• No results found

Brochure 2009: Discriminatie van personen met een handicap

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Brochure 2009: Discriminatie van personen met een handicap"

Copied!
94
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

DISCRIMINATIE VAN PERSONEN MET EEN HANDICAP

W A T I S H E T E N W A T D O E J E E R A A N ? P R A K T I S C H E I N F O E N T I P S

(2)

W A T I S H E T E N W A T D O E J E E R A A N ? P R A K T I S C H E I N F O E N T I P S

Deze brochure kwam tot stand in samenwerking met enkele verenigingen van en voor personen met handicap. We richten onze speciale dank tot de volgende verenigingen en hun leden: Gelijke Rechten voor Iedere Persoon met een Handicap, Inclusie Vlaanderen, l’AFrAHM (Association francophone d’Aide aux Handicapés Mentaux), Altéo en L’association Socialiste de la Personne Handicapée.

De teksten ‘Easy-to-read’ werden geschreven door L’AFraHm vzw en

herwerkt in het Nederlands door Inclusie Vlaanderen vzw.

©European Easy-to-Read Logo: Inclusion Europe vzw.

Voor meer informatie zie www.inclusion-europe.org/etr We danken alle personen die hebben meegewerkt aan deze brochure.

(3)

I N H O U D S T A F E L

WAT MAG IK VAN DEZE BROCHURE VERWACHTEN? 4

1. ANTIDISCRIMINATIEWET VAN 10 MEI 2007 8

1. Handicap en gezondheidstoestand 12

2. Door de wet verboden gedragingen 14

A. Directe discriminatie 15

B. Indirecte discriminatie 15

C. Intimidatie 16

D. Weigeren redelijke aanpassingen aan te brengen 17

E. Aanzetten tot haat 19

3. Verschillen maken is soms toegelaten 20

4. Domeinen waarop de antidiscriminatiewet van toepassing is 23

5. Procedures en sancties 24

6. Gewest- en gemeenschapsdecreten 26

7. Domeinen waarop de antidiscriminatiedecreten van toepassing zijn 28

2. SECTOREN WAAROP DE WET VAN TOEPASSING IS 30

1. Tewerkstelling 32

A. Werkrelaties 32

B. Tewerkstelling, socioprofessionele inschakeling en beroepsopleiding 34 C. Redelijke aanpassingen in een beroepsomgeving 36

D. Tewerkstelling bij de overheid 41

E. Klachten en bescherming van slachtoffers en getuigen 45

2. Openbaar vervoer 47

A. Bussen en trams 48

B. Vervoer via de lucht 49

C. Vervoer via het spoor 51

3. Huisvesting 52

4. Onderwijs 55

5. Openbare diensten 57

6. Verzekeringen 60

(4)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

7. Horeca en winkels 63

A. Personen met een handicap: klanten zoals alle anderen? 63

B. Redelijke aanpassingen 64

C. Krediet 65

D. Assistentiehonden 65

8. Ontspanning 67

A. Gebrekkige voorzieningen en uitsluiting 67

B. Wat moet er gebeuren? 68

9. Cultuur 69

A. Meest frequente problemen 69

B. Goede praktijken 70

3. HET CENTRUM 72

1. Rol en opdrachten van het Centrum 74

2. Gevolgen van een bij het Centrum ingediende melding 76

3. Hoe reageert het Centrum op je aanvraag? 78

4. Praktische tips in geval van discriminatie 81

5. Hoe kan je contact opnemen met het Centrum? 84

4. ADRESSENLIJST 86

1. Partners van het Centrum 88

2. Andere adressen 90

(5)

W A T M A G I K V A N D E Z E B R O C H U R E V E R W A C H T E N ?

Ê

HetÊCentrumÊvoorÊgelijkheidÊvanÊkansenÊenÊ voorÊracismebestrijdingÊheeftÊeenÊbrochureÊ gemaaktÊvoorÊpersonenÊmetÊeenÊhandicap,Ê voorÊpersonenÊmetÊeenÊgezondheidsprobleemÊ enÊvoorÊhunÊfamilieleden.

HetÊCentrumÊhoudtÊzichÊbezigÊmetÊ discriminatieproblemen.

InÊBelgi‘ÊbestaatÊerÊeenÊantidiscriminatiewet.

AntiÊwilÊzeggen:Êtegen.

DiscriminatieÊwilÊzeggenÊdatÊpersonenÊslechtÊ wordenÊbehandeldÊomdatÊzeÊandersÊzijn.Ê OmdatÊzeÊeenÊhandicapÊhebbenÊbijvoorbeeld,Ê ofÊeenÊandereÊhuidskleur.

DezeÊwetÊisÊdusÊtegenÊdezeÊongelijkeÊ behandeling.

ZeÊverbiedtÊbijvoorbeeldÊdiscriminatieÊ opÊhetÊwerk,ÊinÊrestaurants,ÊbijÊ

ontspanningsactiviteiten.

DeÊbrochureÊhelptÊomÊdeÊwetÊenÊhetÊgebruikÊ vanÊdeÊwetÊbeterÊteÊbegrijpen.Ê

ErÊstaanÊheelÊwatÊvoorbeeldenÊinÊvanÊ

discriminatieÊinÊhetÊlevenÊvanÊelkeÊdag.

(6)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

Deze brochure bestemd voor personen met een handicap of een gezondheidsprobleem en hun omgeving wil meer bekendheid geven aan de antidiscriminatiewetgeving en de rol van het Centrum in de bestrijding van discriminaties.

Sinds 2003 heeft ons land een wetgeving die bepaalde vormen van discriminatie op grond van handicap en gezondheidstoestand verbiedt.

De antidiscriminatiewetgeving kadert binnen een beweging en een discours voor gelijke behandeling en gelijke kansen voor personen met een handicap. Ze beschermt personen met een handicap niet enkel tegen discriminaties op de arbeidsmarkt, maar ook in talrijke andere domeinen van het openbare leven.

Volgens de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie is het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (kortweg ‘het Centrum’) belast met het behandelen van discriminaties op grond van verschillende motieven zoals

handicap en gezondheidstoestand.

In het eerste hoofdstuk van deze brochure vind je meer uitleg over de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 en meer bepaald met betrekking tot de motieven ‘handicap’ en ‘gezondheidstoestand’.

De draagwijdte van een wet kan echter pas ten volle begrepen worden door die te toetsen aan het ‘echte’ leven. Daarom zijn in het volgende hoofdstuk een aantal voorbeelden uit het dagelijkse leven opgesomd, zoals werk uiteraard, maar ook vervoer, ontspanning of huisvesting komen aan bod.

(7)

Een wet en de toepassingen ervan bespreken, is geen gemakkelijke zaak. Samen met een aantal verenigingen voor personen met een handicap hebben we die moeilijke oefening toch willen maken. Met een zowel juridische als concrete lezing willen we een antwoord bieden op de vraag naar informatie van personen met een handicap en professionelen uit de sector. Met de hulp van de Nationale Vereniging voor Verstandelijke Gehandicapten hebben we in deze tekst een aantal makkelijk te lezen teksten ingevoegd. Deze teksten zijn bestemd voor personen met een verstandelijke beperking en zijn herkenbaar aan het volgende logo:

Ê

In samenwerking met Fevlado en de Fédération francophone des sourds de Belgique1 heeft het Centrum ook een DVD in Franse en Nederlandse gebarentaal samengesteld waarin de wet van 10 mei 2007 wordt voorgesteld.

1 Deze DVD is verkrijgbaar bij twee partnerorganisaties (Fevlado en FFSB, hun contactgegevens zijn opgenomen in de adressenlijst, partners van het Centrum) en kan ook worden bekeken op de website van het Centrum www.diversiteit.be (rubriek ‘Wetgevingen’).

(8)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

(9)
(10)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

1. ANTI-

DISCRIMINATIEWET

VAN 10 MEI 2007

(11)

Ê

AlleÊlandenÊinÊEuropaÊbestrijdenÊdiscriminatie.

InÊBelgi‘ÊnoemtÊmenÊdieÊwetÊdeÊ antidiscriminatiewetÊvanÊ10ÊmeiÊ2007.

Alle lidstaten van de Europese Unie moesten tegen eind 2003 een nationale wetgeving goedkeuren overeenkomstig de Europese richtlijn 2000/78 om een kader te scheppen ter bestrijding van discriminaties op grond van leeftijd, seksuele geaardheid, geloof of levensbeschouwing en handicap.

België heeft drie federale antidiscriminatiewetten goedgekeurd:

» De wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie verbiedt discriminaties op grond van volgende criteria:

leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, fortuin, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, syndicale

overtuiging2, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische kenmerken of sociale afkomst en taal. We spreken algemeen over ‘beschermde criteria’.

» Een andere wet beschermt personen tegen raciale discriminatie: het gaat hier om de wet van 30 juli 1981, gewijzigd door de wet van 10 mei 2007, tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden.

» Een derde wet beschermt personen tegen discriminaties op grond van hun geslacht (vrouwelijke of mannelijke geslacht en transgenders):

het gaat hier om de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen.

2 Voor de juiste referentie: zie Arrest 64/2009 van 2 april 2009 van het Grondwettelijk Hof.

(12)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

» Onlangs hebben een aantal gewest- en gemeenschapsdecreten het geheel van antidiscriminatiemaatregelen verder aangevuld, waarbij rekening werd gehouden met de bevoegdheden van elk overheidsniveau (zie hoofdstuk 1.6).

We stellen ten slotte tevreden vast dat België het Internationale Verdrag van de Verenigde Naties (VN-verdrag) met daarin de rechten van personen met een handicap3 heeft ondertekend. In dit verdrag zijn talrijke fundamentele rechten en vrijheden opgenomen:

het recht op non-discriminatie, op de toegang tot het gerecht, op bescherming van het privéleven, op de deelname aan het politieke en culturele leven, …

3 Voor meer informatie zie http://www.gelijkerechten.be/ of http://www.un.org/disabilities/default.asp?navid=12&pid=150  

(13)

1 . H a n d i c a p e n g e z o n d h e i d s t o e s t a n d

DeÊwetÊverbiedtÊdiscriminatiesÊdoorÊeenÊ handicapÊofÊeenÊgezondheidsprobleem.

De wet van 10 mei 2007 verbiedt discriminaties onder meer op grond van handicap en huidige of toekomstige gezondheidstoestand.

Deze wet geeft geen definitie van handicap.

Het begrip ‘handicap’ moet in zijn breedste betekenis begrepen worden en omvat ook chronische ziektes. De antidiscriminatiewet beperkt zich niet tot een erkende handicap die bijvoorbeeld recht geeft op een tegemoetkoming voor personen met een handicap. Het begrip handicap is hier niet afhankelijk van een officiële erkenning en/of is niet gekoppeld aan een bepaald statuut.

Wel integendeel, volgens de geest van de wet is de handicap het resultaat van een samenspel tussen de beperking en de onaangepaste omgeving.

Een persoon in een rolstoel heeft geen handicap om zich op de zeedijk zonder hindernissen te verplaatsen, maar zal wel een handicap hebben om zich in de stad te verplaatsen en het openbaar vervoer te nemen, indien dit niet is aangepast.

Er is geen definitie in de antidiscriminatiewet opgenomen, maar het Europese Hof van Justitie heeft wel al een uitspraak gedaan over hoe het begrip handicap geïnterpreteerd moet worden. In het arrest Chacón Navas4 uit 2006 heeft het Hof geoordeeld dat het begrip ‘handicap’

in de zin van de Europese richtlijn, moet worden verstaan als “een beperking ten gevolge van onder meer een lichamelijke, verstandelijke of psychische stoornis, die de deelname van de betrokken persoon aan het professionele leven belemmert”. Het Hof benadrukt dat “opdat een

4 Zaak C-13/05 van 11 juli 2006, Sonia Chacón Navas egen Eurest Collectividades

(14)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

beperking onder het begrip ‘handicap’ zou vallen, het dus waarschijnlijk van lange duur moet zijn”.

De wetgever heeft bewust gekozen voor een term die anders wordt ingevuld dan het begrip ‘ziekte’.

Er mag worden vanuit gegaan dat, in tegenstelling tot een handicap, het begrip ‘gezondheidstoestand’ verwijst naar een staat van korte of middellange duur, waarvan men mag verwachten er binnen een redelijke termijn van te herstellen.

Iemand breekt zijn been en is drie maanden werkonbekwaam. Hier zal het motief ‘gezondheidstoestand’ worden ingeroepen. Indien een persoon aan een auto-ongeval gevolgen overhoudt, zal men van een handicap spreken.

In tegenstelling tot personen met een handicap zal de persoon die zijn gezondheidstoestand inroept, geen aanspraak kunnen maken op redelijke aanpassingen.

Bovendien bepaalt de wet van 10 mei 2007 dat het om de huidige of toekomstige gezondheidstoestand gaat. Dit betekent dat gezondheidstoe- standen uit het verleden niet door de wet worden beschermd.

Een werknemer krijgt geen promotie omdat hij de laatste vijf jaren te vaak afwezig was wegens ziekte. Hij zal geen discriminatie kunnen inroepen, tenzij hij kan aantonen dat zijn afwezigheden het directe gevolg waren van een nog steeds aanwezige gezondheidstoestand of handicap.

Andere door de wet van 10 mei 2007 beschermde criteria, zoals genetische en fysieke kenmerken, kunnen ook door personen met een ziekte of een handicap worden ingeroepen.

Discriminatie op grond van een fysiek kenmerk:

Een kapsalon weigert een persoon met een handicap te bedienen die een wijnvlek in het gezicht heeft, omdat hij de andere klanten kan choqueren.

Discriminatie op grond van een genetisch kenmerk:

Iemand die drager is van een genetische ziekte (ziekte van Huntington, bepaalde vormen van diabetes, …) wordt een job geweigerd, omdat de ziekte zich op een dag zou kunnen ontwikkelen.

(15)

2 . D o o r d e w e t v e r b o d e n g e d r a g i n g e n

DeÊwetÊverbiedtÊdirecteÊenÊindirecteÊ discriminaties.

WanneerÊiemandÊinÊeenzelfdeÊsituatieÊminderÊ goedÊwordtÊbehandeldÊdanÊiemandÊanders.Ê EenÊvoorbeeld:ÊjeÊdoetÊhetzelfdeÊwerkÊalsÊjeÊ collegaÊmaarÊjeÊbentÊminderÊgoedÊbetaaldÊ omdatÊjeÊeenÊhandicapÊhebt.Ê

DatÊnoemtÊmenÊeenÊdirecteÊdiscriminatie.

SomsÊisÊeenÊsituatieÊdezelfdeÊvoorÊiedereenÊ maarÊinÊwerkelijkheidÊwordenÊeenÊaantalÊ personenÊbenadeeld.

EenÊvoorbeeld:ÊiemandÊdieÊslechtÊzietÊmagÊnietÊ binnenÊinÊeenÊrestaurantÊomdatÊhijÊofÊzijÊeenÊ assistentiehondÊmeeÊheeft.

DatÊnoemtÊmenÊeenÊindirecteÊdiscriminatie.

De antidiscriminatiewet verbiedt elke vorm van directe of indirecte discriminatie, onder meer op grond van een handicap of de huidige of toekomstige gezondheidstoestand.

(16)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

A . D i r e c t e d i s c r i m i n a t i e

Directe discriminatie is een direct onderscheid (minder goede

behandeling in een vergelijkbare situatie) op grond van de handicap of gezondheidstoestand van een persoon, en die niet te rechtvaardigen valt.

Een persoon met hersenverlamming wordt om deze reden de toegang tot een discotheek geweigerd. Dit is een voorbeeld van directe discriminatie.

B . I n d i r e c t e d i s c r i m i n a t i e

Er is sprake van indirecte discriminatie wanneer een ogenschijnlijk neutrale bepaling, maatstaf of handelwijze, in vergelijking met andere personen, een schadelijke weerslag kan hebben op personen met een handicap en/of ziekte en dit niet redelijkerwijze kan worden gerechtvaardigd.

Een slechtziende met een assistentiehond wordt de toegang tot een restaurant geweigerd. Dit is een voorbeeld van indirecte discriminatie.

De ogenschijnlijk neutrale handelswijze is het frequent verbod van dieren in restaurants en winkels, vooral om hygiënische redenen. Deze handelswijze is echter indirect nadelig voor mensen met een assisten- tiehond. Hier is dus sprake van indirecte discriminatie.

Het verbod om een persoon met een assistentiehond de toegang tot publiek toegankelijke plaatsen en het openbaar vervoer te weigeren, werd nog versterkt door decreten van het Waals, Vlaams en Brussels Gewest5. Voortaan is het enkel in heel zeldzame omstandigheden mogelijk de toegang te weigeren (in ruimtes bijvoorbeeld waar medische handelingen plaatsvinden).

5 Decreet van 23 november betreffende de toegankelijkheid van de voor het publiek bestemde inrichtingen en installaties voor gehandicapte personen met een assistentiehond; Besluit van 2 oktober 2008 van de Waalse Regering tot uitvoering van dit decreet; Ordonnantie van 18 december 2008 van het Brussels Gewest betreffende de toegang van assistentiehonden tot voor het publiek toegankelijke plaatsen; Decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond.

(17)

C . I n t i m i d a t i e

OokÊpestenÊisÊeenÊdiscriminatie.Ê

WanneerÊiemandÊregelmatigÊwordtÊbeledigdÊofÊ aangevallen,ÊisÊdatÊpesten.Ê

EenÊvoorbeeld:ÊwanneerÊmenÊiemandÊuitlachtÊ omwilleÊvanÊzijnÊhandicap.ÊPestenÊgebeurtÊ somsÊopÊhetÊwerkÊenÊdanÊkanÊdatÊwordenÊ bestraft.Ê

DeÊwerkgeverÊmoetÊervoorÊzorgenÊdatÊhetÊ stopt.Ê

Je buurman neemt een beledigende houding aan omdat je een handicap hebt: hij parkeert zijn wagen zodanig dat je het nog moeilijker hebt om uit je garage te rijden, hij zet zijn vuilbakzakken vlakbij je voordeur zodat je je met je rolstoel nog moeilijker kan verplaatsen, …

Bij discriminerende intimidatie gaat het om ongewenst gedrag dat met de handicap van een persoon (of met eender welk door de wet van 10 mei 2007 beschermd criterium) te maken heeft en dat tot doel of tot gevolg heeft de waardigheid van een persoon aan te tasten en een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving te creëren.

Iemand scheldt een persoon met een handicap uit of slaat hem omwille van zijn handicap.

In een aantal extreme omstandigheden bestraft het strafwetboek de pesterij en verzwaart het de sanctie (verzwarende omstandigheid), als de pesterijen het gevolg zijn van haat of misprijzen tegenover een persoon omwille van zijn handicap.

Je collega’s spotten met je handicap, je chef geeft je geen werk en houdt je van niets op de hoogte, omdat je moeite hebt om te volgen.

Inzake pesterijen op het werk bestaat er sinds 2002 een specifieke

(18)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

wetgeving die personen beschermt tegen pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Deze wet is gewijzigd door de wet van 10 januari 20076. In geval van pesterijen op grond van een handicap op het werk voorziet deze wet in de mogelijkheid van een verzoeningsprocedure (bemiddeling), waarbij het Centrum betrokken zal kunnen worden, maar ook in het hoger beroep aantekenen voor een arbeidsrechtbank.

D . W e i g e r e n r e d e l i j k e a a n p a s s i n g e n a a n t e b r e n g e n

AlleÊpersonenÊmetÊeenÊhandicapÊhebbenÊhetÊ rechtÊomÊhulpÊteÊvragenÊenÊteÊkrijgen.

OmÊbijvoorbeeldÊhetÊmenuÊinÊeenÊrestaurantÊteÊ lezen.Ê

OfÊomÊeenÊbelangrijkÊdocumentÊteÊlezen.Ê OfÊomÊbeterÊeenÊevenementÊteÊvolgen.Ê OfÊomÊzijnÊwerkÊmakkelijkerÊteÊdoen.

DitÊnoemtÊmenÊeenÊredelijkeÊaanpassing.Ê DezeÊaanpassingÊmoetÊmakkelijkÊteÊdoenÊzijnÊ enÊmagÊnietÊteÊveelÊkosten.

IndienÊmenÊweigertÊisÊdatÊonrechtvaardigÊenÊisÊ datÊeenÊdiscriminatie.

6 Wet van 10 januari 2007 tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk waaronder deze betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (B.S. 06/06/2007).

(19)

Tijdens een sollicitatiegesprek wens je dat er een tolk gebarentaal aanwezig is.

Je wilt dat je dokter je in eenvoudige en begrijpelijke taal uitleg geeft bij je ziekte en behandeling.

Je wilt dat de kelner op restaurant je de menukaart voorleest die je niet kan ontcijferen.

Niet ingaan op deze verzoeken zou discriminatie zijn.

Weigeren redelijke aanpassingen aan te brengen voor personen met een handicap is immers discriminerend gedrag7. De wettelijke definitie is de volgende: “Redelijke aanpassingen zijn passende maatregelen, in een concrete situatie en naargelang de behoefte, om een persoon met een handicap in staat te stellen toegang te hebben tot, deel te nemen aan en vooruit te komen in de aangelegenheden waarop deze wet van toepassing is, tenzij deze maatregelen voor de persoon die deze maatregelen moeten treffen een onevenredige belasting vormen.”

Een redelijke aanpassing compenseert de negatieve gevolgen van een omgeving die onaangepast is aan een persoon met een handicap en stelt hem dus in staat aan een bepaalde activiteit deel te nemen net als iemand anders.

Belangrijk is dat het steeds om een individuele benadering gaat.

We hebben het hier dus niet over de algemene problematiek inzake toegankelijkheid.

In tegenstelling tot bepaalde wettelijke bepalingen in het buitenland8 voorziet de Belgische antidiscriminatiewetgeving niet in een algemene toegankelijkheidsverplichting. Ze richt zich op individuele (problematische)

7 Zie hoofdstuk 2.1.C Redelijke aanpassingen in een beroepsomgeving

8 Volgens de Britse wetgeving bijvoorbeeld is de ontoegankelijkheid van publiek toegankelijke gebouwen een discriminatie. In Frankrijk geldt voor de toegankelijkheid van alle voor het publiek toegankelijke gebouwen (publiek of privé) een strikte algemene regelgeving (zie bijlage 1, pp. 26-28). Zie de studie uitgevoerd door het Centrum met als titel ‘Toegankelijkheid van publiek toegankelijke gebouwen voor personen met een beperkte mobiliteit’, te downloaden op www.diversiteit.be (rubriek ‘Publicaties’ - jaar 2007).

(20)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

situaties in specifieke domeinen (aanbod van goederen en diensten, werk). 

Toch kan de onmogelijke toegang tot infrastructuren en gebouwen er voor een persoon met een handicap toe leiden dat hij van bepaalde diensten geen gebruik kan maken of dat hij aan bepaalde professionele of recreatieve activiteiten niet kan deelnemen. In die gevallen kan het gaan om een discriminatie in de zin van de wet van 10 mei 2007.

Door de aanwezigheid van trappen aan de ingang van een gemeentehuis is het gebouw ontoegankelijk voor rolstoelgebruikers. Daardoor kunnen rolstoelgebruikers ook geen gebruik maken van de diensten gevestigd in het gemeentehuis.

E . A a n z e t t e n t o t h a a t

DeÊwetÊverbiedtÊstouteÊofÊgewelddadigeÊ gedragingenÊtegenoverÊeenÊpersoonÊmetÊeenÊ handicapÊofÊeenÊziekte.

De antidiscriminatiewet sanctioneert gedragingen die aanzetten tot haat, geweld of discriminatie tegen een persoon of een groep omwille van één van de beschermde criteria strafrechtelijk.

Bovendien kunnen een aantal gedragingen die al door het Strafwetboek worden bestraft, zwaarder worden gesanctioneerd indien ze zijn gepleegd wegens haat of misprijzen tegenover een persoon of een groep op grond van één van de beschermde criteria. Dit noemt men een ‘verwerpelijke beweegreden’.

Als iemand een persoon aanvalt omdat die persoon een handicap heeft, dan kan de straf verdubbeld worden.

(21)

3 . V e r s c h i l l e n m a k e n i s s o m s t o e g e l a t e n

DeÊwetÊlaatÊtoeÊdatÊeenÊpersoonÊmetÊeenÊ handicapÊofÊeenÊziekteÊonderÊbepaaldeÊ voorwaardenÊandersÊwordtÊbehandeld.

IndienÊmenÊbijvoorbeeldÊinÊheelÊgoedeÊ gezondheidÊmoetÊzijnÊomÊeenÊjobÊuitÊteÊ oefenen.Ê

EenÊslechtziendÊpersoonÊkanÊomÊ

veiligheidsredenenÊgeenÊvliegtuigpilootÊworden.Ê EenÊanderÊvoorbeeld:ÊhondenÊmogenÊomwilleÊ vanÊdeÊnetheidÊnietÊbinnenÊinÊwinkelsÊmaarÊ blindeÊpersonenÊmogenÊwelÊbinnenÊmetÊhunÊ geleidehond.

MeestalÊzalÊeenÊredelijkeÊaanpassingÊervoorÊ zorgenÊdatÊeenÊwerknemerÊmetÊeenÊhandicapÊ zijnÊwerkÊzalÊkunnenÊdoen.

EenÊvoorbeeld:ÊeenÊbureauÊverlagenÊvoorÊ iemandÊdieÊkleinÊvanÊgestalteÊis.Ê

DezeÊaanpassingÊmagÊnietÊoverdrevenÊzijnÊenÊ deÊwerkgeverÊnietÊteÊveelÊkosten.

DeÊarbeidsgeneesheerÊisÊdaarÊomÊdeÊ werkgeverÊadviesÊteÊgeven.

HijÊcontroleertÊofÊdeÊwerkomstandighedenÊvanÊ

deÊwerknemerÊgoedÊzijn.

(22)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

Om hygiënische redenen zijn honden over het algemeen niet toegelaten in voedingswinkels; iedereen kan zich daarin vinden. Maar zonder zijn assistentiehond kan een persoon met een handicap zich niet verplaatsen en bovendien biedt de hond hem veiligheid en autonomie. Daarom wordt het verbieden van assistentiehonden als een al te strenge (onevenredige) maatregel beschouwd.

Het verbieden van assistentiehonden in een operatiezaal of langs een zwembad is om hygiënische redenen dan weer geen overdreven maatregel.

In bepaalde gevallen aanvaardt de wet dat een persoon met een handicap of ziekte anders wordt behandeld. De motivering daarvoor moet aan bepaalde voorwaarden voldoen.

Ten eerste moet er een legitiem doel zijn zoals veiligheid, hygiëne of het algemeen belang.

Vervolgens moeten de middelen om dit doel te bereiken passend en noodzakelijk zijn.

Opgelet! Op het vlak van werk is de enige rechtvaardiging die wordt aanvaard om een persoon met een handicap anders te behandelen (dit geldt niet voor iemand met een ziekte) een ‘wezenlijke en bepalende beroepsvereiste’. Dit betekent dat geen handicap hebben een absoluut onontbeerlijke vereiste is om de functie uit te oefenen.

In een sportwinkel eisen dat een kandidaat voor een verkoopsfunctie geen handicap heeft, om een sportief, dynamisch en gezond imago aan van de winkel te geven kan niet worden beschouwd als een wezenlijke en bepalende vereiste.

Om daarentegen de rol van de krijger Achilles te vertolken in een film over de Trojaanse oorlog, kan de vereiste dat de acteur geen handicap heeft een aanvaardbare rechtvaardiging zijn.

Het is aan de werkgever om al naargelang de beroepsfunctie, de wezenlijke en bepalende beroepsvereiste vast te leggen.

De beroepsvereiste waarvan hier sprake is, is niet hetzelfde als het begrip

‘arbeidsgeschiktheid’. De evaluatie van de intellectuele, psychologische en

(23)

fysieke vaardigheden om een bepaalde functie uit te oefenen is een stap in de rekrutering die voor alle kandidaten geldt. De antidiscriminatiewet stelt dit niet in vraag.

Een luchtverkeersleider of een vliegtuigpiloot mag niet slechtziend zijn. Aangezien deze functies een uitstekend zicht vereisen, wordt een slechtziende als ongeschikt beschouwd om deze functies uit te oefenen.

Inzake rekrutering en werkgelegenheid wordt de medische geschiktheid beoordeeld door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer.

Vooraleer te besluiten dat een kandidaat niet geschikt is om een bepaalde functie uit te oefenen, dienen zowel de preventieadviseur- arbeidsgeneesheer als de werkgever na te gaan of, mits een redelijke aanpassing van de werkpost en/of de omgeving, de kandidaat met een handicap deze functie zou kunnen uitoefenen bij aanwerving of een werkhervatting na een ongeval bijvoorbeeld.

(24)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

4 . D o m e i n e n w a a r o p d e a n t i d i s c r i m i n a t i e w e t v a n t o e p a s s i n g i s

DeÊwetÊwordtÊgebruiktÊopÊhetÊwerkÊofÊvoorÊdeÊ toegangÊtotÊeenÊwoning,Êrestaurants,Êbanken,Ê winkels,ÊplaatsenÊvoorÊvrijeÊtijd,Êsportcentra,Ê ziekenfondsen,Êgemeentediensten,ÊÉ

De antidiscriminatiewet is van toepassing op talrijke domeinen van het openbare leven:

» tewerkstelling: publieke en private sector. De wet heeft betrekking op zowel loontrekkenden als zelfstandigen, vrijwilligers of leerlingen;

» publieke of private goederen en diensten die publiek toegankelijk zijn: private woningen, toegang tot restaurants, winkels, diensten en verzekeringspremies, bankdiensten, …;

» elke economische, sociale, culturele of politieke activiteit die toegankelijk is voor het publiek: plaatsen voor ontspanning, concerten, festivals, …;

» officiële stukken of processen-verbaal (zo mag een politiebeambte in een proces-verbaal bij een ongeval niet laten doorschijnen dat een dove persoon als gevolg van zijn handicap in fout is);

» de sociale zekerheid en sociale bescherming: gezondheidszorg, sociale voordelen, aanvullende regelingen, … (hier wordt vooral het gedrag van de dossierbeheerder beoogd en niet de toegepaste reglementen).

(25)

5 . P r o c e d u r e s e n s a n c t i e s

HetÊslachtofferÊvanÊdiscriminatieÊkanÊnaarÊdeÊ rechtbankÊstappen.

DeÊrechterÊzalÊdanÊbeslissenÊofÊerÊalÊdanÊnietÊ sprakeÊwasÊvanÊdiscriminatie.

AlsÊjeÊslachtofferÊwasÊvanÊdiscriminatieÊzalÊjeÊ geldÊontvangenÊomÊdeÊproblemenÊteÊherstellenÊ dieÊjeÊhebtÊgehad.Ê

DatÊnoemtÊmenÊeenÊschadevergoeding.

HetÊslachtofferÊmagÊzichÊlatenÊhelpenÊdoorÊ getuigen.

EenÊgetuigeÊisÊiemandÊdieÊerÊopÊhetÊogenblikÊ vanÊdeÊdiscriminatieÊbijÊstond.Ê

HijÊheeftÊhetÊgezienÊofÊgehoordÊenÊhijÊkanÊ zeggenÊwatÊerÊisÊgebeurd.

DeÊwetÊbeschermtÊhetÊslachtofferÊenÊdeÊ getuigen.

DitÊbetekentÊdatÊzeÊgeenÊproblemenÊkunnenÊ krijgenÊomdatÊzeÊtegenÊiemandÊklachtÊhebbenÊ ingediend.Ê

De wet van 10 mei 2007 geeft de slachtoffers de mogelijkheid in geval van discriminatie hun rechten te laten gelden en de zaak aanhangig te maken voor een burgerrechtbank: arbeidsrechtbank, rechtbank van koophandel of eerste aanleg.

Indien de rechter de discriminatie erkent, zal hij het slachtoffer een

(26)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

forfaitaire schadevergoeding kunnen toekennen.

De wet beschermt het slachtoffer en de getuige ook tegen mogelijke represailles. Dit betekent dat het verboden is je achteraf in moeilijkheden te brengen, omdat je tegen iemand klacht hebt ingediend9.

In geval van aanzetten tot haat of discriminatie gepleegd door een ambtenaar en een daad van geweld of pesterijen (buiten het werk) tegenover personen met een handicap (verwerpelijke beweegreden), zijn de strafrechtbanken bevoegd.

9 Zie hoofdstuk 2.1.E ‘Tewerkstelling: klachten en bescherming van de slachtoffer en getuigen’.

(27)

6 . G e w e s t - e n g e m e e n s c h a p s d e c r e t e n

DeÊwetÊwordtÊnietÊoveralÊinÊBelgi‘ÊhetzelfdeÊ gebruikt.ÊHetÊhangtÊallemaalÊafÊvanÊdeÊplaatsÊ waarÊjeÊwoontÊenÊdeÊsituatieÊwaarinÊjeÊbent.Ê DiscriminatieÊopÊdeÊbusÊofÊopÊhetÊwerkÊwordenÊ bijvoorbeeldÊdoorÊandereÊwettenÊbehandeld.Ê

In een federaal land keurt elk bevoegdheidsniveau wetteksten goed in functie van zijn bevoegdheden. Zo is de federale wet niet van toepassing op eventuele discriminaties op bussen van De Lijn of de TEC. Zowel aan Nederlandstalige als aan Franstalige kant zijn er gewestdecreten en ordonnanties die van toepassing zijn op het vlak van tewerkstelling, beroepsopleiding, gewestelijke goederen en diensten en het onderwijs.

Enkel het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voorziet nog geen bescherming in de sector van de goederen en diensten die onder zijn bevoegdheid vallen.

Hieronder volgt een overzicht van de decreten en ordonnanties ter bestrijding van discriminaties10:

» Decreet van 6 november 2008 van het Waals Gewest ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie gewijzigd door het decreet van 19 maart 2009.

» Decreet van 17 mei 2004 van de Duitstalige Gemeenschap tot waarborg van gelijke behandeling op de arbeidsmarkt, gewijzigd door de programmawet van 25 juni 2007.

10 Deze decreten en de respectievelijke bevoegdheden ervan staan in het activiteitenverslag 2008 van het Centrum dat je kan downloaden op www.diversiteit.be.

(28)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

» Decreet van 12 december 2008 van de Franse Gemeenschap ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie.

» Decreet van 8 mei 2002 van de Vlaamse Gemeenschap inzake evenredige participatie op de arbeidsmarkt, gewijzigd door het decreet van 9 maart 2007.

» Decreet van 2 juli 2008 van de Vlaamse Gemeenschap inzake gelijke kansen en gelijke behandeling.

» Decreet van 22 maart 2007 betreffende gelijke behandeling inzake beroepsopleiding (Cocof).

» Ordonnantie van 4 september 2008 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de strijd tegen discriminatie en de gelijke behandeling op het vlak van de tewerkstelling.

» Ordonnantie van 4 september 2008 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ter bevordering van diversiteit en ter bestrijding van

discriminatie in het Brussels Gewestelijk Openbaar Ambt.

(29)

7. Domeinen waarop de antidiscriminatiedecreten van toepassing zijn

» Gemeenschapsdecreten:

Tewerkstelling van het personeel uit het openbaar ambt van de Franse/Vlaamse/Duitstalige Gemeenschap en andere structuren die onder de gemeenschappen vallen.

Onderwijs (leerkrachten en leerlingen).

» Gewestdecreten:

Begunstigden (werkzoekenden, personen die van het OCMW afhankelijk zijn, …) van volgende maatregelen: plaatsing, oriëntering, socioprofessionele inschakeling en beroepsopleiding.

Gewestelijke tewerkstelling.

Sociale huisvesting.

Gewestelijke openbare diensten.

Regionaal openbaar vervoer.

(30)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

(31)
(32)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

2. SECTOREN WAAROP DE WET VAN

TOEPASSING IS

(33)

1 . T E W E R K S T E L L I N G

A . W e r k r e l a t i e s

AlsÊjeÊeenÊarbeidsovereenkomstÊhebtÊ ofÊeenÊvrijwilligerscontractÊ

ofÊeenÊstagecontract,Ê

danÊbenÊjeÊbeschermdÊtegenÊdiscriminatiesÊ omwilleÊvanÊjeÊhandicapÊofÊjeÊ

gezondheidstoestand.

JeÊkanÊeenÊredelijkeÊaanpassingÊvragenÊomÊ meerÊzelfstandigheidÊteÊhebben.

BepaaldeÊdienstenÊbiedenÊeenÊaangepasteÊ begeleidingÊaanÊvoorÊpersonenÊmetÊeenÊ handicap.

ErÊmagÊgeenÊdiscriminatieÊzijnÊ ! inÊjobaanbiedingen

! bijÊdeÊaanwerving ! opÊhetÊwerk

! bijÊeenÊontslag.

Ben je een loontrekkende, zelfstandige, leerling, stagiair of vrijwilliger?

Dan ben je beschermd tegen discriminaties op grond van onder andere je handicap of je gezondheidstoestand.

Arbeidsovereenkomsten, zelfstandigenovereenkomsten, arbeids- reglementen, statutaire regelingen, stagecontracten of collectieve

arbeidsovereenkomsten mogen geen discriminerende elementen bevatten.

(34)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

De wet verbiedt in het bijzonder directe of indirecte discriminatie:

» in jobaanbiedingen, ongeacht het kanaal via hetwelke ze bekend worden gemaakt (kranten, internet, aankondigingen in winkels, …);

» tijdens het rekruteringsproces: selectiecriteria, sollicitatiegesprekken, …;

» bij de uitoefening van het werk en werkomstandigheden: selectie- criteria voor promotie, werkuren, loonvoorwaarden, voordelen in speciën of in natura, …;

» inzake redenen, voorwaarden en modaliteiten voor ontslag.

Een werkgever mag een dove persoon niet verbieden tijdens het sollicita- tiegesprek te worden bijgestaan door een tolk gebarentaal. Het gaat hier om een redelijke aanpassing.

Een werkgever mag geen bedrijfswagen weigeren aan een werknemer met een handicap onder het voorwendsel dat de wagen moet worden aangepast (voor de extra kosten kan een beroep worden gedaan op regionale fondsen – zie hoofdstuk 2.1.C Tewerkstelling: Redelijke aanpassingen op het werk’).

Een werknemer met een verstandelijke handicap mag de toegang tot de personeelsvergaderingen niet worden geweigerd omdat hij niet in staat zou zijn de vergadering te volgen en te begrijpen wat er wordt gezegd.

De principes van gelijke behandeling en verbod van elke vorm van discriminatie op het werk staan bepaald in twee collectieve arbeidsover- eenkomsten, die sinds 11 januari 2009 bij Koninklijk Besluit verplicht zijn geworden:

» - CAO nr. 95 van 10 oktober 2008, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende gelijke behandeling gedurende alle fasen van de arbeidsrelatie;

» - CAO nr. 38 sexies van 10 oktober 2008 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van CAO nr. 38 van 6 december 1983 betreffende de werving en selectie van werknemers.

De collectieve arbeidsovereenkomsten worden gesloten tussen

representatieve werknemersorganisaties (vakbonden) en representatieve werkgeversorganisaties (patronaat) en dienen zonder uitzondering door alle beroepssectoren te worden nageleefd.

(35)

B . T e w e r k s t e l l i n g , s o c i o p r o f e s s i o n e l e i n s c h a k e l i n g e n b e r o e p s o p l e i d i n g

Ê

OokÊalsÊjeÊeenÊjobÊzoektÊofÊeenÊ

beroepsopleidingÊwilÊvolgen,ÊdanÊbenÊjeÊ beschermdÊtegenÊdiscriminatie.

JeÊkanÊookÊeenÊredelijkeÊaanpassingÊvragenÊ omÊmeerÊzelfstandigheidÊteÊhebben.

BepaaldeÊdienstenÊbiedenÊeenÊaangepasteÊ begeleidingÊaan.

Heb je een handicap en ben je op zoek naar een job, een bijscholing of een beroepsopleiding? Dan ben je beschermd tegen discriminaties.

Aangezien het hier om gewest- en gemeenschapsbevoegdheden gaat, wordt deze bescherming gewaarborgd door verschillende specifieke decreten en ordonnanties11.

Bij Actiris (ex-Orbem), de Forem, de VDAB, of bij één van hun partners (instellingen voor socioprofessionele inschakeling) mag je omwille van je handicap niet anders worden behandeld.

Als je bij het zoeken naar een baan een beroep doet op een uitzend- kantoor, dan mag ook dat kantoor je niet weigeren omdat je een persoon met een handicap bent.

Ook als je als werkzoekende een beroepsopleiding wilt volgen, dan ben je beschermd tegen discriminaties.

Zowel bij je contacten met deze instellingen, als gedurende je deelname aan hun acties, heb je recht op redelijke aanpassingen waardoor je met

11 Zie hoofdstuk 1.6 ‘Gewest- en gemeenschapsdecreten’.

(36)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

een maximale autonomie, op een gelijke manier aan de activiteiten zal kunnen deelnemen.

Om beter te kunnen volgen, mag je vóór de lessen teksten of slides opvragen die tijdens deze lessen zullen worden gebruikt.

Met deze redelijke aanpassingen zal je toch moeten beantwoorden aan de door deze instellingen opgelegde voorwaarden inzake pedagogisch niveau en psychologische, intellectuele en fysieke vaardigheden.

We wijzen je trouwens op een aantal diensten of partners van openbare plaatsingsbureaus12 of centra voor beroepsopleiding die zich tot

een specifiek publiek richten en die personen met een handicap een aangepaste begeleiding aanbieden.

Naast de reguliere trajectbegeleiding door de VDAB bestaat er nog de gespecialiseerde trajectbegeleiding (GTB) die op maat werkt van de persoon met een handicap. Je kan ook via gespecialiseerde opleidings- en begeleidingscentra (GOB) een opleiding op maat te volgen, ook op de werkvloer, om je kansen in het regulier circuit te vergroten.

12 Actiris: tel. 02-505.14.11 ou 02-505.77.77 - fax: 02-511.30.52 - www.actiris.be Forem: tel. 071-20.65.13 – fax: 071-20.87.12 - www.leforem.be

VDAB : tel. gratis: 0800-30.700 – fax: 02-506.15.90 – www.vdab.be

(37)

C . R e d e l i j k e a a n p a s s i n g e n i n e e n b e r o e p s o m g e v i n g

EenÊredelijkeÊaanpassingÊkanÊbijvoorbeeldÊ aangepastÊmateriaalÊzijn.Ê

EenÊvoorbeeld:ÊeenÊtekstverwerkerÊmetÊeenÊ groterÊlettertypeÊopÊdeÊcomputerÊvanÊeenÊ slechtziendÊpersoon.

RedelijkeÊaanpassingenÊkunnenÊookÊmetÊdeÊ organisatieÊteÊmakenÊhebben.

EenÊvoorbeeld:ÊeenÊaangepastÊuurroosterÊomÊ naarÊdeÊdokterÊteÊkunnenÊgaan.

ErÊmoetÊaanÊdeÊaanpassingenÊwordenÊgedachtÊ opÊhetÊogenblikÊdatÊdeÊpersoonÊmetÊeenÊ

handicapÊwordtÊaangeworven.

AanpassingenÊkunnenÊookÊnodigÊzijnÊwanneerÊ deÊwerknemerÊopÊhetÊwerkÊmoeiteÊheeftÊnaÊ eenÊziekteÊofÊeenÊongeval.

DezeÊaanpassingenÊmoetenÊÔredelijkÕÊblijven.

EenÊvoorbeeld:ÊzeÊmogenÊdeÊwerkgeverÊnietÊteÊ veelÊkosten.

WerkgeversÊkrijgenÊsomsÊgeldÊwanneerÊzeÊeenÊ

persoonÊmetÊeenÊhandicapÊinÊdienstÊnemen.Ê

(38)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

WieÊhulpÊnodigÊheeftÊkanÊcontactÊopnemenÊmetÊ ! hetÊAWIPHÊindienÊdeÊwerknemerÊinÊWalloni‘Ê

woont

! PHAREÊindienÊdeÊwerknemerÊinÊBrusselÊ woont

! hetÊVAPHÊindienÊdeÊwerknemerÊinÊ VlaanderenÊwoont

Redelijke aanpassingen laten een werknemer met een handicap toe op een efficiënte en comfortabele manier, en met een maximale autonomie, de hem toevertrouwde taken uit te voeren.

Weigeren redelijke aanpassingen aan te brengen voor personen met een handicap wordt door de wet als discriminatie beschouwd.

Redelijke aanpassingen kunnen materieel of immaterieel zijn.

Een courant voorbeeld van een materiële aanpassing is een technische aanpassing van een werkpost, zoals het installeren van een software ter vergroting van een tekst voor een slechtziende persoon.

Een immateriële aanpassing is bijvoorbeeld het aanpassen van een uurrooster in functie van een afspraak bij de dokter (die met de handicap te maken heeft) of een herschikking van de taken waardoor de persoon met een handicap zijn werk efficiënter kan uitvoeren.

C.1. WANNEER MOET ER AAN DIE AANPASSING GEDACHT WORDEN?

Een redelijke aanpassing kan nodig zijn

» bij aanwerving;

» bij de uitoefening van het werk: bij een taak- of functiewissel, bij verhuis van een dienst of van de onderneming zelf;

» bij werkhervatting na een ongeval of ziekte;

» vóór elke ontslagbeslissing wegens ongeschiktheid.

(39)

Als iemand een handicap krijgt na een werk- of privaat ongeval, na een ziekte, of als de handicap verergert, gebeurt het vaak dat de werknemer zijn taken niet meer kan uitvoeren zoals vroeger.

De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer zal dan de arbeidsgeschiktheid waarvoor de persoon (met een handicap) werd aangeworven evalueren.

Verschillende wetgevingen13 zien toe op de beroepsomscholing of -inschakeling van de werknemer die zijn arbeidsgeschiktheid gedeeltelijk of volledig verliest.

Gelet op de antidiscriminatiewetgeving zal er telkens moeten worden nagegaan of de werkgever over geen enkel redelijk middel beschikt om de handicap te beperken of te compenseren waardoor de persoon met een handicap zijn werk kan voortzetten (Conclusies van de advocaat-generaal, Arrest Chacón-Navas, 16/03/2006).

C.2. ENKELE CRITERIA VOOR REDELIJKE AANPASSINGEN Een redelijke aanpassing moet

» efficiënt zijn;

» een evenwaardige deelname mogelijk maken;

» een autonome deelname mogelijk maken;

» de veiligheid van de persoon met een handicap en zijn omgeving garanderen.

C.3. HOE KAN HET REDELIJKE KARAKTER VAN DE AANPASSING BEOORDEELD WORDEN?

Het redelijke karakter van de aanpassing is afhankelijk van verschillende criteria, onder meer de financiële kost en de impact ervan op de

organisatie van het werk.

13 K.B. van 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op werknemers (wet welzijn op het werk van 4 augustus 1996) en de wet van 13 juli 2006 houdende diverse bepalingen inzake beroepsziekten en arbeidsongevallen en inzake beroepsherinschakeling.

(40)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

Om het eens te raken over wat een aanpassing is, en over het feit of ze al dan niet redelijk is, werd een protocolakkoord ondertekend tussen de federale overheid en de gewesten en gemeenschappen14. Deze tekst geeft een opsomming van een aantal indicatoren die het redelijke karakter van de aanpassing moeten beoordelen, zoals:

» een financiële kost die in verhouding staat tot de omvang van de activiteiten en de financiële mogelijkheden van de onderneming (de prijs voor een bepaalde aanpassing zal redelijk zijn voor een grote supermarkt, maar te hoog zijn voor een lokale kruidenierszaak);

» tegemoetkomingen of maatregelen die de financiële kost helpen dragen

(zie verder);

» de impact van de aanpassing op de organisatie (indien de aanpassing het werk van andere collega’s of diensten bemoeilijkt, is ze niet langer redelijk);

» de gebruiksduur en –frequentie

(een dure aanpassing kan niet worden uitgevoerd voor een overeenkomst van een te korte duur).

C.4. MAATREGELEN TER COMPENSATIE VAN DE LAST ALS GEVOLG VAN DE REDELIJKE AANPASSINGEN

In België kunnen we tevreden vaststellen dat de drie gewesten een reeks maatregelen en premies hebben goedgekeurd om de tewerkstelling en het behoud van werknemers met een handicap te vergemakkelijken en om eventuele lasten als gevolg van hun handicap te compenseren.

Bovendien voorziet de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 26 die werknemers met een handicap een gelijke bezoldiging garandeert, een financiële tegemoetkoming van overheidsinstellingen, zoals de regionale fondsen, om de kosten voor een lager rendement te compenseren.

14 Gepubliceerd in Belgisch Staatsblad van 20 september 2007 (Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid).

(41)

Voor technisch advies, beroepsoriëntatie, aansporende of compenserende maatregelen voor personen met een handicap en hun (huidige of

toekomstige) werkgevers kan je contact opnemen met de regionale fondsen. De keuze voor de bevoegde instelling is afhankelijk van het gewest waar de werknemer woont (en niet van de plaats waar de onderneming is gevestigd):

Agence wallonne pour l’intégration des personnes handicapées (AWIPH): www.awiph.be

Service bruxellois francophone des personnes handicapées (PHARE):

www.phare-irisnet.be

Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap: www.vaph.be

Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding:

www.vdab.be

Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit Behinderung: www.dpb.be

Meer informatie over redelijke aanpassingen vind je in de brochure van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid die is opgesteld in samenwerking met het Centrum: ‘Wegwijs in de redelijke aanpassingen ten behoeve van personen met een handicap op het werk’.15

15 Deze brochure kan gedownload worden via de website van FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg onder de rubriek ‘publicaties’ : www.werk.belgie.be. Je kan de brochure ook gratis bestellen via telefoon op het nummer 02-233.42.14.

(42)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

D . T e w e r k s t e l l i n g b i j d e o v e r h e i d

InÊBelgi‘ÊhangenÊnietÊalleenÊheelÊwatÊ

administraties,ÊziekenhuizenÊenÊscholenÊmaarÊookÊ OCMWÕsÊafÊvanÊdeÊStaat.

DieÊnoemtÊmenÊoverheidsdiensten.

BijÊdieÊoverheidsdienstenÊmoetenÊwerkgeversÊ personenÊmetÊeenÊhandicapÊaanwerven.

HetÊgaatÊomÊhetÊÔDiversiteitsplanÕ.Ê

DitÊDiversiteitsplanÊdoetÊvoorstellenÊomÊinÊdeÊ arbeidswereldÊdeÊpersoonÊmetÊeenÊhandicapÊ beterÊteÊrespecteren.Ê

HetÊplanÊlegtÊuitÊopÊwelkeÊmanierÊarbeidspostenÊ kunnenÊwordenÊaangepastÊenÊhoeÊerÊredelijkeÊ aanpassingenÊkunnenÊwordenÊgedaan.

AlsÊjeÊeenÊjobÊzoektÊbijÊdeÊoverheidsdiensten,Ê opÊeenÊbureauÊbijvoorbeeld,ÊmoetÊjeÊdezelfdeÊ

"#$%"&'!$("))"&!$*'!+",'-&"&!.-&/",!0$&/12$+3 JeÊkanÊwelÊeenÊaanpassingÊvragenÊomÊjeÊteÊ

helpenÊteÊslagenÊvoorÊhetÊexamen.ÊDeÊdienstÊdieÊ deÊexamensÊorganiseertÊheetÊSelor.ÊDaarÊkanÊ iemandÊvanÊdeÊdienstÊÔDiversiteitÕÊjeÊookÊhelpen.

ErÊbestaatÊeenÊquotaÊvoorÊhetÊaantalÊpersonenÊ metÊeenÊhandicapÊinÊdeÊoverheidsdiensten.

EenÊquotaÊisÊeenÊverplichtÊaantalÊpersonenÊdatÊ

moetÊwordenÊaangeworven.ÊHetÊisÊvanÊbelangÊ

datÊdieÊquotaÊwordtÊgerespecteerd.

(43)

Heb je een handicap en wil je een job bij de overheid? Dan ben je voor alle overheidsbetrekkingen beschermd tegen discriminaties als gevolg van je handicap.

D.1. FEDERAAL OPENBAAR AMBT D.1.1. Diversiteitsplan

Houdt men rekening met je handicap als je solliciteert bij een federale overheidsdienst?

In 2004 werd in alle federale overheidsdiensten en instellingen van openbaar nut een ‘diversiteitsplan’ gelanceerd. Hiermee beoogt men een verhoogde aanwezigheid in het federaal openbaar ambt van personen van vreemde herkomst, vrouwen en personen met een handicap.

De Federale Overheidsdienst Personeel en Organisatie (P&O) moet dit plan opvolgen. Er werd een Cel Diversiteit opgericht die initiatieven voorstelt en ontwikkelt ter bevordering van onder meer de werkgelegenheid van personen met een handicap en ter invoering van redelijke aanpassingen. In alle federale overheidsdiensten werd een netwerk van verantwoordelijken opgericht.

Verschillende brochures over het Diversiteitsplan kunnen worden ingekeken of verkregen via de website van de FOD P&O www.p-o.be, via telefoon op het nummer 02-790.58.00 of via fax op het nummer 02-790.58.99:

» ‘Respect voor personen met een handicap’

» ‘Tewerkstelling en handicap – Aanpassing van de arbeidsposten’

» ‘Actieplan diversiteit in het federaal openbaar ambt’

D.1.2. Aanwerving van personen met een handicap in het federaal openbaar ambt

Bestaan er quota’s voor personen met een handicap bij de federale overheidsdiensten?

Sinds 1972 bestaat er in het federaal openbaar ambt een werkgelegen- heidsbeleid voor personen met een handicap, maar deze regelgeving is

(44)

DISCRIMINATIE VANPERSONENMETEENHANDICAP

verouderd wegens niet langer aangepast aan de nieuwe structuur van de federale overheidsdiensten.

Uit een studie die in 2004 binnen de federale overheidsdiensten is uitgevoerd, blijkt het geringe percentage ambtenaren met een handicap.

Daarom werd een nieuw werkgelegenheidsbeleid voor personen met een handicap ingevoerd. Het Koninklijk Besluit van 5 maart 2007 organiseert de rekrutering van personen met een handicap in het federaal administratief openbaar ambt. Er werd een specifieke (maar niet verplichte) lijst ingevoerd van personen met een handicap. Die worden aan dezelfde selectieproeven onderworpen als personen zonder handicap. Ze kunnen echter wel genieten van redelijke aanpassingen in functie van hun handicap om hen de kans te bieden op gelijke voet met de andere kandidaten de proeven af te leggen.

Het Koninklijk Besluit bepaalt dat tegen 2010 3% van de personeelsbe- standen van de federale overheidsdiensten uit personen met een handicap moeten bestaan. Een commissie zal toezien op de naleving van deze nieuwe wetgeving.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In 2013 sprak het VN-Comité voor de Rechten van Personen met een Handicap zich uit voor een strikte interpretatie van artikel 29, die volledig afstand neemt van de idee om

Volgens artikel 27 van dit verdrag moeten personen met een handicap: “de mogelijkheid krijgen in het levensonderhoud te voorzien door middel van vrij gekozen of aanvaard werk op

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen

Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (het Centrum) heeft een reeks van 10 brochures (praktische steekkaarten) ontwikkeld over redelijke aanpassingen