Osnabrucker Zoo 2de klassen Onderwerp 5. LEEFGEBIED VAN DIEREN.
Na het bezoek aan de dierentuin leveren jullie de groepspresentatie in bij jullie docent(e) via SOM, studiewijzer Duits (bestandsnaam bijvoorbeeld
klas2b1janpietklaasjohanjansen.ppt).
-presentatie op school of thuis voorbereiden, groepscijfer telt bij vak Duits mee!
-presentatie filmen en op geheugenpen zetten.
-presentatie in het Duits van ± 3 á 4 minuten (maximaal 5 minuten) -met foto’s en of video’s van opdracht A en B over leefgebied van dieren waarin
jullie de filmpjes en foto’s laten zien en antwoord geven op de vragen.
Opdracht A. Dierentuin verkennen, “Zoek de plek in de dierentuin”.
Hieronder zie je 10 foto’s van verschillende plekken in de dierentuin. Probeer de plekken te vinden waar deze foto’s gemaakt zijn. Neem dan met je mobiel een foto met één van jullie drieën of vieren erop waarbij de plek als achtergrond zichtbaar is.
Je moeten alle drie of vier helemaal op deze foto staan. Deze foto’s laten jullie bij presentatie zien.
Opdracht B. Onderwerp 5. LEEFGEBIED VAN DIEREN.
Jullie groepje gaat zich bezighouden met de leefgebieden en de aanpassingen hierop van de dieren. Jullie maken foto`s en filmpjes in de dierentuin en de vragen die op je blaadje staan moet je beantwoorden tijdens de presentatie die jullie over de camouflage van dieren geven in de klas. Let op voor de presentatie krijg je een cijfer.
Het is dus de bedoeling dat je de foto`s en filmpjes gebruikt voor jullie presentatie.
Gebruik ook de bronnen om je presentatie voor te bereiden.
Opdrachten:
• maak een originele groepsfoto van jullie groepje.
• maak een foto van de mooiste plek / hok. Maak zo veel mogelijk foto’s van babydieren.
• maak een foto van het lelijkste dier dat je kan vinden.
• maak een foto van het gevaarlijkste dier.
• maak een foto van het schattigste dier.
• Zoek dieren op in de dierentuin die voorkomen op de zeven verschillende continenten ( zie bijlage 1). Maak van de verblijven en dieren een foto of filmpje.
• Niet alle dieren hebben even veel ruimte in de dierentuin. Zoek het dier op dat de meeste ruimte (gebruik hiervoor de kaart van de dierentuin) heeft en een dier dat het minste ruimte heeft en maak van beide een filmpje of foto.
• De dieren zelf zijn ook aangepast aan hun leefgebied, maak een foto van:
Een dier dat is aangepast aan leven in de hitte.
Een dier dat is aangepast aan leven in de kou.
Een dier dat is aangepast aan leven in het donker.
Een dier dat is aangepast aan leven zowel in het water en op het land.
• Sommige dieren hebben speelgoed gekregen, maak hiervan een foto.
Na de dierentuin-excursie thuis of op school de groepspresentatie voorbereiden. Denk aan9..
1 Leg per continent uit hoe de dierentuin de verblijven dan de dieren heeft aangepast aan de verschillende leefgebieden van de dieren. Vertel iets over de planten, licht, temperatuur, bodem, gesteente, hoeveelheid water en hoe dit overeenkomt met het natuurlijke leefgebied.
2 Geef aan welk verblijf jullie het beste en het mooiste vinden en leg uit waarom.
3 Geef bij 3 verblijven aan wat er volgens jullie aan deze verblijven nog kan verbeteren.
4 Waarom hebben alle dieren (relatief gezien) niet evenveel ruimte in de dierentuin (dus los van het feit dat ze niet even groot zijn)?
5 Schrijf op welke aanpassingen dieren zelf hebben aan het leven in de hitte, kou, donker of water.
6 Is de mens goed aangepast aan zijn leefomgeving? Waarom wel of waarom niet?
Bronnen: http://www.geolution.nl/dieren/leefgebied.htm
http://www.worldofwildlife.nl/leefgebied-neushoorn.html
