Vraag nr. 132 van 19 februari 1999
van de heer JACQUES TIMMERMANS
Administratie Leefmilieu – Bedrijfsinterne milieu- zorg
Met voldoening heb ik akte genomen van de be- slissing van de Vlaamse regering om de kostprijs van een abonnement op het openbaar vervoer voor woon-werkverkeer voor haar ambtenaren volledig terug te betalen. Met deze maatregel – die hope- lijk op andere beleidsniveaus navolging zal kennen – wordt een belangrijke sensibiliserende en vooral concrete stap gezet inzake de aanpak van de lucht- vervuiling.
In een administratieve context van veralgemeend gebruik – en vaak ook misbruik – van dienstwa- gens zal deze maatregel slechts succes kennen mits een aantal begeleidende stappen worden gezet om de Vlaamse ambtenaren daadwerkelijk tot het openbaar vervoer te overhalen. In het bijzonder de administratie Leefmilieu, waarvan toch mag wor- den verondersteld dat zij gelooft in haar maat- schappelijke missie inzake bewust milieuhandelen, heeft hier een belangrijke voorbeeldfunctie te ver- vullen.
1. Welke stappen heeft de minister reeds gezet om de administratie Leefmilieu (met inbegrip van de milieu-VOI's) te sensibiliseren voor het openbaar vervoer in het kader van het geweste- lijk Milieubeleidsplan ?
2. Wordt aan de leidende ambtenaren opdracht gegeven om de administratie Leefmilieu – be- last met de uitvoering van het Milieubeleidsplan en het rapporteren over de staat van het leefmi- lieu – aan te zetten ook in het dagelijks hande- len een voorbeeldfunctie waar te maken ? 3. Hoeveel dienstwagens zijn er momenteel in ge-
bruik bij de administratie Leefmilieu en de Vlaamse openbare instellingen (VOI) ?
Wat is de verhouding per instelling tot het aan- tal personeelsleden ?
Hoeveel kilometer werden in 1996, 1997 en zo mogelijk 1998 met deze dienstwagens gereden ? Hoeveel van deze dienstwagens zijn gereser- veerd voor directieleden en eventueel andere leidinggevende functies ?
Hoeveel van deze gereserveerde dienstwagens zijn voorzien van het logo van de betrokken ad- ministratie of instelling, en dus herkenbaar in
gebruik ?
4. Hoeveel van de dienstwagens rijden momenteel op milieuvriendelijke basis : elektriciteit, aard- gas, ... ? Welke aankooppolitiek wordt er terza- ke gevolgd ?
5. Worden er in het kader van de regeringsbeslis- sing budgettaire beperkingen opgelegd inzake aankoop en gebruik van dienstwagens, zoals re- ductie van het aantal, absolute beperking van gereserveerde wagens, beperking cilinderin- houd, beperking/afschaffing individueel kilome- tercontingent, ... ?
6. Acht de minister het niet aangewezen dat iede- re administratie jaarlijks verslag zou uitbrengen over de wijze waarop het mobiliteitsprobleem van de diensten en haar ambtenaren wordt aan- gepakt, als onderdeel van een bewuste bedrijfs- interne milieuzorg ?
Antwoord
1, 2 en 6 (zie ook punt 6. VMM)
In het Milieubeleidsplan 1997-2001 werd een initia- tief opgenomen om het milieuvriendelijk handelen van de overheid te stimuleren. Dit initiatief 123 werd door de Vlaamse regering als bindend aange- duid voor de overheden zoals aangegeven in arti- kel 2.1.11., § 1 van het decreet van 5 april 1995 hou- dende algemene bepalingen inzake milieubeleid.
Het doel is het verkrijgen van inzicht in, het be- heersen en waar mogelijk het voorkomen of ver- minderen van de effecten van de handelingen en beslissingen van de Vlaamse overheid op het mi- lieu.
De milieu-VOI's spelen reeds van voor dit initiatief een belangrijke pioniersrol, door binnen hun eigen organisatie vrijwillig een milieuzorgsysteem te in- troduceren. Zij zullen dit ook nu blijven doen, samen met de administratie Leefmilieu.
Het verbeteren van de milieuprestaties kan trou- wens ook in het kader van de integrale kwaliteits- zorg positieve effecten hebben die het behalen van milieuwinst overstijgen, zoals het terugdringen van de overheidsuitgaven en het scheppen van extra werkgelegenheid.
In het Milieubeleidsplan 1997-2001 zijn er ook zeer specifieke acties opgenomen, zoals het actieplan mi- lieuvriendelijke voertuigen en brandstoffen, de beïnvloeding van het rijgedrag en het beheersen van het verkeersvolume.
Deze acties hebben uiteraard ook betrekking op de overheid zelf. De overheid fungeert zelfs als proef- tuin voor sommige programma's, zoals het introdu- ceren van bedrijfsvervoerplannen. Voor de ontwik- kelingen rond het genoemde initiatief en de ver- melde acties verwijs ik naar het Milieujaarpro- gramma 1999 dat op 19 december 1998 werd goed- gekeurd door de Vlaamse regering en werd be- zorgd aan het Vlaams Parlement.
a) VMM
Via interne dienstnota's heeft de Vlaamse Milieu- maatschappij (VMM) haar personeelsleden opge- roepen om zoveel mogelijk het openbaar vervoer te gebruiken. Vanaf 1 januari 1999 wordt een fiets- vergoeding betaald aan de personeelsleden die ge- deeltelijk (voor- en/of natraject) of volledig ge- bruikmaken van de fiets om zich van de woon- of verblijfplaats naar de werkplaats te begeven en omgekeerd. Vanaf 1 april 1999 worden de sociale abonnementen voor woon-werkverkeer volledig terugbetaald aan de Vlaamse ambtenaren. Tot slot worden de werkplaatsen van de Vlaamse Milieu- maatschappij steeds zo dicht mogelijk in de nabij- heid van het openbaar vervoer gevestigd.
Recentelijk heeft de Vlaamse Milieumaatschappij dienstfietsen aangekocht en ter beschikking gesteld van het personeel. Bij de aankoop van nieuwe pro- ducten wordt zeer veel belang gehecht aan de mi- lieuvriendelijke kwaliteiten ervan. Binnen de Vlaamse Milieumaatschappij is een permanente werkgroep Interne Milieuzorg actief, waar alle as- pecten van een milieuvriendelijk functioneren wor- den behandeld en waar met name een vervoerplan in voorbereiding is. In de functiebeschrijvingen van alle personeelsleden staat milieusparend gedrag in- geschreven als een attitude en waarde die bij de evaluatie verplicht wordt besproken.
b) VLM
De raad van bestuur en de regeringscommissaris- sen van de Vlaamse Landmaatschappij hebben het initiatief genomen om aan de hand van volgende maatregelen de personeelsleden te sensibiliseren om van het openbaar vervoer gebruik te maken.
De instelling heeft op basis van het sectoraal ak- koord 1997-1998, dat bepaalt dat abonnementen voor het woon-werkverkeer volledig worden terug- betaald vanaf 1 april 1999, en wegens het ontbre- ken van verdere richtlijnen terzake van de admini- stratie Ambtenarenzaken, zelf een regeling uitge- werkt om vanaf 1 april 1999 in te staan voor de te- rugbetaling van de abonnementen.
Via een dienstnota werden de personeelsleden aangemoedigd om, in het bijzonder vanwege de volledige terugbetaling van de abonnementskos- ten, zoveel mogelijk gebruik te maken van het openbaar vervoer voor de verplaatsingen in het kader van het woon-werkverkeer. Er werd daarbij voor een zo soepel mogelijke regeling geopteerd, uiteraard binnen de reglementaire bepalingen inza- ke de prefinanciering van de abonnementen, ten- einde nog een bijkomende stimulans te geven om openbaar vervoer te gebruiken.
Daarnaast heeft de VLM ook een enquête opge- start onder haar personeel om na te gaan hoe het mobiliteitsprobleem in de instelling het best wordt aangepakt. De resultaten van deze enquête worden op dit ogenblik nog verwerkt.
Binnen de Vlaamse Landmaatschappij worden mi- lieuvriendelijke maatregelen genomen zoals ge- scheiden afval verzamelen, recto-verso kopiëren en energiebesparende maatregelen.
c) IBW
Een van de stappen van het Instituut voor Bos- bouw en Wildbeheer (IBW) is het verspreiden van het tweemaandelijks gratis magazine "Uitweg", het blad voor de betere mobiliteit.
Aan het IBW werd reeds op eigen initiatief met milieuzorg opgestart en werd een werkgroep Mi- lieuzorg opgericht. Deze werkgroep vergadert maandelijks en brengt verslag uit aan alle perso- neelsleden. Bovendien werkt de werkgroep aan een milieuvriendelijker aanpak op het IBW. Voor- beelden van werkvlakken zijn : milieuzorg op kan- toor, ecologisch groenbeheer, biologische bestrij- ding, milieuzorg in de labo's, sorteren van afval, ge- bruik van kringlooppapier, ...
Het stimuleren van het openbaar vervoer en car- pooling behoren ook tot de doelstellingen van deze werkgroep.
3 en 4.
a) Gegevens voor de administratie Milieu, Natuur-, Land- en Waterbeheer (Aminal), instituten en VOI's : zie tabel als bijlage.
b) Aankooppolitiek : zie punt 5.
5.
a) Aminal, instituten en VLM
In principe worden alleen nog dienstwagens aange- kocht ter vervanging van af te schrijven voertuigen.
Voor de aankoop van personenwagens worden de normen van de omzendbrief VR94/9 nageleefd.
Er is geen individueel kilometercontingent voor personeelsleden die over een dienstvoertuig be- schikken. Aan personeelsleden die regelmatig ge- bruikmaken van een dienstvoertuig wordt geen of slechts een beperkt kilometercontingent toege- kend.
b) VMM
De aanschaf van een dienstvoertuig gebeurt op basis van de jaarlijkse controles. Een technisch rap- port wijst uit of de wagen nog veilig en rijvaardig is.
Dan pas wordt overgegaan tot de vervanging van het voertuig. Hierbij spelen een grote rol : de kilo- meterstand, het bouwjaar, de mechanische slijtage, de motorcompressie, het koetswerk en het raam- en zelfdragend koetswerk.
Verder wordt bij de aankoop van een dienstvoer- tuig de omzendbrief VR94/9 van 23 maart 1994 ge- volgd.
6. VMM (zie ook 1, 2 en 6)
Gelet op de geringe evolutie van het wagenpark van de Vlaamse Milieumaatschappij is een jaarlijks verslag niet aangewezen. Het behoort tot de taken van de Vlaamse Milieumaatschappij om bij haar activiteiten steeds maximaal rekening te houden met milieuoverwegingen.
Dit doet zij reeds vanaf het begin en wordt nog steeds uitgebreid.
(Bovenvermelde bijlage ligt ter inzage bij het Alge- meen Secretariaat van het Vlaams Parlement, dienst Schriftelijke Vragen – red.)
