleen bij de maximale kniebuiging is er daadwerkelijk een significant verschil. Volgens het onderzoek van Boden et al. is er een verband te zien tussen de flexie van de knie en de voorste kruisband blessure (Boden, Torg,

& Hewett, 2009). Uit dit onderzoek is gekomen dat wanneer er met een vrijwel gestrekt been geland wordt er een grotere kans is op de blessure dan wanneer er flexie in de knie plaatsvindt. Bij dit onderzoek is geen significant verschil gevonden tussen de jongens en meisjes bij het eerste contact, op dit aspect zouden meisjes dus niet gevoeliger moeten zijn voor de blessure. Daarnaast geeft het onderzoek van McLean et al aan dat de vrouwen een kleinere heup en knieflexie en een grotere knie valgus hebben ten opzichte van de mannen, dit zorgt ervoor dat de vrouwen gevoeliger zijn voor de blessure (McLean, Lipfert, & van den Bogert, 2004). Dit onderzoek geeft aan dat de meisjes minder diep zitten dan de jongens bij de maximale knieflexie en komt dus overeen met de uitkomst van de kleine knieflexie in het onderzoek van McLean et al.

P r a ktisch e i mplica ti es

Door dit onderzoek komt naar voren hoe het staat met de blessuregevoeligheid tijdens de sidestep van de leerlingen op de Topsport Talent School. De leerlingen krijgen na dit onderzoek een rapport naar huis met de uitslagen van de testen die ze hebben uitgevoerd tijdens de testweek. Naar aanleiding van de rapporten kunnen de trainers/coaches van de leerlingen zien hoe blessuregevoelig ze zijn voor de voorste kruisband blessure. Hier kunnen zij dan op in spelen door middel van een programma met oefeningen die de nadruk legt op plyometrische oefeningen, neuromusculaire training en oefeningen voor spierversterking, daarnaast is het belangrijk om feedback te geven over de lichaamshouding en landingsmethode (Voskanian, 2013).

Door deze preventieve maatregelen te nemen wordt ervoor gezorgd dat er minder kans is op de blessure waardoor de leerlingen zich kunnen focussen op hun topsport carrière. Daarnaast brengt deze blessure een lange revalidatie waarbij er pas vanaf 6 maanden weer sporten beoefent mogen worden waarbij wenden en keren gemoeid is (Kvist, 2004). Hierdoor kan de leerling zich minder kan focussen op hun school- en sportloopbaan. Voor de samenleving is blessurepreventie gunstig doordat de reconstructies van de voorste kruisband veel kosten met zich mee brengt en dit door middel van preventieve maatregelen voorkomen kan worden.

(15)

14

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

K r i tische k a nttekeni ngen

Sinds dit de eerste keer is dat de sidestep cutting in de testweek werd uitgevoerd zijn er een aantal kritische kanttekeningen te vinden in dit onderzoek.

Ten eerste is er tape op de testpersonen geplakt om de juiste plekken aan te geven waar de gewrichten zitten, dit is uiteindelijk door 8 verschillende mensen gedaan waardoor de betrouwbaarheid van het tapen minder is. Tevens was het tape te groot om een klein gewricht aan te kunnen geven waardoor alsnog niet duidelijk was welke plek er precies bedoeld werd.

Daarnaast werden de testen gefilmd door een camera die verkregen was via de Hanzehogeschool. Deze camera’s hadden alleen een resolutie van 760p waardoor de beelden tijdens het analyseren wazig waren.

Ook waren de frames per seconde ingesteld op 30, hierdoor miste soms het frame waarop de schoen voor het eerst de grond raakte. Dit is opgelost door het dichtstbijzijnde frame te pakken.

Ten derde had niet iedere testpersoon de gewenste kleding aan. Sommige testpersonen hadden nog een wijde broek en/of shirt aan waardoor de bewegingen gemaskeerd werden door de kleding en dit het analyseren bemoeilijkte.

Daarnaast zijn de testen op verschillende dagen afgenomen dit, samen met ruimtegebrek, zorgde ervoor dat de test niet elke dag in dezelfde gymzaal afgenomen kon worden en de belijning elke dag opnieuw gemaakt moest worden.

Als laatste zijn er twee camera’s gebruikt tijdens de test, hierbij stond één sagittaal en één frontaal op de testpersoon. Helaas staan de testpersonen altijd al een beetje met hun voet in het vierkant in de richting van de plek waar ze heen willen lopen. Dit zorgt ervoor dat de frontale camera niet het frontale beeld opneemt.

Hierdoor kan er niet gekeken worden of de testpersonen een valgus of varus krijgen in de knie. Dit is een belangrijk aspect als er gekeken wordt naar de voorste kruisbandblessure.

A a n b evel ingen

- Bij een vervolgonderzoek zou de tape, die aangeeft waar het gewricht zit, door één persoon opgeplakt moeten worden bij de testpersonen, daarnaast is het handig als het tape niet groter is dan 1cm bij 1cm om accuraat te kunnen analyseren.

- Ten tweede moeten de camera’s van betere kwaliteit zijn, doordat er tijdens het analyseren ingezoomd wordt is het van belang dat de resolutie goed is, hierbij is 1440p voldoende om goed te kunnen analyseren. Tevens zijn de frames per seconde belangrijk omdat er echt het eerste contact en maximale kniebuiging wil hebben op de camera en niet een milliseconde erna of ervoor.

Hiervoor zou 90 frames per seconde goed moeten zijn.

- Ten derde zullen de testleiders goed moeten opletten of de testpersonen de juiste kledij aanhebben.

Hierbij moet goed gelet worden dat de jongens geen shirt aanhebben en een strakke korte broek.

Bij de meisjes geldt een strak shirt en ook een strakke korte broek.

(16)

15

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

- Daarnaast zou het ideaal zijn om de gehele week in dezelfde ruimte de test af te nemen en hierbij de belijning kan laten zitten zodat er zeker is dat elke dag de test hetzelfde wordt afgenomen.

- Als laatste is het belangrijk dat er een extra camera komt in de richting waar de testpersonen heen lopen. Door 3 camera’s te gebruiken wordt er een beter zicht gecreëerd waar gekeken kan worden naar de valgus en varus.

(17)

16

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

C o nclusie

Voor dit onderzoek zijn er 138 personen getest op de sidestep cutting. In dit onderzoek is uitgekomen dat er alleen een significant verschil is tussen de jongens en meisjes bij de maximale kniehoek. Hierbij zaten de jongens dieper dan de meisjes en vangen de jongens de klap die ze krijgen bij het neerzetten van de voet beter op met hun knie dan de meisjes.

Op basis van deze bevindingen kan worden geconcludeerd dat de meisjes hierdoor dus inderdaad meer kans maken op de voorste kruisband blessure. Daarnaast is het belangrijk voor deze blessure hoe de knie in frontaal zicht beweegt, dit is alleen niet geanalyseerd en zal er dus een vervolgonderzoek moeten komen waarbij ook het frontale beeld meegenomen wordt in de analyse.

(18)

17

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

B i b liografie

Allen, A. M. (2016, January 24). MRI for Anterior Cruciate Ligament Injury. Opgehaald van Medscape:

https://emedicine.medscape.com/article/400547-overview#a1

Andrews, J., McLeod, W., Ward, T., & Howard, K. (1977). The cutting mechanism. The American Journal of Sports Medicine.

Boden, B. P., Torg, J. S., & Hewett, T. E. (2009). Video Analysis of Anterior Cruciate Ligament Injury. The American Journal of Sports Medicin, 252-259.

Boden, B., Dean, C., Feagin Jr, J., & Garrett Jr, W. (2000). Mechanisms of anterior cruciate ligament injury.

Orthopedics, 573-578.

de Loës, M., Dahlstedt, L., & Thomée, R. (2000). A 7-year study on risks and costs of knee injuries in male and female youth participants in 12 sports. Scandinavian Journal of Medicine & Science in Sports.

Frank, C., & Jackson, D. (1997). The science of reconstruction of the anterior cruciate ligament. The Journal of Bone &

Joint Surgery, 1556-1576.

Gratton, C., Jones, I., & Robinson, T. (2011). Onderzoeksmethoden voor Sportstudies. Abingdon: Routledge.

Griffin, L. Y., Agel, J., & Albohm, M. J. (2000). Noncontact Anterior Cruciate Ligament Injuries: Risk Factors and Prevention Strategies. Journal of the American Academy of Orthopaedic Surgeons, 141-150.

Hewett, E. T., Myer, G. D., Ford, K. R., Heidt, R. S., & Colosimo, A. J. (2005). Biomechanical Measures of Neuromuscular Control and Valgus Loading of the Knee Predict Anterior Cruciate Ligament Injury Risk in Female Athletes. Mechanical Engineering Faculty Publications.

Iwasa, J., Myklebust, G., Engebretsen, L., & Krosshaug, T. (2010). Mechanisms for Noncontact Anterior Cruciate Ligament Injuries. The American Journal of Sports Medicine.

Kvist, J. (2004). Rehabilitation Following Anterior Cruciate Ligament Injury. Sports Medicine, 269-280.

McLean, S. G., Lipfert, S. W., & van den Bogert, A. J. (2004). Effect of Gender and Defensive Opponent on the Biomechanics of Sidestep Cutting. Medicine & Science in Sports & Exercise, 1008-1016.

Nessler, T., Denney, L., & Sampley, J. (2017). ACL Injury Prevention: What Does Research Tell Us? Curr Rev Musculoskelet Med, 281-288.

Podraza, J. T., & White, S. C. (2010). Effect of knee flexion angle on ground reaction forces, knee moments and muscle co-contraction during an impact-like deceleration landing: Implications for the non-contact mechanism of ACL injury. Elsevier, 291-295.

Ruiz, A., Kelly, M., & Nutton, R. (2002). Arthroscopic ACL reconstruction: a 5-9 year follow-up. Knee, 197-200.

Schreurs, M. J., Benjaminse, A., & Lemmink, K. A. (2017). Sharper angle, higher risk? The effect of cutting angle on knee mechanics in invasion sport athletes. Journal of Biomechanics, 144-150.

(19)

18

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

Sigward, S. M., Cesar, G. M., & Havens, K. L. (2016). Predictors of frontal plane knee moments during side-step cutting to 45° and 110° men and women: Implications for ACL injury. Clinical Journal of Sport Medicine, 1- 16.

Theisen, D., Frisch, A., Malisoux, L., Urhausen, A., Croisier, J.-L., & Seil, R. (2013). Injury risk is different in team and individual youth sport. Journal of Science and Medicine in Sport, 200-204.

Valkenberg, H., & Stam, C. (2017). Sportblessures 2016. Amsterdam: VeiligheidNL.

VeiligheidNL. (2015). Sportblessures.

Volksgezondheidenzorg.info. (sd). Sport Kernindicatoren. Opgehaald van Volksgezondheidenzorg.info:

https://www.volksgezondheidenzorg.info/sport/kernindicatoren/sportblessures#definitie--node- sportblessure

Voskanian, N. (2013). ACL Injury prevention in female athletes: review of the literature and practical considerations in implementing an ACL prevention program. Current Reviews in Musculoskelet MED, 158-163.

Wie zijn wij. (2017, september 20). Opgehaald van Topsport Talentschool:

http://www.topsporttalentschoolgroningen.nl/onzeschool/wiezijnwij.html

(20)

19

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

B i j lage 1: P r otocol e n i nstructie s i destep c utting

TESTPROTOCOL SIDESTEP CUTTING

Benodigdheden:

- Genoeg ruimte - Camera’s (2) - 5 pilonnen

- 1 testleider, 1 assistent

Stappenplan:

De leerling mag 2 a 3 keer even oefenen, voorafgaand aan de test.

DAARNA 3 SUCCESVOLLE TRIALS OPNEMEN

Definitie voorkeursbeen: is het been waar je liefst mee afzet.

1. Plak tape bij 1) de startlijn (1m breed), afzetplek (40cmx60cm) en de finish (1m breed). Zet

pilonnen bij de startlijn, afzet en finish (zie plaatje).

2. Bepaal het voorkeursbeen van de leerling

3. 1 camera frontaal, 1 camera sagitaal (rechts indien rechterbeen, links indien linkerbeen) om de wendingen te filmen (3 filmpjes per leerling), ter hoogte van het afzetvlak.

4. Film het naambordje van de leerling bij elke camera 5. De leerling moet goed warm zijn

6. Na de warming-up trials sprint de leerling zo snel mogelijk (max) naar de eerste pilon, zet af met linker of rechter been en maakt een vloeiende wending naar de finish.

7. Gebruik alleen bijhorende instructie >> wissel af met instructies en geef niet alle instructies 1, 2 en 3 tegelijk !!

8. De leerling voert 3 succesvolle trials uit.

9. Moedig de leerling aan:

a. Goed zo b. Kom op c. Keurig d. Blijf doorgaan

(21)

20

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

(22)

21

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

TESTPROTOCOL SIDESTEP CUTTING

INSTRUCTIE DOOR TESTLEIDER:

“REN ZO HARD MOGELIJK NAAR DE FINISH. “ALS JE DE WENDING MAAKT:

1) BEWEEG JE LICHAAM RICHTING DE FINISH, 2) RICHT JE VOETEN NAAR DE FINISH EN 3) ZET JEZELF ZO HARD MOGELIJK VAN DE GROND”

LET OP: DIT IS HET ENIGE WAT JE ZEGT ALS TESTLEIDER

(23)

22

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

B i j lage 2: S c orelijst

(24)

23

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

B i j lage 3: Ki novea s c oring t ut orial

FRONTAL (see figure below)

ankle joint center: mid point of the lateral and medial malleoli knee joint center: mid point of lower leg (tuberositas tibiae)

hip: ASIS tape

knee valgus angle: angle between line ASIS – knee joint center - ankle joint center 180o = neutral

smaller than 180o = greater knee valgus greater than 180o = greater knee varus

initial contact knee valgus = time point where athlete touches the ground for the first time (heel, flat foot or toe)

maximum knee valgus: lowest pelvis height = time point where no downward and upward movement occurs at the hip, knee and ankle

SAGITTAL (see figure below)ankle: lateral malleolus

knee: lateral femoral epicondyle

hip: greater trochanter

knee flexion angle: angle between line greater trochanter - lateral femoral epicondyle - lateral malleolus 180o = neutral

smaller than 180o = greater knee flexion

(25)

24

Praktijkgericht onderzoek | 6/8/2018

initial contact knee flexion = time point where athlete touches the ground for the first time (heel, flat foot or toe)

maximum knee flexion: lowest pelvis height = time point where no downward and upward movement occurs at the hip, knee and ankle

SLDVJ: jump is not valid if

1) participant jumps off the box instead of dropping 2) participant lands outside of square

3) non-supporting leg touches ground 4) loss of balance / falling during test 5) no fluent (plyometric) motion

Follow these steps:

1. Open Kinovea

2. Open class -> open team sports -> open name 3. Change name file:

a. Frontal: FRON. 1. (first try) 2. /3.

b. Sagittal: SAG 1./2./3.

4. Stop the video at the right moment and zoom in until 160%

5. Place the angle as shown above 6. Click right below on save image

7. Save as: FRON 1. IC (for frontal, first try, initial contact) / FRON 1. MAX or SAG 3. IC (for sagittal, third try, initial contact)/ SAG 3. MAX

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Smallstonemediasongs.com printed & distributed by KoormuziekNL, Dordrecht - www.koormuziek.nl Vermenigvuldigen van deze bladmuziek zonder toestemming van de uitgever is

Uw Geest als hulp voor ons totdat Het werk op aarde is gedaan. Ja, de dag zal komen Dat ik

[r]

In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten dat bij u een operatie wordt uitgevoerd waarbij de gescheurde voorste kruisband van uw knie wordt vervangen.. Deze operatie wordt

Paulus leeft niet meer ‘op eigen kracht’, maar vanuit de kracht van Gods heilige Geest. Een hartloper loopt met gedrevenheid de wedstrijd die het leven hem/haar te geven

Mol & Bus (2011) concluderen dat kinderen en jongeren die veel lezen in hun vrije tijd hoger scoren dan niet-lezende leerlingen op toetsen voor ‘woordenschat’, ‘leesbe-

Terugkeer naar wedstrijden: Afhankelijk van de aard van de sport kan er na 9 tot 12 maanden weer gestart worden met wedstrijden.. Fase 6: Eindtest en afsluiting na

Maar het is ook belangrijk voor onze interne stakeholders (directie, RvC, audit committee) en onze externe stakeholders (AFM, DNB, EY).. De toets is