• No results found

Vakbonden maken (nog) geen indruk

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Vakbonden maken (nog) geen indruk"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

66

ste

jaargang • nummer 52 • woensdag 28 december 2011 1,90 euro

Welke kleuren typeren het kerstfeest? Voor de Kerk is het wit, symbool van de zuiverheid. Maar wie buiten kijkt, botst vooral op rood en groen. De rode kleur, van de Kerstman, leert welke invloed Coca-Cola op onze maatschappij uitoefent. Het groen, van de kerstboom, stamt uit onze heidense traditie en leert hoe oude gebruiken in nieuwe vormen toch steeds kun- nen terugkomen.

Gelukkige Q

De vakbonden hebben gemeend de kersperiode wat extra rood-groen te moeten inkleuren. De echte militanten herken je aan de tint van het hesje (zo heet tegenwoordig dat syndicale overgooiertje) en dan gaan bij vakbondsacties die twee kleu- ren het straatbeeld domineren. Volgens de syndicale leiders was de druk van de achterban te groot om geen algemene staking bij de overheidsdiensten uit te roepen. Vandaar het ordewoord aan elkeen die rechtstreeks of onrechtstreeks bij Vadertje Staat werkt, om donderdag niet voor Vadertje Staat te gaan werken.

Daarmee zou die achterban op de wenken bediend zijn, al bleek niet iedereen even gelukkig met het manoeuvre. Wie het initia- tief zeker op prijs kon stellen, was Vincent van Quickenborne. In een ironiserend artikel voor dit blad werd vorige week de reeks ministers van Pensioenen opgesomd. Bekijk die lijst nog eens;

al zowat een kwarteeuw berust de portefeuille “pensioenen” in socialistische handen. Sommige ministers met die bevoegdheid blijven nog lang tot de verbeelding spreken, zonder twijfel. Van der Biest, Colla, Daerden: geef toe dat we die staatslui niet snel zullen vergeten.

En net die portefeuille werd in de schoot geworpen van de libe- rale, hyperkinetische ADHD’er Quick? Dat moest vonken geven, en wel meteen. Wij durven er een bak “beter bier” op verwed- den dat hij zich verkneukelde bij de vakbondsreacties. Open Vld staat in Vlaanderen momenteel te kijk als de partij van nuttige idioten die een linkse regering in het zadel hielpen heffen. Quicks spierballengerol moest meteen na het aantreden van de rege- ring het tegendeel bewijzen. Hij, tevens tot vicepremier gepro- moveerd, zou eens snel laten zien dat deze regering wel degelijk durft doen wat de linkerzijde niet zint. De vakbonden speelden, onbedoeld, het propagandanummertje van Quick mee. Daarmee lijkt het liberale blazoen weer een beetje opgepoetst.

“Une grève pour rien”

Met de syndicale militanten en minister Van Quickenborne hebben we ze zowat in extenso opgesomd, degenen die achter de staking stonden. We doorbladerden vier kranten op vrijdag – de dag na de staking. De woorden van de zichtbaar opgeluchte koning in zijn kerstboodschap indachtig, zorgden we uiteraard voor een strikt communautair evenwicht door De Morgen, De Standaard, Le Soir en La Libre Belgique in beschouwing te nemen.

Op die kranten maakten de vakbonden met hun nationale actie-

dag in elk geval weinig indruk. La Libre Belgique schrijft op blad- zijde 27 (!) “La grève coûte cher à Logistics”. De krant vindt het vooral belangrijk te melden dat de acties de spoorwegmaat- schappij centen kostten. Het editoriaal (slecht Nederlands, maar gepast voor een Franstalige krant) beklemtoont de nood aan een pensioenhervorming.

Op de voorpagina staat over de staking geen woord. De Stan- daard meldt op haar voorpagina dat de staatsbon gered wordt door kunst-en-vliegwerk. Lag de overheidssector daags voordien plat? Dat merk je maar als je verder in de krant bladert. Bart Sturtewagen schrijft in het commentaarstuk: “Het valt niet te ver- wachten dat ze (de staking) in de sociale geschiedenis als een van de grote dagen zal worden geboekstaafd.” Applaus klinkt anders.

Verscheurd hart

Toonde de linkse De Morgen meer begrip? Daar haalde de staking wel de voorpagina, maar onder een terughoudende titel:

“omstreden staking voorlopig ten einde”. De krant vindt dat er dringend een nieuwe abortuswet moet komen en ruimt daarvoor meer plaats in op de frontbladzijde, en daarover gaat ook het commentaarstuk. Drie binnenbladzijden gaan over de staking, met kritiek op de staking en een reportage over een volle blad- zijde over hoe Van Quickenborne de dag beleefde. Le Soir heeft het vooraan over: “Dossier pension: une grève pour rien”. Alle- maal voor niks dus, dat gestaak. Edito behandelt de veel belang- rijkere kwestie van de tram in Luik.

Er zijn tijden geweest dat de vakbonden meer indruk maak- ten. De media zijn in elk geval niet mee en kiezen voor de rege- ring-Di Rupo.

Zo laat La Libre Belgique de voorpagina en twee binnenblad- zijden aan Philippe Moureaux, links geweten van de PS. “Ik heb een verscheurd hart”, klinkt de emotionele titel.

Moureaux brengt een PS-versie op het aloude met-de-dood- in-het-hart van de CVP. “Deze hervormingen zijn totaal onrecht- vaardig, onevenwichtig… maar totaal onvermijdelijk! Daarom zal ik voor stemmen.” Ze lijken haast op bestelling van Di Rupo geleverd, dit soort artikels in de Franstalige pers, waar een icoon van de linkerzijde alle begrip uitspreekt voor de twijfels en zelfs vertwijfeling, zich er zowaar mee akkoord verklaart, om dan te zeggen dat er geen andere weg is. De pers kiest zowat alge- meen voor de weg van de zogenaamde redelijkheid, wat neer- komt op: “we hebben nu een regering, laat ze haar werk doen”.

De vakbonden mispakten zich lelijk aan die sfeer en gooiden hun kaarten te snel op tafel.

Noord-zuidkloof

Als zelfs de vakbonden geen tegengewicht kunnen bieden (voorlopig althans), dan lijkt enig verzet vanuit de Vlaamse bewe- ging tegen het communautaire akkoord al helemaal zinloos.

Op korte termijn wellicht wel, maar onder de radar blijft de tweespalt van het land toch sudderen. Op woensdag schrijven kranten en nieuwswebstekken dat de trein stopt aan de taal- grens. Het beeld zette zich weer diep vast in de Vlaamse hoof- den. Le Soir vraagt zich vrijdag af of de staking goed werd opge- volgd. “Pas de doute là-dessus”, geen twijfel. En volgens Le Soir was er zowaar geen breuk tussen noord en zuid. Maar wat lezen we in De Standaard? “En de ambtenaar? Hij werkte.” De meeste postbodes reden uit. Duizenden ambtenaren werkten thuis via de laptop. De Standaard laat ambtenaren aan het woord die uitleg- gen waarom ze niet mee staakten. Le Soir meldt in twee kleine stukjes dat slechts 3 % van de ambtenaren van de Vlaamse over- heid staakte. Een facebookinitiatief, “wij zijn het beu”, over de stakingen van de spoorwegen is ook een Vlaamse aangelegen- heid, volgens Le Soir. Hoe ver reikt het recht op staken, vraagt die krant zich af. Twee specialisten geven hun mening. Mateo Alaluf, professor sociologie aan de ULB, Franstalig, rekt dat recht ver uit. Marc de Vos, professor arbeidsrecht in Gent, Vlaming, beklemtoont vooral de rechten van wie wil werken.

Wanneer de trein- en de tramstellen collectief achter slot en grendel worden gelegd, dan vallen de verschillen in stakingsbe- reidheid tussen noord en zuid minder op, maar ze bestaan wel degelijk. Het beleid van deze regering gaat voor la Wallonie profonde veel te ver, terwijl het diepe Vlaanderen beseft dat er met de hervormingen eigenlijk nog verder moet gegaan worden.

Nu de regering-Di Rupo zich in staat van genade bevindt, kan ze die tegenstelling aan de oppervlakte nog overkoepelen.

Maar wanneer binnenkort dieper moet gesneden worden, zal dat dwars door het land zijn.

Vakbonden maken (nog) geen indruk

Deze week :

• Wat Duitsland wint 2

• Kerk in nood 3

• Briefje aan Herman De Croo 3

• Vlamingen naar Wallonië(2) 4

• Nordine Amrani 5

Le mal Grimbergois 6

Staking maakt weinig indruk

(2)

De dingen dezer dagen 2

28 december 2011

Het “centrum” in zijn blootje

Het onvolprezen Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding werd van bin- nenuit compleet in zijn blootje gezet, door een medewerkster die in het Brusselse aan politiemensen “college” gaf over “intercul- turele communicatie”.

De dame van Turkse origine viel uit haar gelijkekansenrol toen ze, betreffende het onderwerp monoculturen, “doceerde” dat joden zich niet moeten aanpassen “omdat ze geld en macht genoeg hebben, en er altijd het holocaustverleden bijhalen om ons een schuldgevoel aan te praten, al heeft België niks met de holocaust te maken”.

In het gunstigste geval zou men dergelijke prietpraat als bewijs van incompetentie kun- nen catalogeren. Niet echter als die gedebi- teerd wordt in de lokalen van een “centrum”

dat zich een vorm van pauselijke onfeilbaar- heid toemeet bij het objectief - vooral dat!

- afwegen van wat racistisch is en wat niet.

Zo dacht ook de Brusselse politiecom- missaris David Vroome. Toch niet de eer- ste de beste, legde hij prompt klacht neer tegen de “docente” wegens antisemitisme.

Hij voegde er fijntjes aan toe te hopen dat

De regimekranten manipuleerden de publieke opinie tot het blijven focussen op het “onrecht” aangedaan aan de regering en minister van Pensioenen Quicky, door de vakbonden, en de georkestreerde stakingen.

Een dankbaar “item”, omdat de spots boven andere twijfelachtige “items”

gedoofd konden worden. Zoals het merkwaardige fenomeen dat het beruchte CGKR van Jozef de Witte geacht wordt een klacht te onderzoeken tegen... zich- zelf.

een klacht tegen zichzelf even zorgvuldig als alle andere klachten onderzocht zal worden.

Het magazine “Joods Actueel” liet er geen gras over groeien en hakte, naar gewoonte, niet bepaald zachtzinnig in op de centrum- blunder.

Publiek geheim

Horden krantenlezers lieten via het geijkte kanaal, “brieven aan de redactie”, van het

“centrum” nog weinig heel. We vermelden vier rake voorbeelden:

“Als allochtonen ons bedreigen, beroven of erger, dan zwijgt het centrum in alle talen.

Ik heb nog nooit gelezen dat een vreemde- ling werd aangeklaagd voor racisme. Opdoe- ken dat centrum.”

“Het CGKR werd onder Verhofstadt in eerste instantie opgericht om Vlaams Belang en zijn kiezers te bestrijden. Daarom werd er een vooral (extreem) links denkende lei- ding neergepoot. Eerst Leman en na hem De Witte.”

“Ik vroeg me al af waarom er nooit een klacht werd ingediend tegen de daders van de eremoord, die deze week voor moord

werden veroordeeld?” “Dit centrum dient zo snel mogelijk afgeschaft, tenzij zo snel mogelijk de leiding ervan overgedragen wordt aan onbevooroordeelde personen die alle gemeenschappen willen verdedigen of durven beschuldigen.”

Daar kon centrumdirecteur De Witte het mee doen.

Het is een publiek geheim dat hij, naast zijn diepgewortelde afkeer voor “rechts”, ver- dacht wordt van ongebreidelde sympathie voor de Palestijnen. Dat mag, op voorwaarde dat hij die sympathie niet gebruikt om racis- tische praat over joden te minimaliseren.

Het zijn trouwens niet alleen joden die zonder aarzelen durven stellen dat het god- ganse CGKR baadt in een smerige sfeer van vooringenomenheid. De op staatskosten flo- rerende instantie “De Witte en co” erkende noodgedwongen dat de uitspraken van de Turkse medewerkster “fout” waren, maar voegde er prompt aan toe dat er van antise- mitisme geen sprake kon zijn. De totaal ver- sleten dooddoener “uit het verband gerukt”

werd nog maar eens als doorslaggevend bewijs opgevoerd.

Tegenaanval

Maar alles kan altijd nog beter. Zeker als de geloofwaardigheid van een instelling als het CGKR van binnenuit nog wat meer op de helling wordt gezet dan het al was. De Witte koos voor de vlucht vooruit.

Hij bestond het op zijn beurt klacht in te dienen bij de dienst Algemene Inspectie van de politie tegen commissaris Vroome voor

“oneerlijke en kwaadwillige weergave van uitspraken van de betrokken medewerk-

ster”. Of hoe het “ge moet maar durven”

door een zich door het regime oersterk voe- lende De Witte tot zijn volste recht komt.

Het is merkwaardig dat, na een sum- miere berichtgeving over de tegenklacht, de mediaopvolging van de zaak compleet is stil- gevallen. Nochtans hadden opinieschrijvers voordien eensluidend pro-Vroome stand- punten ingenomen, dus, onrechtstreeks, anticentrum.

Luc van der Kelen, immer als eerste op de bres om modelstaat België en de instellingen zo nodig tot op de rand van het groteske te promoten en te verdedigen, was zowaar kei- hard: “Het gaat hier niet om spijkers op laag water, maar om een betrouwbare politieof- ficier die geschokt was door de clichématige en daardoor vooringenomen benadering van joodse mensen, één van de elementen van latent antisemitisme.”

Zijn conclusie? “Als medewerkers dat soort taal gebruiken voor mensen van bij ons die nooit iemand kwaad hebben gedaan, dan moet worden nagegaan of de screening en aanwerving van personeel bij het CGKR wel toereikend is. Het wordt tijd dat de bevoegde minister deze instelling laat door- lichten.”

Die bevoegde “minister”, Maggie de Block, is staatssecretaris voor Migratie in de rege- ring-Di Rupo. Zij functioneert onder de bevoegdheid van de eerste minister. Iemand al iets gehoord van de staatssecretaris? Ik ook niet.

Met het kerstreces in aantocht, is ze allicht druk bezig met het “inwerken in actuele dos- siers”.

D.Mol

Wat Duitsland wint met de eurocrisis

Uit de smalle beursstraat

2011 was het jaar van de eurocrisis, 2012 zal het wellicht ook worden. De Duitse bondskanselier Angela Merkel, die een centrale rol speelt in de spanningen tussen de eurolanden, die hoog zijn opgelopen, verklaart steevast dat ze er alles wil aan doen om de euro te redden. Toch komt de eurocrisis Das Mädchen goed uit. Al is het enthousi- asme voor de eenheidsmunt in Duitsland niet bijster groot, het land heeft dit jaar wel een aardige stuiver aan de eurocrisis verdiend.

Duitsland kan zich nu al een hele tijd op de internationale markten financieren aan een zeer lage rente. De rente op staatsobligaties met een looptijd van tien jaar draait rond 2 procent. Dat is minder dan de inflatie. Dat betekent dat wie geld leent aan Duits- land er eigenlijk aan verliest. Waarom doen beleggers dat dan? Zeer eenvoudig: bij een lening aan Duitsland weten ze dat ze hun inleg op de vervaldag terugkrijgen. Bij landen die aan de rand van het bankroet staan, zoals Griekenland, is dat veel minder zeker. De Duitse rente op kortlopende beleggingen ligt zelfs nog lager. Staatsleningen op twee jaar hebben een intrest van 0,3 procent, die op zes maanden 0,08 procent. Duitsland kan eigenlijk gratis lenen. Dat betekent dat er in de Duitse begroting steeds minder geld moet worden opzijgezet om de intresten op die leningen terug te betalen. Het zo vrijgekomen geld kan worden uitgegeven. Maar daar kiezen de Duitse beleidsmakers niet voor. Ze gebruiken het vrijgemaakte geld voor een belastingverlaging.

Economen hebben berekend dat Duitsland door de lage rente dit jaar ongeveer 9 miljard euro heeft gewonnen. Wel, de belastingverlaging bedraagt 8 miljard euro. Het is niet de eerste keer dat Duitsland zijn belastingen verlaagt. In het verleden werden zo’n kortingen altijd gekoppeld aan een andere verhoging, zoals de stijging van de btw- voet, maar nu wordt de Duitse belastingbetaler beloond voor de eurocrisis.

Die crisis mag voor Berlijn nog een tijdje aanslepen, want de lage Duitse rente laat de overheid toe financieel munitie in te slaan voor wanneer het echt slecht gaat. Duit- sers zijn altijd vooruitziend. De overheid leent dankzij de lage rente massaal en die geleende miljarden worden letterlijk opzijgezet om de Duitse banken te redden voor het geval er zich een nieuwe bankencrisis voordoet. Ook grote Duitse bedrijven berei- den zich voor op de schok. Topbedrijven als Siemens, Volkswagen en BMW hebben allemaal een bankvergunning. Zij kunnen bankier spelen. Voor autobouwers is dat niet abnormaal, omdat ze vaak zelf kredieten verstrekken voor de aankoop van een wagen.

Wel, die multinationals hebben dankzij hun bankvergunning het recht hun geld direct bij de Europese Centrale Bank te plaatsen. Daar is het veilig voor een grote eurostorm.

Een vergeten voordeel dat Duitsland uit de eurocrisis haalt, is de wisselkoers van euro naar dollar. De euro is door de crisis de laatste maanden in waarde gedaald. Dat is goed nieuws voor de exporterende landen. Het maakt de eigen producten goedko- per op de internationale markten. Duitsland, dat voor 50 procent van zijn bbp rekent op de export van zijn producten, versterkt hiermee zijn internationale concurren- tiepositie. Het Duitse exportwonder blijft aanhouden. Maandelijks neemt de Duitse export met 0,9 procent toe, terwijl de import met 0,8 procent daalt. Het Duitse han- delsoverschot bedraagt 17,4 miljard euro. Op een jaar tijd is dat met meer dan 5 pro- cent toegenomen.

Duitsland heeft het voordeel dat het in belangrijke mate naar landen buiten de euro- zone exporteert, waardoor het geniet van het wisselkoersvoordeel. België is voor 80 procent afhankelijk van export, maar dan vooral naar de omliggende landen, waardoor de daling van de euro weinig effect heeft.

Een zwakkere munt zorgt wel voor een duurdere import en dat kan de inflatie doen oplopen. Maar Duitsland heeft daar geen last van, om meerdere redenen. Ten eerste neemt de import van Duitsland af, wat het inflatie-effect beperkt. Ten tweede voert Duitsland vooral grondstoffen in die worden omgezet tot afgewerkte producten. De prijzen die voor zo’n grondstoffen worden afgesproken met leveranciers zijn vaak lan- getermijncontracten die niet om de haverklap worden aangepast aan de wisselkoers- schommelingen.

De Duitse economie zit nog een tijdje op rozen.

Angélique VAnderstrAeten

Verhofstadt hielp Di Rupo in het zadel

DuiDelijk

Onvolprezen gedocumenteerd en bele- zen is analist Marc Grammens, in zijn gere- puteerde nieuwsbrief “Journaal”. Bovendien heeft hij een olifantengeheugen. Zoals weer bewezen in het jongste nummer, met zijn inleidend woord bij de analyse over “een Belgische regering”. Hij citeert uit P-Maga- zine en uit de mond van Pieter de Crem:

“Di Rupo is voor ons geen geschikte pre- mier. Ik weet dat ik dit kan zeggen namens de ganse CD&V-fractie. Duidelijker kan ik niet zijn.” Grammens voegt er laconiek aan toe: “De Crem is minister van Defensie in de regering-Di Rupo.” Duidelijker kan niet.

Met dien verstande dat duidelijkheid op de manier van tsjeven duidelijk iets totaal anders is dan duidelijkheid van een opi- niemaker als Grammens, die duidelijk van rechtlijnigheid getuigt.

“Vlaamse” fRontVoRming Nooit is in Vlaanderen een gemeentelijke kiescampagne zo vroeg begonnen als die richting oktober 2012. Nooit is in de ran- gen van de traditionele partijen de schrik zo groot geweest voor verlies van eigen postjes in tal van gemeenten. Vandaar de wildgroei aan “kartels” om het “gevaar”, de N-VA, in te dijken. Socialist, liberaal of tsjeef, de persoonlijke belangen zijn zo groot dat er geen verschil meer is in de manier waarop al die kartelgegadigden komende jaren in de eerste plaats het beste van zichzelf wil- len geven om het “algemeen belang” te die- nen, en in de allerlaatste plaats eigenbe- lang. Als dat geen “Vlaamse” frontvorming is die, mocht ze her en der lukken, na bolle- kenskermis én in de praktijk hulde zal bren- gen aan de gebruikte aanhalingstekens.

(3)

Herman de Croo

Onverslijtbaar Werkpaard Brakel

Gij Onstuitbare,

Al langer dan gisteren verdenk ik u ervan dat gij zoiets als een “duel der werkwil- ligheid” uitvecht met die andere onstuit- bare, residerend schuin tegenover de praatbarak waarin gij al 44 jaar de blabla- kunst beoefent, verpakt als dienstbetoon aan het volk. Gij kunt het met uw konink- lijke rivaal uitstekend vinden. Trouwens, de ganse blauwbloedige profiteursclub mag altijd en overal op uw onvoorwaardelijke verbale steun rekenen. De kans dat gij nog iets langer op uw parlementaire sokkel zult pleisteren dan uw koninklijke rivaal/inti- mus op de zijne, is reëel. Voor krasse knar- ren de zeventig voorbij, kunnen de drie jaar verschil tussen uw 74 prille lentes en de 77 van uw tegenspeler doorwegen bij het uitvoeren van uw beider even loodzware als verantwoordelijke job. Wie nu steigert omdat hij straks tot de jeugdige leeftijd van 62 zal moeten werken, kan zich maar beter spiegelen aan het voorbeeld dat gij bei- den als onverslijtbare werkpaarden stelt.

Voorlopig wil geen van u van wijken weten, onverdroten zij aan zij voortschrijdend op het pad van het dienstbetoon.

Het begrip “pensioen” is niet aan u besteed. Wat niet wil zeggen dat gij de betekenis niet onderkent. Integendeel.

Want als uw eigen pensioen u een zorg zal wezen, dan geeft gij toch blijk van diep- gaande bekommernis voor dat van al uw gelijken, vertegenwoordigers des volks, zetelend in de zeven praatbarakken die onze modelstaat rijk is. In tijden dat naar het pensioen lonken voor Jan met de pet een verre droom wordt, siert het u dat gij als onstuitbare werkkracht ijvert voor het behoud van de zelfbedieningsuitzonde- ring die de algemene nieuwe pensioenre- gel, geldend voor het plebs, moet beves- tigen. Gij breekt een lans, als het moet twee lansen, of drie, om “voorzichtigheid”

en “nodige studie” aan te bevelen om een te snel herbekijken van het parlementaire pensioensysteem te vermijden. Uw plei- dooi staat haaks op de topsnelheid die elke flitspaal in verlegenheid zou brengen, maar waarmee uw eigen blauwefabriek- jespartij en neopensioenminister Quickel- dinges alle andere pensioenregelingen – of zijn het -verarmingen? – toch in praktijk gaan brengen. Ik ben echter de eerste om toe te geven dat schaamteloos cynisme al langer eigen is aan het politieke bedrijf dat de enige “ware democratie” in “juiste banen” houdt.

Als topargument in uw pleidooi voert gij aan dat een parlementaire loopbaan niet te

vergelijken valt met die van een “gewone werknemer”. Vanuit die vaststelling con- cludeert gij dat wie “talentvolle politici wil, ze ook goed moet betalen”. Want, gooit gij in uw beste Engels daarbovenop, “if you pay peanuts, you get monkeys”. Zonder dat gij daar woordelijk aan toevoegt dat in dat verband het pensioen van een parle- mentariër ook niet mag worden vergele- ken met dat van een “gewone werknemer”, heeft de goede verstaander de boodschap begrepen. Ik durf hopen dat gij een even goede verstaander zijt, als ik zeg dat in de voorbije decennia nochtans meer goed- betaalde “monkeys” op het politieke plat- form stonden dan talentvolle. Waardoor het geliefde vaderland in de “shit” verzeild is. Niet de “monkeys” maar de “gewone werknemers” mogen, neen, moeten die nu opruimen.

Als het, mede door uw gewaardeerde tussenkomst, verder van de “monkeys”, excuus, het voorradige pakket “talentvolle politici” afhangt, zal in de loop van de vol- gende weken of maanden, ook het huidige

“recht op pensioen” van parlementariërs herbekeken worden. Gij zijt geen voor- stander dat er veel gewijzigd wordt aan het

“recht” om het vanaf 55 jaar voor beke- ken te mogen houden en, na een loopbaan van 20 jaar, het “recht” op een pensioen van 5.170 euro. Met uw 44 jaar parlemen- taire topdienst betwist ik u het recht van spreken niet. Aan de andere kant houdt gij beter de klep dicht, dan over studies, op te richten commissies en andere vertragings- manoeuvres te lullen, vooraleer maatre- gelen te kunnen nemen die gewoon tege- lijk met het voor de “gewone werknemer”

geldende credo “langer werken voor min- der geld” genomen hadden kunnen, neen, moeten worden.

Als ik het mij al levendig herinner, zult gij het, als onverslijtbaar parlementair werk- paard, nog veel levendiger herinneren dat een nieuwe voorzitter van het Vlaamse Parlement “bijna van zijn stoel viel” toen hij zijn eerste loonbriefje onder ogen kreeg.

Prompt inleveren, dat ging hij, en met hem alle anderen… nadat een opgerichte com- missie voldoende “bestudeerd”, “overlegd”

en “gediscussieerd” zou hebben. Gij zult nog veel beter dan ik weten wat daar (niet) van terechtgekomen is. En vooral waarom.

U mag weten dat ik wel met “monkey” zou willen ondertekenen, om u als talentrijk politicus ter wille te zijn, maar er de voor- keur aan geef dat

te doen als…

3

De dingen dezer dagen

28 december 2011

Brief aan ...

Dat de over alles anders denkende en het medialandschap kleurende intelli- gentsia geen kans onbenut laat om op paus en aartsbisschop te schimpen, zijn we allang gewend. Dat vele mensen de antikerkelijke duiding in de media maar wat graag nawauwelen, is ook bekend. De grootste zorgen van de Kerk in Vlaande- ren situeren zich momenteel evenwel intra muros. Dan hebben we het niet eens over de pedofilieschandalen. Eerder lijkt ons de beginselvastheid van de katho- lieken zelf problematisch.

Kerk in Nood

Rebellie of heresie?

Een groep gelovigen die zichzelf als basis- kerk ziet, vroeg onlangs via een petitie her- vormingen in de kerk, om “het probleem van de parochies zonder priester, de eucharistie- vieringen op ongeschikte uren en de gebeds- diensten zonder communie” op te lossen. De redding voor de Vlaamse katholieke Kerk ligt volgens de initiatiefnemers in de promi- nente rol van de leek (m/v) binnen de Kerk.

Ook moeten binnen de kortste tijd zowel gehuwde mannen als vrouwen tot het pries- terambt worden toegelaten. Achtduizend basiskerkelijken ondertekenden de petitie die door o.a. Mark van de Voorde, gewezen hoofdredacteur van Kerk & Leven en advi- seur van premier Yves Leterme, en ererec- tor Roger Dillemans wordt gesteund. Het initiatief was niet naar de zin van de behouds- gezinde katholieken.

De hevige discussie tussen voor- en tegen- standers van de petitie tonen hoe diep de loopgraven zijn die progressieven en conser- vatieven in de Vlaamse Kerk hebben gegra- ven. Woorden als ketters en afvalligen, of integristen en fundamentalisten, vliegen als granaten heen en weer. Marc van de Voorde, die zijn conservatieve tegenstanders “fascis- toïde methodes” verwijt, zorgde voor een dieptepunt door zich bij de abt van een jong en mondig kloosterling te gaan beklagen over diens conservatieve opvattingen. Kijkend vanuit het neutrale niemandsland tussen beide fronten begrijpen we de situatie niet goed meer. In het huis van mijn Vader zijn vele kamers, heeft men ons geleerd, maar nu lijkt het erop dat er een vechtscheiding op til is, waarbij de ene partij de andere uit het huis wil verjagen. Het enige wat velen blijkbaar tegenhoudt om de mentaal reeds genomen stap naar een ander type christe- lijke gemeenschap daadwerkelijk te zetten, zijn misschien wel de bezittingen der kerkfa- brieken en de schimmige lokale vzw’s. Neem het van ons aan: de op handen zijnde liqui- datie van een deel van het katholiek onroe- rend goed gaat voor heel wat ruzie zorgen.

De puntjes naast de K.

De Katholieke Universiteit Leuven, thans ook University of Leuven, of KU Leuven (zonder puntjes!), is op geloofsvlak ook niet echt richtinggevend meer. De steun van ere- rector Dillemans aan de beweging achter de petitie is tekenend. En net nu komt de naamsverandering van de universiteit. Meer dan anderhalf jaar heeft men er zich in de professorale salons het hoofd over gebro- ken. Alles draaide rond de positie van de “K”.

Lang leek het erop dat deze zou weggelaten worden. Toch bleek uiteindelijk dat slechts 5 % van de universitaire gemeenschap de

“K” liever kwijt dan rijk was. De meeste stu- denten en personeelsleden zijn nog steeds gehecht aan de “K”, hoewel de persoonlijke

invulling ervan erg verschilt. De resultaten van de interne bevraging bleven niet zonder gevolg. De hooggeleerde naamgevingscom- missie is bevallen van een Belgisch compro- mis. Eenieder krijgt de gewetensvrijheid om in de toekomst al dan niet het prefix “KU”

te gebruiken. Daarbij mogen wel geen punt- jes worden gebruikt, want de “KU” mag offi- cieel niet langer als afkorting van ‘Katholieke Universiteit’ beschouwd worden. Ze zijn gewoon deel van het “corporate image” (sic).

De grappen over de TUFAKUL, “the uni- versity formerly known as Katholieke Uni- versiteit Leuven” (met een knipoog naar de artiest Prince), kunnen in de vuilnisemmer.

Het voorlopige eindpunt van het identi- teitsdebat is volgens rector Marc Waer geen halfslachtig compromis. Wanneer men de minzame man hoort spreken, is men daar evenwel niet zo zeker van. “We zijn katho- liek, dat is toch gebleken?”, laat Waer ener- zijds optekenen, maar anderzijds: “We zijn en blijven een instelling die onafhankelijk is van de kerk.” Vlees noch vis, als men het ons vraagt.

Christelijke “openheid”

De Katholieke Universiteit wil in de toe- komst “vanuit het christelijk mensbeeld actiever de stap zetten naar andere levens- beschouwingen en godsdiensten”. We vra- gen ons af wat daar nieuw aan is. Openheid en intellectuele interesse voor het andere is nu eenmaal eigen aan het christendom. De nieuwe “openheid” blijkt bovendien vooral op politiek-correcte thema’s gericht, zoals het dragen van hoofddoeken en halal-voed- sel in de studentenrestaurants. Tegen het dragen van de hoofddoek aan de katholieke universiteit is er in Leuven geen bezwaar. Dat verbaast ons niet, want de doorsnee con- tra-argumenten zoals onderdrukking van de vrouw en emancipatie zouden op zijn minst misplaatst zijn. Waar we ons wel aan storen, is de dwaling dat “openheid” ook inhoudt dat de islamitische voedselgrillen geaccom- modeerd moeten worden. Indien een “haal- baarheidsstudie” positief blijkt, kan er in de toekomst in de Leuvense alma’s halal gege- ten worden. Mogen islamitische studenten tijdens de schachtendoop (sic) nu ook alleen water drinken? Er zijn gelukkig grenzen aan de Leuvense “dhimmitude”: studenten van eender welk geloof die tijdens het examen wensen te bidden, dienen dit ter plekke en in stilte te doen.

Voor de haan nog een keer kraait, is Vlaanderen de rebellerende petitie en de naamswijziging van de KU Leuven vergeten, maar de ruzie woedt voort. Ons lijkt het, dat een behoedzaam moderniseren van de erfenis van eeuwen beter is dan het alsmaar tred trachten houden met de tijdsgeest. Dat is onze nieuwjaarswens voor alle Vlamingen

van goede wil. PAN

Kerstgeschenken in Vlaanderen

De grote verDwijntruc

Vergeef ons cynisme, maar dat is een onvermijdelijk gevolg van het volgen van de Belgische politiek. Er wordt u een rad voor de ogen gedraaid. Gelooft u werkelijk dat die pensioenhervormingen in nauwelijks een week werden klaargestoomd? Uiter- aard niet.

Die voorstellen lagen allang klaar, in een of andere schuif, en werden op een strate- gisch moment naar buiten gebracht. Weg zijn plots de vervelende vragen over het gebrek aan een Vlaamse meerderheid in de regering. Geen uitleg meer nodig over het versjacheren van de Vlaamse Rand. De grote verdwijntruc, alles bedolven onder de heisa rond de pensioenen.

Quickie steekt de donkerblauwe pluim van een algemene staking graag op zijn hoed. Voor een liberaal is er geen mooier ereteken denkbaar. Dat er voor ettelijke miljarden nieuwe belastingen komen, wordt snel onder de mat geveegd. Als de vakbon- den zo gekant zijn tegen de begroting, dan moet die wel erg liberaal zijn. Dat is wat men u wilt doen geloven. Anderzijds kun- nen de vakbonden eindelijk weer eens hun spierballen rollen en het hart van hun mili- tanten wat sneller laten kloppen.

Staking

Op 30 januari 2012 komt er wellicht een algemene staking. Tot dan zal de ganse politieke berichtgeving gedomineerd wor- den door Van Quickenborne en zijn hervor- mingen. Alle hoofdrolspelers in dit dossier hebben alleen maar te winnen. Een vol- leerd scenarioschrijver had geen beter aflei- dingsmanoeuvre kunnen uittekenen. Verlie- zer van het ganse verhaal is, zoals steeds, de modale Vlaming. Hij zal in de bericht- geving op zijn vragen over de staatsher- vorming geen antwoorden vinden. Hij zal tevergeefs uren wachten op het perron. Hij zal op de openbare omroep slechts een testbeeld zien. En op het einde van de rit zal hem voor dit alles de rekening gepre- senteerd worden. Met dank aan Di Rupo I.

onpartijDige vrt?

VRT-hoofdredacteur Luc Rademakers tikte enkele van zijn journalisten op de vin- gers omdat zij via Twitter hun ongenoegen hadden geuit over de nationale staking. Vol- gens de hoofdredactie moeten de VRT-jour- nalisten “opletten dat hun onpartijdigheid niet in het gedrang komt”. VRT en onpar- tijdigheid? Wij verslikten ons haast in onze koffie.

(4)

De dingen dezer dagen 4

28 december 2011

Roddels uit de Wetstraat

• Vroege uurtjes

Het was een vreemde laatste week van het jaar in de praatbarak. Iedereen was nog maar net bekomen van het onverwachte droppen door minister Q in de commissie Sociale Zaken van een reeks amendemen- ten die zowaar een hele pensioenhervorming inhielden. Bovendien werd er gedreigd met stakingen en het platleggen van het land, omdat er geen sociaal overleg was geweest.

Heel het boeltje moest in ieder geval voor Kerstmis worden goedgekeurd om op 1 janu- ari in werking te kunnen treden. De nieuwe meerderheid toonde zich onverzettelijk, zodat het in de sterren geschreven stond dat die laatste zitting van donderdag wel eens zou kunnen uitlopen tot in de heel vroege uurtjes wanneer het allang vrijdag zou zijn.

Zo geschiedde. Wie vroeger op reis had wil- len vertrekken, kon het vergeten.

• Uit de verkeerde mond

Kwam daarbij dat de Raad van State begin van de week genadeloos het kunst-en-vlieg- werk van de regering afkraakte en vooral bezwaar maakte tegen de veel te ruime bevoegdheden die aan de koning – lees: de regering - werden gegeven om via Koninklijke Besluiten van alles te regelen. In de praktijk komt dat neer op het verlenen van volmach- ten aan de regering. Oude rotten in het vak als Gerolf Annemans en Guy D’haeseleer hadden dat meteen door. Nog voor de Raad van State zich in die zin had uitgesproken, bracht het Vlaams Belang in de commis- sie die bemerkingen. Schreef de pers over deze rake politieke analyse? Vergeet het.

Het kwam niet uit de juiste hoek en daarom verdient het geen aandacht. Zo gaat dat.

De kilo’s van Bart de Wever en zijn optre- den in allerhande tv-spelletjes zijn véél inte- ressanter…

• Vergeetput

De parlementaire pensioenen na 20 jaar “dienst” liggen onder vuur. De burger, die zijn actieve loopbaan verlengd ziet, wil dat daar nu ook wat aan verandert. “Wie offers vraagt van de burgers, moet zelf het goede voorbeeld geven”, is een veel gehoorde opmerking.

Zoals dat nogal eens gebeurt wanneer er kritiek op de politici komt, zijn er dan enke- len die het woord nemen en snel beterschap beloven. Ook nu weer. En wat gebeurt er in de praktijk?

Men gaat dat eens bekijken in één of meerdere commissies, in samenspraak met de andere parlementen. Het is een oude parlementaire truc om iets naar de Griekse kalender te verwijzen. Men begraaft dat in

een commissie of een ander overlegorgaan, met de bedoeling dat het daar nooit meer uit- komt. Herinner u de goede voornemens die in 2010 na de verkiezingen bij de installatie van het nieuwe parlement werden gemaakt, inzake de nevenfuncties van Kamerleden teneinde het potverteren van sommigen in te dijken.

Er zou over samengezeten worden. Geen kat heeft er ooit nog iets van gehoord. Geen haan die er overigens nog naar kraait. De vergeetput bestaat nog altijd!

• Nachtwake?!

In de Kamer werd donderdag fameus gepalaverd over de pensioenhervorming, die uiteindelijk meerderheid tegen minderheid werd goedgekeurd, om 05.30 uur. Nachte-

lijke zittingen zijn weinig verheffend, want de meeste parlementsleden gaan tussendoor toch een uiltje vangen, sommigen discreet in hun kantoor, anderen gewoon in de zetels in de wandelgangen. De koffiekamer draait op volle toeren en… er wordt niet alleen koffie geschonken. Niemand – op een aantal been- harde verkozenen na – heeft het debat ten gronde gevolgd.

Zo sleept men zich letterlijk en figuurlijk naar de eindstemming. Een tiental politici zijn evenwel al de pist in, en nergens te bespeu- ren. Terwijl hun collega’s aan dezelfde ver- loning geeuwend op de stemknopjes duwen, liggen zij al een tijd weldadig onder het dons…

• Afremmen!?

Bij de nachtelijke - ochtendlijke? - stem- ming werd duidelijk dat de oppositie het niet eens is met de voorstellen van de meerder- heid. Nochtans is de oppositie aan Vlaamse kant niet te beroerd om aan te geven dat een hervorming nodig is, en dat wat langer wer- ken of op latere leeftijd met pensioen gaan onvermijdelijk is geworden. Maar zowel N-VA als Vlaams Belang zijn van oordeel dat een grote hervorming, waarin de socialisten op het departement Pensioenen jarenlang niet slaagden, nu ook weer niet via een “vuil- bakwet” en in zeven haasten moet geregeld worden. Laat staan dat er te veel volmach- ten aan de regering worden gegeven, want dan zitten we terug in de donkere tijden van Martens en co.

Met andere woorden: de oppositie heeft gelijk dat ze wil dat zowel de parlemen- taire behandeling als het sociale overleg op een correcte manier moeten plaatsvinden.

Anders is er geen parlement meer nodig. Of is het precies dat waar Di Rupo en zijn club naartoe willen? De Vlaams-nationale oppo- sitiepartijen kunnen maar beter waakzaam blijven, nu blijkt dat andere dossiers er in grote vaart aankomen…

Vlamingen naar Wallonië (1932 – 2011)

Geen faciliteiten

Franskiljons wonen enigszins verspreid in Vlaanderen, terwijl er in Wallonië “Vlaam- sche eilanden” zijn, al is getto’s misschien een beter woord. De Waalse politici zijn als de dood om enige faciliteit aan die concentra- ties Vlamingen toe te staan, want dat zijn in hun ogen minderwaardige mensen die dier- lijke geluiden uitstoten en nog katholiek zijn op de koop toe.

Het “compromis des Belges” uit 1929 van de socialisten Destrée en Huysmans vinden de Walen ideaal: “Vlaanderen tweetalig en Wallonië eentalig Frans.”

Maar de Vlaams-nationalisten jagen de Vlaamse katholieke politici steeds dieper in de taalloopgraven en met de taalwetten van 1932 valt de bijl. De ééntaligheid van Wal- loniê is een heilig dogma en om dat voor eeuwig en altijd te behouden zijn de Walen bereid de franskiljons in Vlaanderen op te offeren. Ook Vlaanderen wordt op papier ééntalig, al duurt het in de praktijk nog vijf- tig jaar vooraleer de franskiljons zich bij die realiteit neerleggen en geen Vlaamse lafaards in de openbare diensten vinden die voor hen kruipen.

In Wallonië bestaat het probleem uiter- aard niet, want geen Vlaming durft zijn bek open trekken om een behandeling in het Nederlands te eisen. Voor de Vlaamse fami- lies in Wallonië is de taalwet een duidelijk signaal. De ouders begrijpen dat het wei- nig zin heeft dat de kinderen nog Neder- lands leren. Die kinderen worden op school al genoeg geterroriseerd en dagelijks bele- digd omdat “flamin” gelijk staat met al wat lelijk en dom is.

Ze zijn dikwijls maar al te blij zo vlug moge- lijk hun Vlaamse afstamming te vergeten. De vele Vlaamse organisaties (het Werk der Vla- mingen) die de migranten Vlaams en katho- liek moeten houden, zijn op lange termijn veroordeeld. In de jaren dertig groeit het Waals racisme naar een nieuw hoogtepunt.

Eerst is er de onmogelijke eis om de Vla- mingen uit Wallonië weg te jagen door hun werk af te nemen. Dan lanceren sommige

Walen een campagne om de komst van Vlaamse boeren te verhinderen. De Vlaamse veehandelaars kopen en verkopen beesten in heel Wallonië en weten altijd als eerste waar een boerderij te koop staat. Zelden is er een Waalse kandidaat, dus kopen Vla- mingen de hoeve. Hoeveel? We weten het niet, maar in Wallonië doet het valse gerucht de ronde dat de Boerenbond systematisch Waalse boerderijen koopt om ze aan de Vla- mingen uit te delen.

Die Waalse mentaliteit betert niet bij het begin van de oorlog. VNV-leider Staf de Clercq komt met het waanzinnige idee om Walen naar Zuid-Frankrijk te deporte- ren ter wille van het Vlaamse “Lebensraum”.

“Los van de Walen, niet los van Wallonië”, is de slogan van propagandaleider Tollenaere.

De Duitsers halen eens hun schouders op.

Na de oorlog creëert Wallonië de legende dat Walen verzetsstrijders zijn en Vlamingen collaborateurs. Vlaamse arbeiders zijn er dus niet tuk op om naar Wallonië te migreren.

Bij de boeren ligt dat anders.

Dagelijks gaat in Vlaanderen landbouw- grond verloren, door nieuwe wegen, door de grijpgrage vingers van de steden. 130.000 Vlaamse boerderijen zijn kleiner dan 10 hec- taren. Zo’n 8.000 tot 10.000 Vlamingen ver- huizen naar Wallonië, waar ze 2.000 boer- derijen uitbaten. Ze zijn niet altijd welkom.

Een pamflet uit 1947 van de wallingantische beweging Wallonie Libre stelt fijnzinnig: “Le Boerenbond vous prend vos terres et vos fermes et y loge ses esclaves flamands. Vou- lez-vous abattre cet ennemi de notre peu- ple?” De Vlaamse nieuwkomers hebben het niet gemakkelijk: de grond en het kli- maat verschillen soms erg van de toestan- den in Vlaanderen en zijn vooral geschikt voor extensieve landbouw op vier- of vijf- maal grotere boerderijen.

In de praktijk passen de Vlamingen de intensieve methodes toe die ze kennen van hun Vlaams boerderijtje. Het komt erop neer dat er verschrikkelijk hard gewerkt wordt. De hele familie ploetert, van het och- tendgloren tot de avond. Vlamingen telen

meer industriële gewassen en aardappelen en kweken meer varkens en pluimvee. Ze zijn inventief en gebruiken veel vlugger dan de Waalse boeren moderne machines. Veel Vlaamse boeren brengen weer leven in de leeglopende Waalse dorpen zodat de dorps- winkel, de smidse en de garage blijven. Maar tot het einde van hun dagen zijn ze voor hun dorpsgenoten “ces Flamands”.

Ze merken dat hun kinderen vlug ver- fransen, want die zijn dat “sale flamin” en

“boche” op de school beu dat ze dikwijls jaloers horen, omdat de werkkracht van de Walen niet tot aan de knieën van de Vla- mingen reikt. Die eerste naoorlogse gene- ratie Vlaamse migranten kijkt nog naar de Vlaamse televisie, leest Vlaamse tijdschrif- ten en rijdt dikwijls aardig wat kilometers om een Vlaamse toneelvoorstelling te zien.

Maar in 1970 is de Vlaamse boerenmigratie verleden tijd, omdat de boerenkinderen in Vlaanderen zelf gemakkelijk werk buiten de agrarische sector vinden.

Dankzij de multinationals

Wallonië heeft het geluk dat zijn koolmij- nen en de metallurgie-industrie de oorlog zonder problemen overleven. In heel West- Europa is er een behoefte aan Waalse half- fabrikaten. Vanaf 1946 arriveren 100.000 Oost-Europeanen en Italianen om er te wer- ken en te wonen. De Vlaamse pendelaars blijven echter noodzakelijk, voor het harde en ongeschoolde werk. Er bestaan maar wei- nig exacte cijfers, maar we weten dat dage- lijks drieduizend West-Vlamingen naar de Henegouwse mijnen pendelen. Arbeidsda- gen van 15 uur zijn eerder regel dan uitzon- dering. Ook uit de Zuiderkempen en het Hageland trekken duizenden arbeiders naar Wallonië. Sommigen verblijven er heel de week, in vuile, mensonwaardige logementen.

Gaston Durnez klaagt dit in 1954 in verschei- dene artikels aan.

Een pendelaar uit Veerle-Laakdal verze- kert me dertig jaar later dat het thuis feite- lijk even krottig was. Maar dan arriveren de multinationals. Die ontdekken Vlaanderen:

goede aanvoerhavens, een bevolking die wil

werken en niet alleen staken en die altijd bereid is de taal van de nieuwe bazen te spre- ken. “Werk in eigen streek” is een eeuw lang een leus van de Vlaamse beweging geweest.

In tien jaar realiseren de vreemde bedrijven een eis waar de Belgische kapitalisten altijd de neus voor ophaalden. De stroom Vlaamse pendelaars droogt op. Vlaanderen zelf secu- lariseert tegen de snelheid van het licht. De kettingmigratie, typisch voor Marokkanen en Turken, is aan de Vlamingen niet besteed.

Zij volgen hun vroegere familie niet naar het geleidelijk verarmende en vervuilde Wallonië waar de onbekwame socialisten miljarden en miljarden verspillen in verouderde indu- strieën, zonder aan reconversie te denken.

Het Vlaamse verenigingsleven zakt op vrij korte tijd door de hoeven. Al in de jaren vijftig verdwijnen overal de Waalse afde- lingen van het Davidsfonds. De belangrijk- ste Vlaamse organisatie geeft het maand- blad Band uit, dat op zijn hoogtepunt een oplage van 10.000 exemplaren heeft. Band organiseert congressen, feesten, lezingen en toneelavonden, maar is zeer gematigd en aanvaardt de ééntaligheid van Wallonië.

Alleen al het feit Nederlandstalig te zijn, is voldoende reden voor Waalse neonazi’s om over “kolonisatie” te spreken, of om een paar ruiten in te gooien bij Band. De integra- tie van de Vlamingen gaat zo vlug dat het tijd- schrift in 1990 tweemaandelijks wordt. Drie jaar geleden is alles opgedoekt.

In de jaren 90 begint een nieuwe Vlaamse migratie. Ook hier: cijfers zijn niet bekend.

Nogal wat tweeverdieners kopen goedkope bouwgrond over de taalgrens, bouwen er een villa en pendelen naar Brussel, Leuven, Tienen of Kortrijk. Ze eisen geen enkele faci- liteit in hun nieuwe, Waalse gemeente, maar ze denken er meestal niet aan hun kinderen naar de ellendige Waalse scholen te sturen, zodat de kindjes de betere Vlaamse scholen over de grens bezoeken en Vlaming blijven.

Symbolisch is de cartoon die een paar jaar geleden in Knack verscheen.

Een armzalig Waals kind staat voor een hek van een grote villa die door Vlamingen bewoond wordt. Het meisje zoekt contact met een mooi uitgedost Vlaams kind. “De Waaltjes niet aanraken, Tina!”, roept de moeder.

Bronnen: Vlaamse migranten in Wallonië en (Nieuwe) Encyclopedie Vlaamse beweging.

Jan neckers Tussen de twee wereldoorlogen zijn er in Vlaanderen 400.000 franskiljons die denken dat ze een patois spreken dat op

het Frans gelijkt. Ze eisen en krijgen lange tijd alle mogelijke faciliteiten. Omgekeerd zijn er voor de ongeveer 180.000 (?) Vlamingen in Wallonië geen faciliteiten: geen Nederlandstalig onderwijs, geen Nederlands op het gemeentehuis.

(5)

De dingen dezer dagen

28 december 2011

5

Hoe de media (vooral in de advent) laveren tussen fictie en realiteit

Nordine Amrani, de man die de Belgen weer verenigde

Koen Deboeuf haalt dan toch zijn slag thuis. Een paar Pallieters geleden hadden we voorspeld dat dit broekje, door de liberale internationale op missie gestuurd om de Egyptenaren te leren wat democratie is, ginds snel met de harde waar- heid in aanraking zou komen. Een waarheid die zegt dat alleen het leger en de Moslimbroederschap de twee krachten van belang zijn in de Nijldelta, en de rest politieke folklore. Maar nu blijkt de demonstrante, die op het Tahrirplein door soldeniers met matrakken in elkaar is geslagen -het filmpje ging de wereld rond - draagster te zijn van een blauwe bh. Blauw, de kleur van de vrede, de openheid, en het liberalisme! En uiteraard van de plekken die deze dame nog geruime tijd zullen sieren, gesteld dat ze het overleeft. Was het niet Lenin die zei dat de waar- heid uit de loop van een geweer komt? Hij had beter moeten weten: ze manifes- teert zich in de kleur van ons ondergoed.

Wie met zijn blauwe onderbroek op de enkels stond, was kersvers vicepremier Vin- cent van Quickenborne, nadat hij zijn groot pensioenplan publiek had gemaakt. Heel het radioprogramma Peeters & Pichal was die blauwe dinsdag, 20 december, gewijd aan het slecht “communiceren” van Quickie en het onhandig verpakken van zijn onheilstij- ding dat we allemaal langer zullen moeten werken. Yves Desmet had de luchtballon gelanceerd, en daags nadien stond, blijkens alle kranten, de regering-Di Rupo I al op springen, omwille van de slechte “commu- nicatie” van de pensioenminister.

Communiceren en communicatie, het zou per 1 januari moeten verboden worden die dooddoeners nog te gebruiken. Had Vincent dan moeten zeggen: “Dames en heren, we gaan de pensioenleeftijd optrek- ken, maar volgend jaar krijgen we beslist een hete zomer”?

Nu hebben we eens een Vld’er die zich losmaakt van het Noël-Slangen-geleuter over boodschappen en hun verpakking, en dan krijgt Vincent in zijn eentje de schuld van de donderdagstaking wegens “slecht communiceren”. Voor ons geen wolligheid alstublieft, doe normaal en zeg gewoon waar het op staat.

Voor de rest is die heilige koe van het sociaal overleg meer dan slachtrijp. Men kan veel zeggen over de manier waarop Di Rupo I tot stand is gekomen, en haar gebrek aan legitimiteit, maar tot nader order is het parlement, bemand met de verkoze- nen des volks, de plek waar de democratie haar beslag krijgt, en niet via duistere con- claven met het middenveld.

Sentiment en sensatie

Men zou denken dat kwaliteitsmedia vooral dit soort misverstanden willen cor- rigeren, maar neen: ze doen er een schep bovenop. Ook in de “Luikse tragedie” wer- den weer alle registers van de wansmaak opengetrokken. Dagenlang werd het ver- driet van de nabestaanden van de vijf slacht- offers verzopen in een mediabuikloop die vooral journalistieke sensatiegeilheid ver- raadt. Een week lang klodderde de vet- tige inkt over de pagina’s, waarbij het senti- ment dé hamvraag in de schaduw dreef: hoe komt zo iemand vervroegd vrij? Hoe komt zo iemand aan een oorlogswapen? Wie is daarvoor verantwoordelijk?

Alleen als de kranten met elkaar in de

clinch gaan, vernemen we nog eens iets interessant. De Morgen en Het Laat- ste Nieuws waren behoorlijk pissig toen hen ter ore was gekomen dat La Dernière Heure het op een exclusiviteitsakkoordje had gegooid met de ouders van de kleine Gabriël Leblond, die de aanslag niet over- leefd had. Ze mochten met geen enkele andere krant spreken. De sukkelaars waren blij met een paar eurobriefjes, hielden zich aan de overeenkomst en stuurden alle andere journalisten wandelen.

Ook de Coreliokranten De Standaard en Het Nieuwsblad zaten in de combine, en namen de gekochte interviews van LDH letterlijk over: een praktijk die normaal tot de wereld van sensatiekranten en “de boekskes” behoort. Na enig gemor werd Tom Naegels, ombudsman-van-dienst, erbij gehaald om koud te blazen en De Stan- daard uit de wind te zetten, maar de wrange smaak blijft. Achter de mist van sentiment en sensatie schuilt een universum van aas- gieren. De schaamte voorbij.

Stockholmsyndroom

Ook in de mediaperceptie over het “Puk- kelpop-drama” sloop de sentimentaliteits- cultus, tot dit blad als eerste een kritisch geluid liet horen. Daarna pas werden er in andere media vragen gesteld rond de figuur van Chokri Mahassine en zijn politiek-com- mercieel netwerk. Een maand later mocht Koen Meulenaere in Knack alles nog eens gaarstoven en met de pluimen gaan lopen.

Zo gaat dat nu eenmaal.

Valse tranen en echte, ze vallen soms moeilijk uit elkaar te houden.

U hebt ze ongetwijfeld gezien, de Noord- Koreanen die op straat al snikkend door hun knieën zegen, omdat hun geliefde lei- der gestorven was. “Komedie, om op een goed blaadje te komen bij een regime dat over leven en dood beslist”, zegt de nuch- tere Vlaming in ons.

Dat is zeker zo, hoe zouden we zelf zijn:

als de honger knaagt en de werkkampen wenken, kan een mens al eens iets meer.

Maar in de Volkskrant legt de Nederlandse psycholoog J.-W. van Prooijen uit dat er meer aan de hand is: volgens hem is het verdriet van de Noord-Koreanen gemeend, omdat ze zich helemaal vereenzelvigd heb- ben met een dictatoriaal systeem waaraan ze toch niets kunnen veranderen. Noem het een soort Stockholmsyndroom. Die-

zelfde analyse werd, opmerkelijk genoeg, ook al gemaakt over de periodieke opsto- ten van belgicisme: er zijn mensen die dit apenland, waarin niets nog werkt, toch nog adoreren, net omdat er toch nooit wat ver- andert en men maar beter het regime kan genegen zijn. Noem het patriottistisch fata- lisme. Ook daarin speelt de pers de rol van versterker.

“Luik is in shock”, blokletterde De Stan- daard. Dat was fel overdreven: de dag na de aanslag stonden de Luikenaars alweer te wachten aan het bushokje waar Amrani zijn geweer had leeggeschoten, onder het motto: “Het leven gaat door.” Maar de reporters waren uit op Noord-Kore- aanse huilbuien, en persten die als het ware ook uit de ondervraagden, die op den duur echte tranen in de ogen kregen. Wat is hier authentiek, en wat is uitgelokt?

Tweeënzeventig maagden

Elio di Rupo en prins Filip weten het zeker: waar rampen gebeuren, daar valt de nationale eenheid op te vijzelen. Ze waren nog sneller dan de hulpdiensten ter plekke, om op dit uur van de beproeving de verbon- denheid van alle Belgen te benadrukken.

En jawel, na enig aandringen kreeg een journalist een huisvrouw zover dat ze die oproep tot vaderlandsliefde beantwoordde, door in de collectieve rouw “une image sou- dée de la Belgique” te bespeuren,- een har- tenkreet die tot op VRT-radio1 weerklonk.

Het bloed van de slachtoffers zal België doen herrijzen, zoals de Franstalige versie van de Brabançonne aangeeft: “A toi notre sang, ô Patrie! Nous le jurons tous, tu vivras!”

Daarmee zijn alle zonden van de boef Amrani uitgewist, en kan hij toch nog zijn tweeënzeventig maagden in het paradijs consumeren: in zijn laatste ogenblikken heeft die man waarlijk alle Belgen terug verenigd, wat hem postuum een decora- tie van het paleis moet opleveren en een naamsverandering van de Place Saint-Lam- bert in de Place Nordine Amrani.

Uiteindelijk zijn hier dus weer grenzen overschreden inzake fatsoen en piëteit.

Heeft iemand die een kind verliest iets aan een slap handje van prins Filip, of aan een meute fotografen?

In het verleden werden op deze bladzij- den wel eens kritische bedenkingen geuit over grootse publieke begrafenissen, zoals die van een bekende Vlaamse politica, waar de politieke recuperatie van de kathedraal- muren droop. Men heeft dat toen geïnter- preteerd als een gebrek aan respect voor de overledene. Het tegendeel is waar: het gebrek aan respect duikt op waar de rouw van de nabestaanden in een spiraal van demagogie wordt opgezogen en voor een politieke agenda wordt misbruikt.

Voor de rest zullen we die Noord-Kore- aanse tristesse van de Belgen maar een lang- gerekt adventverschijnsel noemen: de ver- schrikkelijke kerstmarkkraampjes zijn er weer, en het Glazen Huis van Studio Brus- sel teistert andermaal de Vlaamse steden, dit keer druk geld inzamelend tegen inter- nationale diarree.

Maar achter het goede doel zit er altijd een nòg beter doel, namelijk dat van burge- meesters die elkaar verdringen om in beeld te komen. Een mens zou er buikloop van krijgen.

JS

Echo’s uit de Koepelzaal

• Vergeten niveau

Het federale niveau (als we daar al van mogen spreken!) ging deze week vrijwel met alle aandacht lopen: het haastig op poten gezette pensioenplan van Quicky, de volstrekt wereldvreemde reacties van de maffiose vakbonden daartegen en de sympathieke landgenoten van bezuiden de taalgrens die van zodra zij het woord

“staking” horen meteen laten vallen wat ze in hun handen hebben en met vakan- tie vertrekken. Voor de rest gaat alles prima in Het Edelste aller Landen, in Zim- babwe aan de Noordzee. Zo zouden we haast vergeten dat in het Vlaams Parle- ment anderhalve dag plenair gedebat- teerd werd over de middelenbegroting voor 2012.

• Discriminatie

Woensdagnamiddag was er uiter- aard nog het rijtje actuele vragen van de dames en heren volksvertegenwoordi- gers, met soms merkwaardige onderwer- pen, waarop de dames en heren ministers geacht worden een hout snijdend ant- woord te geven. Zo noteerden we met enige verbazing – eigenlijk kan in deze idi- ote maatschappij niets ons nog echt ver- bazen – een vraag van de socialistische (!), Gentse (?) gekozene Fatma Pehlivan.

Zij meende (op basis van een artikel in

“De Morgen” over een onderzoek door de Gentse universiteit) dat discriminatie in de gezondheidszorg niet alleen bestaat maar als oorzaak wordt aangehaald dat bijvoorbeeld diabetes tweemaal zoveel voorkomt bij Turkse en Marokkaanse vrouwen dan bij autochtone vrouwen.

Zij wilde weten van brave Jo Vandeur- zen welke maatregelen hij dacht te gaan nemen om de gezondheidszorg “beter af te stemmen op de noden van personen van allochtone afkomst (migranten)”. De commentaar mag u voor één keer zelf leveren…

• Nieuwe jobs

Gezien minister Vandeurzen van chris- tendemocratische huize is, verbaasde een zeker wolligheidsgehalte van zijn ant- woord ons niet. Toch moeten we iedere keer ons petje af doen voor de nieuwe termen en nieuwe jobs (te betalen uit de staatsruif die u en ik met grote vlijt blijven vullen) die tsjeven telkens weer weten te verzinnen. Zo bestaan er tegenwoordig

“interculturele bemiddelaars”, “onder- steuningsteams allochtonen in de bijzon- dere jeugdzorg”, “mensen die een spe- cifieke opleiding hebben genoten om de toegang tot de zorg vanuit de preventieve contacten te organiseren” en is er “extra injectie” voor de centra voor geestelijke gezondheidszorg om de toegankelijkheid voor de allochtone gemeenschappen te vergroten”. Hallo, bent u daar nog?

• Nooit genoeg

Voor madame Pehlivan was het alle- maal lang niet genoeg. De vraag was vol- gens haar groter dan het aanbod (ook dat verbaasde ons niet echt). Gewone zorgverstrekkers moeten – als het aan haar ligt, en helaas ligt het ook voor een stuk aan haar! – op de hoogte zijn van de leefgewoonten van alle mensen van ver- schillende origine! Of: de zegeningen van de ongebreidelde immigratie! Volkomen terecht repliceerde Marijke Dillen (VB):

“Mevrouw Pehlivan, ik kan uit uw repliek alleen vaststellen dat, hoewel de Vlaamse Regering al zeer veel inspanningen doet, het voor u blijkbaar nooit genoeg is. Er moet altijd maar meer en meer en meer komen. Op een bepaald ogenblik is de grens bereikt.” Het komt ons voor dat dat ogenblik al een eeuwigheid geleden bereikt is…

• Weerbaar?

Maar wij zijn brave lieden hoor, die alles doen wat in onze macht ligt om ons sympathiek te maken bij alle goden en alle kleine en grote Peerkes van de hele wereld. Zo trad op 19 december Stoom- boot, alias Niels Boutsen, de kersverse winnaar van de Nekkawedstrijd 2011, op in De Loketten met “Kleine liedjes van een kleine jongen. Zachte liedjes in het Nederlands. Meer is het écht niet”… Wij wensen u een vredig nieuw jaar.

MiNisTEr VaN affairEs

Johan vande Lanotte is vicepremier en minister van Economie, Consumentenza- ken en Noordzee. Het is een angstwekkend vooruitzicht dat zo’n individu medeverant- woordelijk wordt voor het behoud van onze arbeidsplaatsen. Als opperhoofd van de sp.a heeft hij meer dan 300 mensen ontsla- gen uit de partijstructuren, nadat de partij onder zijn leiding een historisch dieptepunt had bereikt. Een veelbelovend man, dus…

Als begrotingsspecialist blok Vande Lanotte vooral uit door zijn ongelooflijke talent om budgetten in evenwicht te bren- gen door overheidsgebouwen te verkopen, meestal flink onder de prijs.

Het Zilverfonds, zijn paradepaardje, wordt al jaren niet meer aangevuld. Vande Lanotte was in het verleden betrokken bij een hele reeks schandalen en verdachte transacties en constructies. Hij draineerde overheidsgeld naar de vismijn van Oost- ende, bijna bankroet, wat leidde tot een

veroordeling door de Europese Commissie wegens onrechtmatige subsidies.

Enkele andere affaires: het louche hotel- akkoord over Sabena, Electrawinds, de ver- koop van ABX en het gesjoemel met de aankoop van spelers voor “zijn” basket- ploeg, BC Oostende.

EigEN CLuB EErsT

Die club is het middelpunt van een boel louche zaken. De Sleuyter-Arena, het sta- dion van die ploeg, kreeg een massa subsi- dies toegeschoven: in 2009 en 2010 werd telkens er 100.000 euro vrijgemaakt voor de jeugdschool van de club, in 2010 werd met 375.000 euro subsidie een extra ver- dieping bovenop de Arena gebouwd, om er het internaat van de Basketbalschool te huisvesten.

Daarbovenop kwam minstens een half miljoen euro aan sponsorgeld van E-Lotto.

De federale politie betaalt miljoenen voor het gebruik van camera’s in de haven van

Oostende – waarschijnlijk een unicum in België! – en dat geld vloeit gedeeltelijk door naar de firma Telindus, die “toevallig” bas- ketbalploeg BC Oostende sponsort.

Overigens deed Didier Reynders pre- cies hetzelfde voor “zijn” club, Standard de Liège. Alles in België is communautair. Zelfs gesjoemel en vriendjespolitiek in de sport.

roDE MiNisTErs

Het ABVV staakt erop los. De sp.a werpt zich graag op als verdediger van de soci- ale zekerheid. Maar de pensioenkassen zijn leeg. Dan vraagt men zich toch af wie de laatste 25 jaar onze pensioenministers zijn geweest. Wij zetten de verantwoordelijke excellenties sinds 1988 op een rij: Van der Biest, Detiège, Mottard, opnieuw Detiège, Willockx, Colla, Peeters, Vandenbrouche, Tobback, Dupont, Arena, Daerden. Inder- daad: allemaal rode kameraden.

Misschien mag het in de socialistische machtsbastions nu even héél stil worden?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

‘interpersoonlijke’ niveau; c) er oog dient te zijn voor het ontstaan van en het bestendigen van goede relaties; d) ontwikkeling afhankelijk is van een dialogische

In steden wordt het zelforganiserende vermogen van mensen (actief burgerschap en maatschappelijk initiatief) en bedrijven (maatschappelijk ondernemerschap) ook steeds belangrijker

Platform31 Jaarverslag 2019 Trend 1 Sociale en ruimtelijke verschillen groeien 13?. Wonen, zorg

Dertig jaar onderzoek naar de invloed van natuur op mensen heeft overtuigend bewijs opgeleverd dat bomen en planten, maar ook kabbelend open water, een positieve invloed hebben

consumptie. In een brief die ik inzag bij mijn moeder, uit zr. Westerweel de hoop, dat haar zoon in de laatste momenten van zijn leven, nog tot inkeer is gekomen …. Haar man,

dienst Jeugd, dienst Leefomgeving, dienst Beheer van de Wegen, dienst Bevolking en Burgerlijke Stand, dienst Financiën, dienst Preventie, dienst Secretarie, dienst Stedelijke

Ook mensen de betrokkenen dat naar de contacten tussen de mensen in de straat onderling en de organisatie van het geheel nog goed gekeken kan worden. Tot slot moet de

Op deze manier werd zowel aansluiting gevonden bij de Rotterdamse stijl van ‘handen uit de mouwen’, als bij de betekenis van ‘gezamenlijk en massaal iets doen’ en bij