• No results found

DEEL II Door het Parlement aangenomen teksten INHOUD

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DEEL II Door het Parlement aangenomen teksten INHOUD"

Copied!
70
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

DEEL II

Door het Parlement aangenomen teksten INHOUD

1. Betrekkingen EG/Turkije - Mensenrechten in Turkije ***/*

a) A4-0322/95

Wetgevingsresolutie over het voorstel voor een besluit van de Raad over een gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad EG/Turkije inzake de tenuitvoerlegging van de slotfase van de douane-unie (7092/95 - C4-0241/95 - 7092/95/COR2 - C4-0563/95 - 95/0813(AVC)) . . . 1 b) A4-0324/95

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van een speciale actie voor financiële samenwerking met Turkije (COM(95)0389 - C4-0391/95 - 95/0213(CNS)) . . . 2 Wetgevingsresolutie . . . 6 c) B4-1530, 1534 en 1559/95

Resolutie over de mensenrechten in Turkije . . . 7

2. Tijdelijke enquêtecommissie

B4-1571/95

Besluit tot instelling van een tijdelijke enquêtecommissie . . . 10

3. Emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door dieselmotoren ***II (artikel 66, lid 7 van het Reglement)

Gemeenschappelijk standpunt door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 88/77/EEG inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lid-staten met betrekking tot maatregelen tegen de emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door dieselmotoren bestemd voor het aandrijven van voertuigen (C4-0491/95 - 94/0312(COD)) . . . 15

4. Op afstand gesloten overeenkomsten ***II

A4-0297/95

Besluit betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten (C4-0369/95 - 00/0411(COD)) . . . 16

5. Transeuropees vervoersnet ***II

A4-0292/95

Besluit betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van een beschikking van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van een transeuropees vervoersnet (C4-0423/95 - 94/0098(COD)) . . . 26

(2)

1. Betrekkingen EG/Turkije - Mensenrechten in Turkije ***/*

a) A4-0322/95

Wetgevingsresolutie over het voorstel voor een besluit van de Raad over een gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad EG/Turkije inzake de tenuitvoerlegging van de slotfase van de douane-unie (7092/95 - C4-0241/95 - 7092/95/COR2 - C4-0563/95 - 95/0813(AVC))

(Instemmingsprocedure)

Het Europees Parlement,

- gezien het voorstel voor een besluit van de Raad over een gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad EG/Turkije inzake de totstandkoming van de slotfase van de douane-unie

(7092/95 - 95/0813(AVC),

- gezien het overeenkomstig artikel 238 van het EG-Verdrag door de Raad ingediende verzoek om instemming (7092/95 - C4-0241/95),

- gezien het corrigendum van de Raad van 6 december 1995 (7092/95/COR2 - C4-0563/95), - gelet op artikel 90, lid 7, van zijn Reglement,

- gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid en de adviezen van de Commissie externe economische betrekkingen en van de Commissie openbare vrijheden en binnenlandse zaken (A4-0322/95),

1. stemt in met het voorstel voor een besluit;

2. verzoekt zijn Voorzitter dit advies te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen en parlementen van de lid-staten en van de Republiek Turkije.

(3)

1 PB L 271 van 17.10.1995, blz. 12.

b) A4-0324/95

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van een speciale actie voor financiële samenwerking met Turkije (COM(95)0389 - C4-0391/95 - 95/0213(CNS)) Dit voorstel wordt goedgekeurd met de volgende wijzigingen:

Door de Commissie voorgestelde Door het Parlement aangebrachte tekst wijzigingen 1

___________________________________ _______________________________

(Amendement 1)

Artikel 2, eerste alinea bis (nieuw)

De bepalingen van onderhavige verordening zijn gebaseerd op de eerbiediging van de democratische beginselen en de mensenrechten alsmede van het internationaal recht, die de inspiratiebron zijn van het binnenlands en internationaal beleid van de Europese Unie en haar lid-staten.

FIELD(

(Amendement 2) Artikel 2, tweede alinea

Indien een van de essentiële elementen voor de Indien een van de essentiële elementen voor de verlening van steun door de Gemeenschap verlening van steun door de Gemeenschap ontbreekt, met name in geval van schending hetzij in het programma als geheel, hetzij in van de democratische beginselen en de een bepaald onderdeel van het programma mensenrechten, kan de Raad, op voorstel van ontbreekt, met name in geval van schending de Commissie, met een gekwalificeerde van de democratische beginselen, het beginsel meerderheid besluiten tot passende van de rechtsstaat en de mensenrechten met maatregelen ten aanzien van deze steun. inbegrip van het recht van minderheden op democratische meningsuiting, kan de Raad, op voorstel van de Commissie, en na raadpleging van het Europees Parlement, met een gekwalificeerde meerderheid besluiten tot passende maatregelen ten aanzien van deze steun.

FIELD(

(Amendement 3)

Artikel 3, lid 2, tweede streepje

(4)

wijzigingen

___________________________________ _________________________________

- het bevorderen van de bekendheid met en het - het bevorderen van de bekendheid met en de naleven van de mensenrechten, praktijk van de democratie, de rechtsstaat en het naleven van de mensenrechten met inbegrip van het recht van minderheden op democratische meningsuiting,

FIELD(

(Amendement 4) Artikel 6, lid 1

1. De Commissie draagt samen met de lid- 1. De Commissie draagt samen met de lid- staten en op basis van door deze verstrekte staten en op basis van door deze verstrekte informatie zorg voor effectieve coördinatie van informatie zorg voor effectieve coördinatie van de bijstand van de Gemeenschap en de de bijstand van de Gemeenschap en de afzonderlijke lid-staten. Er wordt gestreefd afzonderlijke lid-staten. Er wordt gestreefd naar coördinatie en samenwerking met de naar coördinatie en samenwerking met de internationale financiële instellingen en internationale financiële instellingen en

overige donoren. overige donoren. Er moet worden gezorgd

voor synergie tussen de steun die aan Turkije wordt verleend uit hoofde van deze verordening en de steun die uit hoofde van verordening nr. ... betreffende financiële en technische maatregelen wordt verleend voor steun aan de hervorming van de economische en maatschappelijke structuren in mediterrane niet-lid-staten en gebieden.

FIELD(

(Amendement 5) Artikel 9, lid 1

1. Aanbestedingen en contracten staan onder 1. Aanbestedingen en contracten staan onder gelijke voorwaarden open voor alle natuurlijke gelijke voorwaarden open voor alle natuurlijke en rechtspersonen uit de lid-staten en de en rechtspersonen uit de lid-staten en de landen en gebieden in het Middellandse- landen en gebieden in het Middellandse- Zeegebied die financiële steun ontvangen van Zeegebied die overeenkomsten met de EU de Gemeenschap. hebben en die financiële steun ontvangen van

de Gemeenschap.

FIELD(

(Amendement 6) Artikel 12, leden 2 en 3

2. De vertegenwoordiger van de Commissie 2. De vertegenwoordiger van de Commissie legt het Comité een ontwerp van de te nemen legt het Comité een ontwerp van de te nemen

(5)

Door de Commissie voorgestelde Door het Parlement aangebrachte tekst wijzigingen

___________________________________ _________________________________

maatregelen voor. Het Comité brengt over dit maatregelen voor. Het Comité brengt over dit ontwerp advies uit binnen een termijn die de ontwerp advies uit binnen een termijn die de voorzitter kan vaststellen naar gelang van de voorzitter, zo nodig door middel van urgentie van de materie. Het Comité spreekt stemming, kan vaststellen naar gelang van de zich uit met de meerderheid van stemmen die urgentie van de materie.

in artikel 148, lid 2, van het EG-Verdrag is

voorgeschreven voor de goedkeuring van Deze ontwerp-maatregelen houden rekening besluiten die de Raad op voorstel van de met de noodzaak de synergie te bevorderen Commissie dient te nemen. Bij stemming in tussen de steun die aan Turkije wordt verleend het Comité worden de stemmen van de uit hoofde van deze verordening en de steun vertegenwoordigers van de lid-staten gewogen die uit hoofde van verordening nr. ...

overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter betreffende financiële en technische neemt niet aan de stemming deel. maatregelen wordt verleend voor steun aan de hervorming van de economische en maatschappelijke structuren in mediterrane niet-lid-staten en gebieden.

3. De Commissie neemt maatregelen die met 3. Dit advies wordt opgenomen in de notulen;

onmiddellijke ingang van toepassing zijn. iedere lid-staat kan verlangen dat zijn Indien deze maatregelen echter niet in standpunt in de notulen wordt opgenomen.

overeenstemming zijn met het advies van het Comité, wordt de Raad hierover onmiddellijk ingelicht. In dat geval stelt de Commissie de toepassing van de maatregelen waartoe zij heeft besloten zes weken uit.

De Raad kan met gekwalificeerde meerderheid De Commissie houdt zoveel mogelijk rekening van stemmen binnen de in de eerste alinea met het advies van het Comité. Zij informeert vastgestelde termijn een ander besluit nemen. het Comité in hoeverre zij rekening heeft

gehouden met zijn advies.

FIELD(

(Amendement 7) Artikel 12, lid 7

7. Het Europees Parlement wordt regelmatig 7. Het Europees Parlement wordt regelmatig op de hoogte gesteld over de tenuitvoerlegging op de hoogte gesteld over de tenuitvoerlegging van deze verordening. van deze verordening. Het verslag aan het Europees Parlement moet een evaluatie omvatten van de ontwikkeling van de democratische beginselen en de eerbiediging van de mensenrechten.

FIELD(

(6)

wijzigingen

___________________________________ _________________________________

(Amendement 8) Artikel 16, lid 1

1. Samen met de Bank beoordeelt de 1. Samen met de Bank beoordeelt de Commissie de voortgang van de Commissie de voortgang van de tenuitvoerlegging van de maatregelen op grond tenuitvoerlegging van de maatregelen op grond van deze verordening; zij brengt hierover aan van deze verordening; zij brengt hierover aan het Europees Parlement en de Raad jaarlijks het Europees Parlement en de Raad jaarlijks uiterlijk op 30 april verslag uit. Het verslag uiterlijk op 30 april verslag uit. Het verslag bevat informatie over de gedurende het jaar bevat informatie over de gedurende het jaar gefinancierde maatregelen, waarbij gefinancierde maatregelen, waarbij vertrouwelijke gegeven worden beschermd, en vertrouwelijke gegeven worden beschermd, en een beoordeling van de bereikte resultaten. een beoordeling van de bereikte resultaten. Het verslag aan het Europees Parlement en de Raad moet een evaluatie omvatten van de ontwikkeling van de democratische beginselen en de eerbiediging van de mensenrechten.

FIELD(

(7)

1 PB L 271 van 17.10.1995, blz. 12.

Wetgevingsresolutie houdende advies van het Europees Parlement inzake het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van een speciale actie voor financiële samenwerking met Turkije (COM(95)0389 - C4-0391/95 - 95/0213(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

- gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad COM(95)0389 - 95/0213(CNS) ,1 - geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 235 van het EG-Verdrag (C4-0391/95), - gelet op artikel 58 van zijn Reglement,

- gezien het verslag van de Commissie externe economische betrekkingen en de adviezen van de Commissie buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid en de Begrotingscommissie (A4- 0324/95),

1. hecht zijn goedkeuring aan het voorstel van de Commissie zoals gewijzigd door het Parlement;

2. verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 189 A, lid 2 van het EG-Verdrag dienovereenkomstig te wijzigen;

3. wenst dat de overlegprocedure wordt ingeleid ingeval de Raad voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst;

4. wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

5. verzoekt zijn Voorzitter dit advies te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

(8)

Deel II, punt 1 a) van de notulen van de huidige vergadering.1 Resolutie over de mensenrechten in Turkije

Het Europees Parlement,

A. overwegende dat het heeft ingestemd met een gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad EG/Turkije inzake de tenuitvoerlegging van de slotfase van de douane-unie ,1

B. overwegende dat Turkije zich dient te houden aan de regels van internationale organisaties waarvan het lid is geworden en van overeenkomsten die het heeft ondertekend, met name die van de VN, de Raad van Europa, de OVSE, het Europees Verdrag inzake de rechten van de mens en de Internationale overeenkomst tegen marteling,

C. overwegende dat de staatshoofden van de lid-staten van de EU bij hun besluit inzake de verwezenlijking van de Unie opnieuw hun verknochtheid hebben bevestigd aan de beginselen vrijheid, democratie en eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden alsmede van de rechtsstaat,

D. ervan overtuigd dat de tenuitvoerlegging van de slotfase van de douane-unie een beslissende stap vormt naar de ontwikkeling van de betrekkingen van Turkije met Europa en dat de Europese Unie, haar lid-staten en Turkije er daarom via een dialoog voor moeten zorgen dat deze gemeenschappelijke waarden nog doeltreffender in praktijk worden gebracht,

E. ervan overtuigd dat deze relatie en deze dialoog voor beide zijden vruchten zullen afwerpen doordat Turkije als seculaire democratie op het snijpunt van Centraal-Azië en het Midden- Oosten wordt versterkt,

F. tevens overwegende dat er ook nu nog berichten verschijnen die aantonen dat er nog steeds sprake is van schendingen van de mensenrechten en dat, hoewel er zekere verbeteringen zijn aangebracht, de situatie op het gebied van de mensenrechten en de democratie in Turkije nog veel te wensen overlaat,

G. overwegende dat de Turkse regering en de Grote Nationale Vergadering onlangs positieve wijzigingen in de grondwet en andere wettelijke voorschriften inzake mensenrechten en fundamentele vrijheden hebben aangebracht,

H. overwegende dat terroristische acties van de PKK voortduren, met name, doch niet uitsluitend, in het zuidoosten van Turkije,

I. constaterende dat de Turkse regering tevens in hetzelfde gebied volhardt in het nemen van repressieve militaire maatregelen, zoals de evacuatie van Koerdische dorpen,

(9)

J. overwegende dat er geen concrete stappen zijn genomen voor een oplossing van het conflict op Cyprus en ter beëindiging van de Turkse bezetting van een deel van dit land,

1. doet een beroep op de Europese Unie, haar lid-staten en Turkije volledige ondersteuning te geven aan een voortdurende en brede dialoog ter bevordering van de eerbiediging van de mensenrechten en fundamentele vrijheden en verzoekt de Turkse regering en de Grote Nationale Vergadering het noodzakelijke hervormingsproces van de grondwet en het strafrecht voort te zetten om te zorgen voor een voortdurende verbetering van de mensenrechtensituatie en de democratische hervorming in Turkije;

2. doet een beroep op de Europese Unie, haar lid-staten en Turkije om gebruik te maken van elk beschikbaar mechanisme om deze dialoog in de praktijk om te zetten, o.m. via de Associatieraad en de gemengde parlementaire commissie en het partnerschap tussen Europa en de Middellandse-Zeelanden, waarover op de Conferentie van Barcelona overeenstemming werd bereikt;

3. verzoekt de Turkse regering, de PKK en andere Koerdische organisaties alles te doen wat in hun vermogen ligt om een vreedzame politieke oplossing voor het Koerdische vraagstuk te vinden, doet een beroep op de PKK om van geweld af te zien, verzoekt de Turkse regering en de Grote Nationale Vergadering een eind te maken aan het uitgaansverbod dat van kracht is in het zuid-oosten en na te denken over middelen om burgers van Koerdische afkomst gelegenheid te geven uiting aan hun culturele identiteit te geven op een wijze waarbij de territoriale eenheid van Turkije wordt gegarandeerd en geëerbiedigd;

4. verzoekt de Turkse regering en de Grote Nationale Vergadering de zaak van de vier leden van de Grote Nationale Vergadering en van anderen die zich nog in gevangenschap bevinden opnieuw te bezien door een nieuw amnestie-wetsvoorstel te overwegen;

5. verzoekt de Raad, de Commissie, de Verenigde Naties en de Cypriotische regering alles in het werk te stellen om een eind te maken aan de deling van Cyprus en dringt er bij de Turkse regering op aan concrete stappen in die richting te zetten door uitvoering van de resolutie van de VN-Veiligheidsraad over dit onderwerp;

6. verzoekt de Raad en de Commissie de mensenrechten en democratische ontwikkelingen in Turkije voortdurend in het oog te houden en verzoekt de Commissie ten minste eenmaal per jaar een verslag over de situatie aan het Parlement voor te leggen;

7. doet een beroep op de Turkse regering de wet tegen marteling en mishandeling van gevangenen rigoureus toe te passen, wijst erop dat het martelen een bijzonder ernstig probleem is op politiebureaus en doet een beroep op de Turkse regering zich niet te verschuilen achter enig artikel van de Internationale overeenkomst tegen marteling, op grond waarvan het mogelijk is de publikatie van rapporten inzake marteling in Turkije te weigeren;

8. verklaart waakzaam te blijven ten opzichte van de ontwikkelingen in Turkije om onmiddellijk te reageren indien de Turkse regering of de Grote Nationale Vergadering er blijk van zouden geven terug te komen op hun maatregelen ter versterking van de democratie en waarborging van de volledige eerbiediging van de mensenrechten, beginselen die een kenmerk vormen van

(10)

de instemming van het Europees Parlement gezien moet worden als een aanmoediging aan de Turkse regering zich te houden aan haar verplichting tot voortzetting van het proces van democratisering en verbetering op het gebied van de mensenrechten;

9. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen van de lid-staten, de regering en de Grote Nationale Vergadering van Turkije, de regering van Cyprus en de secretaris-generaal van de Verenigde Naties.

(11)

PB L 113 van 19.5.1995, blz. 2.1

2. Tijdelijke enquêtecommissie

B4-1571/95

Besluit tot instelling van een tijdelijke enquêtecommissie Het Europees Parlement,

- gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 138 C,

- gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, inzonderheid op artikel 20 B,

- gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 107 B,

- gezien het besluit van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 19 april 1995 tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het enquêterecht van het Europees Parlement ,1 - gelet op artikel 136 van zijn Reglement,

- gezien het bij dit besluit gevoegde verzoek van meer dan een vierde van zijn leden tot instelling van een tijdelijke enquêtecommissie om vermeende inbreuken of gevallen van wanbeheer in het kader van het communautair douanevervoer te onderzoeken,

- gezien het voorstel van de Conferentie van voorzitters van 7 december 1995 naar aanleiding van dit verzoek,

1. besluit een tijdelijke enquêtecommissie in te stellen om vermeende inbreuken of gevallen van wanbeheer in het kader van het communautair douanevervoer te onderzoeken;

2. besluit dat de tijdelijke enquêtecommissie uiterlijk over twaalf maanden vanaf de datum van publikatie van dit besluit in het Publikatieblad aan het Parlement verslag zal uitbrengen;

3. besluit dat deze tijdelijke enquêtecommissie zal bestaan uit zeventien leden.

(12)

COM(95)00981

PB C 327 van 7.12.1995, blz. 2.2

VERZOEK TOT INSTELLING VAN EEN TIJDELIJKE ENQUETECOMMISSIE VOOR HET ONDERZOEKEN VAN VERMEENDE INBREUK EN WANBEHEER IN HET KADER VAN DE COMMUNAUTAIRE DOUANEVERVOERSREGELING

(opgesteld overeenkomstig het besluit

van de Conferentie van voorzitters van 7 december 1995)

De ondergetekende leden van het Europees Parlement verzoeken overeenkomstig artikel 138 C van het EG-Verdrag om instelling van een enquêtecommissie om in het kader van de huidige communautaire douanevervoersregeling gevallen van inbreuk of wanbeheer bij de toepassing van het Gemeenschapsrecht te onderzoeken. Zij zetten in dit verband het volgende uiteen:

1. DOEL VAN DE ENQUETE

1.1. De communautaire douanevervoersregeling

Zoals te lezen staat in het Jaarverslag 1994 van de Commissie over de "Bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap- Fraudebestrijding" (Afdeling 5 van Hoofdstuk 1),1 kunnen dankzij de communautaire douanevervoersprocedure goederen onder douanetoezicht van het ene punt op het grondgebied van de Gemeenschap naar een ander punt worden vervoerd met opschorting van rechten en heffingen alsook van alle andere maatregelen van het gemeenschappelijk beleid.

De procedure is gebaseerd op de aanwijzing van een natuurlijke of rechtspersoon als aangever die verplicht is zekerheid te stellen voor de rechten of andere lasten die in geval van onregelmatigheid verschuldigd zijn en de goederen binnen de vastgestelde termijn in goede staat aan te brengen bij het douanekantoor van bestemming. Als de doorvoerverrichting als regelmatig zijnde wordt beschouwd, is de aangever van zijn verplichtingen ontslagen.

In geval van onregelmatigheid daarentegen worden de verschuldigde rechten en heffingen gevorderd van de dader van de inbreuk als die bekend is, zo niet van de aangever; als deze niet tot betaling in staat is, wordt de zekerheid voor de doorvoerverrichting invorderbaar verklaard.

1.2. Huidige problemen

De Commissie stelt in haar document dat de douanevervoersregeling een favoriet werkterrein is geworden voor de georganiseerde misdaad, die het stelsel misbruikt voor frauduleuze transacties.

Het verkeer van zwaarbelaste goederen (sigaretten en andere, door het GLB gefinancierde produkten) levert in dat opzicht grote risico's op. Deze opmerking was overigens ook door de Raad gemaakt in zijn resolutie van 23 november 1995 over de automatisering van de douanevervoersregelingen .2

(13)

COM(95)0108.1

PB C 113 van 19.05.1995, blz. 2.2 PB L 293 van 7.12.1995, blz. 1.3

Volgens de Commissie wordt de fraude met name op de volgende twee manieren gepleegd:

- het niet-aanbrengen van de goederen bij het douanekantoor van bestemming en deze binnen de Gemeenschap op de markt te brengen zonder betaling van de verschuldigde rechten en heffingen;

- het vervalsen van de douanedocumenten ten bewijze van het aanbrengen van de goederen bij het douanekantoor van bestemming, door middel van gestolen of nagemaakte stempels.

In deze gevallen worden de goederen op onregelmatige wijze op de communautaire markt binnengebracht en afgezet, zonder betaling van de verschuldigde rechten en heffingen.

1.3. Doel van de tijdelijke enquêtecommissie

Aangezien dit verschijnsel de Commissie grote zorgen baart, keurde zij op 29 maart 1995 een mededeling goed die de titel droeg "Fraude bij de douanevervoerprocedure - overwogen oplossingen en toekomstperspectieven" . Ook de Rekenkamer heeft zich over dit probleem gebogen1 en heeft haar analyse en de resultaten van haar initiatieven verwerkt in het jaarverslag over het begrotingsjaar 1994. Beide documenten doen echter meer vragen rijzen dan dat zij antwoorden behelzen, met name met betrekking tot de aard en de omvang van gevallen van wanbeheer bij de toepassing van het Gemeenschapsrecht op dit terrein.

Deze enquêtecommissie moet dan ook vaststellen of de gesignaleerde gevallen gegrond zijn en welke gevolgen zij voor de betrokken bestuurlijke instanties meebrengen, zodat vervolgens die aanbevelingen kunnen worden gedaan welke bedoeld zijn in artikel 4, lid 3 van het Besluit van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 19 april 1995 houdende de uitvoeringsvoorwaarden voor de uitoefening van het enquêterecht van het Europees Parlement ,2 alsook in artikel 136, lid 10 van het Reglement van het Parlement .3

2. GEDETAILLEERDE TOELICHTING

In bovengenoemde documenten constateren de Commissie (punt 4.2) en de Rekenkamer (punt 1.48) dat de nationale administraties verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van de administratieve controles en het beheer van het stelsel, maar dat deze controles de afgelopen jaren geleidelijk kwalitatief verslechterd zijn.

Deze ontoereikende administratieve controle zou de hoofdoorzaak zijn van het omvangrijke en groeiende probleem van de fraude ten nadele van de Gemeenschap.

(14)

PB L 155 van 7.6.1989, blz. 1.1

kunnen worden onderverdeeld in de volgende drie categorieën van vermeende gevallen van inbreuk of wanbeheer:

2.1 Vertragingen/het gedogen van niet-naleving van de termijnen

- de economische subjecten dienen de goederen en de documenten binnen de vastgestelde termijn (bv. 20 dagen bij luchtvervoer, 45 voor zeevervoer) aan te brengen bij het douanekantoor van bestemming; deze termijnen lijken in de praktijk niet te worden gerespecteerd en overschrijding ervan lijkt niet te worden bestraft;

- aangezien de enquêteprocedures voor niet-afgewikkelde verrichtingen te laat worden ingeleid, wordt fraude vaak zeer laat geconstateerd;

- het late terugsturen van een kopie van het douanedocument naar het douanekantoor van vertrek leidt tot een opeenstapeling van niet-afgehandelde documenten. In sommige gevallen worden de dossiers met zoveel vertraging van het ene douanekantoor naar het andere doorgestuurd dat de in de communautaire regelgeving vastgelegde termijnen niet meer in acht kunnen worden genomen zonder bijzondere inspanningen om de opgelopen achterstand in te lopen.

2.2. Slecht beheer van het stelsel

- de enquêteprocedures worden niet met de vereiste prioriteit en gestrengheid uitgevoerd, aangezien de bestuurlijke instanties van de lid-staten wellicht onvoldoende voorrang geven aan de desbetreffende douanecontroles;

- de wijze van toepassing door de lid-staten van de regelgeving en van de huidige bestuursrechtelijke bepalingen lijkt niet altijd borg te kunnen staan voor een goed beheer;

- het toezicht op het laden en lossen in douane-entrepots lijkt soms absoluut onvoldoende.

2.3. Mededeling en terugvordering van bedragen

- op het gebied van de eigen middelen zouden de bedragen die de lid-staten in verband met fraude of onregelmatigheden op grond van verordening nr. 1552/89 van de Raad van 29 mei 1989 betreffende de toepassing van het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschap1 meedelen, veel te laag zijn, namelijk circa een derde van de bekende fraudebedragen;

- de teruggevorderde bedragen zouden miniem zijn;

- de vigerende communautaire regelgeving voorziet in sancties (waarvan de vaststelling en tenuitvoerlegging door de nationale wetgevingen worden geregeld), maar die zouden vrijwel nooit worden toegepast;

(15)

- overigens zou slechts een gering percentage van de gevallen die uit hoofde van bovengenoemde verordening worden gemeld, tot strafrechtelijke vervolging leiden.

Met betrekking tot deze drie op zich reeds zeer vergaand uitgewerkte en belangrijke categorieën van gevallen van inbreuk of wanbeheer lijken de verslagen van de Rekenkamer en de Commissie echter geen duidelijk antwoord te geven omtrent de vraag waarom dergelijke tekortkomingen en gevallen van wanbeheer, of zelfs van inbreuken op de van toepassing zijnde bepalingen van het Gemeenschapsrecht, blijven voorkomen en in de loop der jaren steeds toenemen.

3. MANDAAT VAN DE TIJDELIJKE ENQUETECOMMISSIE

Deze tijdelijke enquêtecommissie zal derhalve worden ingesteld om de aard en de oorzaken vast te stellen van deze gevallen van wanbeheer bij de bevoegde nationale instanties, die tot de fraude in het kader van de douanevervoersprocedure en tot inbreuken op het Gemeenschapsrecht leiden.

Ook zal zij aanbevelingen formuleren voor verbeteringen op het gebied van het opsporen en voorkomen van fraude, de bescherming van de economische en financiële belangen van de Gemeenschap en het terugvorderen van de verschuldigde bedragen.

De commissie zal zich met name buigen over:

- de oorzaken van het ontstaan van de crisis in het douanevervoersstelsel;

- de gebreken en tekortkomingen in de procedures;

- de maatregelen ter verbetering van de procedures;

- de met onmiddellijke ingang te nemen extra maatregelen;

- de reeds genomen of nog te nemen maatregelen om gederfde rechten en heffingen terug te vorderen en de overtreders te bestraffen.

4. DUUR VAN DE TIJDELIJKE ENQUETECOMMISSIE

De tijdelijke enquêtecommissie zal uiterlijk twaalf maanden na de publikatie van het besluit van het Europees Parlement tot instelling ervan, verslag uitbrengen.

(Handtekeningen)

(16)

3. Emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door dieselmotoren ***II (artikel 66, lid 7 van het Reglement)

Gemeenschappelijk standpunt door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 88/77/EEG inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lid-staten met betrekking tot maatregelen tegen de emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door dieselmotoren bestemd voor het aandrijven van voertuigen (C4-0491/95 - 94/0312(COD))

(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)

Het gemeenschappelijk standpunt wordt goedgekeurd.

De Raad wordt verzocht het besluit overeenkomstig het gemeenschappelijk standpunt definitief vast te stellen.

(17)

1 PB C 176 van 28.06.1993, blz. 85; PB C 342 van 20.12.1993, blz. 33.

2 PB C 156 van 23.06.1992, blz. 14.

3 PB C 308 van 15.11.1993, blz. 18.

4. Op afstand gesloten overeenkomsten ***II

A4-0297/95

Besluit betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten (C4-0369/95 - 00/0411(COD))

(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)

Het Europees Parlement,

- gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad C4-0369/95 - 00/0411(COD),

- gezien zijn in eerste lezing uitgebrachte advies inzake het voorstel van de Commissie aan het1 Europees Parlement en de Raad (COM(92)0011) ,2

- gezien het gewijzigde voorstel van de Commissie (COM(93)0396) ,3 - gelet op artikel 189 B, lid 2 van het EG-Verdrag,

- gelet op artikel 72 van zijn Reglement,

- gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming (A4-0297/95),

1. wijzigt het gemeenschappelijk standpunt als volgt;

2. verzoekt de Commissie in haar overeenkomstig artikel 189 B, lid 2, sub d) van het EG-Verdrag uit te brengen advies in te stemmen met de amendementen van het Parlement;

3. verzoekt de Raad zijn goedkeuring te hechten aan alle amendementen van het Parlement, zijn gemeenschappelijk standpunt dienovereenkomstig te wijzigen en het besluit definitief vast te stellen;

4. verzoekt zijn Voorzitter onderhavig besluit te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

(18)

(Amendement 1)

overweging 12

12. overwegende dat het de consument vóór de 12. overwegende dat het de consument vóór de sluiting van de overeenkomst niet mogelijk is sluiting van de overeenkomst niet mogelijk is daadwerkelijk het produkt te zien of van de daadwerkelijk het produkt te zien of van de kenmerken van de dienstverrichting kennis te kenmerken van de dienstverrichting kennis te nemen; dat het, indien zulks passend is, nemen; dat het wenselijk is hem de wenselijk is te voorzien in een mogelijkheid te bieden om, na ontvangst van herroepingsrecht; dat de lid-staten de het produkt of de dienst, de overeenkomst te bevoegdheid hebben de overige voorwaarden ontbinden; dat het noodzakelijk is de kosten en regels voortvloeiend uit het die de consument bij uitoefening van dit recht herroepingsrecht te bepalen; moet dragen, tot de kosten voor terugzending te beperken, omdat het anders een formeel recht zou zijn; dat dit recht de gebruikelijke rechten van de consument bij ontvangst van met name beschadigde goederen of van produkten en diensten die niet met de beschrijving van het aanbod overeenstemmen, onverlet laat; dat om redenen van harmonisatie, met name van de methode voor de berekening van deze termijn, Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten zal worden(*) gewijzigd;

---

PB L 372 van 31.12.1985,

(*)

blz. 31.

FIELD(

(Amendement 2) overweging 16

16. overwegende dat het volgens Aanbeveling 16. overwegende dat Aanbeveling 92/295/EEG 92/295/EG van de Commissie van 7 april 1992 van de Commissie betreffende gedragscodes betreffende gedragscodes voor de bescherming voor de bescherming van de consument bij op van de consument bij op afstand gesloten afstand gesloten overeenkomsten(1) voorziet overeenkomsten(1) wenselijk is dat de dat de basisregels van dwingende aard van de basisregels van dwingende aard van de onderhavige richtlijn worden aangevuld met onderhavige richtlijn worden aangevuld met vrijwillige zelfregulering, in de vorm van vrijwillige zelfregulering, in de vorm van gedragscodes; dat dit met het oog op de

gedragscodes; bescherming van de consument van groot

___________ belang is;

(1) PB L 156 van 10.6.1992, blz. 21. ___________

(19)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

(1) PB L 156 van 10.6.1992, blz. 21.

FIELD(

(Amendement 3) overweging 16 bis (nieuw)

16 bis. overwegende dat het met het oog op een optimale bescherming van de consument van belang is dat deze voldoende wordt ingelicht over de bepalingen van deze richtlijn en over het bestaan en de inhoud van de gedragscodes op dit gebied;

FIELD(

(Amendement 4) overweging 17 bis (nieuw)

17 bis. overwegende dat het met het oog op de bescherming van de consument belangrijk is dat er een effectief systeem wordt ontwikkeld voor de behandeling van grensoverschrijdende klachten ter zake;

FIELD(

(Amendement 5) Artikel 2, punt 1

1. "overeenkomst op afstand": elke 1. "overeenkomst op afstand": elke overeenkomst tussen een leverancier en een overeenkomst tussen een leverancier en een consument inzake goederen of diensten die consument inzake goederen of diensten die wordt gesloten in het kader van een door de wordt gesloten in het kader van een door de leverancier georganiseerd systeem voor leverancier georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening op afstand waarbij, verkoop of dienstverlening op afstand waarbij, voor deze overeenkomst, uitsluitend gebruik voor deze overeenkomst, uitsluitend gebruik gemaakt wordt van een of meer technieken gemaakt wordt van een of meer technieken voor communicatie op afstand tot en met de voor communicatie op afstand tot en met de sluiting van de overeenkomst zelf; sluiting van de overeenkomst zelf; indien de uitvoering van een overeenkomst opeenvolgende dienstverleningen of andere gespreide uitvoeringsverrichtingen inhoudt, zijn de bepalingen van de onderhavige richtlijn enkel van toepassing op de algemene, op afstand gesloten overeenkomst.

FIELD(

(Amendement 8) Artikel 3, lid 1, vierde streepje

(20)

- die worden gesloten voor de bouw en de Schrappen verkoop van onroerende goederen,

alsmede overeenkomsten betreffende andere rechten op onroerende goederen, met uitzondering van verhuur;

FIELD(

(Amendement 9) Artikel 3, lid 2, inleidende zin

2. De artikelen 4, 5 en 6 en artikel 7, leden 1 2. De artikelen 5 en 6 en artikel 7, lid 1, zijn en 2, zijn niet van toepassing: niet van toepassing:

FIELD(

(Amendement 10) Artikel 4, lid 1, sub a)

a) identiteit van de leverancier; a) identiteit en adres van de leverancier;

FIELD(

(Amendement 11) Artikel 4, lid 2

2. De in lid 1 bedoelde informatie waarvan het 2. De in lid 1 bedoelde informatie waarvan het commerciële oogmerk ondubbelzinnig moet commerciële oogmerk ondubbelzinnig moet blijken, dient met alle aan de gebruikte blijken, dient met alle aan de gebruikte techniek voor communicatie op afstand techniek voor communicatie op afstand aangepaste middelen, op duidelijke en aangepaste middelen, op duidelijke en begrijpelijke wijze te worden verstrekt, met begrijpelijke wijze te worden verstrekt, met inachtneming van met name de beginselen van inachtneming van met name de beginselen van eerlijkheid bij commerciële transacties eerlijkheid bij commerciële transacties alsmede de beginselen betreffende de alsmede de beginselen betreffende de bescherming van minderjarigen. bescherming van minderjarigen of hen die volgens de nationale wetgeving van de diverse Lid-Staten handelingsonbekwaam zijn.

FIELD(

(Amendement 12) Artikel 4, lid 2 bis (nieuw)

2 bis. Indien het een contract voor onbepaalde duur betreft dat betrekking heeft op een duurzame of periodieke dienstverlening of produktlevering dienen de voorwaarden voor ontbinding van het contract duidelijk te worden aangegeven.

FIELD(

(21)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

(Amendement 13) Artikel 5, lid 1, eerste alinea

1. Bij de uitvoering van de overeenkomst en, 1. Bij de uitvoering van de overeenkomst en, voor zover het goederen betreft, uiterlijk bij de voor zover het goederen betreft, uiterlijk bij de levering, ontvangt de consument tijdig een levering, ontvangt de consument tijdig een schriftelijke bevestiging van de in artikel 4, lid schriftelijke bevestiging van de in artikel 4, lid 1, onder a) tot en met f), genoemde informatie, 1, onder a) tot en met f), genoemde informatie, tenzij deze informatie hem reeds vóór de tenzij deze informatie hem reeds vóór de sluiting van de overeenkomst schriftelijk of op sluiting van de overeenkomst schriftelijk of op een te zijner beschikking staande andere een andere drager werd verstrekt.

duurzame drager werd verstrekt.

FIELD(

(Amendement 14) Artikel 5, lid 1, tweede streepje

- het geografische adres van de vestiging - het geografische adres van de voor de van de leverancier waar de consument met consument meest relevante vestiging van zijn klachten terecht kan; de leverancier waar hij met zijn klachten

terecht kan;

FIELD(

(Amendement 15) Artikel 6, lid 1, eerste alinea

1. Bij elke overeenkomst op afstand beschikt 1. Bij elke overeenkomst op afstand beschikt de consument over een termijn van ten minste de consument over een termijn van ten minste zeven dagen waarbinnen hij de overeenkomst zeven werkdagen waarbinnen hij de kan herroepen zonder betaling van een boete overeenkomst kan herroepen zonder betaling en zonder opgave van redenen. van een boete en zonder opgave van redenen.

In dat geval zijn de enige kosten die hem ten laste vallen de kosten van een rechtstreekse terugzending.

FIELD(

(Amendement 16) Artikel 6, lid 1, laatste alinea

Indien de in artikel 5 bedoelde gegevens Indien de in artikel 5 bedoelde gegevens binnen deze termijn van 3 maanden zijn binnen deze termijn van 3 maanden zijn verstrekt, beschikt de consument vanaf dat verstrekt, beschikt de consument vanaf dat ogenblik over de bovengenoemde termijn van ogenblik over de bovengenoemde termijn van ten minste zeven dagen. ten minste zeven werkdagen.

FIELD(

(Amendement 41)

(22)

Artikel 6, lid 2

2. Wanneer het herroepingsrecht 2. Wanneer het herroepingsrecht overeenkomstig dit artikel door de consument overeenkomstig dit artikel door de consument is uitgeoefend, is de leverancier verplicht de is uitgeoefend, is de leverancier verplicht de door de consument gestorte bedragen terug te door de consument gestorte bedragen zonder betalen. Deze uitbetaling moet zo spoedig kosten, met uitzondering van mogelijke kosten mogelijk plaatsvinden. voor terugzending, terug te betalen. Deze uitbetaling moet zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen 30 dagen plaatsvinden.

FIELD(

(Amendement 37) Artikel 6, lid 3, tweede streepje

- betreffende de levering van goederen of - betreffende de levering van goederen of diensten waarvan de prijs gebonden is aan diensten waarvan de prijs beïnvloed de schommelingen van de rente, waarop de wordt door schommelingen van de rente leverancier geen vat heeft; en/of koersen en/of daarvan afgeleide waarden, waarop de leverancier geen vat heeft;

(Amendement 19) Artikel 6, lid 3, vierde streepje

- betreffende de levering van audio- en video- - betreffende de levering van niet-verzegelde opnames, discs en software; audio- en video-opnames, discs en software of

CD-ROM en CD-I;

FIELD(

(Amendement 20)

Artikel 6, lid 3, vijfde streepje bis (nieuw)

- betreffende de levering van boeken die uit hun oorspronkelijke verpakking zijn gehaald;

FIELD(

(Amendement 21) Artikel 6 bis (nieuw)

Artikel 6 bis

Gebruikelijke rechten van de consument Artikel 6 laat de gebruikelijke rechten van de consument onverlet, met name bij ontvangst van beschadigde produkten of onbevredigende

(23)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

diensten of van produkten en diensten die niet met de beschrijving van het aanbod overeenstemmen.

FIELD(

(Amendement 42) Artikel 7, lid 2

2. Indien de overeenkomst door een 2. Indien de overeenkomst door een leverancier niet wordt uitgevoerd omdat het leverancier niet wordt uitgevoerd omdat het bestelde goed of de bestelde dienst niet bestelde goed of de bestelde dienst niet beschikbaar is, moet de consument daarvan in beschikbaar is, moet de consument daarvan in kennis worden gesteld en moet hij de kennis worden gesteld en moet hij de mogelijkheid hebben zich de bedragen die hij mogelijkheid hebben zich de bedragen die hij eventueel ter betaling heeft overgemaakt zo eventueel ter betaling heeft overgemaakt zo spoedig mogelijk te laten terugbetalen. spoedig mogelijk en in ieder geval binnen 30

dagen te laten terugbetalen.

FIELD(

(Amendement 24) Artikel 7, lid 3

3. De lid-staten kunnen evenwel bepalen dat de 3. Er kan evenwel bepaald worden dat de leverancier aan de consument een goed of een leverancier aan de consument, na diens dienst van gelijke kwaliteit en prijs kan voorafgaande toestemming, een goed of een leveren, indien in de mogelijkheid hiertoe is dienst van gelijke kwaliteit en prijs zal leveren, voorzien vóór de sluiting van de overeenkomst indien in de mogelijkheid hiertoe is voorzien dan wel bij de sluiting van de overeenkomst of vóór de sluiting van de overeenkomst dan wel bij de mededeling dat het goed of de dienst bij de sluiting van de overeenkomst of bij de niet beschikbaar is. De kosten van mededeling dat het goed of de dienst niet terugzending voortvloeiend uit de uitoefening beschikbaar is. De kosten van terugzending van het herroepingsrecht komen in dat geval voortvloeiend uit de uitoefening van het ten laste van de leverancier; de consument herroepingsrecht komen in dat geval ten laste moet daarvan in kennis worden gesteld. In van de leverancier; de consument moet dergelijke gevallen kan de levering van een daarvan in kennis worden gesteld. In goed of een dienst niet worden gelijkgesteld dergelijke gevallen kan de levering van een aan een niet-gevraagde levering in de zin van goed of een dienst niet worden gelijkgesteld

artikel 9. aan een niet-gevraagde levering in de zin van

artikel 9.

FIELD(

(Amendement 25) Artikel 7 bis (nieuw)

Artikel 7 bis

Televisie-omroepactiviteiten

(24)

De lid-staten houden zich aan het bepaalde in de gewijzigde richtlijn 89/552/EEG van de Raad betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lid-staten inzake de uitoefening van televisie-omroepactiviteiten(1).

__________

PB L 298 van 17.10.1989, blz. 23.

(Amendement 40)

Artikel 10, lid 1, tweede streepje bis (nieuw)

- telefoon; in dit geval impliceert

"voorafgaande instemming" dat de verkoper aan het begin van elk telefoongesprek zijn identiteit en oogmerken aan de consument bekendmaakt

FIELD(

(Amendement 29) Artikel 10, lid 2

2. De lid-staten zien erop toe dat andere dan de 2. De lid-staten zien erop toe dat andere dan de in lid 1 bedoelde technieken voor in lid 1 bedoelde technieken voor communicatie op afstand, indien zij een communicatie op afstand, slechts mogen individuele communicatie mogelijk maken, worden gebruikt indien de consument slechts mogen worden gebruikt indien de hiertegen kennelijk geen bezwaar heeft.

consument hiertegen kennelijk geen bezwaar heeft.

De lid-staten nemen de nodige maatregelen om de consument die te kennen heeft gegeven niet benaderd te willen worden, op effectieve wijze te beschermen tegen dergelijke aanbiedingen, zonder afbreuk te doen aan de speciale waarborgen die de consument toekomen op grond van de communautaire regelgeving op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens en de persoonlijke levenssfeer.

FIELD(

(Amendement 30) Artikel 11, lid 2

(25)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

2. De in lid 1 bedoelde middelen kunnen 2. De in lid 1 bedoelde middelen dienen bepalingen omvatten waarbij de bepalingen te omvatten volgens welke overheidsinstanties of hun vertegenwoordiger, overheidsinstanties of hun vertegenwoordiger, consumentenorganisaties die volgens de consumenten-organisaties die krachtens de nationale wetgeving een legitiem belang nationale wetgeving een legitiem belang hebben bij de bescherming van de consument, hebben bij de bescherming van de consument, of beroepsorganisaties die een legitiem belang of beroepsorganisaties die een legitiem belang hebben bij een optreden in rechte, zich hebben bij een optreden in rechte, zich overeenkomstig het nationale recht tot de overeenkomstig het nationale recht tot de bevoegde rechterlijke of administratieve bevoegde rechterlijke of administratieve instanties kunnen wenden om de bepalingen instanties kunnen wenden om de bepalingen van deze richtlijn te doen toepassen. van deze richtlijn te doen toepassen.

FIELD(

(Amendement 31) Artikel 11, lid 3 a)

3a) De lid-staten kunnen voorzien in de 3a) De lid-staten dienen te voorzien in de mogelijkheid dat de bewijslast met betrekking mogelijkheid dat de bewijslast met betrekking tot het bestaan van voorafgaande informatie, tot het bestaan van voorafgaande informatie, een schriftelijke bevestiging of met betrekking een schriftelijke bevestiging of met betrekking tot de naleving van de termijnen en de tot de naleving van de termijnen en de instemming van de consument, op de instemming van de consument, op de leverancier kan rusten. leverancier kan rusten.

FIELD(

(Amendement 32) Artikel 13

1. Deze richtlijn is van toepassing voor zover De bepalingen van deze richtlijn beletten er in het kader van communautaire regelgeving geenszins de toepassing van bepalingen die geen bijzondere bepalingen bestaan die een specifiek zijn voor bepaalde technieken of regeling voor bepaalde soorten voor bepaalde produkten of diensten die onder overeenkomsten op afstand in hun andere communautaire bepalingen vallen.

algemeenheid inhouden.

2. Indien een specifieke communau-taire regelgeving bepalingen bevat die slechts regelgeving betreffende goederen of diensten bepaalde aspecten van het in de handel bepalingen bevat inzake aspecten van : brengen van produkten en diensten regelen, - aan de overeenkomst voorafgaande bepaalde aspecten van het in de handel

informatie, brengen.

- schriftelijke bevestiging van de voorafgaande informatie,

- het herroepingsrecht,

Wanneer een specifieke communautaire

zijn die bepalingen van toepassing op die

(26)

- niet-gevraagde leveringen,

- de middelen van rechterlijk of administratief beroep,

- de beperkingen van het gebruik van technieken voor communicatie op afstand, - betaling per kaart,

- de uitvoering van de overeenkomst, dan zijn, wat die aspecten betreft, uitsluitend die bepalingen van toepassing op de overeenkomsten op afstand.

FIELD(

(Amendement 33) Artikel 15, lid 1

1. De lid-staten doen de nodige wettelijke en 1. De lid-staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om aan deze richtlijn uiterlijk drie jaar treden om aan deze richtlijn uiterlijk twee jaar na haar inwerktreding te voldoen. Zij stellen de na haar inwerktreding te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis. Commissie daarvan onverwijld in kennis.

FIELD(

(Amendement 34) Artikel 15, lid 4

4. Uiterlijk zes jaar na de inwerkingtreding van 4. Uiterlijk vier jaar na de inwerkingtreding deze richtlijn dient de Commissie bij het van deze richtlijn dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van deze richtlijn, in over de toepassing van deze richtlijn, in voorkomend geval vergezeld van een voorstel voorkomend geval vergezeld van een voorstel tot herziening van deze richtlijn. tot herziening van deze richtlijn.

FIELD(

(Amendement 35) Artikel 15 bis (nieuw)

Artikel 15 bis

Voorlichting van de consument

De lid-staten en betrokken organisaties waken ervoor dat de consument wordt ingelicht over de bepalingen van deze richtlijn en over het bestaan en de inhoud van de gedragscodes op dit gebied.

(27)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

FIELD(

(Amendement 36) Artikel 15 ter (nieuw)

Artikel 15 ter Klachtensysteem

De lid-staten werken samen met de branche- en beroepsorganisaties een klachtensysteem uit op basis van zelfregulering.

(28)

1 PB C 151 van 19.06.1995, blz. 234.

2 PB C 220 van 8.8.1994, blz. 1.

3 PB C 97 van 20.04.1995, blz. 1.

5. Transeuropees vervoersnet ***II

A4-0292/95

Besluit betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van een beschikking van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van een transeuropees vervoersnet (C4- 0423/95 - 94/0098(COD))

(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)

Het Europees Parlement,

- gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad (C4-0423/95 -94/0098(COD),

- gezien zijn in eerste lezing uitgebrachte advies inzake het voorstel van de Commissie aan het1 Europees Parlement en de Raad COM(94)0106 , evenals het gewijzigde voorstel van de2 Commissie COM(95)0048 - 94/0098(COD) ,3

- gezien het voorstel voor een wijziging op het voorstel van de Commissie (COM(95)0298), - gelet op artikel 189 B, lid 2 van het EG-Verdrag,

- gelet op artikel 72 van zijn Reglement,

- gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie vervoer en toerisme (A4- 0292/95),

1. wijzigt het gemeenschappelijk standpunt als volgt;

2. verzoekt de Commissie in haar overeenkomstig artikel 189 B, lid 2, sub d) van het EG-Verdrag uit te brengen advies in te stemmen met de amendementen van het Parlement;

3. verzoekt de Raad zijn goedkeuring te hechten aan alle amendementen van het Parlement, zijn gemeenschappelijk standpunt dienovereenkomstig te wijzigen en het besluit definitief vast te stellen;

4. verzoekt zijn Voorzitter onderhavig besluit te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

(29)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement



(Amendement 1)

Voor de eerste overweging, nieuwe overweging

overwegende dat het transeuropees net moet worden ontwikkeld vanuit het gezichtspunt dat h e t verkeersaanbo d en de verkeersvoorzieningen erop moeten worden gericht natuur en landschap te ontzien en zuinig om te gaan met de algemene middelen, die door de belastingbetalers opgebracht zijn, FIELD(

(Amendement 2) Derde overweging

overwegende dat in het Witboek van de overwegende dat in het Witboek van de Commissie over de ontwikkeling van een Commissie over de ontwikkeling van een gemeenschappelijk vervoersbeleid een gemeenschappelijk vervoersbeleid een optimaal gebruik van de bestaande capaciteit optimaal gebruik van de bestaande capaciteit wordt aanbevolen alsmede de integratie van wordt aanbevolen alsmede de integratie van alle netwerken voor de verschillende alle netten voor de verschillende vervoerstakken in een transeuropees netwerk vervoerstakken in een transeuropees net voor voor het vervoer van personen en goederen het vervoer van personen en goederen over de over de weg, per spoor, over de weg, per spoor, over de binnenwateren, door binnenwateren, door de lucht en over zee, de lucht en over zee, alsmede voor alsmede voor gecombineerd vervoer, gecombineerd vervoer, teneinde vooral het

milieu beter te beschermen, FIELD(

(Amendement 3) Derde overweging bis (nieuw)

overwegende dat de transeuropese netten overeenkomstig artikel 130 R van het Verdrag zodanig moeten worden opgezet dat er volledige steun wordt gegeven aan de toegang tot en het gebruik van vervoermiddelen die het minst schadelijk voor het milieu zijn, zoals vervoer per spoor, over water en over zee, alsmede het gecombineerd vervoer, rekening houdend met de uiteenlopende situaties in elke lid-staat van de Europese Unie,

FIELD(

(Amendement 4) Zesde overweging

(30)

 

overwegende dat het noodzakelijk is de overwegende dat het noodzakelijk is de projecten van gemeenschappelijk belang aan te projecten van gemeenschappelijk belang aan te geven die tot het verwezenlijken van deze wijzen die tot het verwezenlijken van deze doelstellingen bijdragen en met de aldus doelstellingen bijdragen en met de aldus vastgestelde prioriteiten in overeenstemming vastgestelde prioriteiten in overeenstemming zijn; dat uitsluitend rekening mag worden zijn; dat uitsluitend rekening mag worden gehouden met projecten die economisch gehouden met projecten die economisch levensvatbaar worden geacht, levensvatbaar worden geacht; overwegende dat de projecten moeten worden afgewogen tegen alternatieven voor de desbetreffende infrastructuur en voor de vervoerstak,

FIELD(

(Amendement 5) Zesde overweging bis (nieuw)

overwegende dat de investeringen die voor het transeuropees net gepland zijn in een redelijke verhouding moeten staan tot het aantal arbeidsplaatsen dat volgens het Witboek- Delors in de betrokken regio's gecreëerd zou moeten worden,

FIELD(

(Amendement 6) Negende overweging overwegende dat de Commissie om de twee Schrappen jaar een verslag moet voorleggen over de

tenuitvoerlegging van deze beschikking en om de vijf jaar een verslag waarin wordt aangegeven of de richtsnoeren moeten worden herzien,

FIELD(

(Amendement 7) Tiende overweging

overwegende dat bij de Commissie een comité overwegende dat de Commissie bij de moet worden ingesteld dat er met name mee vaststelling van de projecten van belast is de Commissie bij te staan wanneer zij gemeenschappelijk belang dient te worden de tenuitvoerlegging en de ontwikkeling van bijgestaan door het bij beschikking de onderhavige richtsnoeren onderzoekt, 78/174/EEG van de Raad ingestelde Comité

voor de vervoersinfrastructuur, FIELD(

(Amendement 8) Artikel 2, lid 2, sub a) t/m e)

a) in een ruimte zonder binnengrenzen een a) in een ruimte zonder binnengrenzen een duurzame mobiliteit van personen en goederen duurzame mobiliteit van personen en goederen garanderen onder optimale sociale en veilige garanderen onder optimale sociale en veilige

(31)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

 

omstandigheden, met inachtneming van de omstandigheden, terwijl tevens wordt Gemeenschapsdoelstellingen, met name op het b i j g e d r a g e n a a n d e gebied van het milieu alsmede ter versterking Gemeenschapsdoelstellingen, met name op het van de economische en sociale samenhang, gebied van de milieubescherming, overeenkomstig artikel 2 van het Verdrag, en het mededingingsbeleid, alsmede de economische en sociale samenhang versterken, b) de gebruikers hoogwaardige infrastructuur b) de gebruikers kwalitatief goede tegen optimale economische voorwaarden infrastructuur en bijbehorende diensten tegen

aanbieden, aanvaardbare economische voorwaarden

aanbieden,

c) alle vervoerstakken met inachtneming van c) alle vervoerstakken met inachtneming van hun respectieve voordelen combineren, hun comparatieve voordelen combineren, met bijzondere aandacht voor het milieuvoordeel, d) een optimale benutting van de bestaande d) een optimale benutting van de bestaande capaciteiten mogelijk maken, capaciteiten mogelijk maken,

e) zoveel mogelijk interoperabel zijn, e) binnen en tussen de vervoerstakken interoperabel zijn,

FIELD(

(Amendement 9) Artikel 3, leden 2 en 3

2. De vervoersinfrastructuur omvat wegen-, 2. De vervoersinfrastructuur omvat wegen-, spoorweg- en waterwegennetten, zeehav spoorweg-, en waterwegennetten, luchthavens en verbindingspunten, zoals binnenhavens, zeehavens, luchthavens en binnenvaarthavens en overslagcentra. andere verbindingspunten alsook navigatie-

installaties.

3. De verkeersbeheerssystemen en de 3. De verkeersbeheerssystemen en de positionerings- en navigatiesystemen omvatten positionerings- en navigatiesystemen omvatten de nodige technische, informatica- en de nodige technische, informatica- en telecommunicatie-installaties om het telecommunicatie-apparatuur om het harmonisch functioneren van het netwerk en harmonisch functioneren van het net en een een doeltreffende regeling van het verkeer te doeltreffende regeling van het verkeer te

garanderen. garanderen.

3 bis. De fundamentele eisen die gelden voor de interoperabiliteit van het transeuropees vervoersnet, met inbegrip van de bijbehorende diensten, en voor de vervoerstelematica worden afzonderlijk vastgesteld.

FIELD(

(Amendement 10) Artikel 4, sub e) t/m j)

(32)

 

e) optimale combinatie van de vervoerstakken, e) optimale combinatie van de vervoerstakken met name door verbindingscentra aan te met het oog op duurzame mobiliteit, mede

leggen, door verbindingscentra aan te leggen bij grote

stedelijke gebieden,

f) streven naar samenhang en f) streven naar samenhang en

complementariteit van de financiële complementariteit van de financiële maatregelen, met inachtneming van de maatregelen, met inachtneming van de voorschriften die voor elk financieel voorschriften die voor elk financieel

instrument gelden, instrument gelden,

g) onderzoek- en ontwikkelingsactiviteiten, g) onderzoek- en ontwikkelingsactiviteiten, h) samenwerking en het sluiten van passende h) samenwerking en het sluiten van passende overeenkomsten met derde landen die bij de overeenkomsten met derde landen die bij de ontwikkeling van het netwerk zijn betrokken, ontwikkeling van het netwerk zijn betrokken, i) stimulerende maatregelen opdat de lid-staten i) stimulerende maatregelen opdat de lid-staten en de internationale organisaties de door de en de internationale organisaties de door de Gemeenschap nagestreefde doelstellingen Gemeenschap nagestreefde doelstellingen

steunen, steunen,

j) bevordering van een permanente j) bevordering van een permanente samenwerking van de belanghebbende samenwerking van de belanghebbende

partijen. partijen,

j bis) andere maatregelen die noodzakelijk blijken om de in artikel 2 genoemde doelstellingen te realiseren,

j ter) een kosten-batenanalyse voor de betrokken regio's, alsmede het scheppen van duurzame arbeidsplaatsen in een redelijke verhouding tot de omvang van de investeringen.

FIELD(

(Amendement 11) Artikel 5, sub a) t/m h)

a) ontwikkeling van hoofd-, sleutel- en a) totstandbrenging, respectievelijk tussenverbindingen die het mogelijk maken ontwikkeling van hoofd-, sleutel- en knelpunten weg te werken, ontbrekende tussenverbindingen die het mogelijk maken gedeelten aan te leggen en de grote doorgaande knelpunten weg te werken, ontbrekende verbindingen te voltooien; gedeelten aan te leggen en de grote doorgaande

verbindingen te voltooien;

(33)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

 

b) ontwikkeling van de toegang tot het netwerk b) verbetering van de toegang tot het net zodat zodat de insulaire, niet aan zee grenzende en de insulaire, niet aan zee grenzende en perifere perifere regio's verbonden kunnen worden met regio's verbonden kunnen worden met de de centrale regio's van de Gemeenschap; centrale regio's van de Gemeenschap;

c) optimale koppeling en integratie van de c) stelselmatige koppeling van de verschillende vervoerstakken; vervoerstakken en hun hoofd- en tussenverbindingen, alsmede verbetering van verbindingspunten, overstap- en overslagstations;

c bis) uitvoering van projecten met een bijzonder economisch belang, te beoordelen aan de hand van een kosten-batenanalyse waarbij de milieu-effectrapportage en de bijdrage aan de economische en sociale samenhang binnen de Gemeenschap worden meegewogen;

d) geleidelijke verwezenlijking van de d) geleidelijke verwezenlijking van de interoperabiliteit van de verschillende interoperabiliteit van de verschillende onderdelen van het netwerk; onderdelen van het net;

e) optimalisering van de capaciteit en e) optimalisering van de capaciteit en doeltreffendheid van de bestaande doeltreffendheid van de bestaande

infrastructuur; infrastructuur;

f) totstandbrenging en aanpassing van de f) totstandbrenging en aanpassing van de verbindingspunten en de intermodale verbindingspunten en de intermodale

vervoerscentra; vervoerscentra;

g) verbetering van de veiligheid en g) verbetering van de veiligheid en betrouwbaarheid van het netwerk; betrouwbaarheid van het net;

h) meerekenen van milieu-effecten bij de h) beschikbaar stellen van technische en totstandbrenging en de ontwikkeling van het informaticavoorzieningen voor de

netwerk; noodzakelijke informatievoorziening aan de

gebruiker;

FIELD(

(Amendement 12) Artikel 6

Netwerken van derde landen Verbindingen met derde landen

De Raad besluit per geval volgens de Over de samenhang tussen het transeuropees desbetreffende procedures van het Verdrag of vervoersnet en netten van derde landen besluit de projecten van gemeenschappelijk belang en de Raad overeenkomstig de procedure van de koppeling en interoperabiliteit van de artikel 228 van het Verdrag, om de uitvoering

(34)

 

netwerken door de Gemeenschap worden van projecten van gemeenschappelijk belang ondersteund, teneinde de samenhang van de mogelijk te maken en de interoperabiliteit van netwerken van derde landen met het de netten te bevorderen.

transeuropese vervoersnetwerk te verzekeren.

FIELD(

(Amendement 13)

Artikel 7, lid 1, vierde streepje en lid 2

- potentieel economisch levensvatbaar is, - potentieel economisch levensvatbaar is, rekening houdend met de sociaal-economische rekening houdend met de totale economische

kosten en baten. kosten en baten.

2. Elk project moet betrekking hebben op een 2. Elk project moet betrekking hebben op een onderdeel van het netwerk als omschreven in onderdeel van het net als omschreven in de de artikelen 8 tot en met 16 en moet met name artikelen 8 tot en met 16 en moet met name - betrekking hebben op de verbindingen die - betrekking hebben op de verbindingen die zijn aangegeven op de kaarten in bijlage I zijn aangegeven op de kaarten in bijlage I en/of en/of - voldoen aan de specificaties of criteria van - voldoen aan de specificaties of criteria van

bijlage II. bijlage II.

2 bis. De in bijlage III genoemde projecten dienen de komende 5 jaar te worden begonnen.

De lijst is niet uitputtend.

2 ter. De lid-staten nemen de nodige maatregelen om uitvoering te geven aan de netschema's en in het bijzonder om de verwezenlijking van projecten van gemeenschappelijk belang te vergemakkelijken en te bespoedigen.

2 quater. Alle vormen van communautaire financiering van de transeuropese netten zijn afhankelijk van de verenigbaarheid van de projecten met de milieuvereisten in deze beschikking en in andere EU-wetgeving en beleidsvormen.

FIELD(

(Amendement 14) Artikel 7 bis (nieuw)

Artikel 7 bis Milieubelangen

(35)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

 

Bij planning, aanleg en uitbouw van het net moet rekening worden gehouden met de belangen van milieubescherming door:

a) op communautair niveau

- de ontwikkeling van analysemethodes voor een strategische evaluatie van de milieugevolgen van het gehele net,

- de uitvoering voor alle takken van vervoer van "corridoranalyses" in de betrokken gebieden, waarbij wordt bepaald welke variant het minst schadelijk voor het milieu is,

b) op het niveau van de lid-staten:

- een evaluatie van de eventuele risico's voor het milieu van de projecten van gemeenschappelijk belang zoals omschreven in artikel 7,

- de strikte toepassing van de habitatrichtlijn, - milieu-effectrapportages overeenkomstig richtlijn 85/337/EEG bij de uitvoering van projecten van gemeenschappelijk belang.

FIELD(

(Amendement 15) Artikel 10, lid 4

4. Het net omvat ook de infrastructuur voor het 4. Het transeuropese informatie- en

verkeersbeheer. beheersnetwerk voor de binnenvaart omvat:

- een meldings- en beheerssysteem voor schepen die gevaarlijke of verontreinigende goederen vervoeren,

- communicatiesystemen voor noodsituaties en veiligheid op de binnenwateren teneinde een hoog niveau van veiligheid en efficiëntie van scheepvaart en milieubescherming op de Europese binnenwateren te bevorderen.

FIELD(

(Amendement 16) Afdeling 5, Titel

Zeehav Z e e h a v e n s e n m a r i t i e m e

(36)

 

vervoersinfrastructuur FIELD(

(Amendement 17) Artikel 11

De havens maken de ontwikkeling van het De havens vormen de verbindingspunten zeevervoer mogelijk en vormen de tussen het vervoer over land en het zeevervoer afvaartpunten voor het zeevervoer van en naar in het transeuropees vervoersnet en spelen een de eilanden en de verbindingspunten tussen het doorslaggevende rol in het kader van het zeevervoer en de overige takken van vervoer. intracommunautaire goederen- en Zij verschaffen de vervoerders de nodige personenvervoer, met inbegrip van installaties en diensten. Hun infrastructuur veerdiensten en zeescheepvaartverbindingen biedt een reeks diensten voor het vervoer van over korte en lange afstand binnen de reizigers en goederen, waaronder veerdiensten, Europese Unie en daarbuiten, en bij de scheepvaartverbindingen over korte en lange economische betrekkingen met de landen afstand met inbegrip van kustvaart, binnen de buiten de EG.

Gemeenschap en met derde landen.

FIELD(

(Amendement 18) Artikel 11 bis (nieuw)

Artikel 11 bis Zeehavens en kustvaart

"Short sea shipping"

1. De infrastructuur van en in verbinding met de havens moet met name de ontwikkeling van short sea shipping ondersteunen. Short sea shipping omvat zowel de kustvaart van de Unie-lid-staten en de verbindingen tussen de lid-staten als de verbindingen met derde landen aan Oostzee, Noordzee, Barentsz-Zee, Zwarte Zee en Middellandse Zee. Short sea shipping omvat zowel de zuivere zeescheepvaart als riviergebonden zeescheepvaartverbindingen en bovendien verbindingen langs en tussen kusten en verbindingen met eilanden.

2. Short sea shipping kan een bijdrage leveren tot de ontlasting van de verbindingen over land. Short sea shipping maakt samen met de overige onderdelen van het transeuropees vervoersnet de overschakeling op meer milieuvriendelijke middelen van vervoer mogelijk en versterkt de sociale en economische samenhang.

FIELD(

(37)

Gemeenschappelijk standpunt van de Raad Amendementen van het Parlement

 

(Amendement 19) Artikel 11 ter (nieuw)

Artikel 11 ter

Informatie- en beveiligingssysteem voor de zeescheepvaart in de Europese wateren Het transeuropese informatie- en beveiligingssysteem voor de zeescheepvaart omvat:

- beveiligingssystemen voor havens en kustvaart,

- positioneringssystemen voor schepen, - meldingssystemen voor schepen die gevaarlijke of milieuschadelijke goederen vervoeren,

- communicatiesystemen voor noodsituaties en veiligheid op zee,

teneinde veiligheid en efficiëntie van de zeescheepvaart en bescherming van het milieu in Europese wateren te waarborgen.

Het transeuropese informatie- en beveiligingssysteem voor de zeescheepvaart houdt rekening met het beleid van de Europese Unie en de andere relevante internationale organisaties (Internationale Maritieme Organisatie, Comité veiligheid op zee, Marpol- Verdrag 73/78, e.d.), omwille van de coördinatie tussen de verschillende instrumenten en omwille van een grotere doelmatigheid en naleving van de regels.

FIELD(

(Amendement 20) Afdeling 6, Titel

Luchthavens Infrastructuurnet voor de luchtvaart

FIELD(

(Amendement 21) Artikel 12 bis (nieuw)

Artikel 12 bis Luchtverkeersleidingssysteem

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

8. dringt er bij de Commissie op aan om in het kader van de door de Europese Raad te Essen geëiste nieuwe werkgelegenheidspolitiek haar activiteiten ter bevordering van

Bedenk een naam voor het mammoetjong in Museum Lunteren, vroegen we van de zomer aan de jeugd van Lunteren. Dat de stroom met sugges- ties niet te stuiten viel, is wat

Resolutie over het eerste verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de toepassing van richtlijn 91/308/EEG tot voorkoming van het gebruik van het

verzoekt de Oezbeekse autoriteiten volledige uitvoering te geven aan zijn resolutie van 15 december 2011 over het ontwerpbesluit van de Raad betreffende de sluiting van een

overwegende dat de procedures voor multilateraal toezicht die in artikel 130, leden multilateraal toezicht die in artikel 130, leden 3 en 4, bepaald is, moeten worden uitgebreid 3 en

Resolutie van het Europees Parlement van 25 maart 2015 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit

Wetgevingsresolutie houdende advies van het Europees Parlement inzake het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad

harmonisatie van de uitvoering van de EU- Fondsen onder gedeeld beheer, namelijk het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling ("EFRO"), het Europees Sociaal Fonds